Morgen vijfendertig jaar geleden
S
.V.
I
rs
100
'jr
s*
few
w r f
w w
sn en
(Van onze redactie
buitenland)
Op 6 augustus 1945 om 8.16
uur ’s morgens, 43 seconden
na uit de B-29-bommenwer-
per Enola Gay te zijn afge-
worpen, explodeerde de vijf
ton wegende uraniumbom
„Fat Man” op 630 meter
hoogte boven Hirosjima. Er
ontstond een vuurbal van
honderden meters doorsnee,
waarin een temperatuur van
25 miljoen graden Celsius
heerste. Ruim 100.000 men
sen kwamen om; eenzelfde
aantal werd zwaargewond.
Er werden 62.000 gebouwen
verwoest, waaronder 52 van
de 55 ziekenhuizen en eerste-
hulpposten.
f t
V W?
Na Hirosjima en Nagasaki
was de wereld veranderd
loteert
sn wij
De paddestoelwolk torende achttien kilometer omhoog boven Hirosjima.
taan
Vele mensen zochten in de vernietigde stad naar overlevenden, maar stierven later zelf aan de gevolgen van radio-actieve straling
edruk
i-Cen-
fondst
:div. edi
132,
69, M
106«
14,St
41,S
1843
29,10
71,80
45,11
112,Si
48,00
68,St
83,50
20.00
119,Si
133,
52,1»
im
563
97,
inischf
aten
wrsri
or dl'
en emr
is aan.
^ri
F
Ir
claim,
en.
54,50
37,St
28,
268,1»
202,0(1
70,11
41JI
126,50
45,00
56,80
55,00
110,40
6020
61,00
147,50
110,00
138,1»
38,Si
55,01
132,1»
58,56
50,00
50,00
85,40
793
503
1543
464
46,11
77,00
353
55,66
134,40
104,00
573
140,08
42,11
141,4
1283
72.00
2103
83,90
176,00
24,
453
363
473
512
1073
330.00
1703
157.00
330.0(1
De meeste doden vielen binnen een
gebied van tien vierkante kilometer. De
hitte veroorzaakte branden op anderhal
ve kilometer daarvandaan, verzengde de
huid tot op drie kilometer afstand, etste
de patronen van kimono’s op de huid
van vrouwen, de petten op de schedels
van mannen. De drukgolf joeg een wer
velwind van glas op; de paddestoelwolk
torende achttien kilometer omhoog en
kon nog door de bemanning van de
Enola Gay worden gezien op 580 kilome
ter afstand.
De bommenwerper werd gevlogen
door kolonel Paul Tibbets, die er de
naam van zijn moeder Enola Gay op had
laten schilderen. Bomrichter was ma
joor Tom Ferebee. Zo’n zeven uur eer
der waren vliegtuig en twaalfkoppige
bemanning voor de start op het eiland
Tinian uitgebreid gefotografeerd en ge
filmd door speciaal overgestuurde ca
meramensen. Om 14.58 uur keerde het
vliegtuig op Tinian terug, werd de be
manning verwelkomd door de andere
militairen en opnieuw filmers en foto
grafen, kreeg Tibbets de Distinguished
Service Cross opgespeld en begon het
door mess-officier Charles Perry geor
ganiseerde kolossale feest met veel gra
tis bier, wedstrijden in het eten van
taartjes en de vertoning van de film „It’s
a pleasure”.
Op 4 augustus waren drie doelen gese
lecteerd voor de eerste kernbomaanval:
Hirosjima, Kokura en Nagasaki. Minder
dan een uur voor de eerste kernbom
werd afgeworpen, bleken de weersom
standigheden boven alle drie de doelen
gunstig en viel de keus op Hirosjima.
Kokura werd gespaard: Nagasaki werd
drie dagen later verwoest met de pluto
niumbom „Little Boy”: dat vergde onge
veer evenveel slachtoffers.
Maar het is niet het aantal slachtof
fers, noch de massale vernietiging van
een stad, die deze twee militaire opera
ties nu 35 jaar geleden tot een keerpunt
in de geschiedenis maken. Tenslotte was
in februari 1945 al Dresden, „het Floren
ce aan de Elbe”, vernietigd in een mas
saal bombardement: circa 135.000 men
sen verloren daarbij het leven.
Hirosjima en Nagasaki zijn een keer
punt, omdat voor het eerst (en tot nu toe
voor het laatst) kernwapens werden ge
bruikt. Twee kernbommen (eigenlijk
drie: een werd verbruikt bij een test in
de woestijn bij Los A,amos) het uitein
delijke resultaat van het „Manhaften
Project” onder leiding van brigade-ge-
neraal Leslie R. Groves en de natuur
kundige J. Robert Oppenheimer, dat uit
37 installaties en laboratoria in negen
tien Amerikaanse staten en Canada be
stond, waarbij 37.800 man werkten en
dat meer dan 2,2 miljard dollar kostte.
Beide vragen werden bevestigend be
antwoord.
