Kleurplaat
Schaken
Dammen
Bridge
mi
1
E
0'
I
S3
jt
F"
J
I
I'
mb
II
A
B
Moeilijk
Het feest
Koninginnedag
Het feest
De nieuwe koningin
Nieuwe koningin
Koningin en koning
30 april
30 april
L
De koningin
30 april
I t
HET IS ZO DUUR
4JL1
z
at
a>
f
Be ot r IX
N
vv-’-o
z
4»
I
h
N
VV---O
i
in
k
Portisch
-
Spasski (aan zet)
T. SCHIPPERHEIJN
t
worden gemaakt, anders blijft er in
de krant niets van over. Stuur je
reacties naar ’t Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507, 2003 PA
Haarlem.
Ik vind het best leuk als de koningin
iarig is.
l’ï vond het ook leuk van woensdag.
Toen er een nieuwe koningin was
gt worden.
De dochter van Juliana, ze heette
Beatrix.
Alleen wat ik niet leuk vind dat ze
met stenen gingen gooien.
En er was een politieauto
helemaal beschadigd.
CAROLA DE GRAAF
’t Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte Inkt of viltstoft moeten
Want het kost 5000
miljoen.
Maar het was wel een
heel leuk feest.
Nu is Beatrix koningin
en prins Claus is de
koning.
Ze hebben drie
zoontjes.
En Juliana is ook lief,
maar ze is geen
koningin meer.
Nu is Beatrix de baas
over het land.
Ze heeft heel veel geld.
Maar ze heeft
koninginnedag gevierd
Dus ze moest haast
alles betalen.
Maar ze was toch rijk
en als ze arm wordt,
krijgt ze toch van de
mensen weer
geldstukken.
Ze hebben al een groot
huis hè?
MARRIT COSTER en
INGE FEISE
Op koninginnedag ben ik naar het
spuitvoetbal geweest.
Maar daarvoor heb ik naar de tv
gekeken, want op de tv was Beatrix.
Ik heb op de tv ook Juliana gezien.
Het was een groot feest.
Dat vond ik erg leuk.
Beatrix kwam ook in de kerk.
In een heel mooi pak, vond ik.
SONJA KAY
Als er een president wordt gekozen
dan zou dat moeilijk zijn.
Bij een koning of koningin zou dat
gemakkelljker zijn.
Want de oudste dochter of zoon
wordt koningin of koning.
en die worden geboren.
Ik vond dat het niet zo duur moet
kosten, want dat geld kan ook voor
andere dingen gebruikt worden.
HANS OLIVIER
Prent de muis gaat verhuizen.
Turtle de schildpad helpt.
Hij is de verhuiswagen.
Prent gaat in een nieuw huis wonen.
Alle dingen hebben een kleur.
ï/-
ir-
B
Ik heb de kroning gezien, maar ik
wou niet zelf koning zijn.
Maar ik ben ook geen koning.
Beatrix vindt het misschien wel
leuk.
Mijn vader zou het ook niet willen
zijn en mijn moeder ook niet.
En mijn kanarie zou het zeker niet
willen zijn.
Ik wil het niet zijn omdat je altijd
een foutje maakt en dan zeggen ze:
„Weg met de koning”.
JOHN DEMUNK
10-14, 31x22 17x28, 26x17 11x22, 43-38 13-
19, 24x13 9x18, 36-31 7-12, 42-37 4-9, en
zwart houdt schijf 28 met goed spel.
Wat deze partij nu met het Nederlands
kampioenschap 1980 te maken heeft is het
H V 9 3
V 10 9
A 3 2
4. A H 6 3
4-
3-
>n
2
id
e-
ir-
ot
or
ts
Van de drie winnaars van het kampi
oenschap van Nederland bleven Wiersma
en Clerc ongeslagen (8 remises, 3 overwin
ningen), maar verloor Jannes van der Wal
zelfs twee keer.
Daartegenover stonden liefst 5 overwin
ningen, waaruit ik voor u het fraaie duel
Bastiaannet-Van der Wal heb gekozen.
Jannes kwam met wit met een opening die
Johan Bastiaannet erg graag met zwart
tegenspeelt. In het WK-toernooi in 1978
kreeg Johan er zelfs uitstekend spel mee
tegen niemand minder dan Gantwarg.
