4
n
si
lip
f
B
g t
l,
Bilt
Li
er
door Hans Rombouts
I Pasen
£3
Het jaar 5740
t
1 fl f
Jaar van het
Paard
'.«-M
De magie
van de nul
?r
c.
i
jaar. En de Joden bezorgden ons o.a.
werd voor het christelijke kerkelijke:
De mensheid is gek op mijlpalen. Gek op gedenkdagen.
Wellicht komt dat omdat een mensenleven zo kort duurt.
We willen er nog wat van maken. Vandaar dat bijvoor
beeld de wisseling van een decennium (een periode van
tien jaar) zoveel aandacht krijgt. Neem maar de drempel-
overschrijding van de jaren 70 naar de jaren 80. We
kijken terug en we kijken vooruit. Ook wij zijn daar niet
aan ontkomen. Vandaar deze bijlage, die in het teken
van 70-80 staat. Natuurlijk is het slaan van een mijlpaal,
zoals deze, ietwat gezocht. Maar niemand gaat echter
in 1981 tien jaar achteruit of vooruit kijken. Kennelijk
toch de magie van de nul. Maar is het eigenlijk ook
geen onzin dat we altijd op 31 december een ernstig
gezicht zetten, ver weg dwalend het glas heffen en
elkaar het allerbeste wensen? Waarom doen we dat
(ook) niet op 3 augustus of 16 april. Een kwestie van
afspraak en traditie. Dat is duidelijk.
Nu denken wij, westerlingen, stammend uit een
christelijke beschaving, dat de hele wereld de
overgang van de jaren 70 naar de jaren 80 gedenkt.
Een deerlijke vergissing. In het jaar van Khomeini,
om de man maar weer eens te noemen, hebben de
moslims 1358 op hun verjaardagskalender in het
kleine kamertje staan. Hun jaartelling begon met
de vlucht (de Hidjra) van de profeet Mohammed
van Mekka naar Medina, 15 juli 622. De islamieten
delen de tijd ook in naar maanden. Elke maand
begint met de ppkomst van de maansikkel in het
westen.
De paus van nu althans het
Vaticaan houdt zich weer bezig
met de kalender, o.a. samen met de
Verenigde Naties. Het wordt tijd, dat
Pasen op een vaste dag gaat vallen
en niet steeds op een wisselende
zondag. Maar daarover is het laatste
woord nog niet gesproken.
Hoe dan ook. we zitten op de scheids
lijn van de jaren 70 en 80. En
terugkomend op het uitgangspunt
dat levert gedachten en beschouwin
gen ter overweging op. Vandaar dat u
hierbij een bijlage aantreft, waar be
langrijke of ..tendentieuze" zaken uit de
afgelopen tien jaar nog eens aan de
orde worden gesteld. Die onderwerpen
staan natuurlijk nooit op zichzelf, nook
los van een langer verband. Vandaar dat
het ook een vooruit kijken wordt naar de
jaren 80.
Van schrikkeljaren willen de islamieten niets
weten. Ik heb er de Koran op na geslagen. Daar
staat te lezen: „Het aantal der maanden bij Allah
is twaalf maanden in Allah’s Schriftwoord, op
de dag, waarop Hij de hemelen en de aarde
schiep. Vier daarvan zijn gewijd; dat is de
vaststaande godsdienst. Doet in die tijd dus
geen onrecht aan uzelven. Maar bestrijdt de
genoten-gevers altezamen, zoals zij ulieden
altezamen bestrijden. En weet dat Allah is met
de vrezenden”.
De Koran vervolgt: „De schrikkeling is
slechts toevoeging aan het ongeloof, waar
door zij, die ongelovig zijn, in dwaling wor
den gebracht; zij verklaren haar één jaar
voor geoorloofd en een ander jaar voor
ongeoorloofd, om gelijk te komen met het
aantal van wat Allah gewijd heeft verklaard,
en dan ongewijd te verklaren wat Allah
gewijd heeft verklaard. Maar Allah leidt niet
recht de ongelovige lieden”.
