Ook remonstranten hebben verontrusten
r
L
4
I
MO
h
WAT HEEFT CHRISTENDOM NU MET POLITIEK TE MAKEN?
DU
O
V
k f
Ki;
L\k
BOEKMOZAÏEK
r
ft
SN
0
c
5?
door Simon de Groot
Advi
Y;‘
hk'
Twee vrouwelijke aanhangers van het Bahai-
geloof zijn zo vriendelijk geweest persoonlijk
het een en ander te komen vertellen over hun
geloof. Terloops heeft deze rubriek het
afgelopen jaar drie maal aandacht geschonken
aan het Bahai-geloof, de jongste onder de
wereldgodsdiensten. Wie een goed beeld wil
krijgen van de Bahai’s en hun overtuiging, kan
het beste het boek Bahé’U’lléh en het Nieuwe
Tijdperk aanschaffen. De schrijver heet J. E.
Esslemont en de uitgave is verkrijgbaar via het
Bahai-centrum Nederland, Riouwstraat 27 te
Den Haag. Achtergrondgegevens die in kort
bestek een inzicht geven staan verder in de
documentatiemap Het Bahai-geloof, de
kenmerken van een godsdienst door Günter
C. Vieten. De map is op hetzelfde adres
verkrijgbaar. De informatie geeft aan dat we
hier niet te maken hebben met een
godsdienstige sekte en evenmin met een vorm
van syncretisme ofwel een vermenging en
versmelting van ideeën uit verschillende
godsdiensten.
Naast de gereformeerden hebben nu ook
de Nederlandse remonstranten hun
„verontrusten”. Zij hebben zich verenigd
In een werkgroep onder de naam „Waakt
en Weegt”. Is de gereformeerde
verontrusting meer theologisch van aard
(haar titel is: „Waarheid en Eenheid”), die
der remonstranten lijkt te zijn ingegeven
door politieke motieven.
Daling ledental
Het Koninkrijk
Haarlemse kerken
n
..Sport
groots1
De me
ze met
de slijr
besch;
doen 2
vervolj
beschi
uitstek
bepaa
kapot i
wordei
terugg
dan is
begon
heeft z
schaaf
opgesi
Dat is
kernac
sportv
Westd
Hoog-
1
Christendqm en politiek
<1
V
WJi
w®
V’ '-A
ijl
M I
Bahai, jongste wereldgodsdienst
•I
Johannes in ballingschap op Patmos (gravures van Doré)
Paulus predikt voor de Thessaloniërs
Immanuel kerk, oecumenische vesperdienst
De werkgroep van de Remonstrantse
Broederschap zegt in een toelichting: „Reeds
langer bestaande gevoelens van onbehagen en
verontrusting vonden het afgelopen jaar hun
hoogtepunt, toen bekend werd dat uit het anti-
racismefonds van de Wereldraad van Kerken een
schenking was gedaan aan het Patriottisch Front
van Rhodesië en later een nog grotere gift aan de
Swapo (Namibië-Zuidwest-Afnka)”.
De werkgroep heeft inmiddels geprotesteerd bij
de „Commissie tot de Zaken” (hoofdbestuur) van
de Remonstrantse Broederschap tegen een
nieuwe gift van de Wereldraad aan het Front van
Zimbabwe-Rhodesië voor deelnaming aan de
conferentie in Londen. „Omdat met deze gift niet
een zuiver humanitair doel wordt gediend en
bovendien de kosten van elke delegatie op deze
conferentie tot een aantal van twintig personen
door de Britse regering worden gedragen”.
De werkgroep zegt verontrust te zijn over de
versnelde daling van het ledental van de
Remonstrantse Broederschap (35 gemeenten, 38
predikantsplaatsen, elf kringen, acht
werkgroepen en 13.600 leden in 1978), „waardoor
het voortbestaan als zelfstandige
kerkgenootschap steeds moeihjker en zelfs
problematisch dreigt te worden”.
„Bezinning op de grondslag, de inhoud en de
presentatie van het remonstrantisme is in deze
tijd een eerste vereiste”. Deze bezinning is binnen
de huidige structuren van de Broederschap op
Volgens de werkgroep hebben de genoemde
giften en „dergebjke zaken” op geestelijk gebied
verwarring doen ontstaan. Zij ziet dat ook als een
van de oorzaken van het dalende ledental en van
de geringe werfkracht van de Broederschap.
