Volckaerts vioolspel
hoogtepunt NPO-concert
Thematische variatie
in etsen Peter Bes
Sa
3
?9-
195
Alain Resnais briljant, Fellini vervalt in herhalingen
Onderzoek voor
nieuw beleid
monumentenzorg
or-
„Gaat u rustig slapen.’
Zomer danscursus
lóten met 31 mei f22,50. Daarna f 10,- duurder.
Haarlemse Beethovencyclus besloten
Geestige keramiek van Margreet Huisman bij SBK
Ordinairste truc
r»
WOENSDAG 21
19 8 0
M E I
KUNST
l
door Pieter van Lierop
F
m v.a. 14,95
Het boek werd samengesteld door
de bekende journalist Evert Werkman
en de geschiedkundigen Madelon
de Keizer en Gert Jan van Setten.
Het is een bijzonder boek geworden,
waarin de wonderlijke sfeer
van die dagen tot leven
komt. Ook al hebt u die
met zelf meegemaakt.
a
CANNES. De afgelopen twee dagen heeft het toch al niet beste
hoofdprogramma van Cannes 1980 een absoluut dieptepunt bereikt,
t om vervolgens naar de vermoedelijke climax op te klimmen. Als
coördinaten van deze curieuze curve fungeerden de films La citta
delle Donne (van Fellini), Out of the blue (van Dennis Hopper), Een
7 dag als alle andere (Van Mrinal Sen) en Mon oncle d’Amérique (van
Alain Resnais). Om bij het begin te beginnen: Fellini’s film bleek een
teleurstelling die ernstig te denken geeft.
I
’t Leek allemaal zo ver van ons bed.
Maar voor we goed en wel wakker
waren, rolden de tanks al door de straat.
Vielen de Duitsers letterlijk uit de lucht.
De oorlog was ons leven binnen
getrokken.
Het lijkt 40 jaar later misschien
onvoorstelbaar; maar, ondanks alle
gruwelen, ondanks alle terreur, probeer
den we er toch het beste van te maken.
We pasten ons wonderwel aan. En we
bleken vindingrijker dan we dachten.
Over de geschiedenis van het dage
lijks leven in de Tweede Wereldoorlog
gaat het nieuwe Boek van de Maand.
Verteld aan de hand van anecdotes,
persoonlijke verslagen en dagboekfrag
menten.
Zichtbaar gemaakt door talloze foto’s
en afbeeldingen, waarbij nooit eerder
gepubliceerd materiaal uit privé-bezit.
De aanbieding is geldig van 1 t/m 31 mei. Echter zolang de voorraad strekt.
■111
X
Violiste Edith Volckaert
FREDERICO FELLINI.
mei
m
v.a. 5jS
(ADVERTENTIE)
4^
in_ v.a. 39,7! c
v.a. 3,7 X
ARTHUR BELMON
(De expositie duurt tot eind mei)
itchinson.
aer stuk extra
De ideale
tube.
Bij een onberispelijke instrumentale be
heersing, blonk het spel van deze Belgi
sche violiste uit, door een magnifieke
toonvorming vol minieme fluctuaties. Ui
terst fijne pianissimo’s die toch tooninten-
Een groot aantal binnen- en buitenland
se dansers en choreografen zal lessen,
workshops en voorstellingen geven gedu
rende de cursus die van 2 tot en met 21
juni plaats heeft. Onder de medewerken
de docenten zijn Pauline de Groot, Katie
Duck, David Woodberry, Amy Gale, Mary
Fulkerson, Albert Reid, Jenn Ben Yakov
en John Rolland.
s v.a.
id-
r i
N
den worden geschokt als op zekere dag de
oudste dochter niet thuiskomt. De gezins
leden (en hun buren) worden ten voeten
uit getekend door middel van hun reacties
op de plotselinge verdwijning van het
meisje, dat tenslotte weer braaf op het
oude nest terugkeert, maar de verhoudin
gen daar zijn dan niet meer dezelfde als
voorheen.
