binnen bereik amateurs
Zakzendertje op komst
Professionele
I
I
voor bejaardenhulp
I
Alarmering* onder alle omstandigheden mogelijk
OPNAME STUDIO VOOR IN DE HUISKAMER
R/
ft
Ia
ft
h:
I
In huiskamer
1
I
Geruststellend
door Hugo van der Heem
door
Hugo van der Heem
Meersporentechniek
Ingebouwde mixer
Kleine studio
Via de antenne
Het gebruik van opnamestudio’s is in de loop van de jaren steeds
belangrijker geworden. Muziek loont kennelijk de moeite, ondanks de
kostbare studio’s. Wie wel eens in een grammofoonplaten- of
radiostudio is geweest, weet wat voor gigantische apparatuur daar
staat. Met de hooggeschoolde „tonmeister" achter de knoppen lopen
de studiokosten in de honderden guldens per uur. Vandaar dat steeds
meer musici, arrangeurs, componisten of gewoon hobbyisten de
beschikking willen hebben over eigen apparatuur. Soms alleen als
een „elektronisch notitieboek” maar soms ook om hele
arrangementen composities of harmonieën door te kunnen nemen.
Dankzij de sterk verlaagde prijzen in de elektronica (alleen in die
sector wordt alles steeds goedkoper) kan aan die eis langzamerhand
tegemoet gekomen worden. De discjockeythuis kan een
mengpaneel - nodig om door de plaatjes die hij draait heen te kunnen
praten - voor enkele honderden guldens aanschaffen. Nieuw is echter
dat thuis ook een complete kleine studio kan worden gebouwd met
betrekkenlijk geringe kosten
Vrijheid is een groot goed, ook op
latere leeftijd. Bij ouder worden of bij
gehandicapt raken is er een grote
categorie mensen die desondanks
niet graag in het bejaarden- of
verzorgingstehuis wil. Zolang er ge
makkelijk gealarmeerd kan worden
via een buurvrouw, eventueel zelfs
met kloppen op de muur, zijn er veel
mensen die liever zelfstandig blijven
wonen. Alleen is de goedwillende
buur natuurlijk wel eens boodschap
pen doen en soms is het, wanneer
iemand valt bijvoorbeeld, niet altijd
gemakkelijk alarm te slaan.
De grote angst van veruit de mees
te alleenwonenden, dat zij in geval
van nood niet meer in staat zullen zijn
hulp in te roepen, kan echter met
miniatuurzendertjes worden onder
vangen. Deze nieuwe ontwikkeling,
die gebruik maakt van micro-elektro-
nica, wordt op dit moment in Duits
land beproefd en zal in 1982 ook in
Nederland leverbaar zijn. Oudere
mensen zullen zich daardoor vrijer en
zelfstandiger kunnen voelen.
o
ft
- 'I'
i r
»u
Geluidssporen hebben een vaste
breedte. Zestienspoors machines
gebruiken dus een enorm brede
band.
Bij het concert kan voor de
Jammer, maar zo gaat het alleen
nog maar bij live-concerten. En
zelfs dan zijn er technische foefjes
te bedenken. Sleutel tot dit alles is
die multitrac k-techniek. Bij een
directe opname van een concert
bijvoorbeeld hoeft men niet meteen
- zoals dat in die wereld heet - de
(geluids)balans te vinden. Wel bij
radio en tv, omdat die vaak een
kant en klaar produkt moeten
leveren in zo’n geval, maar niet bij
de grammofoonplaat. Enerzijds
stelt dat hoge eisen aan de kwaliteit
van de radio- of tv-
geluidstechnicus, die zijn
toonbalans na een repetitie meteen
moet hebben gevonden, anderzijds
kan de grammofoonplatenman
meer zorg aan zijn soms vaak af te
spelen produkt besteden.
Ook daarbij worden de voorgaande
sporen afgeluisterd, terwijl alleen
op het nieuwe spoor wordt
opgenomen. Die spoor-voor-spoor-
methode geeft de mogelijkheid om
een blazer of gitarist als hij een fout
maakt, alleen zijn partij of zelfs een
gedeelte van zijn muziekje over te
laten doen. Ook is het mogelijk,
wanneer druk bezette musici niet
allemaal tegelijk kunnen, hen apart
zangeres, de slagwerker, de diverse
gitaren en de andere
begeleidingsinstrumenten, elk een
spoor gereserveerd worden.
