Stuwende Miller is Richard Rodgers overleden Stedelijk toont boeiend maar beperkt overzicht van Kelly tapijthal dubo Amerikaans schilder in goede expositiecombinatie met Pollock Herman Brood beloont aanhankelijkheid, maar zijn toekomst is onzeker Hitchcock Ridder Cliff Officier Belooft u ook in 1980 het goedkoopste te zijn! „Breken” ■k 1 Componist Sound of Music en Oklahoma ouw 13 1 KUNST MAANDAG 31 DECEMBER 1979 K Kleur, schaal, en vorm Ged. Oude Gracht 100 - Haarlem - Tel. 023-315402 Tussen de Heilige Landen 's Maandags na 13.00 uur geopend! Ook gevestigd: Markt 14 en Kruisstraat 175 - Eindhoven Telefoon 040-69448 Invloeden bij Kelly AMSTERDAM. Je kunt stel len dat de periode 1944-1970 een soort ’renaissance’ in de Noord- Amerikaanse beeldende kunst is geweest; niet alleen door een aan tal hoogtepunten van het abstract expressionisme, ook in de resul taten van het kleurveldschilderen en in de toepassing van nieuwe technieken in de lichtkunst en driedimensionale construkties tref je grote kuntswerken aan; de Amerikanen zijn wezenlijk losge komen van Europese invloeden. Van het persoonlijk handgebaar in tekenen en schilderen tot en met een vernuftige toepassing van nieuwe techniek: in dit alles zijn zij andere wegen opgegaan dan hun Europese collega’s; deze oriënteren zich op de gebeurte nissen van de oost- of west-kust van de VS. Engelsen zoals A. Ca ro, Ph. King, R. Smith leerden op hun manier van de kleurkracht van de Noord-Amerikanen. Niet voor niets heeft ons land een ate lier in New York, dat ter beschik king staat van Nederlandse kun stenaars. Termen F- 'W Ellsworth Kelly voor een van zijn olieverfschilderijen, die tot en met 3 februari te zien zijn in het Stedelijk Museum, Amsterdam. Ridder van de snelle kwartsmaat nog lang niet moegestreden JOHN OOMKES (ADVERTENTIE) ard I i|er| Overigens zijn het de ingenieurs-kunste- naars zoals O. Piene, Wen Ying Tsai en Dupuy die het meest baat hebben bij het verfijnd technisch kunnen in de Ver enigde Staten. Ook een kunstenaar als Ray Staakman kan zich meten in zijn bewegende persluchtmachines met de machinaal bewogen objecten van een Ol- denbourg, von Schlegell, Breer. Als we ons even sec tot het optreden bepalen, dan kunnen we niet anders dan toegeven verbaasd te zijn over het tempo, de inzet en de professionaliteit waarmee de show op de planken werd gezet. Na al die honderden optredens die Brood zijn publiek de afgelopen jaren heeft voorge schoteld, is de ridder van de snelle twee kwartsmaat nog lang niet moegestreden. Het lijkt wel alsof de thans 33-jarige ex- pianist alleen nog op het podium tot leven komt, ineens vatbaar is voor de realiteit dat er honderden „kids” op zijn naam zijn afgekomen en die aanhankelijkheid be- Er hagen in het begin van Kelly’s expo sitie enkele vroege tekeningen, waaruit Hartverscheurende tonelen spelen zich met name vlak voor het podium af, als Herman zich van zijn PIL-t-shirt ontdoet. (Van onze kunstredactie) NEW YORK. De musicalcomponist Richard Rodgers is vannacht op 77-jarige leeftijd overleden. De Amerikaanse musicus, die jarenlang samenwerkte met Larry Hart, Oscar Kammerstein en Stephen Sondheim, verwierf grote bekendheid door de muziek te schrijven voor meer dan veertig musicals, waarvan de beroemdste The Sound of Music, Oklahoma en South Pacific zijn. Eén meisje weet het podium op te klaute ren en voordat de roadies kunnen ingrij pen het fenomeen te omhelzen. Zacht wordt zij weggeleid. Brood