Deze partij tegen Gantwarg verliep als
volgt: 1. 33-29 16-21, 2. 31-26 11-16, 3. 37-31
7-11, 4. 31-27 19-23, 5. 35-30 14-19, 6. 30-24
19x30, 7. 34x14 23x34, 8. 39x30 10x19, 9. 41-
37 5-10, 10. 30-25 10-14, 11. 44-39 1-7, 12. 50-
44 18-22, 13. 27x18 12x23, 14. 36-31 7-12, 15.
46-41 21-27, 16. 31x22 17x28,17. 41-36 13-18,
18. 36-31 9-13, 19. 31-27 12-17, 20. 27-22
18x27, 21. 32x12 8x17, 22. 39-34 4-9, waarna
nog een interessante strijd volgde met
remise als resultaat.
De bedoeling van het zwarte openings-
spel vrijwillig een korte-vleugelopslui-
ting aanvaarden om in een later stadium
in de aanval te komen door 23-28 of 21-27
kwam hier uitstekend uit de verf.
Anderhalf jaar later, nadat uiteraard de
kennis over deze opening snel is toegeno
men, kwam de partij Van der Wal-Basti-
aannet er als volgt uit te zien:
1. 33-29 16-21, 2. 31-26 11-16, 3. 37-31 7-11,
4. 31-27 19-23, 5. 35-30 14-19, 6. 30-25 (na 30-
24 ontwikkelt de zwarte lange vleugel zich
wel erg makkelijk) 10-14, 7. 36-31 1-7, 8. 41-
36 20-24, 9. 29x20 15x24, 10. 47-41! „Vroe
ger” werd hier vaak 10. 34-29 24x33, 11.
39x28 23-29. 12. 38-33 29x38, 13. 42x33
gespeeld waarna zwart vaak iets makke
lijker kwam. 1023-29. Van der Wal
was van plan om na 5-10 te vervolgen met
42-37 en 48-42 om het zwart zeer moeilijk
te maken in de aanval te komen. Na 5-10,
11. 42-37 10-15, 12. 48-42 kan zwart niet
gewoon verder na 4-10 volgt 25-20, 27-22
(18x27) 31x22, 26x17 (11x22) 34-29 (24x33)
38x27 en zwart mag blij zijn als hij geen
schijf verliest; na 14-20 25x14 9x20 wint
volgende: in de 8e ronde ontstond in de
partij Wiersma-Hooyberg precies dezelf
de stand, en ook Hooyberg, die de partij
Wiersma-Van Huet niet kende, speelde 23-
29?, waardoor Wiersma voor de tweede
maal in zijn carrière succes had met deze
fraaie lokzet! FRANK TEER
Ik heb de drumband gezien en nog
veel meer dingen.
En ik heb tv gekeken en dat vond ik
wel leuk.
En ik heb ook nog de kroning
gezien.
En dat vond ik leuk hoor.
SANDRA VAN EGMOND
dacht:
Ik heb op 30 april de kroning op de
tv gezien.
Het is jammer dat wij geen
kleurentelevisie hebben, anders
was het vast heel mooi geweest.
Ik vond het niet nodig om zoveel
geld uit te geven voor dit feest.
Je kon het beter aan arme mensen
geven of zo.
En als ze dat geld uitgaf om het leuk
te maken, dan was het nog geen
leuk feest geweest.
Want wie vindt een feest waarop
met stenen gegooid wordt en
gewonden vallen nou leuk?
GLIJN-JAN GLAS
Een van de zeer kritieke momenten in
deze partij. Waarom vervolgde Spasski
hier niet met de gevaarlijke opstoot e4-e5?
Hij valt dan Tb7 aan, terwijl hij na 27.
Tc7 de tussenzet 28. ef6:t kan spelen, om
vervolgens zijn dame actief op e5 te poste
ren. Analyserend met een paar deskundi
ge collega’s hebben wij deze vraag niet
kunnen doorgronden. 27. Tflxfl Tb7-c7,
28. Dc5-b6 Het grote verschil is dat e5
nu in zwarts handen blijft. Daar maakt hij
onmiddellijk gebruik van. 28g6-g5!
Om zijn paard via g6 naar het ideale veld
e5 te transporteren. 29. Tf4-fl Pe7-g6, 30.
Tal-a5 Dreigt Td5; pion d4 is zwak.
