Schaken
a'
Dammen
Bridge
F
o
o
o
o
s
o
o
w
w
o
o
4
i
OM TE
KLEUREN
o
o
I
A
Mijn lieve vader en moeder
Mijn oma schrijft voor
’t Spuigat
Mijn ouders
Langer opblijven
MOEDER
Meebeslissen
Soms kwaad
O
O
A
Q
A
A
O
A
O
O
O
Elke zondag
A
A
Goede verzorging
Mama en Papa
a
a,
N
W---O
z
N
w^-o
z
4
0 0
□XI
“Si
tl 1>I
L®’
DOLF van TOL.
■s
MONIQUE HOPMAN.
OMA CLASSEN.
HANNY van LIERE.
MONIQUE PARDON.
r
FRANK TEER
310.
Jan Timman
g-
te
1
?pa-
de
gie
en
je
ie
’t Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar Je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met-zwarte inkt of viltstift moeten
vrij en frank.
Maar och arm, ze had
den het vaak te warm.
Op de kamer waar de
bak stond, speelde
Tom met zijn hond.
Maar ja die arme Her-
mien, zij kan het niet
meer zien.
Zij huilde heel vaak
van verdriet, maar vis-
setranen zie je niet.
Zij had het op het
laatst zo heet, dat ze
heel zachtjes overleed.
En arme Bas bleef al
leen, hij vond het echt
gemeen. Tommy speelt
Er is weer een Her-
mientje bij, ze zwem
men samen zij aan zij.
En wie weet misschien
worden gemaakt, anders blijft er in
de krant niets van over. Stuur je
reacties naar -t Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507,2003 PA
Haarlem.
zwemmen er later wel
tien.
In het diagram ziet u de critieke stand.
Wit vervolgde met 35. g2-g3?! om na 35*1
Da2-a8? 36. d4-d5! snel te winnen. Achter
af meende men dat zwart 35Tb2I?
had moeten spelen. Zie b.v. 36. gf4: Tf2:
met de dubbele dreiging 37Tf3: en
37Tg2t, 38. Khl Tg3! en wit is in
moeilijkheden wegens de dreigingen Dg2
mat, resp. Th3:+. Het oordeel van spelers
en publiek luidde dan ook dat wit ijlings
na 35Tb2: remise diende te forceren
met de aardige variant 36. De8t Kh7, 37.
Df7: Lg3: 38. Pg5t! en eeuwig schaak na
hg5: met 39. Dh5t enz. Edoch, dit oordeel
lijkt ons onjuist. Wit kon o.i. de loper wèl
slaan. Zie 35.Tb2, 36. gf4: Tf2: 37. Db7!
Tg2t, 38. Khl Tg3, 39. Pgl en de zwarte
aanval is afgeslagen. Of 38Df2, 39.
Da8t Kh7, 40. De4t en wit dekt alles. Ónze
(privé) conclusie is dat zwart op 35. g3
Lg3:! 36. fg3: Tb2 had moeten proberen,
waarna wij geen winst voor wit meer zien.
Wie denkt er anders over?
E. SPANJAARD
Ik houd van mijn moeder en vader omdat ze zo goed voor me zorgen.
Ik hoop dat ze nog heel lang leven.
Ik mag zowat alles van ze en dat vind ik aardig.
Mijn moeder kookt en bakt lekkere dingen voor mij mmmmmm.
Ik krijg alles van haar.
Ik hoef zowat nooit af te wassen, want dat doen mijn zusters.
Dat vind ik wel fijn hoor, want dan hoef ik het niet te doen.
Gemeen van me hè, ja dat vind ik ook hoor.
Ik houd erg veel van mijn vader en
moeder.
Mijn zus, mijn broertje en ik mogen
erg veel.
Maar één ding vind ik raar.
Als mijn moeder woensdag om
kwart voor acht naar sjoelen gaat,
mogen we van mijn vader veel
langer opblijven.
En mogen we om half tien naar bed.
Als mijn moeder thuis is, moeten we
om half negen naar bed.
MONIQUE de BRUIJN.
