!A ■X 8 H X s R W Z w c Colophon 9 ■K? machteloos is om de ergernisgever stevig en liefst afdoende te pakken te nemen. door Hans Rombouts Maar er is meer met ergernis aan de hand. Meestal redeneren we vanuit het standpunt van de geërgerde, de gekwetste. Dat we zelf ook bewust dan wel onbewust ergernis geven, hebben we vaak niet eens in de gaten. Neem nou eens die marktvrouw in Keulen, die in haar kraampje eieren verkocht voor een prijs, die een aspirantkoopster veel te hoog vond. De laatste liet de ergernis niet langer betijen. Ze grabbelde in de negotie en bestookte de koopvrouw met haar eigen koopwaar. De ergernis glibberde als struif door de markttent. Resultaat: de rollen waren omgedraaid. Nu trok de ergernis in aan de overzijde van het verkoop- plankier. Bovendien: om het helemaal ingewikkeld te maken maar wat is gecompliceerder dan de menselijke geest? is het nog maar de vraag of die verhoogde eierprijs wel de echte reden tot ergernis was. Misschien had de koopster wel ruzie gehad met man of vriend; wellicht had haar directeur te weinig aandacht aan haar kwaliteiten besteed? Deze laatste opmerking zal de feministen zeer ergeren (zo is het één grote keten ergernis in het leven). Verborgen ergernissen, verborgen oorzaken van agressie zitten er volop in de krochten van onze grijze hersencellen. Soms komen ze spontaan naar boven en dan ga je gooien met alles wat onder je bereik komt zijn het geen eieren dan is er wellicht, meer voldoening gevend, antiek porselein in de buurt. Als je tenminste weer niet geremd bent door eerbied voor de autoriteit. Een mens gooit minder snel een koffiekopje in de richting van de baas dan in de richting van een goede bekende. Op dat gebied zijn natuurlijk aardige experimenten gedaan. Zoals in de Verenigde Staten, waar een paar psychologen (Doob en Gross) de autoriteiten-status in een autorit- proef onder de loep namen. Zij lieten een automobilist expres zijn wagen tot stilstand brengen op een drukke weg. De reacties van de andere autobestuurders werden bestudeerd. Wat deed men namelijk? De éne keer was de „stopper” gekleed in een oud groen jack en reed hij in een kleine wagen, de andere keer zat de „stopper” als heer vermomd in een grote dure slee. Wat gebeurde er? De geërgerde automobilisten toeterden wel naar de kleine auto maar niet naar de grote. Aan studenten werd het filmpje van het experiment getoond en werd hun de vraag gesteld wat zij zouden hebben gedaan. De vrouwelijke studenten zouden hetzelfde gehandeld hebben, de mannelijke studenten zouden ook hun claxon gebruikt hebben tegen de heer in de grote limousine. Als maggiblokje Ergernis is als een maggiblokje, waarin alles zit geconcentreerd. Boosheid over wat wordt gedaan, maar ook nog boosheid, die men al in zijn mentale rugzak meedroeg. De inhoud van die rugzak kent men meestal niet volledig. In therapeutische gesprekken, in allerlei zogeheten trainingen, is men er wel op uit, om die verborgen ergernissen aan het licht te brengen. Niet altijd even gelukkig. Als men meent dat men de lucht tussen een in ergernis gevatte vader-zoon-relatie opklaart door zoon- of vaderlief zijn ergernis te laten botvieren op kussens of andersoortig meubilair, dan heeft men het mis, aldus mijn psychiatrische informant. Genezing door het driftig bestoken van velourse kussenslopen? Flauwekul. Iets anders is, dat iemand door die mentale kussengevechten in contact kan komen met zijn boosheid, zijn eigen ergernissen. Als het beschouwd wordt als een stap in een bewustwordingsproces dan kan zo’n tweestrijd met het kussen van belang zijn. Het gaat er natuurlijk om dat de oorzaken van de ergernis worden weggenomen (soms vindt de ergeraar dat weer helemaal niet leuk, omdat hij de ergernis aan de borst koestert als een moeder haar baby). Ontlading op zich kan wel enige voldoening geven, maar biedt uiteindelijk toch geen soelaas. Zeker niet als men in feite machteloos staat tegenover de situatie. Het ergernis geven kan een satanisch genoegen verschaffen. Carmiggelt beschrijft in één van zijn verhalen, hoe hij in de oorlog buren, die hij niet erg mocht, stevig dwars zat. Hij had nog wel wat brandstof; de buren niet. Hij rammelde, teneinde het duivelse vuur van ergernis nog wat aan te wakkeren, zeer royaal en meer dan duidelijk hoorbaar met het duveltje op de potkachel. Een schoolvoorbeeld van ergernis geven (en ergernis opdoen bij de buren natuurlijk). Onlustgevoelens Onlustgevoelens worden gekoppeld aan uitwendige, zichtbare zaken. Er treedt substitutie op (vervanging). De overste krijgt een schrobbering van zijn generaal; de overste reageert dat af op de kapitein; die op de luitenant; die opzijn sergeant, die op zijn korporaal eerste klas; die op zijn vrouw thuis; en die op de papegaai. De vrouw komt er tenslotte het