Zandvoort beroept zich op overmacht
HAARLEMMER STELDE HERINNERINGEN TE BOEK
j
h
I
2
Klok in Haarlem na laatste aanvoer stilgezet
Onroerend goed
i
I
I
-I
9
MAANDAG
3
1980
MAART
IJMOND
(Van een onzer verslaggevers)
w
door Hans Invernizzi
Haarlems Dagblad
IJmuider Courant
Beverwi jkse Cou rant
-
ZANDVOORT. Pas over een
jaar of twee zal Zandvoort zijn
overtollig rioolwater op een voor
iedereen acceptabele wijze kun
nen wegpompen. Dat verwacht
directeur N. Wertheim van pu
blieke werken, die al tien jaar
bezig is een oplossing voor de
afvoer te vinden. Het smerige ri
oolwater dat Zandvoort teveel
heeft, wordt nu het Kraansvlak
ingepompt, waar al derig hectare
natuurgebied onder water staat.
HAARLEM. „Soekarno, die
op het gemoed van de bevolking
werkte, had veel eerder aan de
kant moeten worden gescho
ven”. Het klinkt als een order uit
de mond van Harry Brendgen.
Lenige, slanke man. Grijze kuif,
blauwe ogen, zware wenkbrau
wen. Onberispelijk in zijn blau
we kostuum. Hij doet me den
ken aan een oude leeuw, rustig,
gehavend door de strijd, maar
niet kapot te krijgen. Steeds op
zijn hoede om als dat nodig is
krachtig op te veren. In zijn flat
is het erg stil. Massieve banken
met velours bekleding, zwaar
zilver. Het ruikt er naar de kolo
niën. De koffie brandt gaten in
mijn maagwand, de snoepjes,
geschikt in een zilveren schaal
tje en de frisdrank die hij later
serveert, zijn mierzoet. Harry
Brendgen, kolonel buiten dienst
van het Koninklijk Nederlands-
Indisch Leger, het KNIL. We ha
len herinneringen op.
-d
,50 I
situatré
hbs
T
Groenten- en
Lozing rioolwater
fruitveiling
in Kraansvlak kan
opgeheven
nog jaren doorgaan
De binnenvijvers op het circuitterrein
te laag
De wet schrijft voor, dat gemeenten
d
,68
Voor het eerst in 42 jaar er htgenotes in de veilingbanken.
In maart verschijnt zijn boek, „Bele
venissen van een KNIL-officier in de
periode 1942-1950”. Veel oude foto’s. Die
sfeer van toen, je kunt hem proeven als
je de 120 pagina’s leest, denk ik. Een
andere tijd, dat wel, maar toch een
periode die niet vergeten is. Brendgen
is er nog dagelijks mee bezig. Als hij
vertaalwerk doet uit het Indonesisch of
actief is voor het herstel van de Peut-
jut-begraafplaats op Atjeh of de vereni
ging van Indische Nederlanders. Voor
deze Haarlemse kolonel b.d. is het verle
den brandend actueel. Hij steekt er zijn
tijd in, hij heeft er geld voor over. De
opbrengst van zijn boek gaat in zijn
geheel naar de stichting Peutjut-fonds.
Maar laten we bij het begin beginnen,
terugkeren naar de Gordel van Sma
ragd in het begin van deze eeuw. Naar
ons eigen Indië van toen. Naar de kam
pongs, de dessa’s, de rijstvelden en die
onafzienbare intens groene jungle.. Een
andere tijd, zeker, maar ook een andere
wereld.
Elke dag bij meer dan 75.000
gezinnen op tafel
De beste informatiebron over huizen,
hypotheken enz. is uw lijfblad.
„Het peil in de vijvers is nu echter 2.90
meter boven N.A.P. en dat gaat bij een
flinke regenbui betekenen, dat de rioolwa
terzuivering het toestromende water niet
snel genoeg meer naar de vijvers kan
leiden. Het water zal dan terugstromen en
via de riolering het dorp blank zetten. Wij
vinden dat we de Zandvoörtse burgers dat
niet aan kunnen doen”, aldus Wertheim.
