Alle treinen naar de RAI Kans op vertraging van een half jaar en nen lier 95 s mi® Ril ij£l HP*'' ZATERDAG 15 MAART 1980 IJMOND 9 boden urant Gouden spijker Techniek Nulpunt nerger. - Geschift spoor im «Sr iii' (Van een onzer verslaggevers) SCIPHOL. „We kunnen geen dag meer missen. We moe ten alles op alles zetten om over een jaar, eind februari 1981, de Schipholspoorweg voltooid te hebben van Warmond via Schiphol tot de Amsterdamse Rai. NS heeft twee maanden nodig om het baanvak in te rijden en te beproeven, en de machinisten vertrouwd te ma ken met het nieuwe traject. Als we 1 april niet halen, komt de Schipholspoorweg een half jaar later in bedrijf’. SF overbrugging rvv v.a De spoorlegtrein in actie. Het gevaarte legt dertig meter per kwartier af. tók. Bouwers Schiphol spoorlijn Verschilt de aanleg van de Schiphol spoorweg nu wezenlijk van - zeg - die van Amsterdam naar Haarlem in 1839? Eigenlijk nauwelijks, beamen de heren Kullberg en Van der Jeugd. Wel zijn er zodanige technieken ontwikkeld dat het leggen zelf een stuk sneller gaat. Het enige grote verschil zit in de con structie van de bovenleiding, die geheel is afgestemd op het rijden met hoge snelheden. Het wordt geen starre constructie met portalen, maar een van afzonderlij ke masten, met „uithouders” waaraan de rijdraad is opgehangen en die in de rijrichtingen enige flexibiliteit hebben, en rij draden van vrij korte lengte. Dit alles om te grote golfbewegingen van zich door het zwerk klievende stroom afnemers op te vangen. Er zit nu zoiets Schipholspoorweg, zodra de stations er zijn. Van die stations is echter nog niets meer te zien dan een verbreed baanli- chaam. Toch geen stations? „Nog niet”, zegt ing. Van der Jeugd, ..want we heb ben voor die stations nog geen bouw vergunning”. Wanneer komt die dan, want zo langzaamaan moet daarmee toch wel eens worden begonnen, is het niet? „Die krijgen we natuurlijk pas zodra de NS de bouwvergunning voor de spoorweg heeft”. Intussen wordt onderweg, in de pol der, nog naarstig spoor gelegd, geschift, gelicht, gestopt en zonodig opnieuw ge schift. Vreemde kreten uit het ruim 140 oude spoorwegjargon, waar, zoals trou wens in bijna elke vervoerstak, ook het opgewekte gebruik bestaat om, dag in dag uit, naar ieder verwant type te zwaaien dat je onderweg tegenkomt. Alleen verkeersvliegers heb ik dat nooit zien doen. Het schiften (spoor op zijn juiste plaats leggen), lichten (mechanisch op tillen) en stoppen (de uit het Belgische Quénast aangevoerde steenslag mecha nisch tussen het spoor en het grind te werken, per dag 500 ton voor 400 meter enkelspoor) is het werk van tientallen razendsnel werkende mensen en een r 023- kwali- oorten Heem- !87907. v vrijd. h collec- ar. Bel orthuis I. 023- ox, hr 4- 01 achten ng niet en. Als geven. >k. Alle ok alle en div - IJweg p DAAL- 7.50: Tel. na >16. RDAM ■kamer raagd i. rnax 020- vanaf Haar- tstraat 023- r snel H’lem klein st voor leubel- larlem sl. 023- eb. te l-KAM 1. zol- Gevr. i. met poort 020- >n vele event ffiebar erdag- ort bv, lerpol- „Kilometer 37” heet het daar. En waar ligt kilometer nul? In Amsterdam- Zuid of bij de RAI? Geen van beide. Kilometer nul van de Schiphollijn ligt daar waar vrijwel nooit een trein zal rijden, ondergronds bij het rijksmu- seum in Amsterdam. Wellicht daarop niettemin inhakend, maar evenzeer be zijden de toekomstige werkelijkheid spreekt de KLM in zijn voor Amerika nen ontworpen reis-per-KLM-folder in touch with the Dutch van „de nieuwe subway” die Schiphol met Amsterdam verbindt. Een beetje denigerend vinden de „spoorhazen” dat eigenlijk wel. Maar komaan, om zoiets niet ge treurd. Er moet nog veel werk worden verzet. In regen en wind wordt bijna onder hoogspanning gesleuteld aan de Schiphollijn. „We willen binnen de be groting van 835 miljoen gulden zien té blijven, en dat lijkt