Komst en toekomst van het Koninkrijk van dr. Ch.
de Beus is een studie over het Koninkrijk Gods en
het koningschap van Jezus volgens de evangeliën.
Het is een gedegen wetenschappelijk werk, dat
vooral bestemd is voor vaktheologen, predikanten
en eventueel katecheten. Het boek geeft over de
hele linie een sterke indruk van betrouwbaarheid
en objectiviteit. Volgens de auteur maakt Jezus’
verkondiging van het Koninkrijk het hart uit van
zijn boodschap en zijn onderwijs. In Jezus de
Christus is een heilsgeschiedenis begonnen die zich
beweegt naar een einde dat een voltooiing zal zijn
van wat God in Jezus heeft aangevangen en wat Hij
in Israels geschiedenis had voorbereid. De auteur
geeft aan dat het Koninkrijk Gods als handelen van
De voorzitter van de Haarlemse Raad van Kerken
was zo attent een bijdrage te sturen van een actief
lid van de raad. Deze wordt hier grotendeels
weergegeven. Het Griekse woord oecumene duidt
op de gehele bewoonde wereld, onze omgang met
de mensen dichtbij en ver weg. Oecumene betekent
ook samenwerking met mensen van verschillende
kerkgenootschappen. Deze moet allereerst leiden
tot het beter kennen van elkaar en van daaruit tot
respect voor eikaars overtuiging. De moderne
oecumenische beweging dateert van deze eeuw. De
aanzet wordt gevonden in anglicaanse en andere
reformatorische kringen. Pas later ontwaakte het
oecumenische besef binnen de rooms-katholieke
kerk. Het tweede Vaticaans concilie legde de
verantwoordelijkheid voor de eenheid van alle
christenen bij iedere individuele gelovige. De
viruszi
verspn
weerir
Die zie
special
een vis
aftakel
paar ui
wordt
zevent:
als een
als het
gegara
hebje
verspn
Peter E
voet V!
is joun
schaal
de Nei
sportvl
van all
In 1961
hartlnf
was hl]
beurt,
wat rut
henge
over d<
als gei
nieuws
de vrai
en ond
afspee
wetem
naard
sportv
Oude I
Intussi
bezig 1
grote I
ja ren c
rolstot
situatl
voorbt
geest
berust
Dat vo
houdt
het pr<
weten;
fraaie
In Ned
vakbla
sportv
Voorh
visser
snoek
en tal
die hij
natuui
omgei
en te f
Bij hel
de pra
kennlt
In het bewustzijn van haar verantwoordelijkheid
voor de geloofsgemeenschap en „met instemming
en medewerking van vele andere leden” wil de
groep deze bezinningstaak binnen de
Broederschap nu ter hand nemen. Haar doel is:
handhaving en versterking van de
geloofsgemeenschap, vanuit het beginsel dat de
Remonstrantse Broederschap een
geloofsgemeenschap is, „die, geworteld in het
evangelie van Jezus Christus en getrouw aan haar
beginsel van vrijheid en verdraagzaamheid, God
wil vereren en dienen”.
korte termijn niet te verwachten, meent de
werkgroep, waarvan dr. F. Vriesendorp te
Dordrecht, in afwachting van de vorming van een
definitief bestuur, voorlopig voorzitter is, en de
heer J. B. van der Reijden te Driebergen voorlopig
secretaris.
Zomer Keuning te Ede presenteert een heel
fraaie uitgave met Het verhaal van Johannes en
wat hij zag in zijn dromen. Het verhaal is van Karei
Eykman, die zich heeft laten inspireren door het
boek van de Openbaring, geschreven door
Johannes in zijn ballingschap op Patmos. De sterk
vereenvoudigde en verkorte tekst is begrijpelijk
geschreven en geschikt voor iedereen van tien jaar
en ouder. Onze zoon van tien kon het verhaal juist
navertellen en hij begrijpt de strekking. De sfeer
van het originele verhaal kan natuurlijk niet
worden opgeroepen, maar uit üe poëtische
navertelling van Eykman wordt duidelijk dat het
op deze aarde nogal een treurige toestand is. Maar
Jezus, de machteloos gekruisigde, blijkt sterker
dan alle vijandelijke machten. Het verhaal eindigt
dan ook met het geluk van de nieuwe aarde, Gods
heilige stad.