Een technisch verhaal dat klopt als een
bus, maar nog geen geldig excuus om het
overtollige water zonder lozingsvergun
ning op het terrein van een ander te dum
pen. Zeker niet als dat terrein een zeer
kwetsbaar natuurreservaat is dat door de
provincie werd aangekocht voor de infil
tratie van drinkwater.
Er zijn kredieten voor beschikbaar ge
steld, maar in het overleg met. andere
Academie in Breda. Drie jaar later keer
de hij terug naar zijn geboorteland, In
dië. Terug naar Java, waar de jonge
Brendgen tweede luitenant werd bij het
garnizoen. In 1929 werd hij overge
plaatst naar Atjeh, het noordelijk deel
van Sumatra. „Dat woeste land, die fa
natieke Islamieten die daar van 1873 tot
1913 tegen ons gevochten hadden, dap
pere, flinke mensen, dat trok me aan.
Tijdens de patrouilles ben ik spelender
wijs hun taal gaan leren, een mengeling
van Aziatische talen. Ik spreek dat At-
jehs nog steeds”.
Het speet hem Atjeh in 1937 te moeten
verlaten. De plicht riep hem echter. Hij
werd commandant van een afdeling ge
vechtswagens in Malang op Java. In
1942 Brendgen was inmiddels kapi
tein geworden vielen de Japanners
Indië binnen. Het was vechten tegen de
bierkaai, de overmacht was te groot, de
vijand te sluw en te zeer getraind voor
een oorlog in de wildernis. „We hebben
acht dagen gevochten, hard gevochten.
Toen moesten we capituleren”.
Brendgen en zijn mannen werden
krijgsgevangen gemaakt. Hen wachtte
een afschuwelijke ervaring. Als slaven
werden de soldaten gedwongen te wer-
De gemeente zal er dan ook blij mee
zijn, dat op verschillende plaatsen in het
aangrenzende Kraansvlak dammen zijn
doorgespit en slootjes gegraven. Daar
door stroomt het water steeds verder het
natuurreservaat in en kan de dienst pu
blieke werken met tevredenheid vaststel
len dat het waterpeil in de bezinkvijvers
gestaag daalt. „Onbekenden hebben dat
gedaan, daar weet ik niets van”, laat Wert
heim in eerste instantie weten. Een dag
later zegt hij, dat de mensen die volks
tuintjes in het circuitgebied hebben ver
antwoordelijk zijn voor het doorgraven
van de dammen. „Een paar keer zijn we er
met zandauto’s naar toe gereden om de
gaten te dichten. Bij de politie hebben we
er zelfs aangifte van gedaan”, aldus Wert
heim.
(Van een onzer verslaggevers)
HAARLEM. Tot grote teleurstel
ling van de plaatselijke groentenhan
delaren is vrijdagmiddag na een laat
ste verkoop de klok stilgezet van de
Haarlemse groenten- en fruitveiling,
die sinds 1938 in het industriegebied
Waarderpolder is gevestigd. De han
delaren zullen voortaan hun produk-
ten moeten betrekken bij veilingen in
Beverwijk, Amsterdam of Leiden,
waar ook de tuinders in de regio naar
toe moeten. Verschillende van de vijf
entwintig kwekers die hun groenten
nog steeds met schuiten bij de Haar
lemse veiling brachten, werden ge
dwongen investeringen te doen in
vrachtwagens en hebben de sloot bij
hun land moeten dempen.
