Joe Newman
in Haarlem
Vandernoot en Brabants Orkest moeten nog wennen
Nederlandse avant garde
toont weinig vreugde
bleyle-shop
i
Betalen Nee! briljante
klucht van Dario Fo
CW J
OPVOERING BIJ THEATER TERUGGESPOELD NAAR BÜCHNERS KLAD
Meesterwerken en
niemandalletjes
BLEYLE-MODE
met 50% KORTING
BLEYLE-KOLLEKTIE
HALVE PRIJZEN
Britse fotograaf
Beaton overleden
Stravinski-concert
BRAHMS-PROGRAMMA MET YOURI EGOROV ALS PIANOSOLIST
ara
9
MAANDAG 21 JANUARI
1980
KUNST
8
irant
m
Concertgebouworkest speelt nieuw werk van Van Vlijmen
bij
in
wordt opgeruimd voor
3%
'siïtgl&T
Elk seizoen weer start de Bleyle-Shop met een totaal
nieuwe kollektie.
Om dit waar te kunnen maken, zijn wij genoodzaakt
geheel schoon schip te maken.
Vandaar.dat vanaf heden de gehele
wij
fte
en
.00
Anegang 26 Haarlem
-
ft
^Filmische aanpak geeft Nieuwe Komedie eigen gezicht
WW
■it Guy Lavreysen als Woyzeck bij toneelgroep Theater.
(Foto Wouter van Heusden)
*1»
JOHAN VAN KEMPEN
(ADVERTENTIE)
JOHAN VAN KEMPEN
AMSTERDAM. Nadat met ingang
van dit seizoen de opvolging van Hein
Jordans door André Vandernoot een feit
is geworden, was het interessant te horen
hoe die nieuwe combinatie in de praktijk
zou uitwerken.
In de Tweede Symfonie van Brahms
wist Vandernoot zijn inmiddels (in onze
regio speciaal via uitvoeringen met het
NPO) bekende en gewaardeerde kwalitei
ten met zeggingskracht aan te wenden, al
was het soms hoorbaar dat het Brabants
Orkest nog enige moeite had om zich aan
de op grote en heldere lijnen afgestemde
visie aan te passen.
Die publieke interesse is overigens vol
komen begrijpelijk. Want wat op deze
VARA-matinees aan onbekend werk van
deze gigant onder de 20ste eeuwse compo
nisten de revue passeert, is meestal dub
bel en dwars de moeite waard. Ook al
zitten rijp en groen in de programma’s
door elkaar en worden meesterwerken
afgewisseld met niemandalletjes, die dan
voor de nodige ontspanning zorgen.
Zo’n meesterwerk is dan bijvoorbeeld
het concert voor twee piano’s, dat hier een
indrukwekkende uitvoering kreeg in han
den van Theo Bruins en Fred Oldenburg.
Afgaand op dit concert lijkt Egorovs
speelstijl bezonkener geworden, mijme
rend van karakter eigenlijk eerder, zelfs
bij het timide af. Een minder kemachtige
benadering, die Brahms dan in de verstil
de episodes gauw te week maakt. Egorov
bleek er nog sterker dan ooit op uit te zijn
om alle contrasten aan te scherpen, zodat
omfloerst pianissimo en hamerende virtu
ositeit op iets te decadent-romantische
wijze ten aanzien van Brahms’ klassiek
gestructureerde componeren, tegenover
elkaar werden gesteld.
Egorov, die twee maanden in Europa
blijft en daarna weer voor een soortgelij
ke termijn naar de Verenigde Staten te
rugkeert, zal naast optredens in Duits
land, in deze tijd recitals geven in Amster
dam, Rotterdam, Maastricht en Haarlem
(half februari). Hoogst interessant zal zijn
om te zien of de in Brahms’ Eerste Piano
concert getoonde aanpak, dan of niet te
maken heeft met een algehele wending
Zoiets drukt Woyzecks ellende dood en ik
vind het een onderschatting van het in
zicht van het publiek.