30Tc7-f7, 31. Db6-c5 Lc8-e6, 32. Pc4-
d6 Tf7-d7, 33. Ta5-a6 Dd8-e7, 34. Tfl-bl
Niet 34. Dd4:? Tfd8. 34. Pg6-e5,
35. Dc5-a3 Dekt d3. 35Tf8-d8, 36.
Tbl-b6 Kg7-g6, 37 h2-b3 Kg6-g7, 38. Lg2-
fl Td8-f8, 39. Da3-al b7-h6, 40 Kgl-g2 Tf8-
d8. Einde tijdnood. Pion d4 kan niet gesla
gen worden wegens 41Tb7: 42. Te6:
pb4, 43. Tf6: en wit heeft een pion gewon
nen. Echter krijgt zwart dan met 43
Dc3! voldoende tegenspel. Hij dreigt b.v.
binnen te komen met Tb2t en kan eventu
eel op d3 slaan. B. 41. Tb7: 42. Tb7:
wit direct een schijf door 27-22 en 34-29.
Daarom moet zwart kiezen uit:
le) 23-28, 11. 32x23 18x29, 12. 34x23 19x28
wat een schijf verliest door 13. 38-33 en 15.
26-21.
2e) 23-29 11. 34x23 19x28, 12. 32x23
21x32, 13. 37x28 18x29, 14. 28-22 17x28, 15.
26-21 16x27, 16. 31x33 met onduidelijke
stand.
3e) 24-30 waarna zwart na 11. 38-33 rustig
23-28 kan spelen met 12. 33x22 17x28, 13.
26x17 11x22, 14. 32x23 19x28, omdat nu 28-
33 dreigt zou kunnen volgen 15. 34-29 30-
35, 16. 39-34 met interessant spel.
In de partij Van der Wal-Bastiaannet
volgde: 10. 23-29, 11. 34x23 19x37, 12.
41x32 13-19, 13. 42-37 8-13, 14. 48-42 18-22,
15. 27x18 12x23, 16. 38-33 5-10 (23-28 is te
gevaarlijk) 17. 43-38 10-15, 18. 46-41 13-18,
19. 31-27 9-13, 20. 36-31 4-9, 21. 41-36 2-8, 22.
49-43 7-12, 23. 33-28 (er dreigde 23-28 met 5
om 5 afruil) 23-29, 24. 27-22 18x27, 25.
31x22 de inleiding tot een bijzonder fraai,
en goed getaxeerd, offer: 12-18, 26. 39-33!
18x27, 27. 44-39! 17-22 (na 8-12 wint wit 2
schijven door 36-31, 14-20, 28-22, 32x14,
26x30) 28. 26x17 13-18, 29. 32x21 16x27,
waarna de stand van diagram 1 is ont-
staan. 30. 37-31 8-13 (als zwart dam neemt
met 8-12 en 27-32 komt hij door 8-3 en 25-
20 twee schijven achter). 31. 50-44 15-20
(verplicht omdat op 11-16 39-34, op 18-23
40-35 en op 3-8 25-20 en 39-34 wint) 32. 40-
35 11-16, 33. 35-30 22x11, 34. 31x22 17x28,
35. 42-87 24x35, 36. 33x15 11-17, 37. 45-40
13-18, 38. 37-31 18-22, 39. 38-33 19-24, 40. 40-
34 9-13 (beiden overzien de damcombina-
tie 17-21, 24-30, 35-40!, 14-20, 9x49) 41. 25-20
14x25, 42. 34-30 en wit won.
In diagram 2, uit de partij Wiersma-Van
Huet in 1972 heeft Wiersma zojuist 40-35
gespeeld, daarmee zijn tegenstander ver
lokkend tot 23-29 34x23, 25x34 39x30, 22-
28; dit lijkt schijfwinst of dam op te leve
ren. Er volgde na 22-28 echter: 31x22!
28x50, 42-37! 17x19, 26x17 11x22, 24-20!!
14x34, 38-33 50x28, 32x5 met winst.
Wiersma had hier wel veel risico geno
men, omdat hij positioneel slechter staat
als zwart er niet in loopt en 14-19! speelt.
Een tweetal aardige varianten die men
toentertijd vond zijn:
le) 46-41 10-14, 32-28? 23x32, 34-29 25x23,
42-37 19x30, 37x10 30-34!, 39x30 9-14, 10x19
13x24, 30x19 27-32!, 38x16 22-27, 31x22
17x50 en zwart wint.