In 1956 kreeg hij een aanstelling als
wiskundeleraar aan het Mendelcollege
in Haarlem, de school waar ik hem uit
de verte leerde kennen. Met een glim
lach zegt hij: „Het eerste jaar was het
wennen. Ik pakte de leerlingen veel te
militair aan. Ik heb er een prettige tijd
gehad”. Sinds 1972 is Brendgen gepensi
oneerd. Elk jaar loopt hij de Vierdaag
se. Hij schermt nog uitstekend met de
sabel. De resterende tijd besteedt hij
aan Indonesië. Een strijder in ruste,
ogenschijnlijk dan.
Johan Heinrich Jacob Brendgen werd
op 16 november 1903 geboren als zoon
van een ambtenaar op West-Java. Gefa
scineerd door militaire parades en het
sportieve element in het leger, het avon
tuur ook, koos hij voor een loopbaan in
het KNIL. In 1922 vertrok hij naar Ne
derland om een gedegen opleiding te
volgen aan de kadettenschool in Alk
maar, in 1924 gevolgd door het strenge
regiem van de Koninklijke Militaire
Hij is een kalme prater. Genietend van
een sigaar gelijk een boomstam doet hij
me zijn relaas, telkens de namen van
plaatsen of gewesten voor me spellend.
Zich soms verliezend in details, die bij
hem ongetwijfeld heldere beelden op
roepen, maar bij mij niet. Zijn vrouw
komt binnen. Na enkele vriendelijke be
leefdheden trekt ze zich terug in de keu
ken. Zij is Brendgens tweede vrouw.
Zijn eerste huwelijk liep stuk. Brendgen
trouwde in 1927 in Nederland. Een paar
jaar later reisde hij naar Indië, zijn
vrouw en vier dochters bleven in Den
Haag achter. Hij zag hen pas na de
oorlog terug en toen... Berustend haalt
hij de schouders op, een gebaar waar
mee hij een pijnlijke herinnering lijkt te
willen wegschudden. Hij pakt de draad
weer op. In 1947, het jaar waarin Brend-
ÏD
,10
ellende had voorkomen kunnen worden
als de overdracht in een rustiger tempo
en met meer overleg was gegaan. De
Indonesiërs hebben, dat weet ik, zelf op
snelheid aangedrongen.Dat hadden ze
niet moeten doen. Zij zijn traag van
zichzelf. Had het anders gegaan, dan
hadden de 300.000 Indische Nederlan
ders die nu hier wonen in hun vaderland
kunnen blijven.”
Het geeft mij een onwezenlijk gevoel,
te praten over zaken waar ik part noch
deel aan heb gehad. Alsof js tegenover
een oud-verzetsstrijder zit die tot tranen
toe geroerd raakt als hij terugdenkt aan
wat hem en anderen overkwam. Ik vind
het moeilijk deze keurige, oude heer in
verband te brengen met bloedige velds
lagen, met politieke konkelarij, waarte
gen hij protest aantekende, maar die nu,
anno 1980, zo onwerkelijk lijkt. Ik reali
seer me echter, dat beslissingen, dertig
jaar geleden genomen, nog altijd hun
uitwerking hebben.
Hemeltergende scènes, door de AVRO
op de televisie gebracht, zie ik weer voor
me. Verschrompelde vrouwtjes, die van
een paar stuivers ergens in Indonesië
moeten leven omdat zij geen geld krij
gen van het koninkrijk Nederland. Dat
soort zaken moet een man als Brendgen
op zijn 76ste zo actief houden. Na het
gesprek snap ik ook beter, waarom hij
zich zo druk maakt voor de restauatie
van een begraafplaats aan het andere
einde van de wereld. De Atjeh-oorlog is
gestreden, maar Atjeh bestaat nog, de
banden met Nederland zijn nooit ver
broken. Zelf zegt hij het zo: „Ik voel me
erg nauw verwant met het land, ik ben er
sinds 1970 zes keer geweest, in april ga ik
weer. Als ik alleen was, ging ik nog
vaker”.
Wat valt er verder nog te zeggen. Ik
had me voorgenomen een poging te doen
een portret te schetsen van Harry
Brendgen. De grote lijnen zijn nu wel op
papier gezet. Rest me nog het inkleuren.