Op weg naar slem gebruiken goede spe
lers het vier- en vijfniveau voor controle-
biedingen, als regel uiteraard nadat de
troefkleur is vastgesteld. De bedoeling
hiervan is dat niet in een slem wordt
aangelegd waarin aas en heer van dezelf
de kleur ontbreekt; informatie die via
azen vragen vaak moeilijk is te achter
halen.
Dat systeem heeft ook nadelen. De te
genpartij kan een controlebod doubleren
om aldus de partner, als deze moet uitko
men, op het goede spoor te zetten. Het is
Op Sch 2 gooide hij van tafel KI V weg
en oostHet werd met een pijnlijk
gezicht KI H en zuid maakte de rest. Oosts
doublet is, het werd reeds gezegd, onwijs.
Oost moet in dergelijke situaties alleen
doubleren als hij de uitkomst in die kleur
wil. Het feit dat hij een lange hartenkleur
heeft interesseert in wezen niemand.
T. SCHIPPERHEYN
Dat vind ik niet zo fijn,
Maar ik ben toch klein.
Na het afwassen gaan we spelletjes
spelen,
Dan kunnen we ons toch niet
vervelen.
n,
id
Elke zondag ga ik met mijn vader in
het bos wandelen.
We zien allemaal leuke bomen en
planten.
Verderop was een eethuisje en
hebben we gegeten.
Op de terugweg was het al donker
en al die enge bomen om ons heen
waren griezelig.
Toen kwamen we bij huis aan.
MARCO SPRENGERS.
'li 1
m o
8. 40-35 21-26, 9. 30-24 19x30, 10. 35x24 11-
17,11. 38-33 6-11,12.43-38 17-21,13. 33-28 9-
14,14. 28x19 14x23,15. 45-40 11-17,16. 39-33
15-20, 17. 24x15 25-30, 18. 34x25 23x45.
Deze ruil is vaak slecht, omdat zwart zijn
linkervleugel moeilijk kan ontwikkelen.
Nu staat daartegenover dat zwart combi
naties in de stand kan brengen na 31-27
door 26-31 en schijf 15 via 4 naar 22 te
brengen. 19. 44-39 10-14, 20. 33-28 7-11, 21.
49-44 1-6, 22. 39-33 (na 31-27? volgt: 26-31,
37x26 4-10, 15x4 13-19, 10x22 19-23, 28x10
17x46, 26x17 12x34, met schijfwinst) 14-19.
In de diagramstand zou 31-27 helemaal
vreselijk verliezen door 4-10, 26-31, 19-23,
13x24, 17x46, 12x43, 46x5. Vanuit deze
stand volgde in de partij F. Teer-J. van
der Wal 23. 25-20 2-7, 24. 44-39 18-23, 25. 39-
34 12-18, 26. 34-30 7-12, 27. 31-27 3-9? 28. 27-
22! 18x27, 29. 30-25 13-18? (23-29 was ver
plicht) 30. 37-31 26x46, 31. 47-41 46x37, 32.
42x2. In plaats van 273-9 was 19-24
erg sterk geweest: 28. 28x19 24x35, 29. 20-
14 (na 19-14 volgt weer dam door 13-19, 4-
10, 26-31, 12-18, 17x46 en 12x43) 13x24, 30.
14-10 en de dam die zwart haalt na 35-40-
44 staat veel beter dan de witte dam op 5.
Een andere variant die Van der Wal aan
gaf vanuit de diagramstand was: 23. 44-39
18-23, 24. 39-34 12-18, 25. 34-30 met dezelfde
variant. In plaats van 34-30 heeft wit niets
aan 33-29, zeker niet samen met 25-20
zoals Jannes aangaf: 25. 33-29 17-22, 26.
28x17 11x22, 27. 31-27 22x31, 28. 36x27 3-9,
29. 25-20? 6-11, 30. 38-33 19-24!
In de partij Hooyberg-Van Harten volg
de vanuit diagram 1: 23. 44-39 18-23, 24. 39-
34 13-18. Op onbegrijpelijke wijze was
Peter van Harten al in zware tijdnood
gekomen. Het herinneren van de zetten
had hem nu al 1 uur en 55 minuten gekost,
zodat hij nu de bekende variant kwijt is
(i.p.v. 13-18 12-18 spelen). 25. 25-20 3-9, 26.
