Produkties Toonaangevend theater uit Berlijn Kinderen Grips 3 verander je in het theater niet e- De Schaubühne De beweging van >3 1968 is e- Meer schrijvers in de cel ra voorbij” I s F# Finalisten Brusselse Elisabeth-concours 12 13 ZATERDAG 24 M E I 1980 DEMOCRATISCHE WERKMETHODEN KENMERK VAN SCHAUBÜHNE EN GRIPS Fricties Illusies O to Identificeren Angst in de zaal KUNST rant door Joop van Beek door Joop van Beek AMSTERDAM. Het Holland Festival heeft de hand weten te leggen op twee Westduitse theater groepen, die al jaren toonaangevend in het Europe se toneelaanbod zijn. De twee gezelschappen: de Schaubühne am Halleschen Ufer en het kinder- en jeugdtheater Grips, beide gevestigd in Berlijn, ont stonden in de democratie-revolte, eind jaren zestig- begin jaren zeventig, en werkten mee aan de bewe ging, de Schaubühne met Die Mutter van Brecht, Grips met een viertal anti-autoritaire kinder- stukken. n j „Daarbij is dit gezelschap er achter ge- ings- sloof- intie! :euze BERLIJN „Ik geloof dat de basis voor het ijzersterke contact dat wij met ons publiek hebben, ligt in het feit dat wij de jeugd in het middel punt zetten, hun problemen serieus nemen fen, hoewel de stukken om te lachen zijn, niet grappig over hen doen. Dat is essentieel als je het voor jeugd onbekende medium theater in schakelt om hen materiaal in handen te geven waarmee ze zelfstandig hun eigen situatie kunnen bezien of mis schien veranderen”. Elf jaar lang is Grips in inmiddels 23 stukken vanuit deze wetenschap te werk gegaan, al is het de groep en zeker de schrijvers pas in de laatste vijf jaar hele maal helder geworden hoe men de groeps- doelstelling doeltreffend in de stukken kan verwerken. Het ruimte geven aan meebeslissen, meedenken, vond binnen de twee gezelschappen zoveel gehoor, ook nog nadat de storm van de revolte ging liggen, dat de Schaubühne en Grips tot aan vandaag democratische werkmethoden zijn blijven hanteren, die de theatraliteit van de gezelschappen een geheel eigen gezicht hebben gegeven. De Schaubühne is wellicht de meest illustere van de twee door de wijze waarop de groep al vanaf haar ontstaan de samenhang tussen politiek en ethiek in elk project tot op de bodem uitzoekt. „Deze werkwijze moet het gezelschap”, zo zegt regisseur Peter Stein, die een niet weg te wissen stempel op het gezelschap heeft gedrukt, „tot een onderzoekplaats maken waaruit getoond kan worden wat aan theatrale actie en activiteiten mogelijk is”. „Gelukkig brak dat gevoel door dat we ons in het stuk in een intellectuele toe stand bevonden die niet de onze was, maar dat we door Gorki met een politieke voorgeschiedenis werden geconfronteerd. Die afstand vereiste dat de spelers de intellectuele aard van hun eigen politieke situatie goed moesten leren begrijpen. Ze moesten het zich realiseren en hanteren, het pragmatisch beoordelen, zowel als het verstandelijk emotioneel beoordelen...” „Dergelijke verhoudingswijzen tussen toen en nu laten ons een stuk niet tot een politiek manifest maken, zonder dat er een noodzaak voor is. In 1970 was er voor ons een noodzaak, toen was er een bewe ging aan de gang, toen speelden we Die Mutter van Brecht, een stuk om toeschou wers bepaalde vormen van politieke strijd te leren. Dat werd dan ook prompt door de vakbonden verboden”. „Voor die tijd was Die Mutter heel be langrijk voor ons, want het is nooit een voorbereider voor nieuwe politieke ont wikkelingen geweest. Dat is iets wat thea ter nooit zal