Om vooral geen verhaaltje te spelen
probeert Thijs aan te sluiten bij de realis
tische alledaagse gang van de dingen. De
moord op Marie is bij hem bijvoorbeeld
een eindeloos gerekte steekpartij, uitge
voerd naast een beek met echt water.
Speelser is Maderna, in zijn Giardino
religioso, hoe misleidend de titel van deze
compositie (die op de naam van de op
drachtgever, Fromm, terug te voeren is)
ook moge zijn. De rol van de dirigent
wordt hier uitgebreid met een taak als
inzake diens emotionele en artistieke in
stelling.
Dat het componeren vanuit reeksen en
min of meer vooropgezette structuren
overigens geenszins tot zwakke resultaten
hoeft te leiden, bewees wel weer de fijn
zinnige en lyrische muziek van Dallapic
cola, in diens Three questions with two
answers uit 1962. Een opdrachtcompositie
die eigenlijk als instrumentale voorstudie
te beschouwen is van zijn opera Ulisse. Er
is ondanks het orkestraal raffinement
geen enkele neiging tot uiterlijk vertoon.
Natuurlijk gaan de dingen in werkelijk
heid ook weinig bevlogen, maar het toneel
zoekt meestal zijn publiek te confronteren
Briljant en schitterend op elkaar afge
stemd pianospel, dat aan alle vier delen
van dit kolossale stuk een overtuiging
meegaf, die het publiek terecht tot een
staande ovatie bracht.
Over zijn Amerikaanse tournee, met een
door pers en publiek weer enthousiast
ontvangen (tweede) recital in de New
Yorkse Camegie Hall als hoogtepunt, wil
de Youri Egorov desgevraagd wel kwijt
dat het hem eigenlijk allemaal weer véél
te druk was, maar dat hij zich desondanks
steeds gelukkig voelt, vanwege de enorm
positieve respons die zijn spel allerwegen
oproept.
Voorstelling: Woyzeck van Georg Büchner door toneelgroep Theater. Regie: Ger
Thijs. Vertaling: Ger Thijs en Jochen Neuhaus. Decor en kostuums: Tom Schenk.
Dramaturgie: Ronald Klamer. Muziek: Bernard van Beurden. Met: Guy Lavrey
sen, Jan Gorissen, Bea Meulman, Pauline van Rhenen, René van Asten, Porgy
Franssen, Jeróme Reehuis, Eric van der Donk, Robert Sobels, Anita Menist en
anderen. Première 18 januari in de Arnhemse Schouwburg.
levert genuanceerder spel dan de tweede.
Het decor stelt een armoedig straatje
voor. Marie woont er, maar via oplichten
de neonbuizen wordt het ook gebruikt als
feestzaal en voor minder uitgesproken
lokaties. Wat er aan opvalt is het sterke
perspectief, veroorzaakt door een oplo
pende vloer. Stoelen en dergelijke komen
dus schuin te staan. Een symbool voor de
scheve verhoudingen in de wereld?
ALMA POST
De voorstelling van Theater heeft wel
iets weg van zo’n klad. Ten eerste zijn er
de herhalingen. In de Woyzeck-versie die
doorgaans gespeeld wordt zien we bij
voorbeeld Woyzecks armoede af aan zijn
bijverdiensten. Hij werkt als barbier en
heeft zich bovendien (nederiger kan het
niet) voor een paar centen aan de dokter
verkocht als proefkonijn. Thijs veralge
meniseert deze feiten door nog een bar
bier annex proefkonijn te laten optreden.
En de bespiegelende instelling van de
componist, die de geschiedenis van Odys
seus als programmatisch uitgangspunt
kiest, krijgt in het uiterlijk resultaat een
grote innerlijke kracht.
AMSTERDAM. Bij de concerten
waarin, binnen de Stravinski-cyclus, ka
mermuziek aan de orde wordt gesteld,
blijkt de hiervoor gebruikte Kleine Zaal
steeds ontoereikend om alle belangstel
lenden te kunnen herbergen. Ook deze
zaterdag moesten er weer tientallen on
verrichter zake uit de vestibule van het
Amsterdams Concertgebouw huiswaarts
keren, nadat het woord „uitverkocht”
had geklonken.