Eenmaal terug in de studio wordt
met zorg van die losse sporen een
„mix” samengestld. Maakt iemand
een ontsierende uitglijer, dan wordt
zijn bijdrage in het muziekbeeld
achteraf wat„gedrukt” zodat
hetniet te veel opvalt, of
weggelaten.
Nog geraffineerder gaat het toe met
produkties die geheel in de studio
worden gemaakt, wat steeds meer
gebeurt. Omdat studio-musici en
studio-uren kostbaar zijn, probeert
men niet eindeloos met een orkest
te repeteren tot alles goed gaat,
maar registreert men een
muziekstuk in partjes. Eerst komt
een kerngroepje van musici
(meestal rond het slagwerk
verzameld) de basis voor een
muziekje leggen. Later komt een
groepje strijkers en het laatst de
solist(e) met bijvoorbeeld een
achtergrondkoortje. Ieder
instrument of ieder groepje staat op
een (soms twee) spoor. De andere
musici horen het geluid van hun
voorgangers op een koptelefoon en
voegen hun bijdragen, middels die
„meersporen-techniek” op dezelfde
band erbij. Als de solist(e) als
laatste aanbod is geweest en ook
zijn of haar eigen spoor heeft
volgezongen dan wordt het totaal
provisorisch (alle sporen tegelijk)
afgeluisterd. Vindt een producer
het geheel te „dun” dan kan hij
bijvoorbeeld besluiten om de solist
een tweede stem met zichzelf te
laten zingen, of dezelfde stem erbij
te „dubben”.
telefoonnummer van bijvoorbeeld een
centrale hulppost of een telefooncen
trale.
Er kunnen in de woning desgewenst
ook druktoetsen en sensortoetsen wor
den aangebracht. Wordt daarop gedrukt
of wordt zo’n sensorknop aangeraakt,
dan gaat vanaf het ontvangtoestel bij de
telefoon eveneens de Noodoproep naar
de centrale post uit. In de centrale post
kan ook een computer worden opgesteld
die meteen identificeert wie er oproept.
In het ziekenhuis bijvoorbeeld kan de
computer behalve de alarmering van het
personeel ook het zoeken naar de medi
sche gegevens voor zijn rekening nemen.
Op een beeldstation kunnen dan vrijwel
direct na de melding gegevens van een
patiënt verschijnen die van belang zijn
bij de beoordeling van de noodoproep.
stemmen kunnen worden
toegevoegd wanneer uit drie sporen
een mix wordt gemaakt via
hetzelfde mengpaneel die wordt
opgetekend op spoor vier. Terwijl
men het resultaat van spoor vier
afluistert, zijn meer stemmen op de
vrijgekomen sporen 1 tot en met 3
op te nemen.
Hij kan namelijk bij een concert elk
instrument apart opnemen. Bijna
elke taperecorder heeft namelijk
twee sporen, links en rechts voor
het stereogeluid. Studiorecorders
hebben er echter minstens vier,
soms acht en een enkele keer
zestien of zelfs 24. Het zijn sporen
die boven elkaar liggen.
In de huiskamer was zoiets tot
nog toe niet mogelijk. Alleen met
vrij ingewikkelde spoelenrecorders
die de mogelijkheid tot duo-play of
multiplay bezitten, kan men
enigszins uit de voeten. Dan nog
moet een partij op een spoor
worden opgenomen en worden
overgespeeld naar het andere spoor
met toevoeging van de nieuwe stem
of partij. Gevolg: kwaliteitsverlies,
bij iedere keer overspelen. De
„Portastudio” (kosten rond 2600)
is een cassetterecorder die daar
weinig last van heeft. Het geheim
Dank zij een ingebouwde mixer,
kunnen maximaal vier kanalen
(microfoons, lijnen of direct
aangesloten gitaren) worden
opgenomen op een of maximaal
twee sporen. Bij een volgende
opname volgen dan het tweede
spoor of derde en vierde
gezamenlijk. Als alle vier sporen vol
zijn, kan via dezelfde mixer de eind-
of downmix worden gemaakt,
waarbij het eindresultaat te
beluisteren valt. Nog meer
Voor een popgroep of kleine
studio is het zeker een leuk
apparaat voor onderweg, maar
voor echte demo’s nog
onbruikbaar. Daarvoor is een
viersporentaperecorder nodig. Dit
apparaat biedt meer flexibiliteit
(eventueel opname op vier kanalen
gelijktijdig) en een nog betere
kwaliteit. Sommige machines lopen
daarvoor met de officiële
studiosnelheid 38 cm-sec. Een band
laat zich bovendien gemakkelijker
■-A
SC5
'0*
4*’
V'
u
Si?
