Sacharov-concert in Parijs d: Théatre de la Huchette Nederlands Cellokwartet: eenkleurige sonoriteit met Ionesco en Prévert Verfijnde sfeer bij Dansconcertant Daniël Strijkkwartet blinkt in alles uit ’BEZOEK DE OMM KHAYAfvl SHOWROOMS: Overzichtelijk! Gerieflijk! Gezellig! en.veel voordeliger! HET HOGE DUIN? heatrale aankleding van vrij en geordend muzikaal geweld NEDERLANDS GROOTSTE SPECIAALZAAK IN OOSTERSE TAPIJTEN 17 DONDERDAG 28 FEBRUARI 1980 Professionele aanpak Israëlisch ensemble Franse WIKOR-voorstelling goed voor de taal Ongebruikelijke instrumentale combinatie f10,- .;e f69,- f 995,- f199,- f195,- f119,- b i KUNST tn. F! Herez ca. 240 x 170 Saveh 60 x 60 Koopavonden: Winkelcentrum ”De Bever”, Beverhof 40-41 aan de Breestraat, Beverwijk. Tel. 02510-2 61 24 1^ Afshari 300 x 200 vanaf Hamadan uitzoeken 60 x 40 voor Super zware Ghasghai ca. 120 x 70 Chinese Tafel kleedjes (oud Peki ig) vanaff69,- Super fijne Bochar i 60 x 60 vanaf Mooi Perzisch Tapijt 60 x 60 vanaf Afghaanse deurmat vastgeknoopt, onverslijtbaar 70 x 50 f198,-J Beloudj kussens vanaf k f95,- AMSTERDAM. Gaat ’t zien, fgaat ’t horen! Het free jazz-circus ►van Sun Ra is in kleine, nota bene pBifeans bezetting aan het touren (onder de naam Tentet. In een ^vervol BIMhuis slaagde de 'meesterlijke arrangeur en illusio nist Herman „Sonny” Blount ali as Le Sony’r Ra, met zijn vinger- Mugge bewegingen op het klavier ■ef in directie, erin het publiek [Weer eens anderhalf uur alle zin woör realiteit te laten verliezen. VOOR BEDRUFS- FEESTEN keeê genduklH De zinsbegoocheling van Sun Ra nstant kscijtó (Foto Lex van Rossen) Sun Ra: een programma vol muzikale pastiches. GEMMA COEBERGH JOHN OOMKES r uit- Scène uit La cantatrice chauve van Ionesco ALMA POST JAN BAART (ADVERTENTIE) ?1.3 Celloserie nr 2; recital door het Ne derland Cellokwartet, bestaande uit Jean Decroos, Fred Pot, Yke Viersen, Truus van Tol. Programma: Klengel, Bartók, Jongen, Moór. Kleine Zaal Concertgebouw Amsterdam, 27 febru ari 1980. )aar- >nere He geen ten erkt stof Concert: Sun Ra Tentet in BIMhuis, Amsterdam. Bezetting: Marshall Allen (alt, fluit), Danny Thompson (bariton, fluit), John Gilmore (tenor, klarinet, fluit), Noel Scott (alt, bariton), Kenny Williams (tenor, bariton), Mike Ray (trompet), Somma- rai en Eric Walker (drums), June Tyson (zang), Hayes Burnett (bas) en Sun Ra (piano). Gezien: Amsterdam, 27 februari 1980. Tentet komt nog op 2 maart in Muziekcen trum Vredenburg te Utrecht in actie. was heel goed. Een enigszins koel gekleur de presentatie door de musici kwam terug in alle bezettingen. Er werd gespeeld in wisselende combinaties van fluit, clarinet, altsax, viool, altviool, cello, piano, electri- Onze showrooms staan ook donderdagavond - 'voortlopen De kale zangeres heeft ons weinig meer te vertellen, dat bleek al uit de voorstelling die bet Publiekstheater er eerder dit sei zoen van gaf. Maar voor een scholieren- produktie gelden iets andere wetten, en als je toch kennis maakt met een van de moderne toneelklassieken, dan is het leuk om hem gespeeld te zien door de groep bij uitstek voor dit stuk, het Théatre de la Huchette uit Parijs. De kale zangeres ging er in 1950 in première, en wordt er sinds HILVERSUM. De Stichting WIKOR heeft voor zijn Franstalige schoolvoorstel ling van dit jaar Ionesco’s La Cantatrice Chauve (De kale zangeres) uitgekozen. Dit nu „klassiek” geworden stuk was bij zijn eerste opvoering in 1950 schokkend, vanwege de manier waarop de schrijver brak met de in de maatschappij en op het toneel geldende logica. Het was het eerste van de serie absurdistische stukken van Ionesco en de Ier