aardig te lukken”, zegt ir. Kullberg. werkt ii.g.st., 139. I voor HAAR- in juli tunneltje zou aansluiten op die in heel het dorp: klinkers, want asfalt ver stoort het landelijk karakter. Heel anders van aard, maar niet min der Nederlands, zijn de problemen waarmee de gemeente Haarlemmer meer NS confronteerde. Zo’n prachtige spoorweg langs Hoofddorp en Nieuw Vennep, en dan alleen maar een station op Schiphol, dat is weinig eigentijds vond de gemeente Haarlemmermeer. Maar dat strookte niet met NS’ opvat tingen omtrent een superspo orweg, van 160 km per uur! Twee stations erbij aan de rand van de bebouwing nog wel..., dat kon niet. Wel, zeiden ze in Hoofd dorp, dan krijgt de NS geen vergunning voor de aanleg van die spoorweg. Na nogal wat geharrewar ging NS akkoord met twee stations in een gebied dat zijn broodwinning hoofdzakelijk op Schip hol en in Amsterdam heeft, maar minis ter Tuijnman verbond er wel de voor waarde aan dat de stations in vijf jaar rendabel moesten blijken. Hoofddorp eerst blij, maar later toch weer niet. Want in Amsterdam eindigt de spoorweg immers in het niets, en volgend jaar 800 meter verder, in plaats van bij het centraal station. Die vijf jaar moet dan toch minstens tien jaar worden, en anders geen vergunning. Minister Tuijnman en NS opnieuw ak koord, en NS krijgt dus de bouwver gunning voor zijn reeds half voltooide lalders 36; zil- 30; zil- 63 en t 16 072- Ing. Van der Jeugd en ir. Kullberg (rechts) bij de spoorlijn in aanleg. Aldus verklaart, een beetje gedrukt maar dat kan komen door de straffe koude wind en de felle regenvlagen, ing. P. J. van der Jeugd. Namens het Amersfoortse architectenbureau Arti con voert Van der Jeugd de directie over het zuidelijke deel van het traject, de 20 km van Schiphol tot de aanslui ting op de oude lijn bij Warmond, die wordt aangelegd door Strukton uit Maarssen en Railbouw uit Leerdam. Met een verbazingwekkende snelheid niettemin van 30 meter in 15 minuten rukt het spoor, vanuit Warmond aange legd en nu ter hoogte van Nieuw Ven nep, op in de richting van Schiphol. Per dag 630 meter enkelspoor, maar nog lang niet goed voor 160 km per uur zoals de Nederlandse samenleving al tijd is voorgehouden. Nog ervan afge zien dat, eenmaal voltooid, tijdelijk snelheidsbeperkingen niet worden uit gesloten als gevolg van „grondwerkin- gen” - zeg maar verzakkingen - mag geen trein in Nederland sneller dan 140 km per uur. Ook niet op de voltooide Schiphollijn. „Staat in de Spoorwegwet”, zegt NS voorlichter Hans Meijer, verbaasd over mijn ongeloof, want hier en daat wordt en werd toch 160 km per uur gereden? „Nee hoor, alleen maar tussen Horst en Blerick op het baanvak Eindhoven- Venlo, met een speciale ontheffing voor proefritten”. Maar hoe zit het dan met die 160 km/uur die voor de Schiphol spoorweg is gepropageerd? „Daar zal dan ook wel een ontheffing of zoiets voor komen”, zegt Meijer. Maar voorlopig nog niet, verklaart ing. Van der Jeugd met stelligheid, en een rit per speciaal ingelegde trein over de spoorweg-in-aanleg, voor zover hij berijdbaar is, bevestigd zijn gelijk on dubbelzinnig. Niet zozeer door het gol vend karakter van de Schipholspoor weg die onophoudelijk over allerlei vaarten, tochten, paden en landwegen gaat en direct daarna zoveel mogelijk naar het maaiveld, zodat voor het baan- lichaam niet meer „kubieken” zand hoefden te worden gebruikt dan nood zakelijk is, maar vooral door de wer king van de grond. Hier en daar liggen de rails op Neder lands nieuwste superspoorweg er nog deplorabel bij en bij de grootste verzak king, tussen de Sassenheimer Vaart en de Ringvaart van de Haarlemmermeer, is het westelijk gelegen spoor over een paar honderd meter maar weer opge broken. Zijn die verzakkingen oorzaak van de vertragingen? Ten dele, verklaart ir. H. Kullberg, chef van Articons construc- tiebureau, de