2e) 33-29 8-12, 29x18 12x23, 34-29 23x34, 32-
28 22x33, 38x40 25x34, 40x29 19x30, 35x24
"S
Ik vind een president niet leuk,
maar dat kan me niets schelen.
Ik heb liever een koningin, omdat
een koningin langer blijft.
1 J MARCEL
THEUNIS
Oost
A 3 2
V A V 9 4
f H 10 6 5
4. A 10
l
West 1 Ha - oost 3 Ha en west 4 Ha. Na
een vraag over oosts limietbod start noord
met KI V, genomen met het aas. Hoe moet
zuid spelen?
Eigenlijk begon de 14e (laatste) partij
van de match Spasski-Portisch in 1972. In
dat jaar toch deed Bobby Fischer de lugu
bere uitspraak, dat hij de persoonlijkheid
van zijn tegenstanders zou breken. Wie de
verrichtingen van die tegenstanders
Taimanov, Larsen, Petrosian en Spasski
sindsdien heeft gevolgd, kan vaststellen
dat die profetie is uitgekomen.
Sinds de slopende tweekamp op Ijsland
met alle nevenverschijnselen buiten het
schaakbord en de soms schandelijke mis
dragingen van Fischer lijkt Spasski met
name gedeformeerd. Als buitenstaander
krijgt men de indruk dat hij niet meer
onder alle omstandigheden de perfect
gentleman van vroeger is en dat zijn
strijdlust is verminderd.
In ieder geval heeft Boris de in 1972
onttroonde wereldkampioen het net
niet kunnen rooien tegen Lajos Portisch,
evenals hij een goede veertiger, zulks ter
wijl de Hongaar als allround schaker toch
wel zijn mindere is. Dit compenseert hij
vooral door zijn grote ijver; Portisch is de
op-en-top-vakman, die iedere dag 10 uur
schaak studeert en zeer ingetogen leeft,
hoewel hij volgens insiders soms wel pri
ma donna-neigingen vertoont.
Het is jammer dat zo’n tweekamp een
volstrekt ondeugdelijk middel is om bo
ven water te brengen, wat er zich in wezen
afspeelt. Om de paar dagen een partij,
vrijwel altijd eindigend in remise (12 van
de 14). Gapend leest het publiek de uitsla
gen, zonder er zich ook maar het minste
idee over te (kunnen) vormen, welke haast
ondragelijke spanningen zich afspeelden
in de psyche van de combattanten.
Misschien is die laatste, 14e partij nog
het geschiktst, daarover een tipje van de
sluier te lichten. Bij het begin was de
situatie als volgt: Portisch was de strijd
fortuinlijk gestart. Hij won een partij met
zwart. Weliswaar scoorde Spasski daarna,
spelend met wit, de gelijkmaker, doch op
grond van een wonderlijke bepaling in het
reglement telde die „zwarte” partij zwaar
der. Dit betekende dat Spasski, de held
van talloze toernooien en wereldkampi
oen van 1969-’72, die 14e partij moest
winnen om in de running te blijven voor
het heroveren van de titel Stellig en o.i.
terecht moet hij het gevoel hebben
gehad dat dit de laatste maal in zijn leven
was, dat hij die kans kreeg.
Het werd een heroïsch en moeilijk te
doorgronden gevecht. Heeft Boris op en
kele momenten een sterkere voortzetting
gemist? Wij kunnen er slechts vraagte
kens bij zetten.
De opening hadden de spelers getoetst
in de elfde partij. Een zgn. „gesloten”
Siciliaan met als voornaamste kenmer
ken: een actieve gefianchetteerde zwarte
loper op g7 en de daarbij behorende snelle
opmars van de zwarte b-pion. Daartegen
over van wit: aantasting van het zwarte
steunpunt d4, afruil van de fianchettolo-
per en enscenering van een koningsaan-
val. Reeds na 17 zetten vervlakking en
remise. Dat ging als volgt (wit: Spasski):
1. e2-e4 c7-c5, 2. Pbl-c3 d7-d6, 3. g2-g3
Beginnen we me troeftrekken dan gaan
we down. De tegenpartij speelt weer kla
veren en ontwikkelt aldus een klaverslag
voor de verdediging. In slag 2 moet Ru V
gespeeld worden! De tegenpartij neemt
Ru A, maar nu werken we op dummy’s
hoge ruitens eerst KI 2 weg uit de hand en
oas dan spelen we troef.