Beckett. Friedrich Wilhelm II van Pruisen vervaar digde) kwartet ten volle genieten, van het begin tot het eind. Maar ook die speciale sfeer van gloed volle charme met de altijd aanwezige me lancholieke ondertoon die Schuberts mu ziek kenmerkt werd door het Daniël Kwartet raak getroffen in hun uitvoering van het strijkkwartet opus 29 nr 13 in a klein, het zogeheten Rosamunde kwartet. In een opeenvolging van warme klank kleuren en een stil wegdromen in de lang zamere delen kwam dit kwartet in al zijn facetten tot Jeven, iets wat door de toe hoorders duidelijk en met dankbaar en thousiasme naar waarde werd geschat. rens- □uds- strijkkwartet (2 violen, alt, cello) bereikt kan worden. De Poet Songs van Bartók, een pro grammaonderdeel met haast het karakter van een toegift, was het „modernste” dat hier geboden werd. En de terugval - na de pauze - naar de sfeer van de 19de eeuw, waarbij in Deux Pièces opus 89 van de Belg Joseph Jongen een ietwat salonnerig sentiment en in een Suite opus 95 van de Hongaarse componist Emanuel Moór het academisme soms tamelijk langdurig de overhand kreeg, zorgde voor een onge wenste verschuiving in de aandacht: na melijk van de artistieke gewaarwording naar het instrumentaal-bedrijfsmatige. Wat als een recital begonnen was, werd toen meer en meer tot een soort einduit voering van de cello-klas van een conser vatorium. Met een resultaat waarvoor dan overigens alleen maar de hoogste cijfers als waardering zouden passen. Dat wel. JOHAN VAN KEMPEN instant notor" uds- t Op het samenspel en de afgewogenheid [van klank, was verder namelijk niets aan [te merken. Sterker nog: ook al bleef het Rlynamisch niveau steeds aan de tamelijk -hoge kant, het synchrone musiceren was ®p uitgekiende wijze in dienst van de expressie van het totaal gesteld. Met al z’n warmte en rijkdom aan boventonen kreeg zo het cellokwartet in eerste instantie zelfs méér de klank van een kamerorkest, dan ooit door een traditioneel samengesteld Voorstelling: La Cantatrice Chauve van Ionesco, gevolgd door een pro gramma rond de gedichten van Jac ques Prévert getiteld Larimaquoi? La- rimarien, door Théatre de la Huchette uit Parijs. Regie Cantatrice: Nicolas Bataille, regie Larimaquoi: Guy Ler- minier. Decor: Jacques Noël. Met: Mi- cheline Bona, Roger Defossez, Odette Barrois, Jacques Legré, Anne Alexan dre. Didier Beaudet. Produktie: Stich ting WIKOR. Voorstelling gezien op 27 februari in Theater Gooiland te Hil versum. Zondag 2 maart in de Haar lemse Stadsschouwburg. Je mist de hoger gestemde strijkers dan rook eigenlijk hoegenaamd niet. De cello is ’■immers, de flageoletten nog niet eens mee- Egerekend, in staat om het klankgebied van 1de viool te betreden. Jammer daarom dat ►Jean Decroos, die de eerste plaats in het ^betreffende Nederlands Cellokwartet be llet en dus doorgaans ook de hoogstgele gen partijen voor zijn rekening neemt, met zijn verrichtingen op de A-snaar wat ;de intonatie in de hogere regionen aan- ■gaat, weleens een stemming van onzeker- t heid veroorzaakt. Maar die mogelijkheid, daar dacht je zelfs nog niet aan toen als eerste werk de Variaties opus 15 van de onbekende ro manticus Julius Klengel voor de nodige, door een contrastrijke opeenvolging van onderdelen, verrassende indrukken zorg de. En ook bij de daaropvolgende Suite opus 13 van Konstantin Kousnetzov, waarin soms een wat burgerlijk vermom de Schumann en Brahms nog even om de hoek komen kijken, bleef de aandacht nog (Zeker wel geboeid. ming-up, waaraan bijna religieuze aspec ten aan verbonden kunnen worden. Opeens - zo gaat dat nou altijd bij Sun Ra’s optredens - slaat de vlam op een