De vraag of het kernwapen moest wor
den ontwikkeld, leverde geen probleem
op. De angst dat de Duitsers bezig waren
er een te maken, overheerste. Heel dui
delijk, maar ook heel nuchter, komt dat
tot uitdrukking in het geheime memo
randum, dat de (vluchtelingen) natuur
kundigen O. R. Frisch en R. Peierls in de
lente van 1940 aan de Britse militaire
autoriteiten aanboden. Dat memoran
dum deed de Britse research van start
gaan, die later de Amerikanen op het
goede been zette en de Britse toestem
ming voor het gebruik van de bom in
1945 noodzakelijk maakte.
Frisch en Peierls beschreven wat er
moest worden gedaan om de bom te
ontwikkelen. En stelden niet te weten of
andere wetenschappers op basis van de
zelfde theoretische kennis, die al gepu
bliceerd was, op hetzelfde idee zouden
komen of al gekomen waren. Zij vonden
het zeer aannemelijk, dat Duitsland al
bezig was met de ontwikkeling van de
superbom.
„Of dit het geval is, is moeilijk na te
gaan, omdat een installatie voor het ver
rijken van uranium niet zo groot behoeft
te zijn, dat deze de aandacht trekt”,
schreven zij. En zij adviseerden zo goed
mogelijk dr. K. Clusius van de universi-
teit van München in het oog te laten
houden, omdat hij de beste verrijkings
methode had uitgevonden, om attent te
zijn op de produktie van uraniummijnen
in Tsjecho-Slowakije. „Het is overigens
ook heel goed mogelijk, dat niemand in
Duitsland zich nog heeft gerealiseerd,
dat de verrijking van uranium de con
structie van een kernbom mogelijk
maakt. Daarom is het van extreem be
lang dit rapport geheim te houden, om
dat zelfs enig gerucht over de samen
hang tussen uraniumverrijking en de
bomconstructie de Duitsers op het goede
spoor kan zetten”.
„Uitgaande van de veronderstelling
dat Duitsland in het bezit is, of zal ko
men, van dit wapen, moet gerealiseerd
worden dat er geen doelmatige bescher
ming beschikbaar is en zeker niet voor
gebruik op grote schaal. Het meest doel
treffende antwoord is de dreiging met
een soortgelijke bom. Daarom lijkt het
ons belangrijk zo spoedig en voortva
rend mogelijk met de produktie te star
ten, ook als het niet de bedoeling is de
bom als wapen te gebruiken. Omdat de
verrijking van de noodzakelijke hoeveel
heid uranium onder de meest gunstige
omstandigheden een zaak van een aan
tal maanden is, is het duidelijk te laat om
met de produktie pas te starten als be
kend is, dat de Duitsers de bom in han
den hebben”, aldus Frisch en Peierls.
Met dit memorandum begon in feite de
kernwapenrace. De argumenten voor
het voortzetten vah die wedloop zijn
onveranderd gebleven: alleen de naam
van de vijand is gewijzigd.
Overigens: de Duitsers waren bezig en
bleven (althans volgens Margaret Co-
fl
wing en Lorna Arnold in hun boek „The
Atomic Bomb”) tot 1942 met hun rese
arch op gelijke voet met de Engelsen en
Amerikanen. Evenals de Amerikanen in
de periode voordat zij beschikten over
het memorandum van Frisch en Peierls
en het daarop gebaseerde Maud Rap
port van de Britse regering, faalden de
Duitsers op het gebied van de organisa
tie en onderlinge samenwerking op zo
grote schaal („big science”), kregen de
Duitsers te weinig geld en materialen en
te weinig steun van industrie.
Het Russische kernbomproject, in
1941 wegens de Duitse invasie stilgelegd,
werd in februari 1943 onder leiding van
Igor Kurchatov opnieuw gestart: de eer
ste Russische bom werd getest in augus
tus 1949.
De vraag of de eerste kernwapens
tegen Japan moesten worden gebruikt,
leidde in de Verenigde Staten onder de
weinigen, die van het bestaan van de
bom wisten, wel tot vrije heftige discus
sie. Maar het argument, dat het gebruik
van de bom mensenlevens zou sparen
(een invasie zou meer zowel Japanse als
Amerikaanse slachtoffers vergen), won
het tenslotte. Toch zal daarbij ongetwij
feld hebben meegespeeld, dat Pearl Har
bour nog moest worden „terugbetaald”.
Roling heeft aangetoond, dat Japan al
tot overgave bereid was voordat de bom
viel, waardoor het argument om de bom
te gebruiken, vervalt. Zelfs als dit niet of
onvoldoende bekend was bij de Ameri
kaanse regering, blijft het feit dat de
verwoesting van Nagasaki overbodig
was. En dus in ieder opzicht misdadig.
De oppositie tegen het gebruik van de
bom was niet - zoals wel gesteld - het
grootst onder de wetenschappers, die bij
het Manhattan Project betrokken wa
ren. Integendeel.
De prominente wetenschappelijke ad
viesraad van het ministerie van Oorlog
onttrok zich aan het geven van het ge
vraagde advies over het gebruik van de
bom: „Wij claimen niet een speciale
competentie te bezitten om de politieke,
sociale en militaire problemen op te los
sen, verbonden aan het inzetten van
kernwapens”. Een opiniepeiling onder
de wetenschappelijke staf van het Chi
cago Laboratory (waar Fermi de eerste
beheerste kettingreactie maakte), leerde
dat meer dan zestig procent voor een
„militaire demonstratie” was.