48-43 8-13, 27. 34-30 (zie diagram 2) 21-27?
geeft de winst uit handen. Zwart denkt
dat wit na 28. 32x21 16x27, 29. 31x22 18x27
alleen het tempo 30. 30-25 heeft (op 37-32
volgt 26-31 met schijfwinst) waarna zwart
gewonnen staat bijvoorbeeld door 23x32,
31. 37x28 2-7! 32. 42-37 9-14! 33. 20x18
12x32, 34. 37x28 4-10, 35. 15x4 19-24, 36.
4x31 26x46. Wit speelde na 21-27 en het
slaan als tempo echter 30-24 en 20-14 en er
werd snel naar remise geruild.
In plaats van 2721-27? had 27
2-8 gemoeten. Na 30-25 volgt dan wel 21-27
met winst, dus 28. 31-27 is verplicht, waar
na zwart goede winstkansen krijgt door:
19-24, 29. 28x19 24x35, 30. 19-14 18-23, 31.
14x3 26-31, 32. 37x26 4-10, 33. 15x4 13-18,
34. 4x22 17x46, 35. 26x17 11x31, 36. 36x27
46x28 en zwart staat 2 schijven voor.
In diagram 3 ziet u de stand uit de partij
Boom-Beerepoot. Boom had zojuist 33-29
gespeeld, waarna zwart won door 16-21!
27x18, 35-40!! 44x24, 19x30 22x11, 13x44 11-
7, 30x48 7-2, 44-49. Binnen 6 zetten staan er
3 dammen op het bord!
De dieren hebben feest.
Ze drinken limonade
en dansen samen.
De muziek speelt
leuke wijsjes.
Het is nog een beetje saai.
Dat komt, omdat er geen kleur op
zit.
Kleur jij de plaat?
Doe je best er op!
2
V A 2
geen
4. B
Maar als ik groter word,
Dan moet ik afwassen bord na
bord.
Mijn vader en moeder zijn wel heel
aardig.
Maar ze zijn ook wel eens kwaad op
me.
Maar ik heb een gereedschapskist
gekregen en ik heb een boot
gemaakt.
Daar heeft mijn vader me toen mee
geholpen.
En dit was het dan.
NANCY SWETS.
Seirawan (aan zeti
Deze week kreeg ik een
brief van een oma die
voor haar kleinzoon
een verhaaltje had ge
schreven
Ook al is het niet door
een kind geschreven
toch staat het deze
week in ’t Spuitgat ge
woon omdat het een
erg leuk verhaaltje is.
Een ware gebeurtenis.
In een hoge bak van
glas, zwommen de
goudvisjes Hermien en
Bas.
Ze stonden bij Tommy
op de plank en leefden
Hij zwemt nu rond met
een flinke vaart en
zwaait blij met z’n
staart.
10 9 7
V H 10 7
52
4. A V 8 7 6
5
V VB 96 4
10 6 4
4. H 10 3 2
AH V B 83 2
A 2
H V
4. B 5
Mijn vader en moeder zijn lief, ik
houd dus van ze.
Op hun verjaardag krijgen ze van
mij veel kadootjes en dan krijg ik
een zoen en een stuk taart.
Mijn vader werkt in een bedrijf met
bollen, hij rijdt op een heftruc.
Mijn moeder is thuis en maakt het
huis schoon.
Ik moet altijd om half negen naar
bed en mijn broer om half tien, dat
vind ik eigenlijk niet leuk. Dit was
een verhaal over mijn vader en
moeder.
♦6 4
*8 5 3
A B 9 8 7 3
4.9 4
Mijn vader en moeder vind ik erg
aardig.
Want ik mag meebeslissen met de
vakantie en ik mag zelf kiezen naar
welke school ik ga (als dat goed
voor mij is).
Ook mag ik zelf mijn kleren kiezen
(het model en de kleur).
Ik mag zelf weten wat ik doe met
mijn haar of laten groeien of
knippen.
Ik mag sporten, nou sommige
kinderen mogen dat niet en die
gaan ook zowat nooit uit (dat doen
mijn ouders met mij wel).
Ik ben dus erg blij met mijn vader
en moeder.
