0STAR19RD VICTORIA urs ?kbvi J SOLOZEILER KLAAR VOOR OVERSTEEK BV 22 contact en - i kabel- i sollici- n hulp- ■nonteur ihikking dochter i B.V. te bedrijf slecom- tuur. Henk Jukkema is gisteren met zijn jacht Victoria vertrokken in de OSTAR- race, van het Engelse Plymouth naar het Amerikaanse Newport. Een transatlantische solorace over 2800 zeemijl, meer dan 5000 km. De Victoria, gebouwd in Alkmaar, is een (vrijwel) standaard Victoire 933. Jukkema komt er mee uit in de kleinste klasse met een maximale lengte van 9,75 meter. In dezelfde klasse heeft hij in 1976 ook meegedaan. Hij kwam toen als 58ste binnen van een veld van totaal 121 starters. Eén op de drie deelnemers viel toen uit. Henk Jukkema heeft vorig jaar verolichte testtochten gemaakt van 1000 mijl (met bemanning) en 500 mijl (solo). Zelfstuurinrichting Alarm Camera Werking Energievoorziening Voedsellijsten Ju je eentje van Engeland naar Amerika zeilen is geen onbezonnen zaak. De zeewaardigheid van de boot en de veiligheidsmiddelen die ‘meegaan aan boord zijn van het grootste belang. Als tijdens zo’n race iemand om het leven komt, dan staan ogenblikkelijk hele ’volksstammen op die het solozeilen willen verbieden. Iemand met ervaring die ooit een keer goed voorbereid in zijn eentje een oceaan I is overgevaren hoor je zulke dingen echter nooit roepen. Alle deelnemers beseffen heel goed dat er een kans bestaat dat ze niet in Newport aankomen. Ze weten ook dat als ze zo lang op zee zijn, ze ongetwijfeld een keer in een storm terecht zullen komen. Daarom zijn ze er ook op voorbereid. De een is bereid om meer te wagen dan de ander. Je zou de Ostar j eigenlijk een beetje kunnen vergelijken met een autorace. Aan de start staan formule 1 -wagens en opgevoerde personenwagens. Alle coureurs zijn bereid om tot het uiterste te gaan. In een formule 1 -auto I heeft dat natuurlijk verstrekkender gevolgen dan in een opgevoerde Z „burgermansbolide”. In een supersnelle verderlichte trimaran kan meer fout gaan, dan in een seriejacht zoals de „Victoria”. De lijst van gezonken trimarans en katamarans begint zo langzamerhand steeds I langer te worden. c door Henk Jukkema Sponsoring y iHenk Jukkema start in zeilrace over de Oceaan Henk Jukkema bezig met de radio- peiler sen wij 1 amisch Zelfstuurinrich ting Ostar wint, krijgt alleen maar een of andere enge beker met veel krullen. Je „marktwaarde” stijgt natuurlijk wel en het wordt gemakkelijker om een winnend schip te laten sponsoren. Je kunt je door een concern laten sponsoren, of door een aantal firma’s, die produkten leveren, welke je aan boord gebruikt. Op de laatste manier heb ik het gedaan en door het schrijven van deze artikelen, verdien ik er nog wat bij om die dingen aan te schaffen welke niet beschikbaar worden gesteld. Mijn sponsors weten dat ik niet kan winnen, maar dat is ook niet zo belangrijk. Het vaak gehoorde argument, dat sponsors je onder zware druk zetten, zodat je teveel risico’s zou gaan nemen, gaat in mijn geval niet op. Ik probeer gewoon sneller te zijn dan de andere vergelijkbare schepen. Overigens geloof ik ook dat sportverdwazing de solozeilerij sterk in diskrediet kan brengen en dat zou precies het tegenovergestelde teweegbrengen dan de sponsors verlangen. Een belangrijk apparaat waar ik over beschik, is de zelfstuurinrichting, welhaast het meest karakteristieke onderdeel nog aan de windsterkte aangepast kan worden. Het apparaat houdt het schip dus op koers door middel van wind- en waterkracht. Het kan echter geen kompas kijken en als de wind mocht draaien, dan draait het schip keurig mee. Die winddraaiingen vallen midden op de oceaan erg mee, meestal verandert de wind weinig van richting per dag. Stel datje nu ligt te slapen en de wind draait, wat dan? Daarvoor heb ik weer een ander apparaatje aan boord, een zogenaamd off-course alarm. Dit kompasje met sensors begint te piepen zodra ik langer dan een aantal seconden (Dat is instelbaar van 3 tot 30 seconden) van de juiste koers afwijk. Het off-course alarm werkt op een paar batterijtjes en verbruikt nauwelijks stroom. Stel dat het ding uitvalt, en er valt op zee nogal eens iets uit, hoe gaat het dan? Van een kleine koersverandering van een paar graden word je vrijwel nooit wakker, maar wordt het meer dan tien graden, dan gaat het schip voelbaar anders bewegen ten opzichte van de golven en