man die de uitvoering van dit omvangrijke project organisato risch van de grond heeft getild. „De grond in de Haarlemmermeer is een heel stabiele, al werden we ter hoogte van Abbenes, bij de kruising van de spoorweg met autosnelweg A44 (Bur- gerveen-Wassenaar) toch ook met meer grondwerking geconfronteerd dan we hadden gedacht”. Vanuit Warmond gezien ligt de Schip holspoorweg nagenoeg evenwijdig aan autosnelweg A44. Om bij Abbenes een goede kruising tot stand te brengen, a twee antrum urprijs s. licht onder reeks van stampers, gravers, klemmen, kabels en klauwen voorziene, angst aanjagend uitziende voertuigen. Indrukwekkend is de trein waarmee het spoor wordt gelegd. Op kop een als trekker fungerende bulldozer zonder schuif, die twee zeer breed uit elkaar liggende spoorstaven 30 meter voort trekt. Daarachter een reeks platte wa gens, die behalve met de koppeling, ook door twee spoorstaven over de lengte van de trein met elkaar verbonden zijn. Op die wagens liggen de dwarsliggers, de spoorstaven, railklemmen, verbin- dingsplaten en spoorstaafbouten en - moeren. Daar bovenop enkele rijdende kranen. Zodra de bulldozer 30 meter is voort getreden, volgt een kraan met 50 dwars liggers, die de helft van de voortgetrok ken spoorstaven berijdt. De hele handel wordt neergelaten in het grind, waarna de mensen van Railbouw om de andere dwarsligger losmaken. De kraan trekt de andere helft omhoog en legt die neer op de volgende 15 meter. Vervolgens rijdt de kraan terug om twee spoorsta ven op te pikken. Zij worden op hun plaats gelegd en de spoorstaven wor den met lasplaten en een enkele bout aan hun voorganger bevestigd. Dan wordt er om de vijf dwarsliggers een railklem geslagen tussen spoorstaaf en dwarsligger en hop, daar gaar de kara vaan, voor de volgende 30 meter. werken onder hoogspanning als een horizontale rek in, veel meer dan bij een bovenleiding die aan porta len is opgehangen. In de meeste andere opzichten is de bouw van de Schiphollijn gelijk aan die van de andere hoofdspoorwegen. De aangekochte terreinbreedte is gemid deld 60 meter, de „onderbouw” (alles wat onder de dwarsligger ligt) bestaat uit zand, een laag grind en een laag uit België afkomstige steenslag. De boven bouw (dwarsliggers, 30 meter lange spoorstaven en wissels) verschilt al evenmin veel van wat de afgelopen jaren is gebruikt. De dwarsliggers bestaan uit beton blokken die met stalen buizen met el kaar verbonden zijn, waarop de spoor staven met de tegenwoordig gangbare klemmen zullen worden bevestigd. Be halve op de viaducten. Daar worden de spoorstaven op betonnen dwarsliggers gelijmd, althans wanneer het niet re gent. Dat doet het op dit moment echter wel, en het is dan ook een wat wonder lijk gezicht om op een van de viaducten een man met een huis-tuin-en-keuken- trekker aan het werk te zien om het regenwater weg te krabben. Iets groter dan vroeger is de onderlin ge afstand tussen de sporen. Hart op hart niet 3,60 meter, maar 4, zodat voortsnellende treinen minder last heb ben van de luchtdruk die een tegenlig ger veroorzaakt. Ook de spoorstaven zelf zijn iets zwaarder, van het Europe se gestandariseerde type UIC-54. Zoals overal tegenwoordig, worden de spoor staven aan elkaar gelast. Alleen bij wissels maakt NS nog ge bruik van „bielzen” (zoals dwarsliggers en de veel langere wisselhouten voor de oorlog bij NS heetten, en daarbuiten nog steeds), maar tussen Warmond en Amsterdam komt dat eigenlijk nergens voor. Wissels liggen onderweg alleen in de Schipholtunnel, en daar vanzelf sprekend op beton. De bouw van de Schiphollijn is, vol gens ir. Kullberg, dan ook voorname lijk een zaak van planning geweest, zij het dat voor veel zaken die planning terug moest beginnen vanaf de voltooi ing. Hoe lang tevoren moesten de be tonnen dwarsliggers worden besteld, waarvan NS er voor elke 