kunnen, het kan iets steunen, misschien beïnvloeden. De beweging van toen is voorbij, er is op het moment niets te steunen met dit gezelschap”. „Als we toch een vorm van politiek activerend theater willen spelen, dan moe ten we het gezelschap veranderen, ons in dienst stellen van een arbeidersstrijd als onlangs in Zweden. Dan moeten we ons direct politiek manifesteren. Maar ik zeg dat ook dat niet meer zou lonen. Er zijn zaken op het moment die niet goed zijn om te spelen, niet omdat het politiek ongun stig zou zijn, maar omdat het medium theater daar niet geschikt voor is. Politiek theater heden is theater dat politiek geën gageerde mensen iets laat zien dat niet de realiteit is”. bevonden. Wij waren als de „Sommergas- te” van een soortgelijk kleinburgerdom, niet analoog, maar er waren overeenkom sten”. ties van vaders en moeders (Mannoman), Derde-Wereldproblematiek (Banana) gaan behandelen”. De Belgische radio en televisie zullen van maandag af dagelijks aandacht beste den aan het Elisabeth Concours, waarvan de gehele finale wordt afgewikkeld in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel. STOCKHOLM (Reuter). Er zitten meer schrijvers in de gevangenis dan ooit tevoren. Dit zei de scheidende voorzitter van de Internationale Vereniging van Uitgevers (IPA), Per A. Sloegren, vrijdag in Stockholm. Joop van Beek sprak in Berlijn met Volker Ludwig, zakelijk leider en schrijver van Grips, en met Jan Kauenhowen, tien jaar lang de regieassistent van Peter Stein. Zie ook de Holland Festivalpagina in onze wekelijkse weekendbijlage Erbij. De finalisten zijn Andres Cardenes-Cu- evas, Peter Zazofsky, Irina Tseitlin en Sung-Ju Lee uit de Verenigde Staten; de Belgische Veronique Bogaerts; de Japan ners Ruriko Tsjukahara, Takashi Shimi zu en Yuzuko Horigome; de Roemenen Eugène Sarbu en Mihaela Martin en ten slotte de Polen Teresa Glabowna en Piotr Milewski. (Van onze kunstredactie) BRUSSEL. De Internationale Mu- ziekwedstrijd Koningin Elisabeth voor Viool in Brussel heeft de derde belang rijke fase bereikt. De tweede selectieron de is voorbij en dat houdt in, dat de twaalf finalisten bekend geworden zijn. Zij zullen van maandag aanstaande tot en met zaterdag 31 mei moeten strijden om de uiteindelijke klassering in dit zwaarste aller vioolconcoursen. Grips heeft wat langer tijd nodig gehad om tot een vaste werkmethode te komen, maar uiteindelijk vond ook zij een werkwijze waarin politieke stellingname afgepast werd aan de kracht van het medium theater. Dat heeft de groep, wel de Schaubühne voor kinderen genoemd, een produktie- en speelstijl opgeleverd die door heel Europa navolging kreeg, zelfs zo dat Grips’ stukken meer in'het buitenland dan in Duitsland worden gespeeld. De conservatieve krachten in de Bondsrepubliek zijn hier niet rouwig om. Zij zien Grips liever gaan dan komen. „Voor kinde ren moet je sprookjes spelen”, vinden zij. In het vorig jaar met 1,3 miljard mark gezegende Duitse theaterbedrijf vallen de acht a tien groepen die een gelijke doelstelling hebben als Grips (jeugd bewust maken) buiten de boot. De opmars van Grips echter lijkt niet te stuiten. „Dat zijn voor kinderen „erge” stukken. Net als Doof bleibt doof over het school systeem, daar kunnen ze niets aan veran deren. Zij kunnen een arbeidsproces, een schoolsysteem niet hervormen, ze kunnen er wel inzicht in krijgen, hun denkmodel len daarover veranderen. De allerliefste stukken voor hen zijn de grote volkslotge- vallen, als