Letterkast 1 Wens en verwensing ■1111 ML, “■TB»»;* M il I li o 11 y job 5 A ir tl f I r I J ‘i /Ij- ffl Pwv A h M B IR O W I I- r. I w Van alle markten thuis door Maria Schlichting E3L >- --- Acht jaar J|k I I Grens W|| i i l k Tri BA SA '5/.*/ If jsL X- ■U S. X Dokter Frankschool brengt juf in het ziekenhuis f v*-. KI oor dijk Dirkjan van Paridon uit IJmuiden is ter observa- tei in het ziekenhuis. De elfjarige jongen heeft last van hyperventilatie, dat wil zeggen dat hij wel eens erg benauwd wordt. In het ziekenhuis wordt uitge zócht waaróm Dirkjan daar last van heeft. Al bij aankomst van Dirkjan in het ziekenhuis is besloten dat hij les zal krijgen op de dagen dat hij zich lekker voelt. Hij krijgt les van de onderwijzeres, die hem helpt met zijn schoolwerk en er voor zorgt dat Dirkjan als hij weer thuis is, geen enorme achter stand heeft ten opzichte van zijn klasgenoten. De naam van de school is een hommage aan de Haarlemse dokter Frank. Hij was in 1917 al een van de grondleggers van de commissie die tot voor kort de lessen in drie ziekenhuizen verzorgde. Het voordeel van een echte school boven de werkzaamheden van de commissie is dat de school de leerkrachten echt in dienst heeft. De leerkrachten die voor de commissie werkten deden dat op free-lance basis. „De continuïteit en de kwaliteit van het onderwijs zijn nu beter gewaarborgd”, aldus het schoolhoofd. In de Haarlemse Mariastichting werkt mevrouw H. E. Divendal-Belinfante al acht jaar als onderwij zeres. Ze is er best trots op dat „haar” ziekenhuis al een eigen onderwijzeres had toen er van de Dokter Frankschool nog geen sprake was. „Destijds is er op initiatief van de kinderartsen een leerkracht aangesteld”, aldus mevrouw Divendal die het klap pen van de zweep ondertussen wel kent. „Voor de kinderen ben je een bekend gezicht”, aldus de onderwijzeres, die samen met Mia Jansen voor de Dokter Frankschool in de Mariastichting werkt. De laatste doet dat sedert de herfstvakantie. „We willen eigenlijk wel graag een eigen lesruimte, zodat er een echte schoolsituatie ontstaat”, aldus mevrouw Jansen, die vindt dat het functioneren van kinderen in een groep ook in het ziekenhuis heel belangrijk is. Voorlopig moeten de leerkrach ten het echter stellen met een klein hokje, waar, naast een bureautje en wat stoelen nog wel ruimte is voor een ziekenhuisbed. Maar die toestand is al riant vergeleken bij de gang van zaken in de andere -ziekenhuizen, waar de leerkrachten meestal „op zaal” les geven. José Josso heeft een „klasje” in het Haarlemse Elisabeth Gasthuis. Twee jaar heeft ze voor de Commissie ter Voorziening in het Onderwijs aan zieke kinderen in Haarlem en Omstreken gewerkt, sedert de oprichting van de Dokter Frankschool is ze daaraan verbonden. De leerlingen variërend in leeftijd en niveau vinden het allemaal prachtig. Zéker als de fotograaf ook nog een plaatje komt maken. „De school heeft ook nog een preventieve taak. Er wordt voorkomen dat de kinderen psychische scha de oplopen van hun verblijf in het ziekenhuis. En natuurlijk wordt door de lessen voorkomen dat de leerlingen een enorme achterstand krijgen”, aldus Deinum. Dat laatste is voor de Dokter Frankschool echter niet het Allerbelangrijkste. „De leerkracht is voor de kinderen in het ziekenhuis een persoon die niet? heeft te maken met ziek zijn, die geen witte jas aan heeft”, zo verklaart het schoolhoofd nader. Vlak voor de kerst is het betrekkelijk stil op de Dokter Frankschool. Waar dat maar even mogelijk is gaan de patiëntjes voor de feestdagen naar huis. De kinderen die toch in het ziekenhuis moeten blijven, werken verder. In het Zeewegziekenhuis in IJmuiden werkt Mir jam Teng. Het is,haar eerste baan en ze heeft veel plezier in haar werk. Haar part-time-functie vervult ze in het Zeewegziekenhuis