word je wakker. Behalve als de zee spiegelglad is en de wind toch uit een andere hoek gaat waaien. Zo is het me overkomen tijdens de vorige Ostar dat ik wakker werd van een vreemd licht. Tijdens mijn slaap draaide de wind 180 graden, zodat ik in plaats van naar het westen, terug naar het oosten voer. Doordat het echter volle maan was, werd ik wakker van het licht dat in mijn gezicht ging schijnen. Het apparaatje kan een belangrijke besparing in tijd opleveren. Koersfouten tellen namelijk extra zwaar, omdat je ook de stroom nog tegen hebt. Zonder al deze technische apparaten kom je natuurlijk ook best aan de overkant. Zelfs als alle elektriciteit uitvalt kan gewoon doorgezeild worden. De belangrijkste navigatiemiddelen, zoals de kompassen, de reservelog die de afgelegde afstand registreert en de sextant werken allemaal zonder elektriciteit. Het instellen van het zelfstuurinrich ting op de juiste koers. Boven mijn hoofd de antenne van de radardetektor Meestal ben je ook net te laat ofte vroeg met afdrukken, vandaar de winder, waardoor ik twee opnamen per seconde kan maken. De winder maakt het ook mogelijk om onder het schip doorlopende golven in een serie te pakken. Golven moeten al erg hoog zijn, willen ze enige indruk maken op een foto, maar als een serie dia’s snel achter elkaar wordt geprojecteerd, gaat het opeens heel anders lijken. Een automaat maakt het mogelijk je alleen te concentreren op het scherpstellen. Omdat zowel de boot als de golven bewegen, verandert het licht voortdurend. En een langszwevende stormvogel zit het ene moment boven de horizon tegen een lichte lucht en het andere er onder tegen donkere golven. En diafragmeren en scherpstellen in zo weinig tijd gaat meestal niet, zodat een automaat uitkomst biedt. Tijdens de vorige Ostar zwom er tijdens bladstil weer een gigantische vinvis een uur om en onder de boot. Toch zijn de meeste opnamen mislukt, omdat ik van de zenuwen verkeerd belichtte en het zee-oppervlak zo spiegelde, datje onmogelijk kunt zien wat er wel onder water zit. Vandaar dat ik nu nooit meer zonder polarisatiefilter op stap ga. Een dergelijk filter heft voor een groot deel de schittering op, zodat het water doorzichtig wordt. Tevens bleek je er uitstekend luchten mee te kunnen fotograferen, want de kleuren worden intenser. Voor het ruige weer met de overkomende zeeën heb ik een heel praktische camera. Het is volkomen water- en stofdicht, automatisch met notabene nog een ingebouwde electronenflitser ook en niet te vergeten een zelfontspanner, hetgeen onontbeerlijk is als je solo zeilt. Het toestel is niet bestand tegen zware overdruk, met andere woorden je kunt er niet mee duiken, maar mits aan de oppervlakte gebruikt, zou je er nog best onderwateropnamen mee kunnen maken. Dat verklaart tevens de prijs. Die is namelijk vergeleken met echte \l 200 )8 BC AM 969 Belangrijke uitrustingsstukken die niets met het feitelijke varen hebben te maken, maar zonder welke ik nooit op stap ga, zijn de camera’s en een taperecorder. Voor de normale omstandigheden gebruik ik een automatische reflexcamera met winder en drie objectieven, een standaard, groothoek- en tele-objectief. Een groothoekobjectief is ideaal voor opnamen aan boord, maar naderende hoge golven worden een stuk lager wanneer je door een groothoek ziet. Een passerende mammoettanker wordt een coaster. Zwemt er echter een school dolfijnen voor de boeg, dan is een groothoek weer ideaal, omdat zo’n objectief een grotere scherptediepte heeft en dolfijnen altijd de neiging hebben boven te komen op een plek, waar je bijvoorbeeld met een tele-objectief net niet op hebt scherpgesteld. van een solozeiljacht. Dit apparaat stuurt het schip terwijl ik slaap, kook of navigeer en een goede zelfstuurinrichting is dan ook bijna een tweede bemanningslid. Door het steeds populairder worden van het lange-afstandzeilen, al of niet solo, hebben zelfstuurinrichtingen zich de afgelopen twintig jaar nogal snel ontwikkeld van houtje- touwtje-stangetje-bouwsels tot solide en technisch hoog ontwikkelde toestellen. Was men in de beginjaren al heel tevreden met een schip dat nogal slingerend de gevraagde koers volgde, tegenwoordig mag men van een goede windvaanstuurinrichting verwachten, dat hij het schip vrij exact op koers houdt. Ik wil het nu niet hebben over elektrische typen of autopilots, want die