Voorstelling: Betalen? Nee.' van Da
rio Fo, gespeeld door De Nieuwe Ko
medie. Vertaling: Frans Roth. Regie:
Hartmut Alberts. Dekor en Kostuums:
Mirjam Boelaars. Met: Heleen van
Meurs, Edgar Danz, Kika Groszkopf,
Roel Visser, Bart Scheepens. Gezien
op 19 februari in Theater aan de Ha
ven in Scheveningen. 29 februari en 1
maart in de Toneelschuur.
Thijs heeft zich kennelijk uitgebreid be
ziggehouden met Büchners opvattingen.
Het programmaboekje staat er vol mee.
(Büchner zag de standenmaatschappij in
zijn tijd als immobiel, een ideaal nastre
ven kon alleen een gelovige. Hij maakt
zijn Woyzeck echter ongelovig). Zoiets is
natuurlijk nuttig in een repetitieperiode,
maar je moet wel tijdig terugschakelen
naar het drama zelf, anders wordt de
voorstelling zoiets als de gedachten van de
schrijver, het nog niet in dramatische
vorm gegoten klad van het stuk.
AMSTERDAM. Als je ervan uitgaat dat het werk van Jan van Vlijmen, evenals
dat van zijn tijdgenoot Peter Schat, min of meer representatief is voor de aard van het
Nederlandse componeren, is er een duidelijke tendens in de richting van onoriginele
en weinig fantasierijke zwaarwichtigheid waar te nemen.
SCHEVENINGEN. Betalen? Nee! (1974) van de Italiaanse auteur Dario Fo is een
- briljante maatschappijkritische klucht. Fo (bekend van Mistero Buffo) ontwierp een
"‘.ijzersterke plot. Hij laat er de hachelijke situaties in zien van arbeiders die mee willen
doen in de verleidelijke consumptie maatschappij, en schept tevens een bodem voor
echte ouderwetse toneelironie.
Sommige details kwamen daardoor niet
altijd even duidelijk uit de verf, waarbij
de blazerspartijen in het algemeen über
haupt weinig reliëf kregen, terwijl bepaal
de overgangspassages, beslist ongewild,
wel eens enigszins het karakter hadden
van een zekere nonchalante zwier.
Bij nadere confrontatie met mijn obser
vaties in deze, wees Vandernoot er in de
pauze op dat de onwennigheid met een
zaal waar slechts bij gelegenheid door dit
ensemble wordt opgetreden, een belang
rijk woordje, in negatieve zin, mee
spreekt. Maar ik houd het er eerder op dat
bespeler van enig slagwerkinstrumentari-
um. De luchtigheid van Madema’s compo
nistenkarakter wordt erdoor onder
streept. De toepassing van bepaalde tech
nieken die bij anderen zo dikwijls tot een
sippe uitkomst leiden, worden hier met
een glimlach gehanteerd en brengen De-
bussy’s credo in gedachten dat muziek
toch allereerst een spel moet zijn.
De spelers blijven onderdeel van de socia
le achtergrond. Alleen Eric van der Donk
en Jeróme Reehuis vallen daarbuiten
doordat hun rollen van respectievelijk
dokter en kapitein typetjes zijn. De eerste
Vierde concert in de serie Het Ro
mantisch Pianoconcert, door Het Bra
bants Orkest onder leiding van André
Vandernoot. Solist: Youri Egorov, pi
ano. Programma: werken van
Brahms. Grote Zaal Concertgebouw
Amsterdam, 18 januari 1980.
Vandernoot en het Brabants Orkest nog
volop bezig zijn om zich artistiek op el
kaar af te stemmen en dat dit proces bij
lange na nog niet is voltooid.
Dat is natuurlijk ook onmogelijk in zo’n
korte periode, die ook nog onderbrekin
gen kent vanwege verplichtingen elders.