De royale en kleurige tekeningen van de onlangs
overleden Bert Bouman geven de uitgave ook het
karakter van een kijkboek. Een sprookjesboek,
schatte onze zoon van elf van een kleine afstand,
toen hij de inhoud nog niet kende. Die indruk wordt
inderdaad gewekt. Voorlezende ouders moeten
maar waarmaken dat er verschil bestaat tussen
sprookjes en het visioen van Johannes. Achter
beide gaat echter een werkelijkheid schuil. Het
boek (prijs 19,90) is gebaseerd op de
televisiebewerking van De droom van Johannes,
uitgezonden door IKON7RKK als laatste aflevering
van de serie Woord voor Woord. De uitgave is
vooral geschiktvoor symboolgevoelige lezers.
westerse kerk dat zij betrokken is bij de
maatschappij. Sommige gelovigen zien in elke
sociale verbetering een stap dichter bij het
koninkrijk Gods. Bij Ubbink blijkt dit rijk een
andere wereld die niet ligt in het
ontwikkelingsverlengde van deze wereld. De
gelovige kan bij Ubbink slechts een klein stukje van
de strijd voeren op een beperkt gebied en dat ligt
meestal heel dichtbij, in ons eigen hart en in onze
eigen levenskring. De auteur zet de kerk bij
voorkeur neer op het pad van de liefde en niet van
de macht. Als de gelovige invloed wil uitoefenen,
dan moet deze eerder uitgaan van het voorbeeld en
van de verkondiging. De kerk kan de maatschappij
niet veranderen. Radicaal veranderen kan de mens
alleen zichzelf, aldus dr. Ubbink.
Ik kan wel instemmen met zijn pleidooi voor een
soberder leven. Verder wil ik hem er graag aan
herinneren dat hij wel degelijk christelijke politiek
bedrijft als hij voorstellen doet tot
inkomensverlaging en tot een soort
werkverschaffing. Mensen die kunnen werken
mogen geen uitkering ontvangen, zo lezen wij. Daar
zit natuurlijk wat in. Maar hoe ruim moeten we het
begrip passende arbeid dan wel niet nemen?
De Bahai-leer houdt onder andere in dat de
goddelijke openbaring een doorlopend en
voortschrijdend proces in de geschiedenis is. Er is
een duidelijke doelgerichtheid: de vervolmaking
van de mensheid in een immer voortdurende
ontwikkeling of evolutie. De leer sluit daardoor aan
op onder meer de openbaringen van jodendom,
christendom en islam met volledige erkenning van
hun grote profeten Mozes, Jezus en Mohammed. De
leer kan verder worden gezien als een
herbevestiging van de eeuwige waarheden die alle
religies van weleer kenmerken.
De grote Bahai-profeet is Baha Allah. Zijn
verkondiging berust op het beginsel dat religieuze
waarheid niet absoluut, maar relatief is; dat alle
grote religies goddelijk van oorsprong zijn; dat hun
grondstellingen met elkaar overeenstemmen en dat
zij hetzelfde doel hebben: de mensen brengen tot
God en tot elkaar. Het Bahai-geloof is ontstaan in
1844, een jaar uit de beginfase van een nieuw
tijdperk met ingrijpende veranderingen op
technisch, politiek en economisch terrein. De
profeet van dit nieuwe tijdperk beoogt niet de
vernietiging maar de vervulling van de
openbaringen uit het verleden; niet het verscherpen
maar het overwinnen van de meningsverschillen
van de elkaar bestrijdende geloofsovertuigingen. In
de ogen van de Bahai’s is deze profeet degene wiens
komst de profetieën van de oudere godsdiensten
vervult, want hij is „de beloofde aan het einde der
tijden, op de dag des oordeels”.