In het ontvangststation bij de telefoon
is ook een luidspreker aanwezig. Vanaf
de centrale post kan nu met de oproeper
of oproepster worden gesproken, zodat
gevraagd kan worden wat er aan de
hand is en er tevens gerustgesteld kan
worden. De hoorn van de telefoon blijft
bij dit alles gewoon op de haak. Ge
bruikt men in de centrale post het beeld
scherm met persoonlijke gegevens en
levert het gesprek met de oproeper aan
knopingspunten op, dan kan een combi
natie van die wetenschap het nemen van
snelle en doeltreffende maatregelen
aanzienlijk vergemakkelijken.
Dit systeem zal in 1982 ook in Neder
land leverbaar worden. AEG-Telefun-
ken beki. kt de mogelijkheid tot verhuur
aan instellingen. Daarbij zijn ruime mo
gelijkheden om de centrale post met
allerlei voorzieningen uit te rusten. In
het geheugen van de centrale computer
kunnen naast alle nodig geachte per
soonlijke antecedenten van elke deelne
mer of deelneemster ook medische gege
vens omtrent lichamelijke toestand, me
dicijngebruik en dergelijke worden op
genomen. Daar al deze gegevens op het
beeldscherm kunnen verschijnen bij een
binnenkomende oproep, kan een aanwe
zige arts of verpleegkundige onmiddel
lijk de ernst van de situatie overzien en
maatregelen nemen.
Zoals bij vliegverkeer wordt het hele
verloop van de alarmering van het bin
nenkomen van de noodoproep tot en met
het gesprek met de oproepende en het
vendien worden alle gegevens die op het
beeldscherm verschijnen en de getrof
fen maatregelen door snelle computer-
drukkers op papier vastgelegd met daar
bij datum en tijd. Als alles op papier
staat wordt de geluidsband automatisch
gewist.
Het systeem is uiteraard in het Duitse
ziekenhuis erg uitgebreid. Het oproepen
via het alarmerings-ontvangsttoestel bij
de telefoon, komt niet alleen voor zie
kenhuizen, bejaarden- en verzorgingste
huizen in aanmerking. Door gebruik te
maken van de telefoonlijnen van het
openbare net wordt het mogelijk voor
een alleenwonende een centrale post te
alarmeren, onder vrijwel alle omstan
digheden. Aan de andere kant is het
mogelijk op die manier een dienstencen
trum te laten functioneren voor een heel
dorp, een hele wijk of zelfs een complete
regio.
Een andere vorm van alarmering
wordt in Nederland beproefd, in het
Brabantse Nuenen. Daar heeft een Ne
derlands bedrijf, Cableguard, een sy
steem voor bejaarden opgebouwd rond
de Centrale Antenne Inrichting (CAI).
Cableguard gaat er vanuit dat er in een
In een alarmcentrale kunnen tegelijk met de
oproep ook de medische gegevens van wie
in nood is verschijnen.
afwerken door erin te knippen. Een
foute passage is nauwkeuriger te
lokaliseren omdat meer band
gebruikt wordt.
Dat moet dan wel tegen de kosten
opwegen. Verschillende
fabrikanten en importeurs (ook
Teac) leveren die
vierkanaalsmachines met multi
sync. Kosten rond 4000.
Microfoons zijn gauw 250 per
stuk, een los mengpaneel is
noodzakelijk. Kosten daarvan
minimaal zo’n duizend gulden.