Zo is Vandernoot de volgende maand bij
voorbeeld gastdirigent in Bordeaux, bij
het streekorkest waarvan Roberto Benzi
artistiek leider is.
Vandernoot toonde zich hier in het ge
sprek overigens bijzonder opgetogen over
de samenwerking met Youri Egorov, die,
juist uit Amerika teruggekeerd, een tour
nee met het Brabants Orkest en zijn diri
gent was gestart langs Nederlandse pro
vincieplaatsen. Het Eerste Pianoconcert
van Brahms had zo in handen van deze
uitvoeringscombinatie al zeven maal voor
publiek geklonken, alvorens dit werk nu
uiteindelijk op dit concert in Amsterdam
(na de pauze) werd voorgedragen. De dui
delijk waarneembare vertrouwdheid in
de verstandhouding in het musiceren tus
sen Vandernoot en Egorov was ongetwij
feld mede op dit langduriger samenwer
kingsverband terug te voeren.
Egorov onderging wat dit Eerste Pia
noconcert van Brahms betreft, de vuur-
Newman bevond zich onlangs onver
wacht onder de bezoekers van dit mu
ziekcafé, als vriend van de optredende
troubadour Colin Scot. Na enige aan
drang wilde de trompettist, momenteel
met een eigen formatie op Europees
tournee, wel een sessie met Haarlemse
musici komen spelen op voorwaarde
dat hij een verlanglijstje met klassie
kers kon aandragen. De Peter Schön
Groep bestaat voor deze gelegenheid
vermoedelijk uit: Peter Schön (toet
sen), Fred Leeflang (saxen), Arnold
Dooyeweerd (bas) en Louis Debij
(drums).
doop eind vorig jaar bij het orkest van
Rochester onder David Zinman, die daar
vaste gastdirigent is. En voor ons land
betekende deze compositie uit handen van
deze jonge vernederlandste Rus een
primeur.
met een inspirerend beeld van die werke--
lijkheid, niet met alledaagsheid zelf.
Thijs heeft veel aandacht voor Woy
zecks filosofieën. De rietsnij-scène, waar
in Woyzeck een visioen heeft, vergelijk
baar met een gebeurtenis uit het bijbel
boek Openbaringen, gebruikt hij als ope
ning. Ik vind het prijzenswaard dat hij
niet over de vrij moeilijke ideeën van
Woyzeck heenloopt. Een probleem blijft
echter dat een hedendaags publiek niet
bijbelvast genoeg meer is om zoiets te
interpreteren, zodat het weinig hout
snijdt.
Naast zijn interesse voor wat Woyzeck
denkt laat Thijs helaas geen plaats open
voor het ontroerende feit dét Woyzeck
ondanks alles nog denkt. Volgens mij zijn
op dat punt al Büchners ideeën samenge
bald: in de tegenstelling tussen Woyzecks
interesse in het leven (die hem tot een
menswaardig creatuur maakt) en de on
geïnteresseerdheid van het leven in Woy
zeck. In een Woyzeck-voorstelling van de
Londense groep Pip Simmons, vorig jaar,
werd Woyzeck op het toneel uitgekleed en
ingesmeerd met zijn eigen scheerzeep.
„What’s that?” vraagt een officier aan een
van de omstanders. „That’s a penis” ant
woordt die. Woyzeck grijnst verlegen. Een
schrijnender vertoon van onterechte ont
menselijking heb ik op toneel nooit gezien.
Woyzeck bij Theater levert een span-
ningloze voorstelling op. Men heeft de
handeling opgevuld met een grote hoe
veelheid couleur locale, in de vorm van
een echt Tamboerkorps, volkse kermis-
scènes en een stoelenmattende groot
moeder.
Guy Lavreysen weet Woyzeck niet tot
een dramatisch interessante figuur te ma
ken, maar dat kan ook niet in deze opzet.
Vijfde abonnementsconcert C-serie
door het Concertgebouworkest. Diri
gent: Lucas Vis. Programma: Mader
na, Dallapiccola, Van Vlijmen. Grote
Zaal Concertgebouw Amsterdam, 20
januari 1980.