600 meter, dus per dag, duizend nodig heeft terwijl de fabriek er slechts duizend per week produceert? Onderweg liggen hier en daar dan ook enorme stapels dwarsliggers. Sinds kort ook bij het station Amsterdam- Zuid, voor de verlenging met 800 meter tot de Amsterdamse Rai. Want in feite bestaat de Schiphollijn uit vier stuk ken, waarvan het eerste en het derde zijn voltooid Het eerste deel is dat tus sen Den Haag Centraal en Warmond, waar op enkele stukken een verdubbe ling tot vier sporen moest worden aan gelegd, evenals het stuk van „onder de grond naar nergens”, tussen Schiphol en Amsterdam-Zuid. Op 23 januari, juist voordat minister Tuijnman het meedeelde aan de Tweede Kamer, kreeg NS-president Drs. Ploeger een telefoontje uit Den Haag dat de verlen ging tot de RAI was goedgekeurd. 'WON 1- Vrij c::,L m '1. WAÜ n. van erdan met i d, 2de kamer i. Huur i' I. Ge ijks ii Haar >54 ni - Op sommige plaatsen is de spoorlijn behoorlijk verzakt. De verbinding tot het RAI-station zal tot stand ko men door verlenging van rui mi hr engez direkti 12074 fddorp JSWO Huui r. dito Sant - logere zwa^r. r. v.d «en te Zand- astbus londer fl. ERTA- □uffet- eiken- spul. Amsterdam-Zuid) verder. Die uit Den Haag stoppen alleen in Mariahoeve, Lei den en Schiphol. Volgens dit schema zullen treinen naar en van zuide lijker punten dan Dordrecht (Zeeland en België). Vanaf Leiden over de oude route via Haarlem naar Amster- dam-CS blijven rijden. De verlenging in Amster dam heeft ook consequen ties voor het openbaar ver voer in de hoofdstad. Voor tram 4 (eindpunt thans voor de RAI). In 1983-’84 wordt dat tram 25, die dan zijn eindpunt aan de nabijgele gen Kennedylaan zal wisse len met tram 4. Gelijktijdig krijgt tram 25 een recht- doorgetrokken verbinding in de Scheldestraat vanaf de Churchilllaan, waarmee de ze tram de Churchilllaan zal verlaten. Hoeveel miljoen gulden met dit alles zal zijn gemoeid, kon het Amster damse GVB nog niet zeggen. UTRECHT Zodra de schiphollijn is doorgetrok ken naar de Amsterdamse RAI, wil NS ook alle treinen naar de RAI laten doorrij den. Dat worden er, volgens de laatste herziening van de ontwerp-treindienst, vier per uur, waarvan er twee uit Dordrecht komen en twee uit Den Haag Centraal. De treinen uit Dordrecht zullen als sneltrein tot Leiden rij den en gaan vandaar als stoptrein (Nieuw Vennep, Hoofddorp, Schiphol en van daar af ligt de spoorweg ongeveer halverwege tussen de Hoofdvaart met de dorpen Nieuw Vennep en Hoofd dorp, en autosnelweg A4 (Amsterdam- Ypenburg), moesten zowel de spoorweg als de A44 evenwijdig aan elkaar een stukje afbuigen waarbij de A44 om hoog werd gebracht voor een zo kort mogelijke overbrugging van de spoorweg. De aanleg van die ophoging, waar voor overigens al grondwerk werd aan gebracht nog voor het definitieve tracé was goedgekeurd, had toch meer voe ten in de aarde dat verondersteld was. En gesteld mag worden dat het werk nog steeds niet geheel is voltooid: nau welijks vier maanden nadat de wegom- legging over het tunneltje is opgeleverd hinken auto’s alweer met een onthut sende bokkesprong over de tunnelbak, omdat aan weerszijden de grond is ver zakt tot „verkeersdrempelniveau”. Meer problemen ondervonden de noeste spoorleggers in het Zuidholland- se deel, van de Ringvaart tot en met de aansluiting bij Warmond. Ingeklemd tussen de autosnelweg en de Kagerplas- sen, kwam de spoorweg op sommige stukken precies op de scheiding van duingrond en veen te liggen en het stuk dat verondersteld werd het moeilijkst te worden bleek het inderdaad ook te zijn: tussen Ringvaart en Sassenhei- mervaart. In overleg met Grondmechanica- mensen van TNO werd besloten daar niet eerst een cunet (kanaal) te graven, verteld ir. Kullberg, maar direct het baanlichaam te maken. Dat moest dan wel onder voortdurende controle wor den gehouden op