speelt mees terlijk op die participatie in, laat zijn fans meezingen in de microfoon en reageert zeer alert. Alles tof dus? Nee, beslist niet, hoe goed het concert op zich bevalt, we kunnen slechts constateren dat het nieuwe reper toire (Carry, Ride the Money, Laurie en het trage titelnummer van het aanstaande Go Nutz-album) zwakker is dan Broods oude werk. Tijdens deze eerste kennisma king valt met name op hoe slecht de teksten zijn, nu die niet meer door Pé Hawinkels kunnen worden aangeleverd, en hoe zo zachtjesaan Lademacher subti liteit en sound verliest, c.q. inruilt voor een aanpak die je eerder van een hard- rockgitarist zou verwachten. de jaren vijftig en zestig. Tot op heden doet de kromme lijn in zijn werk vaag denken aan een (gigantisch) perspectief, gezien in de realiteit: een bladrand, een straatbocht, of nog wijdser de scheve blik op de kromming van de horizon. Maar dit vermoeden van herkenbaarheid is nooit precies aan te wijzen in zijn doeken. Hij bliuft ’plat’ werken in kleurnuances van olieverf; de kleurvorm als vast oppervlak of gebroken door een tweede kleur komt vaak intuïtief tot stand, want waarom heeft de „rode bocht” uit 1972 in de verza meling van het Stedelijk nu juist deze kleur? Concert: Herman Brood in Haarlemse Beijneshal. Bezetting Wild Romance: Danny Lademacher (gitaar), Freddie van Kampen (bas), Peter Waldrecht (drums) en DeeDee (koorzang). Haarlem, 29 december 1979 Er zjjn andere overeenkomsten of ver schillen te melden, maar met name de schilder Ellsworth Kelly - nu te zien in het Stedelijk Museum - sloot in zijn Parijse periode (1948-1954) nog wel aan bij de Europese kunstgeschiedenis. Te beginnen met een ruw-schematiserende tekenstijl op de wijze van Malévich en Beckmann, maakte hij in 1949 net als Mondriaan in 1911/*12 een tijd door van abstrahering van de realiteit. Bijv, de halfronde boog van een brug over de Seine werkte hij samen met de excact symmetrische spie geling uit tot een zogeheten’shaped can vas’; een voorgesneden, neutraal beschil derd doek, dubbel-rond door de tweede ling van het watervlak. Het is van 1954/’55. Nog in 1951 hield hij zich onder invloed van de ’lukrake’ kollages van Jean Arp ook bezig met een toevallige ordening van zijn versnipperde tekeningen; een aantal samengestelde doeken ontstonden waar op vooral de spectrale kleuren verticaal of horizontaal toevallig geordend werden. Nog in 1978 in de expositie Parijs-New York in het Centre Pompidou was daar- Herman moet zich in 1980 ontplooien als een internationale ster. Nederland levert geen uitdagingen meer voor hem op. Met zijn „Never Enough”-lijfspreuk in het achterhoofd moeten Amerika en, als het even kan, Japan „gebroken” worden, zo als dat in de showbusiness heet. Over de verwachtingen wordt overspannen be richt. Wie zijn oor te luisteren legt bij Broods platenmaatschappij krijgt te ho ren dat Broods attractiviteit voor het Amerikaanse publiek bepaald niet in de muziek (die immers voornamelijk Ameri kaanse voorbeelden kopieert; wie zit daar nou in de VS op te wachten?) of in zijn drugsgebruik te vinden is. Herman moet als sexstar gebroken worden, en vervol gens van die bekendheid zien te profite ren. Of het lukt, moeten we afwachten. De te hanteren methodes geven aan dat ons Nederlandse fenomeen heel ver wil gaan indien hü daardoor zijn naam kan vesti gen. Of dat ook wil zeggen dat we hem als zijnde muzikaal interessant kunnen af schrijven, kunnen we nu nog niet chec