Alie heeft met een groep vrouwen de
.■."plaatselijke Kijkgrijp geplunderd, uit pro
test tegen de stijgende prijzen. Omdat
haar man Jan het motto „arm maar eer
lijk” is toegedaan, weet ze niet waar ze
met de spullen heenmoet. Juist als haar
buurvrouw twee tassen vol onder haar jas
„heeft komt Jan thuis. Alie verzint een
.plots opgekomen zwangerschap, en zo
gaat de bal van misverstanden en leugens
aan het rollen.
De Nieuwe Komedie heeft een gelukki
ge keus gedaan met Heleen van Meurs en
■Edgar Danz als Alie en Jan. Op een of
andere manier weten zij zo’n door de
jaren gepolijst huwelijk te suggereren
-waarin hij in naam maar zij in werkelijk-
,-,heid de baas is, zonder dat iemand zich
■•daar nog over verbaast. De handigheid
’waarmee zij hem de onzinnige zwanger
schap op de mouw spelt is schitterend.
Nog schitterender is de overtuiging waar
mee hij het verhaal aan de buurman
overbrengt. Een Laurel en Hardy-achtige
scène, met de buurman als aangever.
De groep heeft voor het spelen naar de
film Modem Times van Chaplin gekeken.
LONDEN (AP). Sir Cecil Beaton,
voor tientallen jaren de fotograaf van de
Britse koninklijke familie en de ontwer
per van originele kostuums en de decors
voor My Fair Lady is op 76-jarige leeftijd
overleden.
Beaton, die onlangs een hartaanval
kreeg en reeds enige tijd ziek was, wordt
beschouwd als de man die de fotografie
uit de commercie haalde en verhief tot
kunst. Zijn portretten van Vips maakten
hem tot een van de meest gezochte foto
grafen van de wereld.
Hij won voorts twee Oscars voor zijn
ontwerpen voor de Hollywood-films Gigi
en My Fair Lady. Zijn vele boeken omvat
ten collecties foto’s en zijn memoires. Af
gelopen september werden zijn Selected
Diaries from 1926 to 1974 uitgegeven.
Vooral na de pauze wordt hier goed ge
bruik van gemaakt. Bart Scheepens, die
onder andere een paar agenten-rollen
speelt, blijkt een aardig Chaplin-imitator.
Hij heeft een rolschaatsnummer, waarin
hij zelfs de trap op rolschaatsen bestijgt.
Andere scènes zijn knappe nabootsingen
van camera-acrobatiek. An Scheepens om
de vrouwen heencirkelt om ze te arreste
ren, heb je werkelijk even de illusie van
een in een werveling uitvloeiend film
beeld. Bij het eind van een scène wordt de
handeling soms vertraagd, zodat je een
soort overvloeier krijgt. Als de Nieuwe
Komedie dit uitwerkt zou ze een heel
eigen, bruikbare stijl kunnen ontwikkelen
voor haar zelfgemaakte produkties.
Fo’s stuk is overgezet naar Nederlandse
toestanden. Dat werd helaas nagelaten bij
een verhaal over de heilige Eulalia, dat
Alie verzint. Het is inderdaad zo essentieel
in de handeling dat je het niet zomaar
vervangt door iets anders, maar nu vormt
het wel een zak in de voorstelling. De
uitkomst van alle verwikkelingen is dat
Jan inziet dat je soms je eigen recht moet
halen, omdat de bonden langzamer reage
ren dan jouw gevoel van goed en kwaad.
Hoewel de zaal in Scheveningen dubbel
lag wisten de acteurs meestal op tijd gas
terug te nemen, zodat de problematiek
niet door gelach overspoeld werd. Het
decor stelt de moderne flat van Alie en
Jan voor, de wanden zijn behangen met
reclameaffiches van spullen die zij zich
niet kunnen veroorloven. Betalen? Nee!
komt eind februari in de Toneelschuur.