En vervolgens zagen we Mon oncle d’A
mérique, van Alain Resnais. In een paar
opzichten de interessantste film die Can
nes tot dusver te presenteren had. Als
inspiratiebron fungeerde het oeuvre van
Henri Laborit, een bioloog die met zijn
speciale interesse voor de functies van
zenuwen en hersens, terechtkwam op het
gebied van de etologie. Vanuit bestude
ring van diergedrag trekt hij conclusies
voor het gedrag van mensen. Een aantal
van zijn denkbeelden heeft Resnais nu
aanschouwelijk gemaakt aan de hand van
een prachtig script van Jean Gruault, die
in het verleden scenarist geweest is voor
waarlijk niet de minste films van onder
meer Godard, Rivette, Rossellini en Truf
faut.
De film introduceert drie personages,
afkomstig uit volstrekt verschillende soci
ale klassen. Gerard Depardieu als boeren
zoon, die priester had moeten worden,
maar terechtkomt in het bedrijfsleven.
Nicole Garcia als meisje uit een commu
nistisch milieu, waaruit ze losbreekt om
actrice te worden. En Roger Pierre als telg
uit een Bretonse bourgeois-familie, be
stemd om het ver te schoppen in de poli
tiek, maar verzeild rakend in de letterkun
de. Drie mensen die van huis uit al in
bepaalde richtingen werden gedwongen
en falen in hun pogingen zich daaraan te
ontworstelen. En de rest van hun gedrag
en ontwikkelingsgangen wordt verklaard
vanuit wetmatigheden die volgens Labo
rit bioloisch vast staan.
ervaringen met vrouwen en de onvervuld
gebleven verlangens. En het eindigt met
de ordinairste truc die er in de vertellende
literatuur of cinema bestaat: „En toen
werd ik wakker
De film heeft onloochenbaar scènes die
de meesterhand verraden (bijvoorbeeld
een bioscoop met een naar erotische scè
nes koekeloerend publiek, verandert in
een gigantisch ledikant met masturberen
de kereltjes), maar de film heeft qua in
tentie niets, maar dan ook helemaal niets
toe te voegen aan wat we al meenden te
weten over Fellini’s fixaties, nu dus hele
maal beperkt tot ’s mans honger naar het
liefst de meest oermoederlijke voluptueu
ze vrouwenlijven. Meest deprimerende
conclusie na het zien van Citta delle donne
is niet eens dat Fellini vergeten schijnt te
zijn hoe je een film meeslepend moet
opbouwen, maar vooral dat deze kunste
naar is uitgepraat. Dat hij verkrampt is
tot enkel epaterende circustoeren, waar
mee hij zichzelf kopieert.
En dat brengt me in herinnering dat ik
een maand geleden toevallig, een tot dus
ver in Nederland niet uitgebrachte, uit
1975 daterende film zag van Jean Yanne:
Chowbizzenes was de titel. Een slechte
film overigens, maar er zat een frapperen
de scène in, met een dirigent die geen vat
kreeg op zich ernstig misdragende orkest
leden en die dan uitvalt in een furieuze
tirade, die uiteindelijk overgaat in een
Duitsgesproken schreeuwparty. Ik wil
dus zeggen dat Fellini’s Provo d’Orche-
stra vier jaar tevoren al eens gemaakt was
in Frankrijk en qua idee dus volstrekt
onorigineel is geweest. En nadat eerder
Casanova al een bittere teleurstelling was
gebleken, bevestig nu Citta Delle donne
nog eens het vermoeden dat Fellini’s genie
is verworden tot hokus pokus zonder
visie.