Volgens de Bahai’s is ook hun geloof
bovennatuurlijk van oorsprong. Het is
supranationaal, mengt zich niet in partijpolitieke
zaken en staat lijnrecht tegenover iedere politiek of
ideologie die tracht een bepaald ras, een bepaalde
klasse of natie te verheffen boven een ander. Het
kent geen vorm van kerkelijke macht, geen
priesterschap of ritus. Uit de documentatie en de
gesprekken met beide vrouwen heb ik de
overtuiging gekregen dat het Bahai-geloof moet
inspireren tot de hoogste zedelijke beginselen,
gedragen door liefde tot God en tót de naaste.
Overigens blijf ik ervan overtuigd dat Jezus van
Nazareth de enige en universele profeet is en dat
het onmogelijk is zijn leer te vervolmaken.
Hieruit kan veel goeds voortkomen: dienst aan
elkaar, gemeenschappelijke geloofsbezinning en
deels gezamenlijke pastorale zorg. In Haarlem
proberen wij hieraan gestalte te geven door
oecumenische diensten. Nog niet lang geleden is bij
wijze van proef een zondagse oecumenische
vesperdienst begonnen in de Immanuelkerk aan de
Van Egmondstraat in Haarlem-Noord. Deze
diensten worden georganiseerd door de lokale raad
van kerken in Haarlem-Noord. Deze raad bestaat
uit afgevaardigden van de kerken in dit stadsdeel.
Hij komt regelmatig bijeen en verzorgt onder meer
contacten met parochievergaderingen en
kerkeraden. De raad draagt ook bij aan het werk
van het Interkerkelijk Vredesberaad, wat
bijvoorbeeld is gebleken bij de in Haarlem
gehouden vredesmars tegen kernwapens in ons
land onder het motto: de kernwapens de wereld uit,
te beginnen in Nederland. De raad houdt zich
verder bezig met de vraagstukken rond gemengd
gehuwden, neemt deel aan de werkgroepen
Ontwikkelingssamenwerking en de Chili-
werkgroep, en hij is sterk geïnteresseerd in de
gesprekskringen in het kader van de tweede
Kerkenconferentie die onder het motto Op hoop
van leven haar tweede gespreksseizoen is ingegaan.
In die tweede ronde gaat het onder meer over de
oecumenische ontmoeting, gespreksgroepen,
allerlei oecumenische activiteiten en over de
opbouw van de Raden van Kerken. Volgens de
brief zou men zich in die tweede ronde heel goed
kunnen richten op een plaatselijke
kerkenconferentie, waarin men tracht samen een
oecumenisch beleid te maken overeenkomstig
lokale mogelijkheden en wensen. De brief wijst dan
op de vele oecumenische kansen en activiteiten.
Tenslotte spreekt de schrijver de hoop uit dat de
Geest Gods vaardig wordt over de christelijke
kerken. Hij herinnert aan het woord van de Heer,
dat allen één mogen zijn. Om deze eenheid te
bereiken zijn niet alleen woorden, maar vooral
daden nodig. „Daden die zullen leiden tot een
waarlijk oecumenisch perspectief’. Tot zover deze
bijdrage van een lid van de Haarlemse Raad van
Kerken.
De oprichters zeggen te beseffen dat hun groep de
onderlinge tegenstellingen kan verscherpen. Aan
een nieuwe kerkgemeenschap hebben zij echter
geen behoefte. Dat zou ook in strijd zijn met de
geschiedenis en de aard van de Broederschap.
,Maar als de Broederschap” in haar eenheid en
daarmee in haar voortbestaan dreigt te worden
aangetast, is zwijgend toezien tegenover het
proces van verwarring en verbrokkeling niet
toegestaan. De ondergang van de VPRO is daarbij
een waarschuwend baken in zee”.
De werkgroep werd al in de zomer van dit jaar
opgericht, maar zij is toen niet naar buiten
getreden omdat eerst een gesprek met de
Commissie van Zaken nodig werd geacht. Dat is
er nu geweest.
„Waakt en Weegt” heeft zich inmiddels tot de
leden van de Broederschap gewend om haar
motieven bekend te maken. Leden die hun
instemming met de oprichtingsverklaring
betuigen worden geacht zich ook als lid van de
werkgroep te hebben opgegeven. Het voorlopige
bestuur heeft de vrijwillige bijdrage vastgesteld
op ten minste vijftig gulden per jaar.