Het islamitische jaar is ongeveer elf dagen
korter dan het Europese. Op den duur zal
men ons dus wel inhalen.
Noemden wij 1979 het jaar van Khomeini;,
je zou de jaren 70 tot de jaren van Egypte
en Israel kunnen verklaren. Dat zijn dan:
twee beschavingswerelden, die van be
lang zijn geweest voor onze jaartelling.
De Egyptenaren zorgden voor de
Alexandrijnse jaartelling, die de basis,
begon hij met een
telling, die tot op de
dag van vandaag in
grote lijnen nog
geldt: een gewoon
jaar duurt 365 da
gen. maar elk vierde
jaar wordt er een ex
tra dag ingevoegd
De Romeinen konden
blijkbaar toch niet zo
best tellen, want in de
eerste 36 jaar van de
nieuwe kalender wer
den er 12 in plaats van
9 schrikkeldagen inge
voegd. Keizer Augustus
greep persoonlijk in en
sloeg gewoon drie
schrikkeldagen over.
Blits Paus Gregorius de der
tiende deed kennelijk
meer dan zich met de reli-
■jtltl gieuze zaken van de
roomse kerk bezig hou-
den. Hij had in de gaten
gekregen, dat elke eeuw
0,78 dag te lang was. In de
zestiende eeuw was het
verschil dus al tot tien da
gen opgelopen. Gregorius
vond dat maar een rommel
tje. Hij kwam ook in de
knoop met de heiligenkalen
der en besloot in 1582 de
jaartelling te verfijnen. Hij
verordonneerde dat alle
schrikkeljaren op een vol
eeuwtal, dat niet door 400
deelbaar is, zouden vervallen.
Zo was 1900 geen schrikkel
jaar, maar 2000 zal het wel zijn.
Die Gregoriaanse verfijning
werd slechts schoorvoetend
door de niet-katholieke landen
geaccepteerd (door Engeland
pas in 1752, door Duitsland in
1776, door Zweden in 1823 en
door Rusland in 1918). In Neder
land voerde men de Grego
s' riaanse kalender zo n beetje per
provincie in (tussen 1582 en
f 1701).
de week van zeven dagen.
F
Waar de Chinezen momen
teel in het Jaar van het Paard
leven (hetgeen iets anders is
dan ons Jaar van het Kind)
gedenken wij dus de
overgang van 1970 naar
1980. Die jaartallen danken
wij dan Weer aan een dicta
tor en een paus, beiden
residerend, zij het in ande
re periodes, in Rome. Ju
lius Caesar had schoon
genoeg van de oude Ro
meinse jaartelling. In 45
voor Christus (Caesar
kon toen niet vermoeden
wat er 45 jaar later zou
gebeuren in Bethlehem)
Overigens: ook de Joden worden,
niet warm of koud van onze decen-
niumwisseling. Hoogstens zou je
kunnen zeggen, dat zij op 22 en 23
september hebbep stil gestaan bij
hun eigen decenniumovergang van
de jaren 30 naar de jaren 40. Maar
dan wel in het jaar 5740. De Jojjen
startten namelijk al ver vóór ons.
hun jaartelling. Waar wij de ge
boorte van Christus als een soort i
startschot van onze geschiedenis f
zien, begonnen de Joodse kalen- I
dermakers op 6-7 oktober van het j
jaar 3760 (voor Christus; zo zijn I
we nu eenmaal) hun werk. Vol- f
gens de Joodse traditie werd in I
dat jaar de wereld geschapen,
Men houdt het daar maar op, I
hoewel men beter weet: de we-
reld is natuurlijk al heel wat
ouder. De Joden houden er wél I
een schrikkeltijd op na. Geen
schrikkeldag per vier jaar zoals
wij, maar zeven schrikkeljaren I
in een cyclus van 19 jaar.
I