Harry Brendgen kwam in 1950 in Neder
land terug en werd kampleider in Zee
land. De kolonel als bewaker van orde
en rust onder de geëvacueerde Ambone
zen. „Vechtersbazen”, noemt hij hen,
„die het maar moeilijk konden verkrop
pen dat ze soldaat af waren” Wat volgde
is bekend. Na de stormramp van 1953
belandde Brendgen in Den Haag. Hij
werkte er een paar jaar. Bij een bank en
op een reisbureau.
instanties hebben we steeds weinig res
pons gekregen. De nood was nog niet aan
de man en niemand zag reden om er haast
achter te zetten”, aldus Wertheim. De te-
gev/erping dat Zandvoort dan meer druk
op die instanties had moeten uitoefenen,
beantwoordt hij nauwelijks. „Als er geen
medewerking is kunnen wij ook weinig
doen”, zegt de directeur publieke werken.
Het gevolg is dat het Kraansvlak steeds
meer water te verwerken krijgt, omdat de
bezinkvijvers op het binnenterrein van
het circuit nog steeds te vol zijn. Met een
pijpleiding onder het circuit door wordt
het water dag en nacht enkele vijvers
buiten de racebaan ingepompt. Het van
daaruit terugstromende kwelwater dreigt
echter het circuit gedeeltelijk onder water
te zetten. In dat geval kan de gemeente
Zandvoort rekenen op een schadeclaim
van de circuitdirectie, die de baan dan
■niet kan verhuren.
Een spoedig einde van de nu bestaande
kan hij echter nog niet beloven.
gen weer dienst ging doen op Java. Wat
hij daar zag tart iedere beschrijving,
vertelt hij. „De Japanners hadden er
verschrikkelijk huisgehouden. Wat zij
gedaan hadden in drieëneenhalf jaar
was erger dan wat er onder drieëneen
halve eeuw Nederlands bestuur, was ge
beurd”.
Harry Brendgen viel met zijn neus in
de boter. Hij moest weer strijd leveren,
nu tegen Indonesiërs die, zoals hij het
noemt, een guerrillaoorlog voerden, on
danks het bestand dat gesloten was met
de pas uitgeroepen Indonesische repu
bliek. Breedvoerig verhaalt Brendgen
van deze strijd, waarin de zogeheten
politionele acties pasten. Brendgen
speelde er als commandant van een ge
bied, vele malen groter dan Nederland,
een belangrijke rol in. Met straffe hand
herstelde de luitenant-kolonel orde en
rust. Zijn ervaring in het ruige Atjeh
kwam hem daarbij goed van pas. Een
huzarenstukje was, vertelt Harry Brend
gen, het uitschakelen van de leiding van
de tegenpartij. „De vijand trok in paniek
terug. Vrij snel hadden we de zaak onfer
controle en volgde er een wapenstil
stand”.
Als een geshiedenisleraar somt hij fei-
De afgelopen jaren had de veiling een
omzet van bijna drie miljoen gulden, er
ontstond echter een nadelig saldo, door
dat enkele leden hun produkten naar an
dere veilingen brachten. Door een onre
gelmatige aanvoer en de daling van het
aantal kopers bleef bevendien de prijs
van de produkten ook op een
Zandvoort kan volgens Wertheim niet
anders. Het enige alternatief is, dat het
dorp na een flinke regenbui blank komt te
staan. De regen die in Zandvoort valt,
wordt bij de rioolwaterzuivering in Noord
opgepompt. Het hoogste punt dat het wa
ter daar bereikt is 3.20 meter boven N.A.P.
Vanaf die hoogte wordt het rioolwater via
een pijp naar de bezinkvijvers op het
circuitterrein geleid, om daar weer in de
grond weg te zakken. Voor een goede
doorstroming naar de vijvers is een hoog
teverschil van 55 centimeter tussen de
pomp in Zandvoort Noord en de vijvers
noodzakelijk. Het water mag daar dus
hooguit 2.65 meter boven N.A.P. staan.