De illustraties zijn van Ton Lempers.
Het boek is in de boekhandel verkrijg
baar.
Het eerste probleem. West moet schop
pen spelen. De leider kan weliswaar meer
slagen maken in harten dan in schoppen,
maar het gevaar dreigt dat als de snit op
Ha V mislukt de laatste ruitendekking
wordt weggespeeld. West maakt dan vier
slagen in harten en geen enkele in schop
pen. Begint hij daarentegen met de schop
pens dan maakt hij met zekerheid drie
schoppen- en twee hartenslagen en daar
mee het contract.
V 10 7 2
A
8 6 5 3
V B 9 5
9 6 5 3
H 8
A 10 7 2
10 6 4
Ik vind dat Beatrix zelf alles moet
betalen.
Als zij in een ander huis gaat
wonen, moeten wij het weer
betalen.
Het diner moeten wij betalen, hoor!
Dag tot de volgende keer.
DEBBY DE RIJK
H B 8
V V 9 7 6 4
V 9
4. AH 2
Pb8-c6, 4. Lfl-g2 g7-g6, 5. d2-d3 Lf8-g7, 6.
Lcl-e3 Ta8-b8, 7. Ddl-d2 b7-b5, 8. Pgl-e2
Pc6-d4, 9. 0-0 e7-e6, 10. Pc3-dl Pg8-e7, 11.
Pe2xd4 c5xd4, 12. Le3-h6 0-0, 13 Lh6xg7
Kg8xg7, 14. f2-f4 f7-f6, 14. Lg2-h3 e6-e5, 16
Pdl-f2 Lc8xh3, 17. Pf2xb3 en remise op
voorstel van Spasski, die na dit verloop
genoodzaakt was in de 14e partij andere
wegen te zoeken.
De eerste 10 zetten van die 14e partij
waren dezelfde als hierboven vermeld.
Inplaats van 11. Pd4: speelde Spasski nu
11. Pe2-cl De bedoeling is met c3 de
voorpost d4 terug te drijven zonder dat op
e2 geruild kan worden. 11b5-b4, 12.
a2-a3 a7-a5, 13. a3xb4 a5xb4, 14. c2-c3
b4xc3, 15. b2xc3 Pd4-c6,16. Le3-h6 0-0, 17.
Lh6xg7 Kg8xg7, 18. Pdl-e3 d6-d5!? Een
moeilijk te taxeren zet met verstrekkende
gevolgen. 19. Dd2-c2 d5-d4, 20. Pe3-c4 e6-
e5, 21. Pcl-b3 Nu zien we het bezwaar
van zwarts 18e zet: pion c5 is niet te
dekken. 21d4xc3. Thans volgt op 22.
Pc5: Pd4, waarna pion c3 taboe is wegens
Pe2t. 22. Dc2xc3 Pc6-d4, 23. Pb3xd4
c5xd4, 24. Dc3-a3 D-fb, 25. Da3-c5
Dreigt tweemaal slaan op e5 Db8:. Op
de voor de hand liggende reactie 25
Le6 volgt krachtig 26. Ta7. O.i. staat wit
beter. 25Tb8-b7, 26. f2-f4 e5xf4.
West
B 10
V B 7
A V B 9 3
H V 8 2
8 6 5
V 4 3
9 8 6
B 10 5 2
Af z
Als het koninginnedag
is dan wordt er een
feest gehouden.
Maar de koningin is zo
rijk.
Zij vindt het erg leuk
voor de kinderen.
Want die vinden het
feest erg leuk.
Maar we weten niet
hoe ze aan zoveel geld
komt.
Het feest was ook erg
duur.
u
hoek
r
Db7: 43. Ta7 Da7: 44. Da7:t Td7 en Por
tisch voor wie remise voldoende was
heeft een onneembare „vesting”. Wits pro
bleem is vooral zijn „slechte” loper tegen
over zwarts prachtig geposteerde paard.