bekaaidst af, want de papegaai geeft een grote mond terugBeter is het om in een ergernis gevende toestand zich lichamelijk af te reageren. Wellicht is er een blok hout in de buurt, dat u al zo lang in stukken had willen hakken (voorzichtig ondanks alles met de bijl graag). Of wellicht kunt u wat ergernis wegmalen op de fiets. Of wellicht-vul maar in. Nu moet u niet denken, dat ergernis zo maar helemaal het lichaam uitgetrimd kan worden. Men kan agressiviteit niet beschouwen als een pendant van de libido, de geslachtsdrift, zoals sommige encountergroepen wel willen doen voorkomen. Boosheid is niet iets grijpbaars, hanteerbaars; niet zoiets als poep dat er uit moet en als het er uit is dat men dan de hele wereld weer aankan. Het uiten van agressie kan wel belangrijk zijn, maar het gaat er wel om de oorzaken van de boosheid, van de ergernis te vinden en als het kan weg te nemen. Maar ja, daar koopt de gewone man, die zich ergert aan de buurman met die alsmaar in zijn (de gewone mans) tuin faecaliën producerende hond, weinig voor. Die buurman is meestal veel sterker dan de gewone man. Dus wat doe je? Je sluit je aan bij een club, die die poeperij van buurhonden te lijf gaat via acties. Je gaat demonstreren tegen het verschijnsel als zodanig. Maar o kommer, al demonstrerend glij je uit over de hondepoep, van wie, ja van wie? Daar loop je machteloos voort in de rij demonstranten. Je kunt zelfs niet even naar de stoeprand om je schoen schoon te maken. O ergernis der ergernissen. Overigens: wat zou het leven saai zijn, als er niets te ergeren viel. We zouden ook de roddels in groepsverband moeten missen. Waaruit blijkt dat ergernis soms ook zijn plezierige kanten kan nebben. Zo is het toevallig ook nog eens een keer. Komt die laatste zin u bekend voor bij een thema als ergernis? Wellicht is daardoor weer een nieuwe bron van ergernis ontstaan. Wij hebben een reeks van ergernissen kunnen vangen in dit nummer. Maar, we geven het toe, het kon slechts een geringe greep zijn. Wij hadden aanvankelijk allerlei de lezer ergernis bezorgende ingrepen In deze krant willen stoppen. Maar we hadden er helaas geen plaats meer voor. Dus geen puzzels, die op niets uitliepen; geen verhalen, die bij de climax afgebroken zouden worden; geen kerstrecept, dat onverteerbaar zou blijken te zijn. Niets daarvan. Dat is iets wat de samenstellers van dit nummer eigenlijk toch wel ergert. F! X 3 F! »- N W Z o w c 9 8 rt X Het is eigenlijk vreemd met het begrip ergernis. Wanneer je er de boeken op naslaat zul je nauwelijks een definitie tegenkomen, waar je iets mee kunt doen. Men draait er maar wat omheen. Wanneer je er met een psychiater over praat blijkt dat het begrip ergernis zelf nog weinig wetenschappelijk is uitgespit. Merkwaardig, omdat ergernis bij een mens hoort zoals wapentuig bij een leger of bloed bij een bloedworst; kortom, er in feite een wezenlijk deel van uitmaakt. Een goed mens ergert zich over een in zijn ogen misdadig type; een mens, die er vrijere normen op nahoudt, ergert zich aan een orthodox levende figuur. Het zit allemaal ingebakken in het niet-nakomen of vrij interpreteren van algemene regels, al of niet op papier gezet; ingebakken in de jaloezie; ingebakken in het egoïsme, dat ook iedereen, waar ook ter wereld, niet vreemd is. Als iemand iets doet, wat men liever niet ziet, dan is de ergernis geboren. Die ergernis bloeit vervolgens welig op vruchtbare bodem als blijkt, dat men ook nog eens I nummer voorleggen. I Hij heeft trouwens zelf I ook zijn bronnen des I aanstoots kunnen presenteren. Die bronnen hebben rijkelijk gevloeid. We hadden nauwelijks 1 v d aan een pagina genoeg om de stroom g te kunnen opvangen. Met ergernis heeft iedereen te maken. Waarom dan eens niet de ergernis centraal gezet in Erbij? Weten dat anderen ook met dezelfde ergernis tobben is altijd troostend. Weten dat anderen met nog grotere ergernissen tobben kan opwekkend zijn. Vandaar dat wij de O, Ergernis der ergernissen 1 zijn igs- ng sled. ’rin- de Aan deze bijlage werkten mee: Th. Koeckhoven, Wouter Hendrikse, M. Brou wer, Hans Rombouts, Maria Schlichting, Rien Polderman, Kees Tops, Joost ten Horn, Louis Ferron, Marianne Bulterman, Marcel Enkelaar, Jan van Houts, John Oomkes, Ad Versluys, Jos Lodewijks, Bram Tenhaeff, Willem Wijnands, Joop Waasdorp, Joop Bergansius, Klaas Pieter Rieksen, Ton Nillissen, Ad Heesbeen, Henk Sprenkler, Jan van der Nat, Jan Blijboom, Jan Preenen, Peter Heerkens, Govert Wisse, Marijke Hendrikse, lezers van deze krant. Foto’s/illustraties: Fotopersbureau C. de Boer, Janwillem van Vugt, Ad Versluys, Robert Nix, Jan Willem de Jong, Hans Boot, Klaas Metz, Wilfried Alders. Vormgeving: Willem Wijnands. Eindredactie: Hans Rombouts. a n w’; V'r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 19