Waar echter Citta delle donne met on
derdelen nog wel eens de mond wagen
wijd had doen openvallen, daar bleek een
andere competitiefilm slechts enkel weer
zin te kunnen oproepen: Out of the blue,
van Dennis Hooper. Deze door festivaldi
recteur Gilles Jacob, buiten de selectie
commissie om binnengehaalde film, blijkt
een lebberige smartlap over een Ameri
kaanse vader die voor vijf jaar de bak was
ingedraaid, omdat hij een fataal ongeluk
had veroorzaakt met een schoolbus. Moe
der bewijst zich nadien zeer overspelig en
gaat aan de heroïne, terwijl het tiener-
dochtertje op de punktoer gaat en haar
ouders en zichzelf uiteindelijk op gruwe
lijke wijze het leven beneemt. Ik heb geen
idee wat er met Out of the blue bedoeld
kan zijn en ik heb er helemaal geen notie
van wat voor kwaliteiten Gilles Jacob
hierin ontdekt mag hebben.
Een verademing was het daarna om te
kijken naar een dag als alle andere, een
film van de Indiase regisseur Mrinal Sen.
Een bescheiden, maar warm voelende ze
densatire over in hecht familieverband
levende kleinburgers, die in hun zekerhe-
We krijgen dus drie verschillende ver
halen die naast elkaar worden verteld,
maar ten laatste toevallig komen
samen te vallen. En die verhalen worden
dan telkens gespiegeld aan experimenten
met ratten en tevens (speelser) aan filmci-
taten met Daniel Darrieux, Jean Marais
en Jean Gbain, die de respectievelijke
idolen van de personages geweest zijn.
Een uiterst gecompliceerde structuur
kortom (zoals altijd in de films van Res
nais), maar ongelooflijk helder, spiritueel
en fascinerend tot leven gebracht door
een werkelijk briljant regisseur.
De zwakte van de film ligt evenwel in de
conclusie van wetenschapper Laborit, die
met zijn commentaren zo deprimerend
doordraaft over de biologische en sociale
beperktheden van de menselijke vrijheid,
dat het tegenvalt dat Resnais hem niet
meer tegenspel heeft gegeven met accen
tueren van ook de punten waar dierlijk
gedrag en menselijk gedrag nou juist es
sentieel verschillen.
Het is weliswaar duidelijk dat Resnais
voor zichzelf een relativerende veilig
heidsklep heeft ingebouwd door Laborit
in de film op te voeren als feitelijke vierde
hoofdrolspeler, die dus eigenlijk eveneens
„fictief’ is, wat de film betreft. Maar het
stempel van Laborit op de film is alleso
verheersend en met je irritatie daarover
(als je zijn theorieën niet wenst over te
nemen) kun je in de film dus geen kanten
uit.
Tijdens zijn persconferentie bevestigde
Resnais mijn vermoeden dat hij zich uit
gedaagd heeft gevoeld om te kijken of hij
in staat was een wetenschappelijk betoog
op artistiek verantwoorde wijze om te
zetten in drama. Het blijkt zijn voornaam
ste motivatie voor het maken van deze
film te zijn geweest, waarbij het er voor
Resnais nauwelijks toegedaan schijnt te
hebben of hij het zelf wel met dat betoog
eens was of niet. In zijn opzet is Resnais
op werkelijk superieure wijze geslaagd.
Mon oncle d’Amérique is de meest inge
nieuze film van dit festival en misschien
ook wel de best gemaakte film van Can
nes 1980, maar het is helaas tevens een
film met erg weinig hart. En dat waren we
bij Alain Resnais anders gewend.
De kleuretsen van Peter Bes zitten zo
vol verwijzingen, dat ik ze zou willen
betitelen als ingrediënten-grafiek. Het is
net of David Hockney, Vincent van Gogh,
Toulouse-Lautrec en Edward Hopper in
een cocktailshaker zijn gestopt met een
flinke scheut foto-realisme, en een half
glaasje Pieter Holstein. Een gewaagde on
derneming, als je dat zo leest. Maar het
vakmanschap van Peter Bes staat er borg
voor dat er een fantasierijke mix ontstaat,
waarin de afzonderlijke onderdelen in
hun waarde gelaten worden en het eind
produkt een geheel eigen gezicht mee
krijgt.