ongelooflijke manier in de pan. Trompet tist Mike Ray zet een woeste solo in, voort durend high pitch en boventonen opzoe kend, en uitkomend op een hoge, fluitach tige constante die hij met circulair blazen seconden, nee minutenlang volhoudt. Ter wijl het publiek de adem inhoudt om vooral niets te missen, lijkt zijn linkerbeen een eigen leven te gaan leiden. Het zweeft, als door marionetdraden omhooggetrok ken, opeens ter hoogte van zijn borstkas, komt daar tot rust, en beweegt zich ver volgens in een flauwe cirkel achterwaarts. Een losse hand steunt dit rubberen li chaamsdeel op zijn avontuurlijke tocht. Buitenmuzikaal gestunt, zal je mis schien zeggen. Maar je moet toch wel van beton zijn, wil je niet warmlopen voor Sun Ra’s theatrale aankleding van een combi natie van vrij en geordend muzikaal ge weld. De lange set, die ter opening wordt gespeeld, zit boordevol van dit soort fraaie stuntwerk. Terwijl de blazerssectie in vreemde combinaties (vier fluiten of drie baritons) moordende ritmiek ten toonspreidt in stukken die zo door Basie’s band zouden kunnen zijn volgestort, be weegt een blazer als Marshall Allen zich maniakaal door ruimtelijk repertoir heen. Zijn rechterhand heeft daarbij nauwe lijks een muzikale functie, maar het mani akale van die klauw zal ik niet licht verge ten. De beste solist van de avond is de reus John Gilmore, die zijn eigen dufheid ver jaagt met avontuurlijke, haast Breukeri- aanse soli in Round Midnight van Monk of in Ellington’s Take the A-Train. Tussen de bedrijven door parafraseert Sun Ra zelf op de piano gospel, het pedan te danswerk van Ramsey Lewis en wat al niet meer. Zijn band reageert quasi-non- chalant, maar in feite zeer gedisciplineerd op het gebaar van de meester, die van zijn opkomst en vertrek een prachtig swin gend klapstuk maakt. Hij kan tevreden terugkijken; opnieuw werkt zijn formule zinsbegoochelend; de dunne scheidslijn tussen fictie en realiteit handig maske rend. Een van de deelnemers aan het concert was de Argentijnse pianist Miguel Angel Estrella, die in februari werd vrijgelaten uit een gevangenis in Uruguay, waar hij twee jaar had gezeten wegens „daden van terrorisme”. Hij zei dat hij zijn vrijheid aan druk van de internationale opinie te danken had. „Ik hoop hetzelfde te kunnen doen voor Sacharov”; zei hij tegen Rostropowitsj, die hij op het podium was gaan omhelzen. Dit alles met een werkelijk professione le aanpak: de vier zaten al bij de eerste noot van het ter opening gespeelde Con certino van ene Ödön Partos op het ni veau waar zij tot en met de laatste noot van Schuberts Rosamundekwartet zou den blijven. Technisch haarfijn, zangerige melodische lijnen, vloeiende tempi, alle maal zeer positieve zaken bij dit en semble. Het Concertino van Partos (die leefde van 1907 tot 1977) bleek een compositie in gematigd modern idioom te zijn, waarbij op een karakteristieke manier de muzika le motieven als het ware van het ene naar het andere instrument werden doorgege ven. Een aangenaam klinkend werk, be knopt van afmetingen en evenwichtig in zijn vormgeving. Fijnzinnig, smaakvol en kernachtig werd Mozarts Strijkkwartet KV 590 in F groot vertolkt, met een mooi vloeiend lij nenspel in de snelle hoekdelen en een mooi getroffen bezonkenheid in het alle gretto en menuet. Dit alles echter steeds vanuit een reële muzikale bewogenheid zonder gemaniëreerdheden. Zo kon ie de genialiteit van dit (in opdracht van koning Concert door het Daniël Strijk kwartet, bestaande uit: Benzion Sha mir en Misha Furman, viool, Itamar Shimon, altviool. Zvi Maschkowski. cello. Programma: Partos, Mozart Schubert. Tuinzaal Concertgebouw Haarlem, 27 februari 1980. 