ken. Maar ik hou mijn hart vast voor het niveau van Go Nutz, dat gladder zal zijn dan wat Brood tot dusverre heeft laten horen, doordat een Amerikaanse ritme sectie de basistracks heeft ingespeeld. JOHN OOMKES Op de bühne zaterdagnacht speelde hij met zijn kwintet drie sets in de HJC (het laatste concert onder Cat Jazz-wim- pel) valt er niets van schroom te mer ken. Miller, die sinds zijn komst naar ons land, een geheel eigen amalgaam van stij len ontwikkelde, verweeft elementen uit Afrikaanse muziek en de Britse en Neder landse geïmproviseerde muziek tot een voortdurende ontlading, waarbij hij de leden van zijn groep niet bindt aan een van tevoren afgesproken struktuur. De thematiek blijft beperkt tot het hoognodi ge; toonladders, een enkele melodielijn, maar bovenal de onderlinge communica tie bepalen de optimale vrijheid van elk individu. Miller weet in zijn eigen kwintet, dat de eveneens Zuidafrikaanse blazer Sean Pergin, de Oostenrijkse trombonist Radu Malfatti, de Amerikaanse blazer Kesha- van Maslak en slagwerker Martin van Duynhoven omdat, voortdurend stuwend te inspireren. Elementen uit de kwela (Miller werkte bij Mike Westbrook en Chris McGregor) doorspekken met name in de tweede set het gezamenlijke betoog. Zeer boeiend in zijn groep is de manier waarop „duetten” tot stand komen. Vooral in ly riek hoor je dan een fantasie die dit kwin tet (deze keer met trompettist Mare Tha- rig aangevuld) tot de beste in ons land maakt. van een voorbeeld te zien: ’64 kleuren voor een grote muur’ uit 1951. Met de niet- kleuren zwart en wit in het horizontaal gestrekte werk ’Seine’, 1951 paste hij de zelfde methode toe, dus twee jaar vroeger dan Constant Nieuwenhuis in zijn archi- tectuur-fase. In 1969 nog had Kelly even de kans om met behulp van een computer de verdeling van zwart-wit of kleur-vak- ken uit te werken, maar bij gebrek aan tijd zag hij ervan af. (In Nederland ken nen we de resultaten van dergelijk onder zoek in het werk van von Graevenitz, en Struycken). Jammer genoeg valt er van bovenge- HAARLEM. Weinige bassisten zui len zo vergroeid zijn met hun instrument als de uit Zuid-Afrika afkomstige, maar sinds enkele jaren in Nederland woon achtige jazzmusicus Harry Miller. Het lijkt er veel op dat hij zich, op momenten dat er niet gespeeld wordt, een houding moet geven door in de pauzes onmiddel lijk zijn leren jas aan te schieten. Alsof de kleine, vriendelijke man anders te „ontkleed” zou komen te staan. De eenheid tussen Brood en zijn publiek in beeld gebracht. loont met een identieke instelling. Zijn Wild Romance, dat als eenheid de eerste Amerikaanse toemee niet overleef de, heeft de afgelopen twee maanden we ten te gebruiken om tot een betrouwbaar der begeleidingsband uit te groeien. Peter Waldrecht, die al eerder bij Brood werkte ten tijde van het Album Street en nu na een intermezzo bij White Honey terug is gekeerd, toont zich in alles een veel meer nauwgezette slagwerker dan Kees Meer man. Freddie „Cavalli” van Kampen heeft bovendien zijn hang naar zelfex pressie ingeruild voor secuurder spel, ter wijl het showelement baat heeft bij de kunst van The Bombitas. Van het hoogbenige duo, dat Brood op zijn buitenlandse escapades moet gaan begeleiden, heeft Haarlem alleen DeeDee mogen aanschouwen, omdat Monika Twen a Kwoei pas na 1 januari verlet krijgt van de Houseband waar zij tot dusverre onder kontrakt heeft gestaan. In muzikaal opzicht betekent hun komst niet zoveel. De