in Starker als Superman over gehandicapten, waar zij zich betrekkelijk veilig mee kunnen identificeren”. „Wat wij brengen is een sociale fantasie, niet een revolutionaire fantasie als bij voorbeeld een groep als Proloog. Vooruit of achterom kijken heeft bij kinderen of bij jeugd geen enkel nut. De Frankfurter Algemeine noemde Die Schönste Zeit im Leben een onpolitiek stuk omdat we de jeugd niet laten zien hoe het komt dat ze werkloos zijn. Dat laten we inderdaad niet zien, het zal de jeugd een biet zijn hoe ze werkloos zijn geworden, het gaat erom dat ze werkloos zijn. Een soldaat 'die zijn voet verliest in de oorlog vraagt zich ook niet af wie die oorlog is begonnen „Misschien, als we dns steeds groter wordende publiek vertrouwd hebben ge maakt met onze werkwijze, dan hebben we de kans om, zeg over een periode van nog eens tien jaar, ons inmiddels volwas sen publiek iets meer te geven dan alleen maar mogelijkheden tot het vinden van privé-oplossingen. We hebben nu al een eerste stap in die richting gemaakt met Ein Linke Geschichte, een ,volwassenen- stuk over wat er van de jaren zestig- beweging is overgebleven. Vanuit theater- kringen is er al verzet gekomen. Wij zijn een kinder- en jeugdtheater en wat doen we nu? Nog steeds jeugdtheater maken zeggen wij dan, want Ein Linke Geschich te noemen wij een stuk voor mensen van af 16 jaar...” rijn-Westfalen. Hoewel, ergens moeten we de CDU nog dankbaar zijn ook. Als zij niet zo extreem anti waren geweest, had de SPD ons niet zo fervent in het stadsbe stuur gesteund. Financieel hebben we niks te klagen nu...” „Maar terug naar het onderwerp, je kunt slechts in het privéleven iets veran deren. Van rechts zul je nooit links ma ken, iets wat trouwens voor volwassenen ook geldt. Wat wij willen is dat onze stuk ken een aanzet geven tot het vinden van oplossingen. Het echte werk, thuis of waar dan ook, zal uit de rijpheid tot actie van de kinderen zelf moeten komen..?’ „We spelen stukken met sterk verschil lende thema’s. De eerste vier beperkten zich tot situaties thuis, het autoritair ge drag van ouderen. Later zijn we ook on derwerpen als buitenlandse werknemers (Ein Fest bei Papadakis), arbeidsffustra- „In landen waar de vrijheid om uit te geven al problematisch was, is de situatie niet verbeterd, maar eerder verslechterd. Maar het is verontrustend dat er in landen die als vrij worden beschouwd nu econo mische en politieke druk wordt uitgeoe fend”, aldus de Zweedse uitgever. Sjoegren gaf hiermee de voornaamste bevindingen weer van het IPA-congres dat is bijgewoond door 850 afgevaardig den uit 34 landen. De president van de internationale schrijversvereniging (PEN), Per Waest- berg, en de Zuidafrikaanse schrijver An dre Brink, riepen de afgevaardigden op het werk van dissidenten en schrijvers die in eigen land worden geboycot of die daar gevangen zitten, uit te geven. De IPA heeft de Spaanse uitgever Ma nuel Salvat tot nieuwe voorzitter gekozen. Hij zal het volgende congres van de ver eniging voorzitten dat in 1984 in Mexico zal worden gehouden. Volker Ludwig: „Sommige spelers heb ben zelfs exacte voorbeelden, alleen het gevolg daarvan is dat zij zich bewust beperkingen in het spel moeten opleggen. Totale inleving in de rol kan op toneel gevaarlijk zijn. We hebben het meege maakt dat een speler volledig in zijn rol kroop en dat riep direct angst op in de zaal. Kinderen sloegen de handen voor de ogen”. „We moeten een bepaalde afstand be