exposities
c
Anton Pieck viert
in
85ste verjaardag
De Efteling
G
Dubbel Bedrog
Veghels festival
Gasophoping en
opgeblazen gevoel
verdwijnen snel
en betrouwbaar met
Dave Swarbrick op
Speciale elpee voor
Canadese militairen
BIJ DE TACHTIGSTE VERJAARDAG VAN EEN EIGENZINNIG KUNSTENAAR
pttpost
Overzichtstentoonstelling in Singermuseum
Als u gevraagd
wordt uw
adres op te
geven, noemt
u er toch ook
de postcode
bij?
B
I
12
13
1980
ZATERDAG 19 APRIL
KUNST
-
kwart eeuw geleden,
Bloemstukken
door H. L. Prenen
n.
n
ien
-
)f
en.
Gebruik'm goed.
schijnt hij daar zelf nauwelijks
ooit last van te hebben gehad.
Goedsmakende
kauwtabletten
Verpakkingen
a 20 en 50 stuks
in doordrukstrips
•Lees vooraf de
gebruiks
voorschriften
Uitsluitend
bij apothekers
en drogisten
Jt,
n
of
et
ij-
r
r.
n.
n.
ie
le
I-,
T
n.
sn
!e
k.
:n
n.
ij'
Wim Verhagen zegt in zijn ver
antwoording, vooraan in de cata
logus, dat het noodzakelijk was
dat de door de kunsthistorici op
getrokken barrière van misken
ning eindelijk eens zou worden doorbro
ken of geslecht. Nu is het bekend, dat de
officiële kunstkritiek zich nauwelijks met
het werk van Anton Pieck heeft bemoeid,
enkele uitzonderingen niet meegeteld.
Maar om nu te spreken van een barrière
van miskenning, dat lijkt mij wat al te
pathetisch uitgedrukt. Het blijkt dan toch
in elk geval een gemakkelijk te nemen
/M
HAARLEM. Zo’n
toen Kees Verwey nog in het midden van zijn
schildersloopbaan stond, was het in de kritiek
bon ton geworden om hem vast te pinnen op
zijn verwantschap met de Tachtigers en zijn
bewondering voor de schilders uit die genera
tie: Breitner, Witsen, Verster, en de schrij
vers: Van Deyssel, Gorter, Kloos. Hij was niet
alleen een geestverwant, maar bovendien ook
nog een bloedverwant van die groep: hij, de
neef van Albert Verwey en Berlage. Dus werd
het etiket: „De Laatste der Tachtigers” op zijn
voorhoofd geplakt en onder die naam stond
hij voortaan ingeschreven in de stamboom
van de Nederlandse schilderkunst in deze
eeuw. Ik moet bekennen dat ik destijds ook
aan die registratie heb meegedaan; zo’n korte
leuze klinkt goed en is bovendien een makke
lijk uitgangspunt voor een praatje met een
plaatje. Maar het blijft wel de vraag of het
niet een Jantje van Leiden is, waarmee de
kritiek er zich van afmaakte om niet wat
verder te moeten kijken dan haar neus lang is.
Aaltje Mok
Een wonderlijk fenomeen, zo
luidt de titel van de catalogus,
waarin de geëxposeerde werken
zijn afgebeeld, op de reistekenin-
gen na, met vermelding van de
afmeting en de aangewende tech
niek. Het woord wonderlijk
wordt gebruikt door de kunsthis
toricus dr. mr. O. ter Kuile, con
servator van het Rijksmuseum in
Amsterdam en auteur van 500
jaar Nederlandse schilderkunst,
die door tentoonstellingsbegelei-
der Wim Verhagen gevraagd is in
een voorwoord (een der vele) het
verschijnsel Anton Pieck in een
aantrekkelijker kunstlicht te
plaatsen dan critici en kunsthis
torici tot nu toe deden. Want daar
zat Pieck in een verdomhoekje, al
n -Tf
r-
k£
Satire speelt in
Kees Verwey bleef in
Raffia hoofdrol
de rij maar liep
nooit in de pas
(ADVERTENTIE)
V.
ie
Portret van Aaltje Mok.
V
1
(ADVERTENTIE)
3Dt.
ir Anton Pieck hier gefotografeerd in het door hem ontworpen sprookjespark De Efteling.
(Van onze kunstredactie)
i/.