dames mogen wat koortjes zingen en verder hun lichamelijk schoon maximaal etaleren. Ook deze zet past in Broods regie, die bovenal het volk Brood en Spelen voor wil zetten. Dat wil dan wel lukken; DeeDee’s schelle stemmetje stelt beslist minder voor dan haar fraai ge vormde onderstel. In een lange set, waarin Brood vrijwel al het materiaal van Shpritz en ChaCha de noemde periode niets te zien in dit overzicht van Kelly, dat loopt van 1963 tot 1979. In déze vorm is het wel een van de beste expositie-kombinaties, tegelijk met J. Pollock elders in het museum, die we dit jaar konden zien in het Stedelijk: een terugblik op de roem van twee coryfeeën in de Amerikaanse kunst, een roem, die pas vanaf 1960 begon. De muziek die hij voor Vitesse schreef, of in de Flash Dance Band op de plaat zette, verschilt niet wezenlijk van de pro ducties die hij met zijn Wild Romance op de plaat heeft gezet. Met dit verschil dat de onder meer aan Mose Allison ontleende rhythm blues-struktuur van zijn songs aan hogere, speedy tempi werd blootge steld en Lademacher en diens gitaar de melodie zijn gaan bepalen. De successen die Herman Brood met dit vrij simpele, maar in zijn eerlijkheid op windende concept in eigen land heeft ge boekt, zijn voldoende beschreven; ook in deze krant. Het concert, waarmee hij dit weekeinde zijn Go Nutz-toemee (de titel is ontleend aan Broods vierde elpee, die nog verschijnen moet), moest alleen uitsluitsel geven over de stand van zaken. Hoe heeft hij zich ontwikkeld, zowel wat Bühne- persoonljjkheid als wat muzikale groei betreft? Wat staat ons in de nabije toe komst te wachten. revue laat passeren, versterkt de eenvor migheid van de songs de moordende me chaniek die er van de band uitgaat. Pu bliek en artiest zijn op dat moment één. HAARLEM De carrière van Herman Brood de schuchtere pianist van Cuby The Blizzards die zich via tussenstadia als filmacteur in Duitse pomoproducties en een romance met Nina Hagen opwerkte tot de Nederlandse rockartiest van de jaren zeventig vertoont merkwaardige curven. Daar kunnen zijn fans, critici en de uit Broods hand etende roddelpers het over eens zijn. Veel aardiger is het evenwel om eens te accentueren dat Hermans muzikale productie vrij weinig ontwikkeling vertoont. Het algemene woordgebruik ’minimal art’ is zeker niet van toepassing op de kunst van Kelly. Eerder denk je daarbij aan de ruimtelijke konstrukties van Sol Lewitt, T. Smith, R. Bladen, R. Morris en R. Grosvenor e.a. Wel is de ook al histori sche term ’shaped canvas’ aan de orde (zie encyclopedie Kunst van Nu, overzicht vanaf 1960 - 1970, Elsevier). Maar anders dan zijn landgenoot Ch. Hinman, de schil der R. Smith uit Engeland of A. Bonalumi uit Italië komt Kelly nog steeds niet los van de wand met onderbouwde reliëf- schilderijen. Zelfs zijn vrijstaande stalen vormen, één tot twee cm. dik, in het Stede lijk ontlenen hun eventuele kwaliteit steeds aan hun scherp gesneden omtrek in verhouding tot oppervlak en kleurstruc tuur. Begrenzing van vorm onderscheidt zich per definitie van de achtergrond; alle andere optische reakties van de toeschou wer kunnen alleen ter plekke getest wor den; bijvoorbeeld, zoals in het geval van de zwart gekrijte rechthoeken van Ri chard Serra kan er ook bij Kelly soms sprake zijn van een neigende balans van kleurmassa. Een lijn schijnt door te bui gen. De variaties in het trekken van diago nalen, krommen en lichte knikken van de rechte lijn zijn natuurlijk