Toevalligerwijze kwam ik de avond,
voor ik deze expositie ging bezoeken, een
jongen tegen, die werkte bij de SBK in
Amsterdam. Al snel kwam het gesprek op
de kunst terecht. Hij vertelde dat werk
van Bes zeer goed bij de Amsterdamse
SBK liep. Nu ik het werk gezien heb, kan
ik me dat levendig voorstellen. Het lijkt
me met gemakkelijk iemand te vinden, die
niet bereid zou zijn een ets van Peter Bes
aan de wand te hangen. Zelden ziet met zo
een grote verscheidenheid in thematiek,
terwijl elke ets afzonderlijk toch duidelijk
het stempel van de kunstenaar draagt.
Voor de een zullen de taferelen in nacht
clubs het best aansluiten bij de eigen
belevingswereld, terwijl een ander mis
schien weer meer valt voor de koele esthe
tiek van een 19de-eeuws Zwitsers hotel of
een eigentijds benzine-station.
In een tweetal etsen doet Bes verslag
van de kunstreis van zijn vriend Olof naar
Ar les. De melancholie van deze Olof blijft
voelbaar, ook door de betrekkelijk vrolij
ke tinten heen. Treurig lijkt me de jonge
man er aan toe, die in een modern, leeg
interieur wat zit te peinzen op een Metz-
bank. Geld maakt misschien niet geluk
kig, maar hi-fi is ook niet alles, zo te zien.
Keramiek werkt bij mij, om het u maar
(Van onze kunstredactie)
DEN HAAG. Staatssecretaris Wallis
de Vries van CRM wil laten onderzoeken
hoe een toekomstig beleid ten aanzien
van de monumentenzorg er uit moet zien.
Hij moet daarvoor cijfers boven water
krijgen op het gebied van restauratiebe-
leid in beschermde stads- en dorpsgezich
ten. Onderhoudsproblematiek, werkgele
genheidsaspecten, het decentralisatie-
vraagstuk en de coördinatie tussen stads
vernieuwingsbeleid en het natuur- en
landschapsbehoud.
HAARLEM. Met de vertolking van het Vioolconcert, zette Edith Volckaert
gisteravond de kroon op de NPO-Beethovencyclus, die met dit derde concert in het
betreffende kader besloten werd.
(Van onze kunstredactie)
AMSTERDAM. De Amsterdamse
Theaterschool Opleiding Moderne Dans
organiseert dit jaar voor het eerst een
Zomer Danscursus hoofdzakelijk be
stemd voor studenten en professionele
dansers, choreografen en dansdocenten.
ik
sch. Steunpunt
ien draaibaar
:e 30 cm.
ar tot 1,3 ton.
I Mon Oncle d’Amérique ingenieus
Noordhollands Philharmonisch Or
kest; derde en laatste concert Beetho
vencyclus. Dirigent: Jerzy Katlevicz.
Soliste: Edith Volckaert. viool. Pro
gramma: Overture König Stephan,
Tweede symfonie, Vioolconcert.
Concertgebouw Haarlem, 20
1980.
akse slijper
mm schijt
1150. Vermogen
toerental
pschijf 115 mm,
ijsJ&h
w-
overal stroom
gbare Kawasaki
ki generator
S. Max vermogS t
Weegt slechts
oor camping,
rekreatie en
L3KT
50:
aki generator
XJB.Max. ver;
1000 watt. Weel
Bijzonder ge-
voor verlicntino
arisch gereed-
eens eerlijk te vertellen, vaak nogal op de
lachspieren. Maar meestal ben ik wel ge
dwongen mijn lachen in te houden. Ik kan
het dan wel hoogst vermakelijk vinden, al
dut geploeter met klei, glazuur en bak
ovens om uiteindelijk te resulteren in wat
onbeduidende pulletjes, het is lang niet
altijd zeker dat de mensen in de expositie
ruimte om mij heen er net zo over denken.
Integendeel, kun je bijna zeggen. Het pot-
tenbakkersgilde heeft zo een sfeer van
ernst om zich heen gecreëerd, dat je ge
woon bang bent dat er zelfs van een
glimlach al barsten in de keramiek sprin
gen. Bij Margreet Huisman hoefde ik hier
geen angst voor te hebben. Zij gaat zelf al
zo wild met haar materiaal om, dat zelfs
de meest gulle lach de schade niet meer
kan vergroten.