I.,
VEGHEL. Op zondag 4 mei heeft het
tweede folkfestival in Veghel plaats. Dave
Swarbrick, voormalig lid van de inmid
dels uiteengegaan formatie Fairport Con
vection, zal samen met zijn band tijdens
het festival optreden
Anton Pieck mocht woepsdag in Laren
het zogenaamde eerste exemplaar van de
catalogus in ontvangst nemen. De eerste
Het levenswerk van Verwey is zeer omvangrijk. Een
belangrijk deel daarvan zijn de briljante aquarellen,
vooral bloemstukken. De leuze „Haarlem Bloemenstad”
krijgt in de kunst van deze Haarlemmer pas haar volle
betekenis. Er bestaat een verhaal historisch gebeurd
van een blind meisje, dat op latere leeftijd door een
staaroperatie haar gezichtsvermogen terugkreeg. Toen
zag zij de wereld, die zij alleen bij name kende. Glimmen
de auto’s en andere bezienswaardigheden van onze tijd
maakten niet de minste indruk op haar. Maar toen zij
voor het eerst bloemen zag barstte zij in tranen uit. Dat
had zij niet voor mogelijk gehouden.
In Verwey’s bloemenaquarellen kan men iets Van de
sensatie navoelen die dit meisje onderging. Daar gaat de
waaier van het wonder open. Over de structuur van een
bloem kan een botanicus ons alles vertellen, maar de
schilder laat ons in een kleurenexplosie zien wat God er
eigenlijk mee bedoeld heeft. De Amerikaanse predikant
Henry Beecher heeft eens gezegd: „bloemen zijn de
mooiste dingen die Go$ ooit gemaakt heeft, but forgot to
put a soul into, maar Hij vergat er een ziel in te blazen”.
Ook Lodewijk van Deyssel schreef zijn essay over de
bloemen van Kees Verwey in deze toonaard. Verwey is in
zijn mooiste bloemstukken een poeet op één lijn met de
grote fleuristen uit het verleden, als Fantin Latour en
Anne Valayer-Coster, of, excusez du peu, het vaasje
rozen op een der prinsesseportretten van Velasquez.
AMSTERDAM. In hun nieuwe duo-programma Raffia, een „opeenhoping
van geRaffineerde stijlverwarringen, die tot niets leiden”, laten Teo Joling en
Maarten (van Regteren) Altena de satire weer de hoofdrol spelen. Muzikale
improvisaties en mime-spel vloeien in elkaar over, vullen elkaar aan, en
vooral ook, verstoren elkaar. Alleen voor lief en leuk zijn deze twee heren niet
te porren.
Altena herhaalde zijn ijzersterke cello-
nummer Papa Oewa tussen de verschil
lende improvisaties door op contrabas.
Vooral de persiflages op zijn eigen spel,
die telkens weer opduiken, zijn in de loop
der tijd uitgegroeid tot een uniek handels
merk voor zijn wijze van musiceren.
Anderhalf uur, inclusief pauze, duurt
het programma, van de start met de on
gein van de citherspelende Romeinen, tot
de finale met de ontwapenende toktok-
blues. Raffia is een op wonderlijke wijze
prikkelende samenstelling van ontroering
en plagerij.
JAN BAART
muziek, als toppunt van expressie, kregen
een genadeloze overbelichting.
9.
3,
il,
a-
i/.
in
wat Max Friedlander over Vermeer schreef: „de pigmen
ten stralen eerder dan dat zij gloeien”. Een schitterend
schilderij!
De zaal waar hét hing was voor mij de „Salon Carré”
van de expositie. Hier, in dit gezelschap althans, kwam
hij tevoorschijn als de grootste schilder van zijn gene
ratie.
Verder zijn onder anderen June Tabor
en Martin Simpson, Deroll Adams, Or-
reck en Hazel Sergeant-King, Dave Evans,
het Dommelvolk en Raymond van het
Groenewoud gecontracteerd om op de
twee podia in Veghel op te treden.
(Van onze kunstredactie)
DEN HAAG. De Haagse konink
lijke schouwburg biedt op 27 april de
theaterliefhebber de unieke moge
lijkheid om achter elkaar twee ver
schillende versies van Harold Pin
ter’s jongste toneelstuk Bedrog te
zien, ’s Middags speelt het Amster
damse Publiekstheater het stuk in de
régie van Adrian Brine met Sigrid
Koetse, Eric Schneider, Siem Vroom
en Vittorio Dorigoni; ’s avonds staat
de Haagse Comedie met „Bedrog” op
de planken in de regie van Jo Dua
met Anne-Wil Blankers, Guido de
Moor, Kees Coolen en Paul van
Gorcum.