eindeloos; daar om is er geen sprake van schematiserend formalisme, eerder van een zelfbeperking tot deze twee punten: vormverhouding t.o.v. de schaal van de ruimte, en kleur- soort t.o.v. aangrenzende kleursoorten. Dat is tevens de reden van het essentiële verschil tussen Kelly en bijvoorbeeld Mark Rothko (1903-1970), een andere Amerikaanse schilder die we eind 1971 in museum Boymans te Rotterdam konden zien. Bij Kelly is er geen spoor te vinden van het ’menselijk drama’, wat volgens eigen zeggen van Rothko zijn projectie was in het proces van het schilderen. Een vergelijking met de Nederlandse schilder B. Bonies leert ons dat Kelly zich meer vrijheden veroorlooft; beiden kennen zij een seriële aanpak van een meervoudige reeks doeken, maar door het verschil in schaal kon Kelly zich meer vrijheid toe staan in de ordening van maat en kleur. JAN ZUMBRINK LITERATUUR: ene. Kunst van Nu, 1960-1970, editie Elsevier-pocket, 1971, Katalogus E. Kel ly, tekst B. Rose; Bulletin Stedelijk museum, Amsterdam, 1-1980, pp. 7-8. LONDEN (UPI). Koningin Elizabeth heeft maandag de filmregisseur Alfred Hitchcock tot ridder benoemd, zodat de 80-jarige meester van de griezelfilm zich voortaan „sir” mag noemen. Op de lijst van nieuwe ridders, die maandag in de Britse staatscourant werd gepubliceerd, staan voorts Colin Davis, dirigent van de Royal Opera, John Junor, hoofdredacteur van de Sunday Express, Max Beloff, Rector van Buckinghams University College, en de John Sainsbury, eigenaar van een supermarkt-keten, ter wijl de popster Cliff Richard is benoemd tot Officier in de orde van het British Empire. Rodgers was al enige tijd ernstig ziek; de doodsoorzaak is niet bekendgemaakt. De componist, die gold als een van de beste vaklieden in de wereld van de lichte muziek en de showbusiness, heeft tijdens zijn meer dan zestigjarige carrière meer dan duizend composities geschreven. In bijna alle gevallen componeerde hij voor theaterproducties, film en de tv. De laatste produktie die Rodgers maakte betrof een heropvoering van I remember Mama, dat dit jaar met Liv Ullman in de hoofdrol een behoorlijk Broadway-succes was. De componist, die uiteraard zijn grootste publiekssucces boekte met The Sound of Music waarvan de soundtrack in meer dan 10 miljoen exemplaren over de toonbank ging, schreef talloze bekend geworden songs. We noemen Manhattan, Blue Room, My Heart stoos still, If U loved You, The Most beautiful Girl of the World, O what a Beautiful Morning, It might as well be Spring en The Lady is a Tramp. De op 28 juni 1902 geboren Richard Rodgers kreeg een klassieke muziekopleiding aan de Columbia Universiteit en het befaamde Juilliard-college. blijft dat zijn kijk op de werkelijkheid onveranderd is gebleven; het gaat hem, ook op kleine schaal, om de precieze defi niëring van omtrek en kleurmassa van bepaalde vormen; deze pure abstractie verwerkt hij in doeken van één of meer delen of ook in aluminium platen, die dezelfde egale kleuren opgespoten krijgen als de doeken; tevens past hij niet- primai re kleuren toe, groen bijvoorbeeld of rose in een aaneen gesloten serie doeken. Voor al de gebogenlijn is een afwijking van het puur recht-toe-recht-aan repertoire. De bocht als scheiding van twee onderschei den kleuren keert herhaaldeljjk terug in Componist Richard Rodgers (links), hier samen met zijn partner Oscar Hammerstein op een foto uit 1953.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1979 | | pagina 13