waren waarin de kinderen de gelegenheid krijgen om te oordelen. Ze moeten het theater en thuis kunnen scheiden, en wan neer wij ons in de juiste mate distantiëren van volledige inleving, verstaan kinderen die kunst erg goed. De toneelmoeder is hun echte moeder niet. Die afstand is goed, en wat blijkt na afloop, dat de kinderen die vervreemding, die haast Brechtiaanse vervreemding, Zo perfect begrepen hebben dat ze niet over het stuk maar direct over thuis praten”. „Het is een delicaat werkje maar als je de juiste dosis gebruikt, zoals wij, dan hoeft geen volwassen mens bezorgd te zijn dat de kinderen thuis gaan doen wat de Grips-kinderen op het toneel doen. Wij kunnen zelfs met onze stukken geen exact na te volgen actie op kinderen overbren gen. Je kunt kinderen niet mobiliseren onder termen als solidariteit, dat zegt ze niets. Ja wij, als studenten, wij hanteer den begrippen als solidariteit zonder moeite, maar kinderen zijn zich nog zo slecht zelfbewust dat ze de interesse voor het „samen-sterk” niet eens op kunnen brengen”. De Schaubühne am Halleschen Ufer speelt in het kader van het Hol land Festival drie van haar produk ties: het in maart 1977 in première gegane Die ganz begreifliche Angst vor Schlagen van Georges Courteli- ne, Gross und Klein van voormalig Schaubühne-dramaturg Botho Strauss (dit stuk ging december ’78 in première) en het in februari ’80 voor het eerst getoonde Aus der Fremde van Ernst Jandl. Grips speelt maar liefst 22 maal met zeven produkties, te weten: Max und Milli, voor kinderen vanaf 5 jaar, Die Schönste Zeit im Leben voor jeugd vanaf 13 jaar, Banana voor jeugd vanaf 8 jaar, Ein Fest bei Papa dakis voor kinderen vanaf 8 jaar, Spaghetti mit Ketchup voor kinderen vanaf 5 jaar, Starker als Superman voor kinderen vanaf 8 jaar en het „volwassenenstuk” Eine Linke Ge schichte. Hoewel de groep het vermoeden heeft dat haar publiek merendeels zal bestaan uit volwassen geïnteresseer den, zal de kinderbegeleiding worden verzorgd door Robbert Baars van de Utrechtse kindertheatergroep Rats. komen dat we onze stukken voor een soortgelijk kleinburgerdom als wein Sommergaste signaleerden, spelen. Dat we voor arbeiders spelen? Nee, daar heb ben we ons nooit illusies over gemaakt, zoals het ons ook nooit hoog heeft gezeten mensen een mening in te laten nemen”. „In die zin zijn we een politiek gezel schap en spelen we politieke stukken van Botho Strauss en Franz Xaver Kroetz, authentieke stukken ook omdat het stuk ken zijn die over óns gaan, mensen die steeds minder proletariër worden, die misschien ooit wel eens in een fabriek hebben gewerkt maar hun affiniteit met arbeiders meer en meer verliezen”. Terug naar de Schaubühne-methode. Kauenhowen: „Die kost tijd, veel tijd. De première van de Orestie was oorspronke lijk in maart gepland, maar hij werd afge last, zoals hij nu weer afgelast is. De critici zeiden: typisch Schaubühne, alles moet weer zo precies en perfect en wereldknap, ze hebben altijd meer tijd nodig. De enige reden waarom die première is afgezegd was omdat Peter Stein de hele Orestie nog eens ging vertalen. Dat is symptomatisch voor dit gezelschap, dat men Duitse verta lingen bekijkt, Franse en Engelse verta lingen bekijkt en vergelijkt en bemerkt dat het niet overeenkomt. We haalden een versie uit de DDR en die bleek op de repetitie te plat. Dus toen ging Peter verta len en dat duurde een aantal weken „Dat alles heeft niets te maken met Duitse gründlichkeit, maar