Er volgde 41. Pd6-b5 Le6-f7, 42. Tb6xfl6
De7-b4, 43. TfB-b6 Pe5xd3, 44. Pb5-d6
44. Ld3: Dd2t Dd3: haalt niets uit,
omdat zwart dan een sterke vrijpion op d4
Krijgt. Maar nu redt Portisch zich met een
fraai kwaliteitsofter. 44Db4-d2t 45.
Kg 2-hl Td7xd6! 46. Tb6xd6 Td8xd6, 47.
Ta6xd6 Pd 3-f2’ 48. Khl-gl Pf2xe4. Dreigt
behalve Pd6: ook Df2t en Pg3: mat. 49.
Dalxd4t Dd2xd4, 50 Td6xd4 Pe4xg3 en
pa nog wat vergeefse pogingen van wit
werd de partij na 77 zetten remise
gegeven.
Hoe zou de schaakgeschiedenis verder
zijn verlopen als Spasski in deze spannen
de partij 27. e5 had gespeeld?
E. SPANJAARD
West
H B 8
V 9 7 6 4
V 9
A H 2
Bij Elsevier verscheen onder het Meu-
lenhoff-label „Bridge, spelenderwijs 2”,
geschreven door Cees Sint en schrijver
dezes. Het boek bevat een verzameling
van 40 oefenspellen in de bekende vraag-
en antwoordvorm. De lezer kan eerst zelf
trachten de goede speelwijze te vinden,
waarna hij op de volgende bladzij kan
zien hoe het in de praktijk had gemoeten.
De spellen hebben betrekking op de drie
delen van „Bridge, van start tot finish” en
bieden iedere bridger, van iets tot meer
gevorderd, de gelegenheid zijn speeltech-
nisch kunnen wat op te vijzelen. Daarbij
wordt dan tevens in quizvorm nog aan
dacht besteed aan de belangrijkste af
spraken in het Acol-biedsysteem.
We geven drie voorbeelden, waarvan
van de eerste twee aan het einde van deze
rubriek tevens de oplossingen; over de
derde kan dan wat langer worden nage-
Oost
B 10 2
A H B 8 2
H 4
8 7 4
Ik vind het wel leuk, maar het kan
me niets schelen wie er koningin
wordt of president.
Ik vind het feest niet nodig.
Dat feest kostte negentig miljoen.
Dat konden ze beter voor een goed
doel doen.
(Voor zieke mensen en zo dat ze
beter worden.
Maar zo’n feest vind ik maar niks.
KLAAS HES
lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllfllllllllllllllllim
West 1 Ru - oost 1 Ha; west 2 KI - oost 2
Sch; west 3 Ru, waarna via azen vragen 6
Ru wordt bereikt. Oosts 2 Sch is de vierde
kleur, waarover weer wat vraag en uitleg.
Noord start vervolgens met Sch 9, geno
men met het aas op tafel. West trekt de
troeven in twee rondes, incasseert KI A en
vervolgens KI HV (op tafel Sch 2 weg).
Hoe verder?
Beatrix vind ik wel een goede
koningin, maar wat moet haar man
doen?
Blijft de man in Amsterdam of gaat
hij weg?
Krijgt de koningin een kroon op ja
ofnee?
De koningin vind ik ook lief en
soms ook niet. FARID meBARK
West
H V 9 3
10 9
A 3 2
A H 6 3
West opent 1 SA - oost 2 KI (Stayman);
west 2 Sch - oost 3 Ha en west tenslotte 3
SA. Na een vraag over de betekenis van 3
Ha (precies een vijfkaart, mancheforcing)
wordt de start gegeven: Ru V, en de vraag
luidt: Moet de leider, na de slag in de hand
te hebben genomen, beginnen met Ha 10
of moet hij schoppen spelen?
Oost
A 4
V B 10 5 3 2
H B 4
4. 8 7 3
Ik vind het feest erg leuk.
Dat ze zo groot feest hebben.
Maar ik was samen met Marja naar
de speurtocht geweest.
En daar kreeg je een lintje en
drinken.
En een sinaasappel.
En dat vond ik wel leuk.
Maar op het lintje stond een
kroontje.
En daarna ging ik en Marja naar
huis.
En toen hebben we nog heel even tv
gekeken. MONIQUE HOPMAN
A 7 4
V 7 6 5
4. V B 10 7 5
4. V 9
Geef alles een leuke kleur.
Knip dan de plaat uit
en plak hem op karton.
Leuk om in je kamer
op te hangen!