De oppositie van wetenschappers te
gen kernwapens ontstond pas na het
vallen van de eerste twee bommen. En
nam in kracht toe, toen de ontwikkeling
van de waterstofbom aan de orde kwam.
De wetenschappelijke adviesraad van
het ministerie van Oorlog (voorzitter J.
Robert Oppenheimer) had nu wel een
standpunt: de waterstofbom zou een on
duldbare bedreiging vormen voor de
toekomst van de mensheid en moest
daarom niet worden ontwikkeld. De ad
viesraad was ervan overtuigd, dat de
Amerikaanse kernwapen-superioriteit
zo groot was, dat afzien van de water
stofbom in de hoop dat de Sowjet-
Unie dat voorbeeld zou volgen de
Amerikaanse veiligheid niet zou be
dreigen.
President Truman legde dit advies
naast zich neer: in 1952 werd de eerste
waterstofbom getest. En de kernwapen
race groeide uit tot waanzinnige afme
tingen. Tot een nachtmerrie, die niet te
beëindigen schijnt dan in een akelig
kortstondig ontwaken op een zich ver
nietigende wereld. Want; ook in het nau
welijks denkbare geval dat de kernwa-
penproduktie nu wordt gestaakt en alle
kernwapens onschadelijk worden ge
maakt, zullen de huidige kernwapenlan-
den na het uitbreken van een conflict in
de kortste keren nieuwe kernwapens
hebben gemaakt. De kennis om zulks te
doen, bestaat en is uitvoerig getoetst. Die
kennis is niet uit te wissen.
fc
Na Hirosjima en Nagasaki was de we
reld veranderd. De kernwapenrace
kwam pas nu goed op gang. Consequen
ties daarnaast: Nog was de mens niet in
staat alle leven op aarde te vernietigen:
kemsplijtingsbommen blijven daarvoor
te klein. Maar aan de ontwikkeling van
kernfusie- of waterstofbommen, die on
beperkt van formaat kunnen worden,
werd al gewerkt in de laboratoria in Los
Alamos in New Mexico; in 1952 werd de
eerste getest op de Marshall Eilanden.
Het „Manhattan Project” had „big
science” doen ontstaan: een samengaan
van theoretische en experimentele we
tenschappers met toegepaste weten
schappers, ingenieurs en technisch ad
ministrateurs in een strikte (militaire)
organisatie, die binnen vijf jaar een
puur wetenschappelijke theorie omzette
in tastbaar resultaat. Het geloof ont
stond, dat ieder probleem oplosbaar is
als er maar genoeg wetenschappers,
technici, geld en een goede organisatie
tegenaan worden gegooid. Latere ruim-
tevaartprojecten en de gigantische on
derzoeksprojecten voor de bestudering
van de structuur der materie versterk
ten dat geloof, maar een dergelijke opzet
bij de kankerresearch faalde desalniet
temin.
De verschrikking, die de twee kern
bommen hadden teweeggebracht,
maakten dat juist wetenschappers ui
terst begerig werden kernenergie voor
vreedzame doeleinden te ontwikkelen en
overgevoelig voor alle kritiek op wat zij
als een onverdeelde zege voor de mens
heid beschouwen.
Voor de Tweede Wereldoorlog be
stond de totale wereldvoorraad gezui
verd radioactief materiaal uit drie kilo
gram radium. De hoeveelheid radioac
tieve stoffen is nu ontzagwekkend en
gevaarlijk groot. In 1980 zal, naar ver
wachting, alleen al de produktie van
plutonium in het Westen 65.000 kilogram
bedragen; van 1972 tot 1980 was de pro
duktie 249.000 kilogram. Plutonium is
een kunstmatig, hoogst giftig, sterk radi
oactief materiaal, dat 24.000 jaar nodig
heeft om de helft van zijn straling te
verliezen.
Het „atoomtijdperk”, dat in december
1939 begon toen Otto Hahn de eerste
kernsplijting tot stand bracht in zijn
Berlijnse Laboratorium, was voorspeld.
In 1914 beschreef de Brit H. G. Wells in
zijn boek „The World Set Free” de intro
ductie van kernenergie in 1953 en een
wereldoorlog met kernwapens in 1956,
waarbij hij ook aandacht schonk aan de
gevaarlijke fall-out. De schrijver Olaf
Stapledon beschreef in 1930 in „Last and
First Men” een kernexplosie (inclusief
vuurbal en paddestoelwolk); de schrij-
ver-politicus Harold Nicholson voorspel
de de atoombom in 1932 in zijn verhaal
„Public Faces”.
De morele problemen waren niet voor
zien. In de Tweede Wereldoorlog zelf
ging het om twee problemen: 1. Moet het
kernwapen worden ontwikkeld? 2. Moet
het tegen Japan worden gebruikt?
7
58 1
00 46
00 33t
10 1
10 1
50 m
3?
De Japanse stad Hirosjima na de explosie.