Brendgen. 76 jaar oud, kolonel buiten dienst.
ken aan de beruchte Birma-spoorlijn in
Siam, het tegenwoordige Thailand. De
slagader in het Japanse verbindingen
stelsel, een spoorlijn die duizenden het
leven kostte. Ook Harry Brendgen werd
ziek, zo ziek dat hij al was afgeschreven
toen op het laatste nippertje een Austra
lische arts hem het leven redde. Brend
gen had geluk. Hij kwam er weer
bovenop.
Wertheim lijkt zich echter helemaal niet
bezwaard te voelen door de noodoplos
sing die Zandvoort bedacht heeft. „We
zijn daar pas gaan lozen na overleg met
Provinciale Waterstaat en het Provinciaal
Waterleidingsbedrijf Noord-Holland. Van
illegaal handelen is dan ook geen sprake”,
zegt Wertheim.
Ir. J. Haasnoot, technisch adjunct-direc-
teur van het PWN, ontkent echter met
grote stelligheid dat zijn bedrijf met de
lozingen van rioolwater in het Kraansvlak
akkoord is gegaan. „Het is ronduit niet
waar, duidelijker kan ik geloof ik niet
zijn”, aldus Haasnoot. Provinciale Water
staat was voor commentaar niet bereik
baar.
Brendgen, 32 jaar oud, eerste luitenant.
ten, jaartallen en lokaties op. Ontspan
nen leunend in een van zijn majestueuze
fauteuils. Af en toe een bonbon snoe
pend. en wolken sigarenrook wegbla
zend. Mijn vraag: hoe denkt u over de
soevereiniteits overdracht en wat daar
na volgde doet hem plotseling fel reage
ren. „Te vlug, het ging te vlug allemaal.
Natuurlijk, ik voelde er voor, het is hun
land, maar u ziet wat ervan terecht geko
men is onder Soekarno. Men had de
leiding nodig van ingeburgerde Neder
landers, maar nee... Wanbeheer op eco
nomisch gebied en de agitatie van Soe
karno tegen Malakka, dat Engels gebied
was, dat kreeg je. Toen al vind ik, had
Soeharto aan de macht moeten komen,
een oud-strijder, een echte Javaan. La
ter zijn de militairen naar voren gescho
ven, toen er onder Soekarno wanorde
was ontstaan vervolgens was er de com
munistische opstand, waarbij erop los is
geramd, maar ik kan me het allemaal zo
goed voorstellen. Je moet Aziatisch kun
nen denken om dat te begrijpen”.
Maar, breng ik hier tegenin, het is toch
volstrekt onjuist mensen jarenlang on
berecht gevangen te houden. Brendgen:
„Dat gevangenen niet berecht zijn, dat is
onjuist. Ik geef toe, zij hadden al lang
Volgens Tervoort was aan grootschalig-
heid niet meer te ontkomen en speelde het
voor de inkopers niet méér zo’n grote rol
of ze in Haarlem een krop sla bijvoorbeeld
drie cent goedkoper konden krijgen. „Een
realiteit waar je je ogen' niet voor kunt
sluiten.” Voof de laatste veiling waren ook
de echtgenotes van bestuursleden en tuin
ders uitgenodigd. Via de veilingklok kon
den zij zich van een doos exportlof verze
keren. Tijdens een bijeenkomst in het
restaurant zei Groenendijk de sluiting te
betreuren. Hij bood bloemen aan aan me
vrouw Tervoort en medewerkster Mies
Schrama die bijna 25 jaar in dienst was.
Tervoort sprak de hoop uit dat de band
met tuinders en kopers na sluiting van de
veiling niet helemaal verloren gaat. Hij
benadrukte daarbij dat het economisch
niet meer verantwoord was om door te
gaan.