Met zeer eenvoudige middelen; kopjes,
schotels, dienbladen en logge theepotten
maakt zij stillevens, die een vaak komi
sche situatie weergeven. Een gat in de
wand van een theepot biedt uitzicht op
een bungelend theezakje („Kijkpot”). Of
een theepot zit met zijn tuit aan zijn eigen
deksel („Egoïst”). Een kopje staat op een
dienblad, treurig te kijken naar een foto
lijstje waarin een portret van een pot
(„Weduwe”).
Of een theepot heeft een van zijn bijbe
horende kopjes verstoten voor een glim
mend bebloemd exemplaar uit de Hema.
Bij dit interne servies-drama is het dien
blad geheel aan gruzelementen gegaan.
En zo zijn er nog veel meer tafereeltjes,
die de tragiek van het ondermaanse op
buitengewoon geestige wijze vertalen
naar de porseleinkast. U zult het begrepen
hebben: Niet alleen Peter Bes, maar ook
Margreet Huisman kan bij mij een potje
breken.
siteit behielden, stonden evenwel vaak
lijnrecht tegenover fors aangepakte pas-
sages, die in hun tegenstelling een gevoeli
ge expressiviteit dienden, doch gelukkig
nooit iets van koketterie of overdreven
raffinement in zich droegen.
Edith Volckaert is al geen onbekende
meer in Haarlem. En in haar hernieuwde
samenwerking met het NPO, kon haar
artistieke visie in het algemeen ook in de
orkestpartijen klankrijk genuanceerd
weerspiegeld worden.
Dirigent Jerzy Katlevicz zorgde dat het
orkest de solopartij in elk geval ook maar
nergens enigszins in de verdrukking
bracht en stond borg voor een goede coör
dinatie, zoals die vanaf het begin van het
concert, in de overigens onbelangrijke,
König Stephan-ouverture, kenmerk van
het musiceren was.
Bij de Tweede Symfonie, geplaatst tus
sen deze opgeklopt-heroïsche ouverture
en het terecht zo beroemde Vioolconcert,
beperkte de dirigent zich nogal eens tot
het aangeven van de globale lijnen. On
danks zijn veelzijdiger gebarensuggesties,
kwam het althans in de praktijk niet tot
een zodanig genuanceerde uitvoering, dat
van een werkelijk geïnspireerde vertol
king gesproken zou kunnen worden.
De fierheid scheen het trouwens in deze,
in technisch opzicht respectabele versie,
overal te moeten winnen van de lyriek.
Door ’iet aanbrengen van bepaalde accen
ten zonder overtuigende muzikale beteke
nis, deed Katlevicz, speciaal in de boekde
len, het spirituele en onbekommerde ka
rakter van deze symfonie daarbij zelfs
weleens min of meer geweld aan.
Maar de uitstekende keuze van de tem
pi, en de evenwichtige ademing van het
geheel, konden toch zeker wel voor het
nodige luistergenot zorgen.
JOHAN VAN KEMPEN
1 'yen '■Viii&ja
Visies en meningen onder particulieren,
organisaties en overheden zullen geïnven
tariseerd moeten worden. De staatssecre
taris hoopt dat aan het onderzoek, dat
wordt uitgevoerd door een Amsterdams
bureau, veel medewerking zal worden
gegeven.
De Monumentenwet is twintig jaar gele
den in werking getreden. In die periode
zijn meer dan 41.000 bouwkundige objec
ten van rijkswege beschermd. Ook wer
den 160 gebieden aangwezen tot be
schermd stads- of dorpsgezicht. In de ko
mende jaren zullen nog eens 170 gebieden
voor aanwijzing worden voorgedragen.
Daarnaast zal vooral de bescherming van
Jongere” monumenten aandacht krijgen.