zijn voor veel lange-afstandsoloracers niet zo praktisch, omdat ze nogal wat stroom verbruiken. Over het energieverbruik verderop meer. De windvaanzelfstuurinrichtingen zijn grofweg te splitsen in twee groepen: die welke verbonden zijn met het roer van het schip en dat bedienen en die welke onafhankelijk van het hoofdroer werken en een eigen roer bezitten. Het voordeel van de laatste groep is dat, wanneer het hoofdroer om een of andere reden uitvalt, het schip toch nog kan worden gestuurd. Zo voer de eerste vrouw, die solo rond de wereld zeilde, Naomi James, met haar 16,5 meter lange schip vanaf de Canarische Eilanden alleen op haar zelfstuurinrichting naar Engeland. Het aardige is dat de reserve zelfstuurinrichting, die ze nooit hoefde te gebruiken nu achter de Victoria hangt. Het is een nogal duur Zweedse apparaat, dat geweldig goed in elkaar steekt en de afgelopen 2000 mijl proeftochten de boot perfect onder allerlei omstandigheden heeft gestuurd. Daar durf ik me rustig op te verlaten en het is altijd nog beter een duur apparaat te gebruiken dat heel blijft, goed stuurt en dus een belangrijke energiebesparing oplevert, dan halverwege te moeten terugkeren omdat het apparaat kapot is. Tijdens de laatste race vielen er negen deelnemers uit met kapotte zelfstuurinrichtingen. Hoe werkt zo’n ding nou? Dat is niet met drie woorden uit te leggen, maar in het kort komt het ongeveer hier op neer (zie tekening): bovenop het toestel staat een windvaan (1), die wordt ingesteld op de wind, zoals die over het schip waait, bijvoorbeeld schuin van voren, dwars, pal van achteren of elke richting die daartussen ligt. Verandert het schip nu wat van koers, dan wordt de vaan, die om een verticale as kan draaien en precies is uitgebalanceerd met een contragewicht, omgeblazen, naar links of recht, al naar gelang het schip draait ten opzichte van de wind. De vaan bedient via twee gewrichten en een stang een roertje (4). Dit roertje kan niet alleen naar links of rechts draaien, maar ook heen en weer zwenken, als de slinger van een klok. Wordt het roertje (4) nu door de windvaan bijvoorbeeld naar links gedraaid, dan wordt het door het langsstromende water direct met grote kracht naar links gedrukt. Het kleine roertje is echter op zijn beurt weer verbonden met het grote roer (5) van de zelfstuurinrichting, dat ook gaat draaien en het schip terugstuurt op de juiste koers. In het apparaat zijn nog een aantal verfijningen ingebouwd, zoals het behalve aan de windrichting, ook Wat betreft de energievoorziening wordt er heel wat afgeëxperimenteerd op solojachten. Weliswaar kan de scheepsmotor worden gebruikt om de accu’s op te laden, maar er zijn nogal wat schepen die geen motor aan boord hebben. Vandaar dat er gebruik wordt gemaakt van zonnepanelen en windmolens. Hoewel niet bepaald primitief te noemen, leveren beide methoden niet bijster veel stroom. Een betere methode is een watergenerator. Sommige typen zien eruit als een soort buitenboordmotor en anderen worden gebruikt als een soort groot sleeplog. Door de snelheid van de boot begint een propeller te draaien die verbonden is met een dynamo, zodat de accu’s weer worden bijgeladen. Ondanks deze verschillende laadmogelijkheden is het toch van belang om zo zuinig mogelijk met stroom om te springen. Hoe minder dingen er stroom nodig hebben, hoe beter. Elektrische pompen voor stromend water en om het schip leeg te pompen, omdat er altijd wel wat water inkomt, zijn onpraktisch op een lange-afstandjacht. ’s Nachts brandt er aan boord hooguit een lamp. Of het driekleuren toplicht als ik slaap, of zo af en toe het kompaslicht of een lichtje binnen als ik op ben. Het heeft natuurlijk geen enkele zin om een driekleurenlicht aan te laten als je zelf op wacht zit en er is nergens op de horizon een schip te zien. En als het schip goed op de zelfstuurinrichting vaart en ik zelf niet stuur, kan de kompas en instrumentenverlichting uit. Hoe minder stroom ik verbruik, hoe minder vaak de motor hoeft te draaien en des te minder brandstof er hoeft meegenomen te worden. Er zit een kacheltje in de boot, maar dat werkt op een weinig petroleum, evenals het kooktoestel. Het is de grote kunst om zo weinig mogelijk mee te nemen en zo zuinig mogelijk te varen en het toch comfortabel te hebben. Dat is vooral van belang bij het samenstellen van voedsellijsten. Op