ANNEMIEKE KUNNE.
maar met zijn hond en
ik zwem hier eenzaam
rond.
Soms speelt hij ook wel
met een trein, dat vindt
hij zeker fijn.
Tom gaf de bak aan
oma mee en wat is Bas-:
je nu tevree.
Er kwamen 2 nieuwe
visjes bij en o wat was
hij blij.
Als oma’s morgens
binnenkomt dan kijkt
ze vrolijk rond.
Ze ziet de visjes samen
spelen en Basje kan
zich niet vervelen.
overigens wel verstandig aan het doublet
deze (uitkomst)betekenis toe te kennen.
Het is onwijs te doubleren als men geen
kracht en alleen maar lengte heeft in de
kleur die de vijand toch niet gaat spelen.
Het volgende spel, op basis van een gege
ven van Victor Mollo, is daarvan een aar
dig voorbeeld.
Vorige week bij het verslag over de
halve finales ben ik geëindigd met een
fragment uit een partij F. Teer-J. v. d. Wal,
gespeeld op 28 december in een trainings-
toernooi in Groningen, waaraan ook
deelgenomen werd door de halve-finales-
pelers Peter van Harten en Bauke Bies.
Dat dergelijke trainingstoernooien heel
nuttig kunnen zijn bleek al in de tweede
ronde van de halve finales (ruim een week
later), toen de partij Joost Hooyberg-Peter
van Harten een getrouwe kopie was (be
houdens een zetverwisseling tussen de 16e
en de 20e zet) van de partij F. Teer-J. van
der Wal.
Tijdens de analyse in Groningen van
deze partij was gebleken dat zwart goede
kansen had kunnen krijgen, zodat Peter
van Harten zich best op zijn gemak voelde
toen na 22 zetten precies dezelfde stand op
het bord kwam (zie diagram).
In de partij F. Teer-J. v. d. Wal kwam
het als volgt tot deze stand: 1. 32-28 19-23,
2. 28x19 14x23, 3. 37-32 10-14, 4. 41-37 5-10,
5. 46-41 14-19, 6. 35-30 20-25, 7. 33-29 17-21,
Oplossingen problemen J. Haring
No. 1. Wit: Khl, Ddl, Tb3-f4, Le8, Pb7-d4,
pion e4 Zwart: Kc4, Tc3-h5, Lb4-f7, pion
a5-b5-b6-e3-e6,g6,h4. Tweezet door het
verplaatsen van Pd4 dreigt e4-e5 mat.
Maar welke paardzet is de juiste? Zie de
verleidingen 1. Pc6?. Dit faalt op 1..Lc5!
omdat het paard op c6 de matzet 2. Lb5
verhindert. Of 1. Pe6:? Dit faalt niet op
g5, 2. Dd5 mat, maar wel op 1
Te5! Tenslotte 1. Pf5?, dat uitsluitend faalt
op 1g5!, waarmede de dreiging 2. e5
mat wordt uitgeschakeld.
Oplossing 1. Pd4-f3! (dreigt 2. e5 mat).
De verschillende parades gaan nu niet
op. B.v. 1Lc5, 2. Lb5: mat; 1Te5,
2. Pe5: mat; 1g5, 2. Pe5 mat. Voorts
1 e5, 2. Lf7: mat. Niet thematische
bijspelvarianten zijn o.a. 1. Tb3: 2.
Dd4 mat; 1.Td5, 2. ed5: mat; 1.Tf5,
2. ef5; mat. Dit schitterende probleem
met niet minder dan drie thematische
verleidingszetten verwierf terecht de
eerste prijs van de compositiewedstrijd
„Schach” DDR 1978. Velen werden het
slachtoffer van de schijnoplossingen.
No. 2 A Wit: Ka3, Df3, Tg6, Ld8, Pc5-g4,
pion: b4-b5-d7-g2. Zwart: Kd6, Dh2, Ta6-
h6, LfB, pion: a4-b7-d4-fl6-h3.
No. 2 B. Zelfde stand met pion b7 op h4.
Beide tweezetten.