1957 continu gespeeld. Voor beginnelingen in het Frans is de tekst bovendien zeer geschikt. Doordat de personen van Ionesco voortdurend de identiteit van gewone dingen en gebeurte nissen in twijfel trekken kent het stuk veel herhalingen en vraag- en antwoordspel letjes, die in je geheugen blijven hangen als de stof van een Teleac-cursus. Het stuk wordt duidelijk gespeeld in een kartonnen coulissendecortje dat wel bij de handeling past. Het tweede programmaonderdeel is al even eenvoudig van taal. Een bloemlezing uit de gëdichten van Jacques Prévert, die om in de sfeer te blijven geplaatst was in de omlijsting van een cabaret uit de jaren vijftig, met zwartpluchen gordijnen en strohoeden aan de wand. Veel van Pré- verts gedichten hebben het ritmische, woordspelerige van bakerrijm. Voor de voordrachten zijn min of meer dolle situa ties bedacht, veel teksten worden ook ge zongen, in play-back. Dat geldt niet voor het bekende Les Feuilles Mortes, maar waarom zangeres Anne Alexandre geen microfoon krijgt om deze beroemde deun te zingen is me een raadsel. Het WIKOR lijkt het de jeugd steeds gemakkelijker te willen maken. Dat is wel begrijpelijk, als je het gedrag van sommi ge aanwezigen bij de voorstellingen be kijkt. Anderzijds leidt het soms tot een feestneuzerig gedoe dat in het normale hedendaagse repertoire een eigenaardig figuur zou slaan. Misschien moest men dergelijke voorstellingen liever als les dan als toneel presenteren. (ADVERTENTIE) WIJK aan ZEE S tel. (02517)5943 f AMSTERDAM. Een avond waarnaar door alle celloliefhebbers werd uitgezien: vier cellisten van het Concertgebouworkest vormden een kwartet. Een hoogst onge bruikelijke instrumentale combinatie en daardoor ook te beluisteren in een al even curieus programma. Toch bleek op den duur, dat de geaardheid van de ten gehore gebrachte composities onderling te weinig verschil vertoonde. Dit zal er mede de oorzaak van zijn, dat de eenkleurigheid in sonoriteit van het ensemble tenslotte opvallend werd. F Een programma vol muzikale pastiches, ^grappenmakerij en al dan niet schijnbare Geloofsovertuiging werd in rap tempo [ever ons uitgestort. Met het hoofd in de [’kosmos, het lijf in aardse sferen voerden [■.Sun Ra’s blazers prachtige, trappende be- IWegingen uit naar tal van kopstukken in I de jazzgeschiedenis. Ellington, the Hamp, I ’Miles en Parker, kregen het er flink van -langs. Sun Ra - zijn leeftijd ligt rond de 62 - is in Nederland zeer bekend als het muzika le brein achter het Arkestra; een formatie in een uitgebreide bigbandbezetting, waarin veel percussie verwerkt is en naast het gebruikelijke koper ook voor electro nica een plaats is ingeruimd. Tot tweemaal toe was dit ensemble, in schitterende science-fiction outfit gehuld, de afgelopen jaren te zien en te horen op het Northsea Jazzfestival. Na elk optre den bleef dan een volkomen afgemat pu bliek achter, dat weliswaar heftig discus siërend over de zuiver-muzikale waarde van Sun Ra’s in vrije stijl geridiculiseerde klassieke thema’s, toch niet anders dan toe kon geven dat het een voortreffelijk staaltje entertainment had genoten. In kleinere bezetting liggen de feiten al niet anders. De gebruikelijke nebbisj wordt aan het begin van het concert over het publiek uitgestort. Het vraagt heel wat zelfbeheersing om niet telkens in lachen uit te barsten als je grote kerels in hun spacy afrokleding licht wiegend ziet be wegen op een geluidsdecor van belletjes en Afrikaanse percussie; schijnbaar zon der enige ontwikkeling. Een soort war- De cellist noemde het concert waar aan 40 kunstenaars deelnamen een, gebed