de noordelijke Atlantic heb je meer calorieën nodig dan aan de wal. Verder is het belangrijk om voedsel bij je te hebben dat een hoge voedingswaarde heeft, weinig weegt, niet veel bereidingstijd vergt en toch lekker is. Koken is voor mij geen straf zolang de toestand van de zee het toelaat. Is het ruw, dan moet er zo min mogelijk met hete pannen worden gegoocheld, om toch een goede maaltijd binnen te krijgen. ’s Nachts blijf ik zoveel mogelijk wakker, omdat ik er van uitga dat je overdag beter zichtbaar bent en het dus veiliger is om dan te slapen. Vandaar dat ik allerlei bezigheden, die bij weinig licht kunnen gebeuren, uitstel tot de nacht. Wassen bijvoorbeeld gaat ’s nachts prima. Of’s nachts om twee uur uitgebreid koken bij volle maan. Is er nog een horizon te zien en zijn er sterren, dan kun je je positie gaan bepalen met de sextant. onderwatercamera’s een stuk lager. Voor de prijs van een aantal reparaties aan een dure camera vanwege corrosie door binnengedrongen zout, koop je zo’n prachtig toestel. Voor zover ik weet is er maar een merk die ze maakt, dus dat hoef ik niet te noemen. Er is ook nog een versie zonder ingebouwde flitser. Een ideaal toestel voor alle categorieën watersporters, wadlopers en strandwandelaars (bestand tegen stuifzand). Na gebruik gewoon even afspoelen onder de kraan. Wel blijft belangrijk dat je de film er met droge vingers inlegt, want een druppeltje dat tot een zoutkristalletje opdroogt kan een kras over de hele lengte van de film veroorzaken en daar is zelfs een waterdichte camera niet tegen bestand. De taperecorder wordt gebruikt als een soort dagboek en heeft het voordeel boven het geschreven woord, datje er de geluiden bij hoort: het ruisen van de zee, het gedonder van de storm, de piepstemmen van dolfijnen. Gesprekken over de radio en de scheepshoorn van een passerend schip worden allemaal hoorbaar. Wanneer je al een aantal van dergelijke reizen hebt gemaakt, weet je natuurlijk steeds beter wat je mee moet nemen en thuis moet laten. Voor de start van de vorige Ostar sloeg Brian Cooke om in een jgtffinaran. hij kwam om. Philip - ’-■Weid, op weg naar de start, sloeg om met zijn tri „Gulfstreamer”. De bemanning bracht een aantal dagen door in de omgeslagen boot, tot ze opgepikt werd door een passerend schip. „Gulfstreamer,’ werd later geborgen door een Russisch schip en vaart nu rond op de Zwarte Zee. De bekende Chay Blyth sloeg om met zijn reuzentri ’Great Britain III’ tijdens de kwalificatietocht en startte niet. Mike McMullen verdween met de tri ’Three Cheers’ tijdens de race en van man en schip /js nooit iets teruggevonden. In 1978 werd de Route du Rhum gehouden. f^Hain Colas startte met de tri ^Manureva’, waarmee hij de Ostar F van 1972 won. Man en boot verdwenen eveneens. Op de terugtocht zonken de tri’s ’Kriter’ en ’Seiko’, beide bemanningen werden echter opgepikt. Onlangs werd bekend dat drie Franse zeilers, onder wie de winnaar van de Transat en Double, ESgene Riguidel, midden op de wHantic over de kop gingen in hun t[i „Kawasaki”. Dankzij de satellietzender, waarmee wij ook worden uitgerust, werden ze binnen een uur door een Japanse tanker opgepikt. Ze deden een poging om het Atlantisch zeilrecord van West naar Oost, al heel lang op naam van de schoener „Atlantic”, te breken. Tegenover al deze ongelukken met trimarans staan maar weinig X gevallen van totale schade met .'conventionele eenrompsschepen LQverigens vindt men voortdurend wllerlei zaken uit, die het zeilen met T&eerrompsschepen veiliger maken. In de beginjaren van de aviatiek stortten er ook veel vliegtuigen neer, terwijl het vliegen momenteel zeer veilig is. Zonder sponsoring is het lange- afstand soloracen vrijwel niet mogelijk. Vooral wanneer je wilt winnen, kan dit niet zonder financiële steun. Zelfs als je het op een eenvoudige manier doet, zoals in mijn geval. De deelnemers zijn eigenlijk te splitsen in twee groepen, de „amateurs” en de „professionals”. Voor de eerste groep is het varen van een Ostar vaak de gebeurtenis van hun leven, terwijl de profs niets anders doen dan bezig zijn met lange-afstandzeilen. Overigens Wmoed ik dat ook zij weinig of mets verdienen aan hun deelneming. De Fransen zijn als eerste begonnen met het uitloven van prijzengeld, maar hij die de 'W\\ A 1 - r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 23