Oplossing 2 A. 1. Pg4xf6! dreigt 2. Dd5
mat. Na 1Ke5 keert het paard elegant
terug: 2. Pg4 mat. 1De5 blokkeert veld
e5 en maakt het dubbelschaak 2. Pe8 mat
mogelijk. 2. Pe4t is geen lelijke dual (veld
d5 ongedekt). Tenslotte faalt 1Dg2: op
2. Df4 mat. Ónjuist ware 1. LfB: (dreigt 2.
d8D mat) wegens 1Ta8.
Oplossing 2 B. Met pion b7 op h4 zou 1.
Pf6:? nu falen op 1. Dg3! (pent Df3
zonder dat 2. Dg3: t tot mat leidt). Maar nu
gaat 1. Ld8xfB! juist wel, daar op 1.
Ta8 2. Dc6 mat volgt. De charme van deze
tweeling ligt voor ons vooral in ’t stuiver
tje wisselen van de sleutelzetten. Er waren
minder slachtoffers dan bij No. 1.
No. 3 Wit: Kb8, Tc5-e2, Lb6-g8, Pcl-g4.
pion: a5-d5-f4-g5. Zwart: Kd4, Ta3-f7, Lc8,
Ph8, pion a7-c2-c3-d7-g6 driezet. Alweer
een machtig stuk werk met een ingebouw
de verleidingszet. Het is duidelijk dat wit
t moet hebben van de batterij Lb6-Tc5,
zodat als sleutelzet 1. La7: voor de hand
ligt. Wit dreigt dan 2. Pe5, waarna zwart
machteloos staat tegen de dubbele drei
ging Tb5 mat en Pf3 mat. Het lijkt alle
maal prachtig te kloppen, b.v. 1Tb3t
2. Pb3:t Kd3, 3. Te3 mat of 1.Ta5: 2.
Ta5:f Kc4, 3. Te4 mat; of 1.d6 (maakt
Tf7xa7 mogelijk), 2. Tc7t Kd5: (Nu staat
1 Tf7 gepend), 3. Pf6 mat. Een fraaie vari-
ant, welke de argeloze oplosser de indruk
I geeft er te zijn; of 1Lb7, 2. Pe5 Tf8t, 3.
Ïc8 mat (Lg8 dekt thans d5). Edoch, er zit
één addertje onder ’t gras, n.l. 1.La6!
Nu faalt n.l. 2. Pe5 op Le2: en 2. Pf6 op
Tb3+ 3. Pb3:t Kd3. Het is ongelooflijk,
maar waar. De sleutelzet luidt: 1. Kb8xa7!
Ik vind mijn moeder soms heel leuk, want als ik vraag van mag ik wat geld,
dan mag het wel eens.
Maar soms mag het niet, en dan blijf ik erom zeuren en krijg ik het wel.
En als ik met een meisje speel en ik vraag het, dan mag het wel.
En als we dan weg gaan dan mag ik gewoon met het meisje spelen.
Maar als we naar mijn tante gaan dan moet ik wel mee, want dat vind ik
altijd leuk.
geen
V 8 5 3
geen
geen
V V B 9
geen
4. H
Mijn vader en moeder doen veel
voor mij.
Mijn moeder die kookt voor mij, ze
wast mijn kleren.
Al wil ik nieuwe kleren dan betaalt
mijn moeder het.
En mijn vader werkt en dan betaalt
hij mijn zakgeld en mijn sport.
En hij betaalt mijn moeder ook.
Ik krijg ook zakgeld 1,50.
Maar soms krijg ik mijn zin niet,
want ik mag geen speelgoed kopen.
Ik hoop dat iedereen het zo heeft.
DORIEN VERBOOM.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim
waarmede de koning zich vrijwillig pos
teert in twee zwarte batterijen (van Ta3 en
Tf7). Zie nu: 1Ta5:t, 2. Ta5: t Kc4, 3.