in muziek voor de gezondheid en vrijheid van een van de grootste mannen ter wereld, wiens vriendschap ons een eer was”. HAARLEM. Uit de blikken van verstandhouding die de leden van het Daniël Strijkkwartet elkaar zo nu en dan tijdens het spelen toewierpen kon je al opmaken dat het ensemble zich hecht met elkaar verbonden voelt. Die verbondenheid manifes teerde zich dan ook in muzikale zin van het begin tot het eind van het recital, want de homogeniteit van muzikale intenties is bij dit (in 1974 in Israel opgerichte) ensemble weldadig groot. Daarmee heeft het een essentiële voorwaarde voor goed samenspel te pakken, gedragen door een gezonde muzikaliteit en de technische beheersing van instrumenten, die tenslotte onontbeerlijk is om de muzikale intenties op het publiek over te brengen. PARIJS (Reuter). De verbannen Russische cellist Matislaw Rostropo witsj heeft woensdagavond een concert gegeven in Parijs om de aandacht te vestigen op het lot van de intern-verban- nen fysicus Andrei Sacharov. Programma: Dans Concertant. Composities André Caplet, Maurice Ravel, Igor Stravinsky, Hans Eisler, Anton Webern, Jean-Luc Ponty, Wim van Binsbergen. Choreografieën Royston Maidoom, Ernest Berk, Mae- dee Dupres. Film Joris Ivens/Mannus Franken. Danseres Ailsa Berk. Musici Eleonore Pameyer, Harmen de Boer, Jan Erik van Regteren Altena, Leo nard van Goudoever, Eduard van Reg teren Altena, Leo van Doeselaar, Wim van Binsbergen. Declamatie Danielle van der Ven. Techniek Ger van Leeu wen. Organisatie Danslab. Centrum Bellevue, Amsterdam, 27 februari 1980. Nog t.m. 1 maart. Den Haag - Beverwijk - Utrecht - Hilversum - Eindhoven. AMSTERDAM. „Trés Artistique" was ooit het summum van (modieuze) loftuitingen voor culturele verrichtin gen, die met zorg omkleed, in een sfeer volle entourage gepresenteerd werden. Dans Concertant zou die lof ook zeker gekregen hebben. De liefdevolle perfec tie, die men nagestreefd moet hebben in belichting, kostumering, samenstelling programma en uitvoering, was van begin tot eind in dit programma voelbaar. De elementen muziek, declamatie, dans, en ook film (Regen van Ivens uit 1929) vorm den tezamen een zeer „theatraal” pro gramma van anderhalf uur zonder pauze. Het programma is eigenlijk ontstaan door het samengaan van de jonge muzi- kantengroep Bi-metaal en de Engelse dan seres Ailsa Berk. De muziek vormt de ruggegraat van Dans Concertant. Het is van elk programmapunt een bestanddeel, hetzij in zelfstandige vorm, of in een bege leidende functie. De uitvoering van de muziek, overwegend weinig gespeelde werken uit de eerste helft van deze eeuw, t'- sche gitaar en synthesizer. Pretenties wa ren helemaal niet aanwezig, eerder een te grote schuchterheid. Danseres Ailsa Berk verraadt in haar hele podiumverschijning jarenlang pro fessioneel op te treden. Ook in Nederland was zij al bij verschillende gelegenheden te zien. In Dans Concertant voerde zij voornamelijk heel ingenieuze choreogra fieën uit. Uitgangspunt van haar dans is vaak een ingewikkelde knoop, een li chaam met armen en benen door elkaar gevlochten. Met langzame, ronde bewe gingen ontplooit zij zich uit die beginfase. Grote expressie dansvormen, veel cir kelvormige patronen, legt zij neer op de vloer. Accenten en korte versnellingen worden strak en flitsend uitgevoerd. Het dansen gebeurt onder grote concentratie, met ook bij Ailsa Berk weer die koele uitstraling. Melancholie brengt zij wel in Brechts Vom ertrunkenen Madschen en in de improvisatie Sad Song, waarbij op valt dat zij zonder muziek de grootste intensiteit kan oproepen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 17