,00
.00
,00
,50
,80
,70 1
,00
,60
.80
,00
,50 I
,20
,00
,00
,00
,00
,00
.90
,00 I
,00
,00
,00
over een jaar of twee tegemoet. Zahd-
voort, het hoogheemraadschap Rijnland,
Provinciale Waterstaat en het PWN heb
ben onder anderen zitting in die werk
groep.
Eén van de mogelijke oplossing leek tot
voor kort een afvoerleiding naar de Leid-
sevaart, één van de boezemwateren van
het hoogheemraadschap. Maar uit milieu
overwegingen zal daar volgens Wertheim
vanaf .worden gestapt. „Het zal naar een
andere plaats toe geleid moeten worden,
maar hoe en waar weet ik nog niet”, aldus
Wertheim. Op de meerjarenbegroting tot
1984 staat ruim anderhalf miljoen gulden
gereserveerd voor de afvoer van het
Zandvoortse rioolwater in de toekomst.
Hoe groot de schade zal zijn die het
Kraansvlak als gevolg van de lozingen
over twee jaar moet dragen, valt nog met
geen mogelijkheid te becijferen.
Harry Brendgen: zijn liefde
voor Atjeh houdt hem actief
Wel zegt hij er vertrouwen in te hebben
dat de speciale werkgroep, die nu naar
een oplossing zoekt, in zijn poging zal
slagen, maar ziet een definitieve beëindi
ging van de nu gepleegde lozingen pas
De wet schrijft voor, dat gemeenten
verplicht zijn zelf voor de afkoer van hun
rioolwater zorg te dragen. De schuld van
de nu ontstane situatie lijkt dan ook bij de
gemeente Zandvoort gezocht te moeten
worden. Maar directeur Wertheim van
publieke werken bestrijdt dat. „Al tien
jaar zijn wij bezig een oplossing te vinden.
niveau. Overwogen is een fusie aan te
gaan met de veiling Beverwijk, maar daar
heeft het bestuur van afgezien. De Coöpe
ratie is geliquideerd, mede gebaseerd op
het feit dat voor de toekomst geen verbe
tering wordt verwacht.
Het personeel heeft inmiddels ander
werk gevonden, alleen de 61-jarige direc
teur veilingmeester A. Tervoort die ruim
twintig jaar in dienst is en vrijdagmiddag
van een weemoedig afscheid sprak, ver
wacht niet een werkkring te vinden. Vol
gens voorzitter-tuinder G. Groenendijk
moet voor het gebouw aan de Ir. Lelyweg
nog een bestemming worden gevonden.
Het restaurant mag van het bestuur in
ieder geval tot januari 1980 blijven voort
bestaan. Vooral vrachtwagenchauffeurs
maken er gebruik van en in de Waarder
polder zou behoefte bestaan aan een der
gelijke voorziening.
Groentehandelaren spraken vrijdag
middag in de volle veilingbanken van een
„verschrikkelijk” moment. Zij konden
zich nog niet realiseren („niet te geloven”)
dat aan de regelmatige gang, soms zelfs
tweemaal pet dag, naar deze veiling een
eind was gekomen. Kleinhandelaren
vreesden een prijsverhoging voor de klan
ten, omdat nu bij grossiers moet worden
gekocht of door bezoek aan andere veilin
gen meer transportkosten in rekening ge
bracht. Een bijkomend verschijnsel acht
ten zij dat de consumenten minder verse
produkten krijgen, dus niet meer recht
streeks van de tuinen.
,50
’,00
,70
1,70
<00
1,40
,50
:,50
,40
,00
,00
,50
,00
,00
,80
,70
,00
,00
,80
.20
,50
,50
,20
,30
,00
,00
,30
,00
,10
,00
,00
,50
,50
,60
,50
,50
.50
,00
,00
.80
,00e
,00
,30
.00