Totaal moet voor een huisstudio,
waar op vrijwel gelijke wijze als in
de grammofoonplatenstudio kan
worden gewerkt, zo’n 6000
worden neergeteld.
van dit nieuwe wapen:
vierspoorstechniek. In plaats van
(stereo)opnamen op twee sporen op
een zijde van de cassetteband en
twee andere (stereo)sporen op de
andere, vier sporen boven elkaar in
één richting. Op al die sporen van
deze Teac-144-recorder is een
afzonderlijk stemmetje te plaatsen.
naar de studio te laten komen voor
opname.
In alle gevallen moet ook van die
vele sporen een stereo, dus
tweekanaals bandkopie worden
gemaakt voor de
grammofoonplaat. Met zorg wordt
daarbij de ene stem opgevijzeld, de
andere gedrukt. Er wordt echo
toegevoegd om de droge
studioklank kwijt te raken en met
behulp van filters laat men ieder
instrument, iedere stem, zo fraai
mogelijk klinken. Er zijn mensen
die achtereenvolgens en dus spoor-
voor-spoor een muziekstuk in hun
eentje opbouwen. Stevie Wonder
bijvoorbeeld, of dichter bij huis de
Nederlander Ronald van de
Boogaard. Zij bespelen basgitaar,
verschillende soorten slagwerk,
leadgitaar, blaas- of
strijkinstrumenten en zingen
tenslotte een of meerdere stemmen
in.
Het eenmansorkest is dan
geboren. Elke keer als er een stem is
bijgekomen wordt de band
afgeluisterd. Wat ontbreekt eraan,
wat moet nog worden toegevoegd,
of wat kan beter worden
weggelaten? Zo bouwt men verder.
De verschillende instrumenten en
stemmen worden later (met echo en
effecten) verdeeld over beide
kanalen. De een naar verhouding
wat meer links, de ander meer op
het rechterkanaal. Daarbij ontstaat
een soort nep-stereo-effect, dat
dank zij zorgvuldig mixen toch heel
fraai kan klinken.
Een kastje bij de telefoon kiest automatisch
het alarmnummer. De luidspreker erin
maakt het mogelijk terug te spreken.
wijk of in een veiz-oifamgsgebied van
bijvoorbeeld een bejaardentehuis altijd
sprake is van een gemeenschappelijk
CAI. Via die kabels die in vrijwel
iedere woning aanwezig zijn is het ook
mogelijk om een noodoproep te doen.
De Nederlandse firma heeft daarvoor
een zogenaamd „omloopfilter” gecon
strueerd waarmee moderne kabelnetten
voor alarmering en dus ook tweeweg-
communieatie geschikt zijn te maken.
De alarmknop wordt in de huiskamer
via een speciaal kastje tussen de tv en
het kabelnet aangesloten. In andere ka
mers moet men een verlengkabel gebrui
ken. In principe is ook draadloze alar
mering hier mogelijk, maar het systeem
is daar niet specifiek op ingericht. De
gedachte achter de gekozen opzet is
vooral de toch vrij dure kabelnetten
voor radio- en tv-ontvangst meervoudig
te benutten.
Alarmering via 'het kabelnet introdu
ceert op een centrale plaats in een dien
stencentrum of bejaardentehuis een
melding waarop het nummer van de
aansluiting verschijnt. Met behulp van
een mini-computer kunnen ook hier di
rect naam en adres van de oproeper op
een scherm verschijnen. Bij de noodop
roep gaat in de woning zelf ook een bel
over, zodat abusievelijk alarmeren
door een kleinkind bijvoorbeeld onge
daan kan worden gemaakt. In principe
is het systeem ook te gebruiken voor
bewaking van winkelcentra, indu
strieterreinen, gasverdeelstations of
zelfs het opnemen van meterstanden in
de woning.
Het apparaat dat deze mogelijkheid
opent is de „Oortstudio”van Teac.