gewoon met een werkmethode van het gehele gezel schap, niet van Stein alleen, die zijn gelij ke niet kent. We nemen daar de tijd voor, komen ook nooit in financiële problemen zolang we maar zorgen dat er toeschou wers komen en produkties worden ge maakt „Produkties, gemiddeld drie per jaar, toeschouwers, altijd uitverkocht. De Schaubühne is van het begin af aan steeds succesvol geweest, maar dat komt niet omdat hier de beste spelers zijn, en omdat hier de beste regisseur is. Het is de totale ontwikkeling die het gezelschap hëeft doorgemaakt. De Schaubühne is niet Pe- „Maar”, zegt Peter Stein, „in die samen hang is nog een belangrijk element en dat is de speler zelf. En om tè weten hoe zijn rol in dat geheel is, zal hij eerst terug moeten naar dé oorsprong van zijn mé tier”. Dat is wat Stein in ’74 al zijn Übun- gen für Schauspieler, in een Antikenpro- jekt poogde, dat is wat hij nu weer doet met de Orestie. „Er zijn veel speculaties over het ont staan van het métier. Maar hoe is een toneelspeler ontstaan, was hij alleen of in een groep, hoe heeft hij zich dan als een ling, in die groep gemanifesteerd? Een historisch métieroverleg als dit is voor de Schaubühne van grote importantie omdat met het ontstaan van het toneelspel iets is gevormd dat je democratie kunt noemen. Er zijn vele vormen van democratie, maar de bron is toch ergens bij de Orestie ontstaan”. „Nu, die verbinding tussen het eigen métier dat in een bepaalde tijd volwassen werd met natuurlijk een reuze voorge schiedenis, en de ontwikkeling van een politieke vorm die in Europa niet meer is weg te denken. Die kruising eigenlijk, het zoeken naar waar politiek en esthetica elkaar snijden, dat is de eminente behan deling van een Orestie. Dat is een methode die in andere stukken evengoed wordt uitgevoerd”. „Naar volledige authenticiteit kunnen we niet streven. Elk facultatief onderzoek brengt nieuwe thesen aan het licht zodat men slechts kan spelen wat vandaag be kend is. Dat is de handicap, waar je niet omheen kan. Net doen of je er toen bij was kan niet”. „Dergelijke onderzoeken naar historie van het métier, van politiekvormen, is enorm belangrijk gebleken in bijvoor beeld een project als Sommergaste van Gorki, eind 1974. Het snijpunt esthetiek- politiek lag toen zo bedrieglijk bij de situ atie van ’68-’7O waarin wij ons hadden De jury bestaat uit Dorothe Delay (USA), Eugenia Uminska (Polen), Edith Volckaert (België), Raymond Gallois- Montbrun (Frankrijk), Franco Gulli (Ita lië), Alberto Lysy (Argentinië), Yfrah Nea- man (Engeland), Ricardo Odnoposoff (Oostenrijk), Ruggiero Ricci (USA), Mi chel Schwalbé (Frankrijk), Berl Senofsky (USA), Henryk Szeryng (Mexico), Yoshio Unno (Japan), Hneri-Emanuel Koch (Bel gië), Carlo van Neste (België) en Yehudi Menuhin (USA). Voorzitter van de jury is Marcel Poot. Volker Ludwig: „Het leeftijdsverschil I tussen ons en de kinderen, de jeugd, is groot. Wat weten wij nu nog van hoe wij als kinderen dachten. Een groot deel van ons werk heeft de eerste jaren dan ook in het teken gestaan van gesprekken voeren. Gesprekken die moeilijk tot stand kwa men omdat de kinderen niet zoals nu naar ons kwamen, maar wij naar hen moesten i gaap. En als we bij elkaar waren, verliep het contact nog uiterst moeilijk”. „Maar na verloop van tijd, toen onze stukken door een groter aantal kinderen en jeugd werd bekeken, verliepen de con tacten, meestal in buurthuizen, of in ruim tes door de kerk beschikbaar gesteld, al