Tussen de voorstellingen wordt een
maaltijd geserveerd en na afloop
wordt er een discussie gehouden met
beide regisseurs. Voor deze dubbele
toneelhappening hoeft men één toe
gangskaartje te kopen.
Bij Heerkens Thijssen is tot en met 5
mei een expositie van lithografische wer
ken van A. Th. Steinlen uit de Gil Bias van
1900 te zien. Gedurende dezelfde tijd stelt
Rosemary van de Pieterman keramieke
beeldjes tentoon in de Prentenkamer.
9 De tentoonstelling over het werk van
de televisie- en videogalerie van Gerry
Schum is van het Amsterdamse Stedelijk
Museum overgenomen door Museum
Boymans van Beuningen in Rotterdam.
De expositie is daar van 3 mei tot en met 1
juni.
Ter gelegenheid van de troonsbestij
ging op 30 april van Beatrix wordt in de
Atlas van Stolk in Rotterdam van 26 april
tot en met 7 september een tentoonstelling
gehouden onder de titel Koninklijke Re
clame. De expositie is samengesteld uit
reclame-biljetten, -êtiketten, enzovoorts
die ten tijde van kroning van Wilhelmina
in 1898 verschenen.
Op zaterdag 10 mei organiseert het
Cultiireel Centrum Zandvoort een kunst
markt op het Gasthuisplein in Zandvoort.
Een groot aantal kunstenaars zal op deze
dag zijn werk in kramen laten zien en
verkopen tussen 10 en 16 uur.
Tekeningen en prenten uit de 16de en
17de eeuw worden van 19 april tm. 1 juni
geëxposeerd in het Frans Halsmuseum in
Haarlem. De werken komen uit het bezit
van het Plantijn-Moretus' museum in Ant
werpen.
Aquarellen, pastels, tekeningen van
Leo van Gestel zijn van 15 april tm. 24 mej
te zien bij kunsthandel Wending, Rokin
154, Amsterdam. Het gaat om werken die
Van Gestel in 1935 aan zijn vrienden Dirk
en Trien Klomp schonk.
Naast de intimiteit, die domineerde in
hun eerste duo-programma Ploink, sober
en puur gepresenteerd, heeft Raffia ook
elementen van de dramatische theatrali-
teit, die sterk aanwezig was in Willem de
Zwijger, hun vorige groter opgezette pro-
duktie.
De solo-act van Joling in Raffia als
handelsreiziger, met zomerkostuum en di
plomatenkoffertje, gaf een aardige strijd
tussen podium en publiek. Minutenlange
spannende stilte hing boven het toneel en
de zaal. Joling liet uitsluitend met fronsen,
knikken, verbaasd opkijken, links en
rechts speuren, het onbehagen opkruipen,
vanuit de ingehouden adem van de toe
schouwers tot nerveus geschuif, gesnuif
en gegiechel.
Een fraai gezamenlijk nummer van Jo
ling en Altena is de satire op de dramati
sche dans. In geel zeilpak gekleed, wordt
de „danser” als een blinde het toneel opge
voerd door de muzikale begeleider in don
ker pak. Alle gewilde poses en gewrongen
houdingen op de zware accenten van de
en monochroom coloriet is het bijna een Spaans schilde
rij geworden. „Eigenlijk is het stilleven de mooiste ui
ting”, heeft Verweys leermeester Boot eens gezegd. Voor
dit schilderij ben je het er een ogenblik mee eens.
De grote jubileumexpositie bij Verweys tachtigste ver
jaardag is volgende maand in het Museum van Dor
drecht. Haarlem liet verstek gaan en bevestigt daarmee
weer eens het oude evangeliewoord: „nemo propheta in
terra sua”, niemand is een profeet in zijn eigen stad. Over
tien jaar, als hij negentig wordt, kan het haar verzuim
inhalen, want dan zal Kees Verwey wel definitief erkend
zijn als de belangrijkste Haarlemse schilder van deze
eeuw.
barrière, want de belangstelling en waar
dering van het grote publiek zijn al even
fenomenaal als het fenomeen zelf. Pieck is
met kapot te krijgen, en dat hoeft ook met.