en in het Sint Jozefzie- kenhuis in Heemskerk. „In het begin moest ik nog wel leren hoe je kinderen individueel les moet geven. Je moet namelijk niet op alles reageren, maar ze ook een beetje zelf de zaken laten uitzoe ken”, aldus mevrouw Teng. Mevrouw Divendal met twee leerlingen in de Mariastich ting. De officiële procedure is als volgt: Als de behan delend arts en de ouders van het kind vah mening zijn dat onderwijs in het ziekenhuis nodig en moge lijk is, dan wordt een aanmeldingsformulier ge haald dat door arts en ouders wordt ondertekend. Dan wordt er' contact opgenomen met de school van herkomst zodat het kind de eigen leerboeken kan gebruiken. „In principe is iedereen enthousiast over de Dok ter Frankschool”, aldus Deinum, die daar overi gens best wat kanttekeningen bij wil plaatsen. „Kijk”, zegt hij, „het ziekenhuis is een bolwerk en het onderwijs is ook een bolwerk, dus het is wel een kwestie'van wennen”. De leerlingen van de Dokter Frankschool zijn allemaal enthousiast. „Ik ben al verder dan ze op school zijn”, vertelt een jongetje trots. De vijf leerkrachten, van wie er vier part-time en een full-time verbonden zijn aan de school, moeten eigenlijk van alle onderwijsmarkten thuis zijn. Zo wel kleuters als leerlingen van andere scholen voor buitengewoon onderwijs, mavo-scholieren en kin deren in eindexamenklassen hebben zij onder hun hoede. Over het algemeen levert die diversiteit niet zo veel problemen op. Bovendien kan de „thuis- school” van de leerlingen zonodig bijspringen. Een probleem waar de school mee kampt is de relatieve onbekendheid. Veel mensen weten nog niet van het bestaan van de school af. „Maar ik kan wel merken”, zo voegt Deinum eraan toe „dat er meer vraag komt, nu er een aanbod is”. Leren in bed kan heel leuk zijn, zo blijkt wel. Leerkracht Marie-Jan van Nes en haar leerlinge in het Rode Kruisziekenhuis hebben er beiden plezier in. het prettig het eentonige ziekbed te doorbreken met huiswerk en les. nieuwjaarsdag de wijde wereld ingestapt: de route alsmaar plaveiend met goede voornemens. Bepeinzend ook, dat wil je het grote geweld mee helpen uitbannen je zelf in het klein Waarmee al met al maar gezegd wil zijn, dat het niet zo eenvoudig is om de lieve vrede te bewaren. Misverstanden. Verkeerd begrijpen. En soms ook botte onwil om iemand de vrede te gunnen. Zoals al weer duidelijk bleek op de tweede dag van het jaar, toen iedereen zich na al of niet lang terugtrekken uit de dagelijkse beslommeringen weer naar het werk spoedde. Gladde wegen. Kwaaie automobilisten, kwaaie fietsers, die moeilijk manoeuvreerden op de beijzelde straten en bruggen. Nu en dan afschuwelijke verwensingen. Wens en verwensing liggen vlak naast elkaar. De beste wensen overigens. HANS ROMBOUTS jaar tot een vredelievende te maken: de huisgenoten nog in diepe rust; fraai weer na weken regen en storm; vriendelijk knikkende buren; de hond vrolijk kwispelstaartend omdat ze een plesante wandeling in het bos voorzag. Diepe rust in het bos. Ik zag een reiger voorzichtig voortstappen naar een poeltje drabbig water. Mijn hond voerde kennelijk ook de leus vrede op aarde. Hij ging niet achter de reiger aan. Hij had aandacht voor iets anders: een herdershond, die plotseling opdook. Die herder hoorde bij een man met een fiets. De reiger pikte iets op aan de rand van het poeltje en vloog met zijn buit een boom in om rustig te gaan zitten peuzelen. Alles pais en vree. De honden gingen huns weegs. De herder naar zijn baas, de mijne snuffelend op de grond. Ineens een schreeuw van de man:,,hou die rot hond van je vast.” Ik, meer verbaasd dan geërgerd, keek de man aan. „Ja, jij daar met die hond”, riep-ie kwaad. „Heb ik met moeite wat vreten bij elkaar gekregen en nu gaat die rot hond van jou er mee vandoor”. Me van