HAARLEM. -— Een fraaie en gevarieerde collectie etsen van Peter Bes in de
bovenzaal, en humoristische keramiek van Margreet Huisman in het keldertje, maken
de mei-tentoonstelling bij de Stichting Beeldende Kunst (Ged. Oude Gracht 121 te
Haarlem) tot een plezierige gebeurtenis. Ik zal eens proberen deze twee exposanten in
een aktueel filmisch kader te plaatsen. (Het Festival om de Gouden Palm in Cannes is
immers in volle gang.) Waar de etsen van Peter Bes qua sfeer doen denken aan
Amerikaanse B-films, is het werk van Margreet Huisman pure slapstick. Koplampen
van iets gedateerde limousines, die zich door een dreigende nacht boren, versus
aardewerk, dat het in het atelier van Margreet Huisman kennelijk zwaar te verduren
heeft gehad.
dat kan ons
niet^beuren
Helinde Watt»***
Citta delle donne (Vrouwenstad) werd
drie jaar geleden al in Cannes aangekon-
digd als de nieuwe grote Fellini, maar het
project werd op alle mogelijke wijzen
gestagneerd. De Italiaanse maestro stuk-
kelde met zijn plannen van de ene produ
cent naar de andere en besloot toen om
eerst toch maar even provo d’orchestra te
gaan maken, want dat kan goedkoper,
amper begonnen aan de opnamen voor
Vrouwenstad, kwam de eerste tegenslag:
hoofdrolspeler Marcello Mastroianni
werd ziek.
Een paar maanden later werden de op
namen opnieuw stil gelegd. Het draaische-
ma was vreselijk uitgelopen en het be-
J schikbare geld was op; er moesten nieuwe
7: financiers worden gevonden. Het Franse
J concern Gaumont ging zich ermee be-
1 'moeien. Amper was men weer aan de slag,
toen Ettore Manni (die een belangrijke
bijrol speelde) doodgeschoten werd ge-
Ivonden: moord of zelfmoord, men is er
Lnog steeds met achter
Het script moest worden omgewerkt om
L het bestaande materiaal met Manni toch
I. te kunnen gebruiken. En toen de film
K; uiteindelijk in Italiaanse première werd
gebracht, ontstond er opnieuw schandaal.
L Met name een gezelschap van feministen
tildat zich door Fellini tot figuratie had laten
l bewegen, ontstak in woede om de uitein-
delijke film, waarvan de strekking als
t' juist anti-feministisch werd ervaren.
L Als er nu iets aan citta delle donne
X meevalt, dan blijkt dat nu toch de anti
ic feministische strekking te zijn, want de
film zegt niets over vrouwen in het alge-
17,95 meen, maar dus wel alles over Fellini. En
als er iets tegenvalt aan de film, dan is dat
2g 7 eigenlijk het ontbreken van welke algeme-
-1 ne strekking dan ook. Fellini heeft een
film gemaakt die, op het laatste half uur
na, spuugvervelend is: enkel samenge-
steld uit versmalde Fellini-clichés. die al-
va- leen in de finale een vlucht nemen met
tenminste visueel-aantrekkelijke allure.
In Citta delle donne zien we Mastroianni
-terug: de hoofdrolspeler uit La dolce vita
en Otto Emezzo, met in zijn bagage een
paar herinneringen uit Amarcord, pro-
I beert zich te gedragen als Casanova en
J ..wordt geconfronteerd met een erotisch
I schimmenspel (via ook nu een glijbaan)
als in Giuletta degli spiriti, waarvoor en
kele beelden al eens gebruikt zijn voor
onder meer Satyricon. Het geheel is ont
worpen als een soort natte droom, die
Mastroianni overrompelt als hij gezeten
TftI tegenover een inspirerende mooie vrouw
M per trein een tunnel binnenrijdt. Het
T' dan volgende visioen brengt Fellini’s alter
ego in bedreigend conflict met militante
feministen en in retrospectie van de eigen
„Dat kan ons niet
gebeuren” is het nieuwe
Boek van de Maand.
Veerf/g /aar trouwe
dienst, keramische
theepot van
Margreet Huisman.
1%)