veel en veel beter. Grips werd een begrip en men kwam niet alleen in schoolver band, maar ook op eigen initiatief naar ons kijken en met ons praten. Dat heeft ons zoveel materiaal opgeleverd dat we nu nog jaren vooruit kunnen”. „In de latere jaren is ook het idee ont staan om hechter samen te gaan werken met ouders en leraren omdat die per slot van rekening de kinderen het beste ken nen. Wij maakten ter voortzetting van de voorstellingen Nachbereitungsheften, boekjes waarmee op school of thuis ver der gewerkt kon worden. Toen bleek ook hoe afhankelijk we waren van de opvat ting van de leraren over onze voorstellin gen. Men vond ons te radicaal, te indoctri nerend, meningen die ons sinds ons be staan achtervolgen. Nu is zo’n mening niet erg, het gevaar van de anti-gestemde lera ren was dat zij onze stukken 180 graden omdraaiden, precies onze boodschap ver nietigden...” „Gelukkig troffen en treffen we veel leraren, veelal hen die de ’68-beweging actief mee hebben gemaakt, die ons hel pen, kinderen onder schooltijd brengen, ons onderwerpen leveren, onze liedjes, een belangrijk element in al onze voorstel lingen, in de muziekles met de klas nazin gen. Mede door hen is het contact met kinderen, met jeugd geïntensiveerd. De gesprekken werdén allengs beter en we kregen een steeds beter beeld van hoe we i wel- iet op Als U *en. dramaturgisch te werk moesten gaan”. „Wat speel je en wat speel je niet in een voorstelling en hoe moet je spelen? Identi ficatie, het basisingrediënt voor herken ning, bereik je via realistisch spel. Echter, een natuurgetrouwe kopie van de werke lijkheid maken is het theater niet gegeven, en dat maakt niet zoveel uit. Je kunt in veel gevallen abstract te werk gaan maar er zijn een aantal details die moeten kloppen”. „Juist dat vinden van die details is de moeilijkheid. Misschien niet eens zo zeer voor de kinderen vanaf 5 jaar, die accep teren al snel. Het wordt echter kritisch bij jeugd vanaf 12, 13 jaar. Die zijn veel sceptischer. Een stuk als Die Schönste Zeit im Leben, over de uitzichtloosheid die de huidige tijd voor jeugd met zich meebrengt, moet kloppen met zaken als kleding bijvoorbeeld. Je moet niet met een pully van vorig jaar op toneel staan. Dat soort ogenschijnlijke kleine dingen ma ken je stuk ongelooflijk ongeloofwaardig als je ze over het hoofd ziet. Het is een proces van jaren om daar achter te komen”. De schrijvers, waaronder Ludwig bij uitstek, hebben inmiddels de kunst leren verstaan op het lijf van de acteurs te schrijven. De spelers zelf spelen echter niet zonder meer wat hen voorgeschreven wordt. Zij nemen zelf een groot /deel uit hun ontmoetingen met jeugd in het stuk mee. BERLIJN. Jan Kauenhowen: „Actualiseren, dat interesseert de Schaubühne niet. Wij peinzen er niet over een misdadiger in de Orestie tot een terrorist van vandaag te maken. Dat is van een onpolitieke platheid. Dat is zoeken naar een analogie die er helemaal niet is. Je maakt een veel kritischer stap door te onderzoeken wat die misdadiger een crimineel in zijn tijd maakte, wat was het voor een tijd, hoe hebben de gebeurtenissen toen doorgewerkt in de geschiedenis? Botweg analoog maken is onzin, Dutschke was ook geen Marx. Maarzonder Marx was een Dutschke niet mogelijk geweest, was een Marcuse niet mogelijk geweest. Die samenhang zoeken heeft zin „Artistiek was dit belangrijk, zoals het ook belangrijk is geweest dat er andere regisseurs kwamen die andere wijzen van theater-maken binnenbrachten. Dat start te al in 1972 met de eerste Gruber-ensce- nering. Gruber had andere arbeidsmetho- den (hij zette Shakespeare’s Winterreis in het Berlijnse Olympiastadion) en dat heeft de spelers ook beïnvloed. Godzij dank leidde dat niet tot fricties als: ik kan niet met die regisseur werken, ik wil dieOok voor Stein is die verfrissing belangrijk geweest. Een Robert Wilson (regisseerde vorig jaar Death Destruction Detroit) heeft grote invloed, theatraal dan, op hem gehad”. „Resumerend is het succes te verklaren door het samengaan van goede mensen en goede omstandigheden. Als wij Shakespeare ontleden, zien hoe zijn stuk ken zijn opgebouwd, hoe de wetenschap was toen, hoe de schilderkunst, hoe de verhouding met Spanje in die tijd was, dan heb je daar mensen voor nodig die daar cursussen over kunnen geven. Als je zo’n man niet hebt moet je er niet aan beginnen. Dat betekent niet dat het alle maal toevallig is dat het goed is gelopen^ nee, je start zo’n cursus als je de man hebt”. „Een persoon als Botho Strauss (voor heen dramaturg bij de Schaubühne, thans veel gespeeld toneelschrijver en auteur), zijn Gross und Klein speelt de Schaubüh ne in het Holland Festival, het is belang rijk dat hij hier is geweest, dat hij heeft meegewerkt aan het Kleist-project (1972), dat hij heeft mee bepaald aan de construc tie van onze werkwijze. Maar het was niet zo van even in het telefoonboek kijken, en hé, die nemen we „We hebben steeds de kennis van wie bij ons is binnengehaald gemeten aan het feit dat dit geen gezelschap is van archeologen of chemici of literatoren. Dat is belangrijk geweest in het ontstaan van een werkpro ces waarin iedereen als gelijkwaardig werkt. Men komt met ideeën, praat over dingen, niet vanuit een moreel oogpunt, maar omdat het hen interesseert. Als het niet leuk was, was het allemaal nooit gebeurd ter Stein. Als hij hier een opera wil maken dan kan hij dat niet omdat de spelers niet kunnen zingen. Dat toont zijn afhankelijk heid van de speïèrs. Zijn wil is niet wet, is niet immers de kracht van de Schaubühne de democratische manier van werken?” „Een democratie die zich naarmate het gezelschap groter werd (meer dramatur gen, meer regieassistenten) in rustiger vaarwater ging begeven. Bepaalde ar- beidsmethoden bleken niet langer haal baar. Zestig uur per week kon niet ieder een meer opbrengen. Dat is de rust en daaruit de motivaties ten goede ge komen”. Speelscènes uit Die ganz begreifliche Angst vor Schlagen van de Schaubühne (foto boven) en Die schönste Zeit van Grips (foto onder). „Met kapitalisme, klasseverschilleri, moet je ook niet aankomen. Een directeur wordt door kinderen niet als het toon beeld van kapitalisme gezien, hij is ge woon een baas die wel of niet rot doet tegen één van de mensen in het toneel stuk. Maar daar blijft het bij. Een stuk is voor kinderen eenmalig, algemeniseren kunnen ze niet, althans niet op de manier die volwassenen plegen te doen”. „Je verandert kinderen in een theater ook niet. Ja, pas als ze 14, 15 jaar oud zijn zou het eventueel mogelijk zijn dat je hen via theater een aantal parolen op kan dringen, maar dan nog moeten ze heel vaak in het -theater zijn geweest. Dit ter geruststelling van conservatieve clubs als de CDU, die er alles aan zullen doen om ons uit de buurt van kinderen te houden. Wij zijn dan ook zeer tevreden met het verlies van Franz Jozef Strauss in Noord-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 13