Het is een gedurfde combinatie van
een casetterecorder en mengpaneel
in een. De bezitter van dit schoons
kan daarmee een eenmansorkest
vormen en zonder veel kosten
proefopnames op cassetteband
produceren. Wie het apparaat voor
het eerst aanschouwt begrijpt
meteen dat dit geen normale
cassetterecorder is, omdat hij vijf
zogenaamde schuiffaders en vier
meters bezit, twee meer dan elke tot
nu toe geproduceerde
casetterecorder,^Portastudio”
heeft dan ook de mogelijkheid om
bijna professioneel „multitrack-
techniek” te bedrijven.
Om te weten wat zo’n begrip
inhoudt even een stukje historie.
Nog steeds zijn er mensen die
denken dat een opname voor een
grammofoonplaat gemaakt wordt
met een taperecorder en een paar
microfoons. Gaat er tijdens het
spelen wat fout, dan wordt de
opname gestopt en begint men
opnieuw. Net zo lang tot het feilloos
op de band staat. Pas dan wordt de
plaat geperst.
i'
De bestaande alarmeringssystemen
gaan er merendeels van uit, dat iemand
die hulp nodig heeft, altijd nog wel in
staat is een ergens in de wand aange
brachte druktoets van een alarmschel of
intercom te bereiken. Dat geldt dan
voornamelijk voor tehuizen. Particulier
wonende ouderen hebben vrijwel altijd
telefoon. Maar van een val of een verve
lend incident kan iemand zo van streek
raken, dat het moeilijk wordt om de
telefoon te bedienen of een alarmknop te
bereiken.
Alleen draadloze alarmering via een
zendertje dat door een simpele vingerbe
weging te bedienen valt, kan dan, ook
onder meer benarde omstandigheden,
uitkomst brengen. Draadloze systemen
kunnen gebruik maken van radiotech
niek of infrarood licht (zoals de afstand
bediening van sommige televisietoestel
len). Bij deze laatste mogelijkheid moet
de straal van het infraroodzendertje ge
richt worden op een ontvangertje, dat de
boodschap moet doorzenden naar een
centrale post. Dit vereist echter veel ont-
vange tjes in de woning en bovendien
Een miniatuur-alarmzendertje hoeft niet
groter dan een pakje sigaretten te zijn en
kan ook omn de hals gedragen worden.
Voor een echte kleine studio met
meersporentechniek is toch een tape-,
recorder nodig. Vierkanaals mogelijk
heden zijn het minimum om een een
mansorkest op te nemen
moet de st aal ge icht wo den, wat voo
ne veuze of minde „handvaste” men
sen ook al niet zo eenvoudig is.
Blijft alleen over het radiosysteem,
waarbij met hulp van het meegedragen
zendertje draadloos een centrale post
kan worden gealarmeerd. Daarbij is er
dan echter nog geen spraakverbinding.
Voor iemand die in nood verkeert of
denkt dat te doen, is het een grote gerust
stelling te weten dat zijn of haar nood
kreet is ontvang en en er hulp komt
opdagen.
In het St. Willehad-ziekenhuis in Wil
helmshaven in de Bondsrepubliek heeft
AEG-Telefunken voor zelfstandig wo
nende bejaarden en invaliden een nieuw
noodoproepsysteem geïnstalleerd waar
bij zowel draadloze alarmering als we
derzijds spreekcontact mogelijk is. Bij
dit systeem heeft iedere bewoner een
mini-zender op zak of bijvoorbeeld aan
een kettinkje om de hals hangen. Bij de
in elke woning aanwezige telefoon is een
kastje geplaatst. In die toegevoegde kast
zit een ontvangststation voor het meege
dragen zendertje. Wordt door een simpe
le druk op de knop ergens in of rond de
woning de mini-zender ingeschakeld,
dan koppelt het ontvangststation zich
zelf aan het telefoonnet. De ingebouwde
microcomputer kiest automatisch een verslag van de daarna genomen maatre-
tevoren in het geheugen aangebracht gelen op de geluidsband vastgelegd. Bo-
Een mixer koppelt
vele microfoons aan
de taperecorder. Bij
meersporentech
niek wordt hj op
nieuw gebruikt bij
de eind-mix
De Portastudio, een
mixer en bijzondere
cassette-recorder in
een huis te gebrui
ken voor meerspo
rentechniek.
Af I
y.