OVERVEEN.Anton Pieck viert vandaag met familie, vrienden en beken
den zijn 85ste veijaardag en hij doet dat in zijn eigen sprookjeswereld in
Kaatsheuvel. Want het was De Efteling die Pieck ontwierp, geïnspireerd
daartoe door zijn illustraties bij de sprookjes van Grimm. Ter ere van zijn
verjaardag en zijn groot vakmanschap als tekenaar en illustrator, kreeg hij
een grote overzichtstentoonstelling aangeboden in het Singermuseum in
Laren. Verdeeld over vier zalen hangen er zo’n vierhonderd werken van hem,
die daar tot en met 15 juni te bezichtigen zijn. Wie het dan nog niet gezien
heeft, zal een aangename compensatie vinden in de catalogus, die als
ingebonden boekwerk van bijna 150 grote pagina’s op de markt gebracht is.
nauwelijks bekend waren. Zo opgediend
bemerk je met enige verbazing meer veel
zijdigheid in Piecks beeldende wereld,
dan je - door kerstkaarten en kalender,
hoe fraai uitgevoerd ook - op een dwaal
spoor gebracht wel vermoedde.
Een der fraaiste voorbeelden daarvan is
wel de Vlaamse Kermis, waar het naast de
kerk en het kerkhof met open graven een
feestelijke boel is. Er is een gemakkelijke
gedachtensprong te maken naar Breu
ghel; in opzet en in sfeer en er is verba
zend veel op te zien. Een mooi tweede
voorbeeld is een stemmingsvol winterta-
fereel in olieverf, waarvoor Pieck de
Mooie Nel in Haarlem model liet staan.
Anton Pieck heeft meer dan eens laten
weten dat hij zelf niet meer dan een liefde
vol dilettant pretendeert te zijn. Wat dat
•betreft hoeft niemand zich er druk over te
maken dat de erkenning van de officiële
kunstkritiek praktisch is uitgebleven. Al
weten we aan de andere kant drommels
goed dat deze gezelligheidsillustrator ver
re van amateur is. Pieck verstaat zijn
kunst en zijn kunst wordt door velen
verstaan.
Rest mij op te merken dat er in de fraai
uitgevoerde eerste druk van de catalogus
hinderlijk veel foutjes geslopen zijn, die
met een errata-lijstje van 9 wijzigingen
(correcties) worden rechtgezet. Mogelijk
wordt dat bij de volgende druk aangepast.
KO VAN LEEUWEN
De catalogus Anton Pieck 85 - Een wonderlijk
fenomeen kost 37,50.
Over portretten gesproken: eigenlijk is Verwey geen
typische portrettist (in de gelijkenis). Toch heeft hij zich
altijd weer met dit genre beziggehouden, ook onder zijn
portretten bevinden zich enkele van zijn mooiste werken.
Toen ik onlangs bij hem op bezoek was, kwam hij
aansloffen met een klein schilderij en zette het voor mij
neer op de sofa: „Wat vind je daarvan?” Het was een
aquarel uit 1936, het portret van een jonge vrouw „Aaltje
Mok”, in haar mooiste jaren. Alleen de kop, bijna „en
facë”, met een hoofddoek en onderaan nog net even de
bovenrand van haar blouse. Wat ik er van vond? Een
volmaakt klassiek portret, maar zonder de stijlmiddelen
van het classicisme. Als Aaltje Mok allang tot het verle
den zal behoren en niemand de gelijkenis meer kan
beoordelen, blijft het een schitterend schilderij. Van een
grote rust en evenwicht, maar zonder een spoor van de
impressionistische toets. De sobere kleuren smelten in
elkaar alsof er een glazuur over ligt. „Geheimnisvoll am
lichten Tag” zou de Duitse dichter zeggen. De amandelo-
gen kijken ons aan met een blik die tegelijk indringend en
afwezig is. Wat in dit portret vooral opvalt is de sterke
plastiek, als in de antieke kunst. Ze zou de zuster kunnen
zijn van het meisje van Vermeer, in het Mauritshuis, dat
onovertroffen voorbeeld van een klassieke Hollandse
meisjeskop. Maar deze aquarel komt er toch dicht bij in
de buurt. En dèt in de tijd toen ze nog dachten dat ze alles
gezegd hadden als ze Verwey een Tachtiger noemden!
Ook als stillevenschilder heeft hij zijn sporen verdiend.