Te4 mat; of 1.d6t 2. Tc7t Kd5: 3. Pfb
mat; of 1La6, 2. Pf6! Anders dan
zojuist heeft zwart hier niet ’t reddende
schaak Tb3+ en evenmin 2Ta5:t (om
dat La6 ertussen staat), zodat na 2
Ta5: 3. Te4 mat kan volgen. Voorts volgt
op 1Lb7 wel weer 2. Pe5, daar het
reddende schaak 2.d6t er uit is, terwijl
op 2.... Ta5:t, 3. Ta5: mat opgaat. Op
1Tf6 geeft 2 Tc6 direct mat. Het komt
er op neer dat zwart na de sleutelzet in
tempodwang is. Wanneer hij zijn beurt
zou mogen overslaan, ware er geen mat in
twee. Een wonderlijk intellectueel rader
werk, opgedragen aan Prof. Euwe ter ere
van zijn 78e verjaardag. Voor de meester
was deze compositie te zwaar. Wel gaven
verschillende lezers de juiste oplossing
aan, maar meestal werkten zij 1Lb7
niet uit en/of vermeldden zij niet waar 1.
Lb6xa7? op faalde. Slechts de Heer D.
Borst uit Bilthoven gaf èn alle sleutelzet
ten correct aan en had bovendien de drie
zet geheel doorgrond. Hem komt dus met
ere het uitgeloofde boek: „Schaak, maar
raak!” van J. Haring en Ir. J. R. G. de Veer
toe. De drie juiste sleutelzetten werden
gevonden door J. van Bokkum, R. Eland,
R. Jansen, A. J. Mooij en H. Pieters. Ge
deeltelijk goed waren de inzendingen van
Th. Drooger, G. J. van Assem, M. van
Dijk, P. de Jong, A. Rijk, K. J. Stokker-
maas, P. Snitker, R. H. Verkes en Rob van
Asperen.
Snapshot Seirawan-Timman.
Bovenstaande voor niet-problemisten
dorre varianten-complexen laten slechts
een kort snapshot toe uit de „Hoogovens”.
Aan wie mag dit anders gewijd worden
jarige Uslaner Seirawan, die achter el
kaar Kortsnoi en Timman versloeg? Onze
Jan, offerde met zwart in de opening een
pion, kreeg deze niet meer terug en
verloor.
Volgens de goêgemeente was „dus” de
opening de schuld van de nederlaag. Bo
vendien verkondigde men dat Jan op de
35e zet een remisewending verzuimde.
Beide beweringen bleken echter niet
houdbaar. Jan kreeg voor zijn pion goede
kansen en de vermeende remisewending
zat er o.i. later niet in.
Timitian
Zuid gever, allen kwetsbaar. Zuid open
de zijn mooie spel met 2 Sch, noord 3 KI,
zuid 3 Sch, noord 4 Sch, zuid 5 Ru, noord 5
Ha, oost doublet en zuid 6 Sch. Na 4
Sch deed zuid via 5 Ru een slempoging,
door noord beantwoord met een controle
bod in harten. Zuid besloot, ondanks oosts
doublet dor te gaan naar 6 Sch. Het spel
kwam voor in een parenwedstrijd en 6
Sch bleek een populair contract te zijn,
waartegen west onveranderlijk startte
met Ru A en klaveren na. De diverse
zuidspelers zagen niet veel andere keus
dan te snijden, resulterend in één down.
Ook onze zuid kreeg een ruitenstart,
gevolgd door KI 9. (West had natuurlijk
harten moeten spelen, maar zowel oost als
west hadden het uitkomstdoublet kenne
lijk niet in hun biedvocabulaire staan).
Zuid had het doublet van oost evenwel
goed gehoord en hij besloot af te zien van
de snit. Hij kon zien dat oost niets in
harten had en hij ging er van uit dat oost
KI H dan wel zou hebben. Hij nam KI A en
draaide al zijn troeven af en Ru H, het
geen leidde tot:
Wij moeten soms om half vijf thuis komen, want mijn moeder moet
werken.
’s Avonds als mijn moeder weg is, ga ik tot acht uur naar de overburen.
Als ik terug kom, gaan mijn zusje en broertje naar bed.
Ik mag om half negen naar bed en daar ben ik blij om.
Thuis lees ik veel en teken ook wel.
Als het geen slecht weer is, gaan we schaatsen of met de hond wandelen.
PATRICIA WIEDIJK.
geen
H 10 7
geen
4. V
Pap en Mam, die kunnen er wat
van.
Ze doen het goed, als het moet.
Dat is fijn.