ALMA POST
De kennismaking, deze zondagmiddag,
met het eerste deel uit Van Vlijmens ver
der nog onvoltooide Quatemi, was wat dat
aangaat weer zo’n weinig opwekkende
aangelegenheid. Het zou beslist ver ge
zocht mogen heten, om het sterk naar
voren tredende, vermoeiende element van
dit zo’n half uur in beslag nemende splin
ternieuwe werk, op rekening te schuiven
van een minder geslaagde uitvoering.
Want het Concertgebouworkest onder lei
ding van Lucas Vis, deed er juist duidelijk
alles aan om alle bedachtheid van de met
een bepaalde logica toegepaste intervals
en ritmetechnieken waarbij het getal vier
een belangrijke rol speelt, zo spontaan
mogelijk te doen klinken.
Na het Latijns gekleurde werk van Dal
lapiccola en Maderna, dat dit C-concert-
programma completeerde, werd extra
sterk voelbaar dat de Germaanse zijde
van de medaille van de Nederlandse toon
kunst weer hoe langer hoe meer naar
voren wordt gedraaid.
i wel-
iet op
Als U
/en.
(Van onze kunstredactie)
HAARLEM. Als een donderslag
bij heldere hemel treedt morgenavond
onverwacht jazztrompettist Joe New
man in Haarlem op. Deze vaste mede
werker van Lionel Hampton’s All Star
Big Band-formaties speelt vanaf 21.30
uur met begeleiding van de Peter
Schön Groep in Het Kafé aan de Ri-
viervischmarkt.
van haar
overtuigd
Elegie.
Vóórdat een Etude voor pianola het
programma op uiteraard nogal ongebrui
kelijke wijze afsloot, was er overigens nog
heel wat meer te beluisteren gewest. Me
morabel war daarbij vooral de bijdragen
van de zangeressen Lucia Meeuwsen en
Roberta Alexander, die, begeleid door een
klein instrumentaal ensemble, met res
pectievelijk Berceuses du Chat (1915) en
Vier Liederen (uit 1954) de vroege en late
periode in Stravinsk’s componeren op bij
zonder aansprekende wijze in een helder
daglicht stelden.
JOHAN VAN KEMPEN
Thijs verstikt Woyzeck in ideeën
ARNHEM. Regisseur Ger Thijs
heeft voor zijn regie van Büchners
Woyzeck (1836) bij Theater alle vier
de bewaard gebleven (fragmentari
sche) versies van het stuk gebruikt.
Hij stelde er een script uit samen met
zoveel mogelijk tekst. Zijn bedoeling
is om, voorbijgaande aan het verhaal
van de arme soldaat Woyzeck die zijn
vriendin Marie doodt als hij haar met
een ander betrapt, een beeld te geven
van armoede en ongelijke maat
schappelijke verhoudingen in het al
gemeen. Het gekke is nu dat de schrij
ver Büchner toen hij zijn Woyzeck
maakte uiteraard ook maatschappe
lijke misstanden wilde laten zien, al
leen verpakte hij ze in een dramati
sche vorm.
V ARA-matinee; vierde concert
Stravinski-serie. Uitvoerenden: Theo
Bruins, Fred Oldenburg, Maarten
Bon, Marja Bon, piano. Lucia Meeuw
sen, Roberta Alexander, zang. Vera
Beths, viool. Willen van der Vuurst,
Harry Bijholt, Hens Otter, klarinet.
Emile Biessen, fluit. Douceline Ale-
ven, harp. Dick Hoogeveen, gitaar.
Cees Olthuis, Joep Terwey, fagot. Rex
Lawson, pianola. Kleine Zaal Con
certgebouw Amsterdam, 19 januari
1980.
Ook de sonate voor twee piano’s die
door Maarten en Marja Bon werd voorge
dragen, betekende zo’n artistiek sterk on
derdeel. Een lied zonder naam, voor twee
fagotten, hoorde dan tot de afdeling nie
mandalletjes. Evenals La Marseillaise
voor vioolsolo. Vera Beths liet het Franse
volkslied in Stravinski’s arrangement
echter pas horen, nadat zij het publiek al
superieure vioolspel had
in een lang uitgesponnen
I