Zijn meesterstuk hierin is wel het grote stilleven van een
brood en een Spaanse wijnkruik, in zijn strakke opbouw
Programma: Raffia, konsert voor
kijkers. Spelers: Teo Joling en Maar
ten Altena. Kleine Komedie Amster
dam, 16 april 1980.
druk daarvan bedraagt 45.000 exempla
ren en daarvan zijn er nu al 42.000 ver
kocht. In één of twee dagen? Neen, uitge
ver Van Holkema en Warendorf legde uit
dat door een misverstand de eerste oplage
al bij de boekhandel terechtgekomen was.
Inmiddels is een tweede druk al in de
iriaak.
I
Wie meent dat Pieck hoofdzakelijk
kraakpanden, onbewoonbaar verklaarde
woningen met wormstekige hanebalken
en spinnewebben tekent, is slecht geïnfor
meerd. Toegegeven, Pieck kijkt niet op
een meter spinnewebdraad, maar mag hij
voor zijn eigen gecreëerde sprookje ook
niet het engelenhaar van zijn eigen keuze
gebruiken?
In de catalogus en op de tentoonstelling
in het Singermuseum zijn veel werken
van Pieck te zien, die tot nu toe niet of
Op zondag 20 april van dit jaar 1980 krijgt ze achteraf
voor één keer gelijk. Geboren in 1900 wordt Kees Verwey
dan een échte tachtiger. Maar hopelijk en waarschijnlijk
niet de laatste. Er zijn nog genoeg schilders en andere
mensen die het ook willen worden, maar dan wèl in de
geestelijke en lichamelijke conditie die Kees Verwey
geniet. Hij is een evergreen, nog in volle bloei en winter
vast.
„II faut rester dans le rang”, heeft Renoir eens gezegd,
,je moet in de rij blijven”. De rij van de traditie. Dat
klinkt uit de mond van een der grondleggers der moderne
kunst niet erg modem. Maar er zit de wijsheid in van een
lange ervaring. Verwey bleef in de rij (van de Hollandse
traditie) maar hij heeft nooit in de pas gelopen. Daar is
hij, goddank, te eigenzinnig voor. Begonnen inderdaad
als een nazaat van de Tachtigers heeft hij zich echter in
de loop der jaren steeds vernieuwd, want wie beseft wat
de traditie is, moet haar verder doortrekken en er iets aan
toevoegen; geen pas op de plaats maken. Tot in zijn hoge
ouderdom heeft Verwey een lange ontwikkeling doorge
maakt, een steile weg omhoog. Het klinkt als een para
dox, maar nu hij een tachtiger is, is hij allang geen
Tachtiger meer. De grote tentoonstelling het vorige jaar
in het Stedelijk Museum, van de Atelier-serie, een twintig
maal herhaald motief op imposante doeken, was het
glorieuze bewijs tot welke hoogte zijn eigen weg hem
gevoerd heeft. En niettemin toch „in de rij”. De rij van de
meesters. Vanaf 1971 is hij daarmee bezig, een man in
zijn achtste decennium!
In de herfst van het vorige jaar bracht het Museum in
Venlo een omvangrijke tentoonstelling onder de titel „De
Generatie van 1900”, schilders geboren rondom de eeuw
wisseling (van 1890 tot 1910) dus alle zeventigjarigen en
ouder. Kees Verwey was in dat gezelschap vertegenwoor
digd met een van de mooiste doeken uit de Atelier-serie,
geschilderd in een toets die men voor het gemak maar
„impressionistisch” noemt, bij gebrek aan een betere
naam (what is in a name?). Noem het liever: „in het licht
van Vermeer”. Want hier zag mén, in een geheel andere
schildertechniek, het innerlijke licht van de Delftse mees
ter weer opdoemen in de baaierd van dit Haarlemse
atelier. Een stille parelglans over de gewone dingen, een
rommelzolder' die tegelijk een schatkamer is. Hier geldt
!9
(Van onze kunstredactie)
AMSTERDAM. Ten bate van het
„Amsterdam danks zijn Canadezen”-pro-
ject is er een speciale langspeelplaat ver
schenen onder de titel Sentimental Jour
ney. Een gedeelte van de opbrengst van
de verkoop van deze plaat is bestemd om
het bezoek dat de Canadese militairen,
die Amsterdam in 1945 bevrijdden dit
jaar aan de hoofdstad maken, te financie
ren.
De dubbele elpee, met hoesteksten van
Simon Carmiggelt en Willem Duys, bevat
een groot aantal liederen uit de oorlogs
jaren van artiesten als Vera Lynn, Glenn
Miller, Nat King Cole, the Mills Brothers,
the Andrews Sisters en Bing Crosby.
Kees Verwey
1