Hij trel
archief
een grc
rietvoc
andere
maare
bureau
gauwji
en den
nog m<
i huid bi
wordei
In het
niette
micros
Een be
die aar
God met de wereld door zijn zoon Jezus doelgericht ontsta;
is. Het beweegt naar een einde dat een voleinding
van dat werk betekent. Jezus heeft in zijn aardse
leven, in zijn lijden, sterven en opstanding naar de
verhoging toegeleefd. Dat wil zeggen dat Jezus is
verheven doordat hij tot de dood gehoorzaam de
opdracht van zijn Vader heeft voltooid. Hierin
voltooide hij zichzelf tot de Heer die het gericht zal
houden, alle machten aan zich zal onderwerpen en
Christendom en politiek (Zomer Keuning te Ede,
14,90) van dr. G. Ubbink is een boek waarin
christendom en politiek twee duidelijk gescheiden
grootheden zijn. In de visie van Ubbink moet het
christendom zich in de eerste plaats richten op het
rijk Gods en dat rijk is niet van deze wereld. Wel
heeft het christendom vooral persoonlijke
consequenties voor het ethisch of zedelijk handelen
van de mens. Het ligt voor de hand dat een
dergelijke opvatting geen rol van betekenis weglegt
voor de politieke partijen die zich christelijk
noemen (in ons land bijvoorbeeld het CDA). Ze
kunnen eigenlijk best gemist. Op zijn best Egt de
christelijke politiek in de visie van Ubbink op het
raakvlak tussen de kerk en de wereld. Het leven
van de kerk is tweezijdig gericht. Vanuit de wereld
dient zij God en in de wereld laat ze iets van Gods
werk zien.
Met Paulus ziet dr. Ubbink de gelovigen als
„kinderen Gods te midden van een ontaard en
verkeerd geslacht, waaronder gij schijnt als
lichtende sterren in de wereld” (Fil. 2:16). De
schrijver beroept zich op Jezus van wie hem opvalt
dat hij geen enkele aanwijzing heeft gegeven voor
de inrichting van staat en maatschappij. Alles is
gericht op de persoonlijke houding tegenover God
en de naaste. Staat en maatschappij Eggen volgens
Ubbink in het verlengde daarvan, maar zover weg
dat slechts weinig beshssingen in het dagehjks
leven daarop betrekking hebben.
De schrijver erkent het groeiende besef in de
J. Koe«^V
die zal wederkeren in macht en heeriijkheid.
Hiernaast is er de voltooiing in het werk van de
Heüige Geest. De uitstorting van de Geest is een
heüsgebeuren dat wordt voltooid in het Koninkrijk
op het einde, wanneer God aEes in aften zal zijn. Het
rijk zal dan werkehjkheid zijn. God zal onbeperkt
heersen over een wereld waarin aEe vijandige
machten, ook de dood, te niet gedaan zuhen zijn. In
deze wereld zal de mens, door God zelf vervuld en
geheihgd tot een nieuw schepsel, in Hem zijn en Hij
in hem. De voleinding zal ook de voltooiing zijn varf
het heü dat bij de komst van Jezus voor de mens en
de wereld is aangebroken. Wat zal volgen na de
voleinding gaat onze kermis te boven, schrijft dr. De
Beus. „Het behoort tot de breedte en de lengte,
’hoogte en diepte van de Eefde van Christus die de
Eefde van God is”.
Dit helder en goed geschreven boek kern worden
besteld bij de Protestantse stichting
bibhotheekwezen, Parkweg 20a te Voorburg,
plaatselijke kerkgemeenschap zou bij uitstek de
groeiplaats van echte oecumene moeten zijn.
De brief vervolgt: Verscheidenheid behoeft geen
gescheidenheid te betekenen. Wij moeten proberen
die verscheidenheid vruchtbaar te maken. Zo
kunnen wij werken in het perspectief van een
eenheid waarin verscheidenheid juist waardevol is.
Peter,
onderz
zondei
mogeli
geef
gevanf
neem 1
u I het die
telefoon 070-861779. Een prijs voor het boekwordt viswat
niet genoemd. dat ter
i
VS: