Prachtig debuut van vocaal trio
voor sensatie
uit Haarlem
Haarlemse liedkunst
bijzonder facetrijk
Kennis van kunstgeschiedenis belemmert eigen inventiviteit
Juiste greep op goed kunstidee
bij Yolanda Prinsen vaak afwezig
Zuiver zingende
Roches bevreesd
Parijs ziet
kunstwerken
si
Haarlemse componistenmaand
Huilbui
13
ZATERDAG
3 1
19 8 0
M E I
KUNST
voortreffelijk, ja zelfs uniek zingen.
Door John Oomkes
THEATRE DES NATIONS
PROGRAMMA
AMSTERDAM/DELFT. Het overkomt je niet al te vaak dat je zo
door een artiest gegrepen wordt dat je morgen als de voorzitter van
zijn of haar fanclub zou willen functioneren. Bij wijze van spreken
dan. The Roches, een Amerikaans vocaal trio, zijn drie zusjes uit New
York, die zulke goede songs schrijven over man-vrouw-relaties, con
tactarmoede en het twijfelen aan de eigen bekwaamheid, dat je wel
voor hun charme moet vallen, als je ontdekt dat ze bovendien
HAARLEM. Miep van Luin speelde feitelijk de gewichtigste rol
op de aan de Haarlemse liedkunst gewijde avond. Deze pianiste
begeleidde drie vocalisten in werk van twaalf verschillende componis
ten, met elk een eigen signatuur, en toonde daarin een gevoelige
intelligentie ten opzichte van de hier vereiste souplesse inzake de
steeds wisselende sfeerbepaling. Met grote concentratie vervulde zij
haar veelzijdige en zware taak en droeg daarmee als het ware al
hetgeen er op vocaal gebied gepresteerd werd.
Maggie. Terre en Suzzy Roche (v.l.n r.): ..We hebben ons te radicaal opgesteld tot nu toe
(Foto Lex van Rossen)
George
en,
eu-
HAARLEM. Werk van drie Haar
lemse en een Amsterdamse kunste
naar is opgenomen in de tentoonstel
ling Salon Comparaisons die tot en
met 29 juni in het Grand Palais in
Parijs te zien is.
een naam, die een materialist als de kun
stenaar Carl Andre wel zal aanspreken,
maar die in de oren van schilders of
grafici foeilelijk zal klinken. Het mag als
bekend verondersteld worden dat de serie
exposities opgezet is voor Haarlemse kun
stenaars, en daarin zijn de kunstenares
sen goed vertegenwoordigd (J. Gijsbers,
M. Bouman, Y. Prinsen).
□r-
ixe
<a-
VONDEEPARK. 14 uur: Alberto Vidal. 15
uur: Jango Edwards. 16 uur: muziek.
Maandag 2 juni
Geen voorstellingen.
ner
ka-
let.
er-
ka-
31)-
ge
ge
)U-
)F.
:ht,
au-
2e
HAARLEM. Eind oktober 1978 rang
schikte Yolanda Prinsen aan de wand
van galerie VAN een serie cassette-recor
ders met geluiden van persoonlijke ge
sprekken. Zij noemde die opstelling „uto
pische identiteit” met de waarschijnlijke
bedoeling om een demonstratie te geven
van een nooit haalbaar karakter van
haar persoon. Ik meen te mógen stellen
dat het mislukt was, niet als idee over de
eigen identiteit, maar als beeldend werk
stuk, omdat zij als kunstenares beproef
de visuele technieken onaangeroerd liet.
Op de idee afgestemde kunstenaars heb
ben, door de betrekkelijke populariteit
van de conceptkunst, wel meer de neiging
de zichtbare kant van kunst op de achter
grond te plaatsen.
Zondag 1 juni
BINNEN: 15 uur: Pistol Theatern, Fanfare
St. Juttemis, Poppentejater Otto van der
Mieden, Stage Space Theatre Cooperative.
17 uur: Hare Majesteit. 19.30 uur: Toneel
groep Baal. 20 uur: Katie Duck en groep,
Studio K, Beeldend Theater. 20.30 ’uur:
Franz Jozef Bogner, Cartoon Theaterradeis,
El Hakawati. 20.45 uur: Bewegingsgroep
Bart Stuyf. 21 uur: Loek Dikker Oktet, Onaf
hankelijk Toneel, Footsbarn Theatre. 22
uur: Benito Gutmacher, Hauser Orkater.
22.30 uur: Georgo Peugot, Etherisch Strij-
kersensemble Parisiana, Rashomon. 23 uur
Sharon Landau. 24 uur: Bam Jam, Theater-
stu, Bogners Workshop. 0.30 uur. John
Schuursma, Kaslux.
BUÏTEN. 14 uur: Amsterdams Vuilharmo-
nies Orkest. 15 uur: On Theater Overal, Air
Design. 16 uur: I.O.U., Pigeon Drop, Sheer
Madness.17 uur: De Veulpoepers. 17.30 uur:
Flup Ju Bedrijf. 19 uur: Steve Hansen.
FILM. 20 uur: experimenteel programma
van Klaus Telscher. 22 uur: cinema Moniek
Tnobosch.
georganiseerde) avond de allure van het
Haarlemse componeren. Eerder was dit
het geval met Schemerliedje en Ritzelput-
zel in de uitvoeringsversie van Jorine
Samson van Gerard von Brucken Fock,
met welke componistennaam het pro
gramma geopend, en nu deze recensie
afgerond wordt.
(Door een misverstand op de zetterij is
de naam Von Brucken Fock in het jongst
leden donderdag in deze krant versche
nen artikel over deze componist, steeds
ten onrechte van een umlaut voorzien.)
JOHAN VAN KEMPEN
Eric de Nie, Michel van Overbeeke, Ma-
rinus Fuit en Jan Verburg zullen allen dit
weekeinde naar Parijs reizen om de ope
ning van de expositie waarin hun werk is
opgenomen, bij te wonen. Christhilde
Klein, de organisatrice achter deze Haar
lemse vertegenwoordiging in de Franse
hoofstad, zal ook meereizen.
Verder zal er op deze tentoonstelling
werk te zien zijn van diverse Franse en
nog een klein aantal Nederlandse kunste
naars.
’s Middags ontmoette ik het drietal in
Amsterdam; althans twee van de drie tij
dens een gesprek over de achtergronden
van hun songschrijven. Maggie ontbrak,
terwijl Terre vrijwel voortdurend het
woord voerde en Suzzy becommentarieer
de. „Maggie doet geen interviews meer. In
Dublin had ze een incident met een d.j. die
haar in feite volkomen negeerde tijdens
een gesprek en haar woorden vrolijk om
draaide. Ze stelde zich prompt vijandig op
en kreeg een huilbui”.
al aan dat de muziek nauwelijks van een
noemer is te voorzien. Hooguit valt de
verwantschap met de folk op, al worden
de grenzen daarvan ruim overschreden.
Close-harmony, maar ook driestemmig
zingen gaat het trio spelenderwijs af,
maar ze hebben in dit genre een aantal zo
eigen kenmerken ontwikkeld dat je van
een aparte stijl kunt spreken. Zo ontbre
ken vibrato- en tremolozingen zo opval
lend, dat de stemmen jongensachtig,
krachtig en lenig klinken zonder aan
warmte te verliezen. Er wordt verder on
danks een variatie aan dynamisch schake
ren zonder enige terughoudendheid ge
zongen, bij tijd en wijle zo explosief dat
het lijt alsof hun leven er van af hangt. Dit
Dinsdag 3 juni
BINNEN. 16 uur: Toneelgroep Centrum.
20 uur: Les Enfants du Paradis, Poppenteja
ter Otto van der Mieden. 20.30 uur: Dichters-
avond, Alberto Vidal. 20.45 uur: Bewegings
groep Bart Stuyf. 21 uur: Forkbeard Fanta
sy. Schroeder Roadshow, Termiek, Foots
barn Theatre, 4L 12. 21.30 uur: Shusaku. 22
uur: Bob Downes, John Melville, People
Show, Madness. 24 uur: Gilius Haagse Hofje.
BUITEN. 14 uur: Amsterdams Vuilharmo-
nies Orkest. 15 uur: Air Design. 16 uur: Flup
Ju Bedrijf, Guido Lauwaert, I.O.U. 19 uur:
Onk Theater Overal. 22. uur: San Francisco
Mime Troupe, Guiso Lauwaert, Dogtroep.
FILM. 20 uur: animatieprogramma van
Bruno Bozetto, Beeldend Theater. 22.15 uur:
Cinema Mirror met Bam Sisters.
soort vocale krachtpatserij, ook al omdat
die niet uitermate geschoold aandoet,
geeft een bijzondere kick.
Een optreden van dit trio bijwonen is
helaas nog voor een klein aantal mensen
weggelegd. Een enkel kennismakingscon-
cert in het intieme Delftse Waagtheater
werd gisteravond door honderden en
thousiastelingen uit het hele land bijge
woond. Daar blijkt dat niet alleen de zang
stijl, de teksten of het karakter dat daar
uitspreekt bijzonder zijn, maar ook de
vlotte, bijna cabareteske presentatie met
veel crosstalk zo’n concert tot een gebeur
tenis van de eerste orde maakt. Het ene
moment lach je je daarbij een aap, een
volgend ogenblik ben je geroerd.
Nog steeds past hier de opmeriking, bij
voortzetting van de reeks en in afwach
ting van de laatste verbouwing in het
museum, dat ook deze jonge kunstenaars
een betere zaal verdienen.
In mijn bespreking in het H.D. van
14.2.80 van Prinsen’s ballroom (in Galerie
Van) stelde ik als conclusie dat de beteke
nis van het werk niet buitensporig naast
de paden van de eigentijdse kunst loopt.
Hetzelfde geldt voor de beelden in dit
nieuwe exposé; er staat onder andere de
punniktafel uit 1974/75, waarvan een deel
een nieuw verfje kreeg. Het karakter van
het uitvergrote breisel past precies in de
omschrijving die ik toen gaf. Het werk is
een vervolg op de objectkunst uit de pop
art sfeer, toen het gewoon-zijn van alle
daagse voorwerpen herhaaldelijk door
kunstenaars (van Warhol tot Schippers)
als thema gekozen werd voor tekenkunst,
ready-mades of schilderkunst.
Prinsen nu grapt verderop in de ten
toonstelling wat af met het letterlijk ne
men van het bekende knoopjes tellen (ja-
Met de sopraan Jorine Samson trok zij
op die manier onder meer de aandacht in
de temperamentvolle vertolking van twee
Frans getinte liederen opus 10a van Ber
nard Bartelink en in de even verfijnde
uitvoering, in intieme voordracht, van
„Zomerregen” uit 1978, van Henri Carf,
waarbij de kern van Carfs persoonlijke
schrijfstijl zeker werd getroffen.
Zo ook wist zij met de alt Annett An-
driessen op hoogst sfeervolle en kleurrijk
genuanceerde wijze drie proeven van de
/liedkunst van Sas Bunge over het voet
licht te dragen, met diens Berceuses uit
1971. En met de bas-bariton Rom Kalma
wekte de liederentrits van vreugde en
■'minne, in 1944 geschreven door Albert de
Klerk, evenzo treffende indrukken.
Het hierboven aangehaalde is overigens
slechts een klein gedeelte van het op dit
recital gebodene, aangezien zangpedago-
ge Coby Riemersma bij de samenstelling
van het programma een uiteindelijk zeer
geslaagde poging had ondernomen om in
een verantwoorde selectie de Haarlemse
liedkunst in een zo breed mogelijk pers
pectief te plaatsen.
Opvallend was daarbij, hoe het leeuwe-
deel van de Haarlemse componisten een
duidelijke oriëntatie op de Gallische geest
verraadt. Wat dat aangaat is ook het werk
Pvan Paul Chr. van Westering wiens
licyclus „Lié ou libre” doorvoèld door An-
*nett Andriessen gezongen werd en na
tuurlijk ook dat van Hendrik Andriessen;
de nestor van zowel de Haarlemse als de
Nederlandse toondichters wiens Cantique
spirituel in Jorine Samson een bijzonder
artistiek vertolker vond.
Dat er eveneens Haarlemse componis
ten zijn die totaal andere uitgangspunten
voor hun werk kozen, bleek onder meer in
de door Rom Kalma naar hun aard voor
gedragen onderdelen uit „Zwanzig Lie-
der” van Rob du Bois. Composities uit de
jaren vijftig, waarin de atonaliteit hoogtij
viert. Hans Kox daarentegen liet zich, met
Annett Andriessen als medium, in zijn
Drie Coplas van een meer spontaan-speel-
I se kant zien, waarbij dan soms een ritmi
sche vreugde a la Gershwin de kop
opstak.
Annett Andriessen eerde ook de in 1971
overleden Jan Mul in diens cyclus „Liede
ren met een pruik op”, waarin de lichtvoe
tigheid en dramatische spanning verwe
ven zijn. En op de meer Germaans gerich
te liedkunst van de in 1969 gestorven
Henk Bijvanck, werd met de voorname
voordracht van Tien Japanse impressies
ook al een helder licht geworpen.
I Niet het door Kalma gezongen en hilari
teit verwekkende „Haarlems Tempe” van
de vroeg 18de-eeuwer Jacob Nozeman be
paalde overigens op deze (door het Con
certgebouw Haariem in samenwerking
met de vereniging Vrienden van het Lied
Nu is het dan wél zover dat ze toegang
heeft met haar werk in het kader van de
reeks Op de bakstenen. Dat is trouwens
„We are Maggie and Terre and Suzzy.
Maggie, Terre and Suzzy Roche. We don’t
give our ages and we don’t give out our
phone numbers. Sometimes our voices
give out.” Autobiografische regels uit het
eigen lijflied We, dat ons verder verteld
dat The Roches opgegroeid zijn in een
middleclass milieu in een voorstad van
New York en dat twee zusjes (Maggie en
Terre) al eens eerder een plaat hebben
gemaakt. We is te vinden op het door
Robert Fripp geproduceerde debuutal
bum van het trio; een opname die vorig
jaar door velen ten onrechteover het
hoofd werd gezien.
De muziek van The Roches is zo ver
verwijderd van wat thans gangbaar is, dat
een eerste kennismakeing met hen haast
altijd negatief uitvalt, op een lichte teleur
stelling uitdraait. Wie evenwel hun mu
ziek tijd tot bezinken geeft, merkt hoe
fraai, vrij lijzig, maar loepzuiver er wordt
gezongen en hoe een interessant stembe-
reik je dwingt te luisteren. Veelal zit er in
hun trage songs een vreemd soort
schwung, zoals je die ook bij een zangeres
als Rickie Lee Jones of the Andrew Sis
ters kunt aantreffen. Beide namen geven
nee, ja-nee....), met „Haarlems stof’ dat
nooit opwaaide, met het satirische werkje
„kunst is de trots van de natie”: op de
wijze van Henk Peeters, dan wel Piero
Manzoni rangschikte zij rood-wit-blauwe
tampons in een doosje. Hier vallen drie
zaken samen in één object: keuze voor een
ready-made, die alleen vrouwen gebrui
ken (feministisch aspect?), dan een uit
haal in de titel op de underdog-positie van
de beeldende kunst in Nederland (de drie
kleur) en de voor de hand liggende schik
king van 30 dezelfde, zachte vormpjes met
dito houtje-touwtje.
Het „schilderij” met de bruine vlek in
het midden vind ik een zwakke persiflage
op de brandvlekken van de ZERO-kunste-
naar met de gasbrander, Otto Piene (zie
zijn werk in de kollektie van het Stedelijk
museum, Amsterdam). Wellicht heeft ze er
een andere verwijzing voor, maar dan
nog. Het kan zijn dat bij de schrijver de
kennis van de eigentijdse kunst teveel in
de weg zit om deze expositie op de eigen
waarde in te schatten, maar ik vind dat
elke scheppende kunstvorm door tijd en
plaats gebonden is aan de vergelijking
met andere vormen uit de eigen of vroege
re kuituur; dat is met name de sociale
kant van beeldende kunst; niet alleen de
inhoudelijke, afbeeldende ook de kwalita
tieve waarde van de vorm van het kunst
werk zal de toets van de vergelijking moe
ten doorstaan.
Zo deed ook de vertaling in kleurkruis-
Met name Terre en Suzzy maken elkaar
en de ervaringen die tot het schrijven van
de respectievelijke songs aanleiding heb
ben gegeven, tot mikpunt van spot. Daar
door blijft een loodzware sfeer zoals bij
The McGarrigle Sister gelukkig achterwe
ge. Van het eigen debuutalbum wordt
bijna al het materiaal gezongen, zo nu en
dan knap door fingerpickin’ of rudimen
tair pianospel begeleid. Prachtig is met
name de wijze waawp de arrangementen
gebruik maken van de verschillende stem-
hoogten, zodat de koortjes blijven kleuren
bij de melodielijn. De hoge sopraan van
Terre en de lage stem van Maggie, die het
gebied van een tenor haast overlapt, zijn
het interessantst in songs als West-Virgi-
nia, waarin Terre’s stem nu eens zilver
achtig dan weer iets hees aandoet, of
Hammond Song dat dankzij Maggie on
vergetelijk blijft.
Ten nadele van dit trio zou je hoogstens
kunnen zeggen dat enkele songs te lang
zijn uitgeschreven en daardoor misschien
wat gelijkmakig overkomen. Dat nu lijkt
enkel een kwestie van tijd. Een tweede,
inmiddels opgenomen album, geeft aan
dat The Roches afstappen van hun thans
nog zuiver akoestische aanpak. Terre:
„Als we gehoord willen wórden, dan moe
ten we ons met een ruimer repertoire
meer toepassingsmogelijkheden veroorlo
ven. Tot nog toe hebben we ons ook te
radicaal opgesteld”.
Tijdens het concert ontwikkelde met
name de solostukken als West-Virginia,
Pretty and High, de a capella gezongen
Halleluiah Song, Cole Porter’s Bad at Me,
Dylan’s Closeline Soggar en Loudon
Wainwright’s Bobby’s Song zich tot ju
weeltjes en bewijzen van vocaal vernuft
en kracht.
jes van een reproduktie naar het schilde
rij Vrolijke drinker (door Judith Leyster,
Rijksmuseum) rne te veel denken aan de
cliché-schilderijen van Franse figuratie-
ven die dit sjablone-werk al eerder uitpro
beerden. Een Nederlandse variant daarop
doet wat sleets aan. Haar kennis van de
kunstgeschiedenis lijkt me daarom eerder
een handicap om zelf inventief bezig te
zijn. Weliswaar kan geen enkele object
maker, noch figuratief beginnen op een
absoluut schone lei, maar, het variëren
van vormvondsten uit het einde van de
jaren vijftig en zestig of nog later (bijvoor
beeld Ger van Elk) is pas het begin van het
kunstenaar zijn.
Toch, meest eigen leek me het volume
van het fotografische „wolkendek”, dat
eerder te zien was in een gemeentelijke
expositie en, in iets mindere mate, de aan
trekveren afzakkende „guillotine”, die
waarschijnlijk ontstaan is als variant op
het met hechtstripjes opgehangen textiele
doek. Kortom, Yolanda Prinsen grijpt
probleemloos naar volumes (Zie de kera
mische torsen) of naar het platte werk
stuk, dan wel het fotografisch vlak, echter
de juiste greep op een goed idee voor een
kunstwerk is nog redelijk vaak afwezig.
JAN ZUMBRINK
(Yolanda Prinsen in de reeks Op de bak
stenen in het Frans Halsmuseum, t/m 29
juni. Fotografie, textiele patronen, kera
mische objecten).
Bij die gelegenheid gaf galerie Van een
kaart uit met de afbeelding van het beken
de verkeersbord voor ’’verboden in te
rijden: eenrichtingsverkeer”. Daarop
kwam haar voornaam voor. Haarlemmers
nu konden deze fotosituatie herkennen als
het einde van het Groot Heiligland, aan de
westkant waarvan de toegang tot het mu
seum ligt. Tot op dat jaar was die exposi-
tieplaats voor Yolanda Prinsen gesloten
gebied, waar ze als menig ander jong
kunstenaar, zo graag (té snel) wilde expo
seren.
Afgezien van onbegrip van de kant van
een deel van de pers zal dat de zusjes
Roche vaker overkomen. Hun songmate-
riaal laat een zo grote maten van openheid
zien en straalt een bijna tastbare naïevi-
teit uit. Terre: „Dat klopt. Je bedoelt dat
als je je ervaring zo „te grabbel” gooit, je
wel rechtstreeks gestelde vragen kunt ver
wachten? En ook dat het publiek je daar
op aanspreekt? Dat gebeurt keer op keer.
Maar je moet niet vergeten dat wij niet als
trio of als artiesten begonnen zijn. We
zongen'nadat de carrière van Maggie en
mij op een mislukking was uitgelopen
voor ons plezier. Schreven songs, maar
niet met de bedoeling om die vanaf een,
podium te brengen. Dat is pas later ge
komen”.
„Je moet niet vergeten dat er dus niet
van een concept sprake is. We zijn geen
band. De songs zijn spontaan tot stand
gekomen. Het publiek ziet ook maar drie
meisjes op het podium staan, stemmen
materiaal, droog, ongekunsteld stemmen
materiaal. Geen show. Je moet aandacht
opbrengen omdat te kunnen waarderen.
Er is dus geen camouflagemogelijkheid.
We zijn kwetsbaar”.
„Pas nu gaan we inzien hoe kwetsbaar
we zijn”, zo vertellen Suzzy en Terre.
„Niet zozeer uit reactie, maar wel sinds we
een plaat konden uitbrengen, zijn we met
onszelf geconfronteerd geworden. We
schrijven nu songs waarin we het over die
nieuwe ervaring hebben”. Terre: „Je moet
niet vergeten dat we iets meer dan twee
jaar geleden, toen we als trio gingen ope
reren gewoon op een Newyorkse straat
zongen. Kerstliederen, Christmas Carols.
We hadden die zo gearrangeerd met ge
compliceerde harmonieën dat de voorbij
gangers vanzelf bleven staan. Dat gaf
gesodemieter met de politie, die je achter
je gat aanzaten. De mensen werden dan
vaak link op de agenten; de politie kreeg
dan te horen: pak echt tuig!
„Pas later kwamen we in het clubcircuit
terecht. We wilden in het begin elke dag
onder een ander naam opereren, zodat je
publiek je niet op een bepaalde stijl kon
vastpinnen en je de vrijijeid tot opereren
behoudt. Gewoon alleen muziek maken
om de muziek. For the Sake of what it
takes”, aldus Suzzy. De carrière kwam
desondanks. Een platenconcert, clubtoer-
nees door de Verenigde Staten. Het trio
werd als naïef, schattig en hartveroverend
ervaren. Terre: „Onze grootste probleem
is het hanteren van ons eigen succes en de
onmiskenbare loopbaan die nu voor ons
weggelegd lijkt nu ook in Europa de be
langstelling groeit. Hoe hou je de sensatie
zucht op een afstand. Hoe richt je je
uitsluitend op je werk?”.
Suzzy vertelt eigenlijk dat het al zo
moeilijk is om je met je eigen ontwikke
ling bezig te houden en daarnaast ook nog
met die van een loopbaan. „Vrijheids
drang kenmerkte ons sterk. Weg, weg
naar New York wilden wij. Eigen kleding,
weg uit de engte van Parkridge, New
Jersey. Als ik aan die plaats en de mensen
die daar woonden terugdenk word ik mis
selijk. Ik haat het”.
In New York zijn The Roches inmiddels
bij een grote groep liefhebbers van ver
schillende muziekstijlen en -genres geac
cepteerd, hoewel de reacties op de muziek
en de teksten blijven verschillen. Terre:
„Naïef, romantisch, onzeker; dat zijn de
begrippeh die voor onze begrippen vaak
worden gebruikt. Ik heb er geen bezwaar
tegen. Zo zijn onze teksten ook. Ik moest
laatst aan mijn vader denken, toen ik over
een jeugdvlam sprak alsof het de liefde
van zijn boezemriend betrof. Het ging wel
om een situatie waarin hij zelf zes maan
den lang vijf mijl met de autobus was
omgereden om elke dag een bepaald meis
je te kunnen zien. Aangesproken heeft hij
haar nooit, erover verteld eigenlijk pas
later. Kijk, dacht ik, dat zou ook voor mij
kunnen gelden”.
Programma
Zondag 1 juni
Amsterdam: Vertrouw nooit trol
(Stadsschouwburg, 14 uur); Holland Festival
opening/ Elly, of het beroemde stuk (Theater
Carré, 21 uur);
Utrecht: Geoffrey Douglas Madge (Mu
ziekcentrum Vredenburg, 14.30 uur); Circus
Emma (Stadsschouwburg - Blauwe Zaal, 15
uur).
Den Haag: Spring! (Koninklijke Schouw
burg, 14 uur).
Rotterdam: Dialog Curious George
(Schouwburg. 20.15 uur).
Maandag 2 juni
Den Haag: Circus Emma (Hot Theater, 19
uur); Pilobolus Dance Theatre (Koninklijke
Schouwburg, 20.15 uur).
Amsterdam: Vertrouw nooit een trol
(Stadsschouwburg, 19 uur; De Ontdekking
(Universiteitstheater, 20.30 uur); Und die
Liebe höret nimmer auf (De Smederij, 20.30
uur); Dansers en musici van het koninkrijk
Bhutan (Tropenmuseum - Lichthal, 20.15
uur).
Rotterdam: Dialog Curious
(Schouwburg, 20.15 uur).
Dinsdag 3 juni
Amsterdam: De Toekomst gaat het hele
maal maken (Stadsschouwburg, 20.15 uur);
De Ontdekking (Universiteitstheater, 20.30
uur); Und die Liebe höret nimmer auf (De
Smederij, 20.30 uur); Huboldt’s Current
(Mickery Theater, 20.30 uur).
Den Haag: Residentie-orkest (Houtrust-
hallen, 20.15 uur); Pilobolus Dance Theatre
(Koninklijke Schouwburg, 20.15 uur); Circus
Emma (Hot Theater, 19 uur).
Rotterdam: Dialog Curious George
(Schouwburg, 20.15 uur); Dansers en musici
van het koninkrijk Bhutan (Doelen - Grote
Zaal, 20.15 uur).
Schiedam: BEWTH (Scheepswerf, 22 uur).
nte