geen kwaad bewust in dat stille bos keek ik omlaag. Er lagen hondebrokjes uitgestrooid, kennelijk voor de reiger. Ik begreep het; ik zei tegen de man: „sorry, hoe kon ik dat weten. Een hond, is een hond. Als-ie hondebrokken ziet liggen vreet hij die op”. De man liep rood aan en riep nog wat onvriendelijkheden. Waarop ik hem ook beslist niet zoiets als gelukkig nieuwjaar toewenste. De vrede was weg. Het plaveisel van goede voornemens lag in stukken. De man meende het goed met zijn reiger. Ik meende het goed met mijn hond en de hele wereld. Maar toch..onvrede. Op zo’n moment de man was notabene de eerste mens in het nieuwe jaar, met wie ik verbaal contact had vraag je je af, wat het voorzin heeft om goede voornemens te maken. Vadertje nieuwjaar verdween met fiets en herdershond en de pest in het lijf achter een bosschage. De reiger en mijn hond likten zich de bekken. Zij waren de grote winnaars van dit merkwaardige treffen in het ochtendlijke woud. ::,Ïs Vlak voor Kerstmis is Marie-Jan van Nes in het Beverwijkse Rode Kruisziekenhuis, bezig met twee leerlingen, die respectievelijk in de eerste mavo en in de derde klas van de havo zitten. Ook zij vinden Overigens is het de bedoeling van de Dokter Frankschool om een afdeling voortgezet onderwijs op te richten. Officieel geldt de school namelijk als kernafdeling, waar leerlingen van vijf tot zeventien jaar terecht kunnen. Komt er een afdeling voortge zet buitengewoon onderwijs bij, dan kunnen ook oudere leerlingen les krijgen. Zoals de toestand nu is, wordt driekwart van de leerlingen gevormd door scholieren uit het lager onderwijs, terwijl slechts een kwart het voortgezet onderwijs bezoekt. Ook de zevenjarige Hanneke Petersen ligt in het ziekenhuis. Niet in een zaal, maar geïsoleerd in een box, een klein kamertje dat door de glazen wanden niet zo eenzaam is. Mensen die Hanneke opzoeken moeten eerst in een portaaltje een speciale jas aan, dan de handen wassen en pas daarna mogen ze bij Hanneke naar binnen. Dat is om infecties tegen te gaan. Hanneke ligt namelijk in het ziekenhuis om dat haar voeten ontstoken zijn. Ze zal er nog een hele' tijd moeten liggen, want zo’n ontsteking is niet een-twee-drie over. Ook Hanneke is een leerling geworden van de Dokter Frankschool. Ze leert lezen volgens de methode die op haar eigen school wordt gebruikt en ervaart de lessen als een welko me onderbreking in het ziekenhuisbestaan. Pieter Waalkamp, Hanneke Petersen en Dirkjan van Paridon, drie denkbeeldige kinderenhnet denk beeldige ziektes zouden heel goed echt leerling kunnen zijn van de Dokter Frankschool, een school zonder banken, zonder klaslokalen of gymnastiek zaal. De school bestaat eigenlijk uit de juffrouw die aan het bed van de leerling komt. De Dokter Frankschool heeft overigens wel een hoofd, Frank Deinum. Zijn ervaring in het buitengewoon onder- Sedert november 1978 bestaat in Nederland de mogelijkheid scholen op te richten voor onderwijs aan zieke kinderen. Momenteel zijn er zo'n twintig van die scholen. Omdat het geen „gewone” scholen zijn horen zij bij het buitengewoon onderwijs, dat is onderwijs voor kinderen die om welke reden dan ook niet naar een „gewone" school kunnen. In dit geval is die reden dat de kinderen in het ziekenhuis liggen. Ook Haarlem kent sedert enkele maanden zo’n school: de openbare Dokter' Frankschool voor zieke kinderen. Voorheen kregen de kinderen les van leerkrachten die verbonden waren aan de Commissie ter Voorziening in het Onderwijs aan zieke kinderen in Haarlem en Omstreken. Die commissie bestaat nog, maar houdt zich nu alleen nog maar bezig met kinderen die thuis ziek liggen,‘de Dokter Frankschool heeft het werk in de ziekenhuizen overgenomen. Naast het Elisabeth Gasthuis, de Mariastichting en het Joannes de Deoziekenhuis in