eventuele verzakkin gen. Een cunet heeft het voordeel dat je de grondmechanische toestand nage noeg vanaf de eerste spade in eigen hand hebt, maar het nadeel van de aanzienlijk hogere kosten en de langere bouwtijd. Aldus werd tot directe aanleg beslo ten. Maar nauwelijks reden er werktrei- nen of over enkele honderden meters ging het westelijk spoor met de helft van het baanlichaam onderuit. Het gaf een vertraging die de Schipholspoor weg nog net kon hebben, want ook toen al, eind vorig jaar, verklaarde Meijer dat „de rek er nu helemaal uit” was. Sindsdien is het baanlichaam wel kunstmatig uitgedijd, maar de verzak king van ongeveer een meter hoogte is er nog steeds. Oorzaak van de meeste vertraging was echter de houding van de gemeente Warmond. Bekend is dat deze gemeente ernstige bezwaren had tegen de hoge hellingdijken, nodig om de Schiphollijn kruisingvrij langs de oude lijn Haar- lem-Leiden naar Leiden te laten lopen. Warmond heeft zich aanvankelijk he vig verzet tegen deze ontsierende in greep in het landschap. De viaducten en bijbehorende hellingen waren ech ter nodig om de bestaande capaciteit van de oude lijn te handhaven en voor een maximale capaciteit van de Schip hollijn zelf. Met de gekozen oplossing is een veilige en vlotte aansluiting van oude en nieuwe lijn verkregen. Veilig, omdat ongelukken als destijds (in 1962) bij Harmelen nu niet alleen door de ATB (automatische trein-beïnvloeding) worden uitgesloten, maar ook nog door het sporenplan zelve (dubbelop dus). En vlot, omdat de reiziger in Leiden bij het overstappen van Schiphollijn op oude lijn langs het zelfde perron zijn aansluiting vindt (tenzij hij van Schip hol naar Haarlem wil via Leiden of omgekeerd, dan moet hij even de tun nel door). Warmond wenste echter geen ontsie ring van het landschap want Warmond wil zo graag landelijk blijven. Toch moest er een tunneltje onder de vier sporen komen, hoe grauw de Warmon- ders van zulk een noviteit dan ook geworden mogen zijn. Maar zij pasten zich aan. Zij losten het op door van NS te verlangen dat de bestrating in het Jan Mies uit Sprundel, een dorp bij Breda, is gek op dit werk. Hij werkt als een van de langsten aan de Schiphol spoorweg en is vast van plan het werk dat hij en zijn collega’s met weinig woorden en een hoop gezwaai, geram en geratel uitvoeren, af te maken totdat in augustus de verbinding met de spo ren aan de zuidkant van de Schiphol tunnel tot stand zal zijn gebracht. „Jaaa, lekker buiten hè?”,zegt Jan Mies met carnavaleske tongval. En ing. Van der Jeugd voegt eraan toe dat het dan tijd is voor „de gouden spijker”, zoals op 10 mei 1869 bij Promontory in de Amerikaanse staat Utah bij de vol tooiing van de eerste transcontinentale spoorweg. Onverandelijk toegezwaaid door werkers langs de route rijden we van Nieuw Vennep terug naar Warmond. Onderweg wordt, een 400 meter ten noorden van de Ringvaart, nog snel even een spoor buiten dienst gesteld, althans voor de grindtrein, omdat voor lopig aangebrachte laspoten gewoon d’r af gevallen zijn. Pas ten zuiden van de Sassenheimer- vaart ziet de Schiphollijn er bijna uit zoals het moet: gave sporen, nagenoeg voltooide bovenleiding. Maar de licht seinen (NS-seinstelsel 1955) en de daar bij behorende ATB is nog niets meer te bekennen dan enkele honderden me ters groene kabel ter hoogte van de aansluiting bij Warmond. circa 125 miljoen gulden had Amsterdam begin 1978 een tramaansluiting (lijn 5) tot stand gebracht met Am sterdam-Zuid, die bedoeld was te worden doorgetrok ken naar Amstelveen. Maar Amstelveen wil geen trams, terwijl mag worden aange nomen dat de meeste trein- passagiers zullen doorrij den tot de RAI. Onder hoogspanning wordt aan de spoorlijn gewerkt om de treinverbinding op tijd tot stand te kunnen brengen. vXw.v 1R

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 9