Haarlem, werken de leerkrachten van de Dokter Frankschool ook in het Heemsteedse Diaconessenhuis, in het Marinehospltaal in Overveen, het Sint Jozefziekenhuis In Heemskerk, het Zeewegziekenhuis in IJmuiden en het Rode Kruisziekenhuis In Beverwijk. Uiteraard is het aantal leerlingen van de school zeer variabel. Vandaar dat de toekenning van het aantal leerkrachten wordt afgemeten aan het maximaal aantal leerlingen in een maand. Zo had de school in oktober een „topdag” van 49 leerlingen, terwijl het grootste aantal leerlingen in november 61 was. Volgens de gehanteerde normen mag de school er een leerkracht bij aantrekken. Tot nog toe werken een full time leerkracht en vier part-time krachten in de acht ziekenhuizen. Samen zijn het drie volledige banen. Daarnaast is er een schoolhoofd. Mirjam Teng. onderwijzeres van dé Dokter Frankschool, met een van de patiëntjes in het Zeewegziekenhuis. Formeel komen alleen kinderen van wie wordt verwacht dat ze drie weken of langer in het zieken huis verblijven, in aanmerking voor de lessen van de Dokter Frankschool. „Die grens is volkomen willekeurig, volgens mij hebben alle kinderen in het ziekenhuis recht op deze vorm van pedagogische begeleiding. De vraag bij het toelatingsbeleid is welk kind er van de lessen kan profiteren”, aldus Deinum. „Het is altijd moeilijk om een prognose te geven van de duur van het ziekenhuisverblijf. Als kinderen voor observatie komen, dan is er helemaal geen zicht op hoe lang ze blijven. Soms is er een prognose voor een lang verblijf in het ziekenhuis en mogen ze opeens naar huis. En het omgekeerde komt natuurlijk ook voor”, verklaart Frank Deinum) Pieter Waalkamp fietst rustig naar huis. Het is een beetje glad. Plotseling maakt hij een slipper 1 en ligt op de grond. Hij heeft pech, zo blijkt bij aankomst in het ziekenhuis: een ernstige heup- fractuur. Maandenlang zal Pieter in het zieken- huis moeten blijven. Na overleg tussen de behandelend arts en zijn ouders wordt besloten dat Pieter in het ziekenhuis gewoon les zal krijgen. Zo wordt hij een van de leerlingen van de Dokter Frankschool. Elke dag komt de onderwijzeres aan zijn bed, helpt hem met zijn schoolwerk, dat is afgestemd op de methoden die op Pieters eigen school worden gebruikt. Elke dag maakt Pieter huiswerk, en zo krijgt hij het gevoel dat het liggen in het ziekenhuis niet L alleen maar een uitzichtloze tijd is, alleen on- l derbroken door maaltijden, bezoekuurtjes en behandelingen. wijs heeft hij opgedaan op een school voor moeilijk lerende kinderen in Amsterdam, terwijl hij ook heeft gewerkt op een pedologisch-instituutschool, een school waar kinderen met allerhande proble men worden geobserveerd. Sedert enkele maanden zwaait hij de scepter over de Dokter Frankschool die is gevestigd in de Haarlemse openbare Flora school. Daar heeft Deinum een kamer en liggen alle paperassen van de School. „Onze school probeert kinderen die in het zieken huis liggen gezond bezig te laten zijn. Voor die kinderen zijn de lessen een stukje uit hun gewone leven. De begeleiding is gericht op de periode na het ziekenhuis. De tijdelijkheid van het ziek zijn wordt benadrukt”, aldus Deinum, die dat een Keel belang rijke zaak vindt. Logisch ook, want zoals volwassenen in een zie kenhuis gemakkelijk last krijgen van zogeheten höspitaliseringsverschijnselen, zo komt dat ook bij kinderen voor. Dat betekent dat ze zich gaan con centreren op hun ziekte, dat de belangstelling voor wat er in het „gewone” leven gebeurt, verloren gaat en dat op den lange duur mensen zich gaan verzoenen met hun verblijf in het ziekenhuis, het geen de genezing niet bevordert. José Josso helpt een van de kinderen in een box in het Elisabeth Gasthuis. -f; KttinuwwrfTiU! 5

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 25