o M
Dammen
Schaken
Bridge
s
uter.
hoek
BLUB
boe.'
i
L
ND
Het prinsesje
Jan in een boot
De tovenaar Bombi
Honden
Vroeger
o-
Over de vakantie
Tekening
Vakantie
De poes Scooby
en de muis Twinki
Spookgedicht
De pop
Schaatsen
Wat het jonge paar ontdekt
z
I De clown
Op vakantie
in Apeldoorn
a.
,a>’
a
4
'd.
Ie
-
4
N
w.’-o
N
W-J-O
z
19
*22 L
St
0
ANITA STIJGER
GLIJN-JAN GLAS
3
JAN
KATJA
LINDA en KLINK
NICOLE DE LANGE
U
2
speelt, het-
72
e
V
I
wo-
oni-
worden gemaakt, anders blijft er in
de krant niets van over. Stuur je
reacties naar 't Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507, 2003 PA
Haarlem.
Hij doet niemand kwaad.
Op een dag zei hij een kwade
spreuk en alles was anders.
't Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte inkt of viltstoft moeten
In een groot bos stond een klein
huidje.
In dat huisje woont een tovenaar,
die Bombie heet.
Bombie is een goeie man.
Wit aan zet
13. Lf4:! Een aardig tweede stukof-
fer om de koning verder het vrije veld in
Ergens in een land met veel rotsen.
Daar staat een oud kasteel.
Je komt er niet in de buurt zonder tegen een spook aan te botsen.
Want er wonen griezels, heel veel.
Er zijn al heel wat mensen heen gegaan,
Toch zijn ze nooit meer gezien.
Misschien kan iemand ze dood maken,
Of tam maken misschien.
Ik ben er ook heen gegaan.
En het is gelukt.
Want ik had toevallig kruiden met toverkracht geplukt.
Frankenstein, Dracula en spoken, die heb ik als huisdier.
We wonen in het kasteel en maken veel plezier.
konijntjes en die zien er wel eens
bruin, zwart, en wit uit.
En in de caravan slapen we op een
stapelbed.
En mijn vaderen moeder slapen in
een gewoon bed.
En als het heet is, mogen we
zwemmen.
De conclusie van al het bovenstaande?
Dat er tot nader order voor ons schakers
voldoende werk aan de winkel blijft!
E. SPANJAARD
„Hallo, vrouw, kijk eens wat ik heb
gevonden?
Een mooi zwerfkatje”.
„Ik heb je al zo vaak gezegd, dat ik
geen kat in huis wil”.
„Maar we hebben muizen, schat”.
„Nou oké, maar dan ook alleen voor
de muizen”.
„We noemen hem Scooby”.
„Aaaaaaaaaaa, een muis, pak hem
Scooby”.
Scooby had de muis zowat.
De familie de Bruin zette ook altijd
vallen.
Op een dag was het weer zo ver,
Scooby zat de muis Twinki
achterna.
Maar opeens:
De poes zat vast in de val met zijn
staart.
„Au, au haal me eruit”, zei hij tegen
de muis.
Goed op één voorwaarde, dat jij me
niet meer achterna zit”.
En vanaf die dag waren ze
vriendjes.
Kijk, Jan zit in een boot.
Hij gaat heen en weer.
Pas op, Jan.
Doe niet zo raar, dan gaat de boot
om en val jij eruit.
Dan ben jij zo nat.
O, wee, daar gaat het al.
Wie geïnteresseerd is in de verzamelde
Bols-bridgetips zal nog even geduld moe
ten hebben. De uitgever heeft namelijk bij
nader inzien besloten de presentatie te
doen plaatsvinden tijdens de Olympiade
in Valkenburg en het boek pas daarna te
distribueren.
Blub is een vis,
maar dat zie je nog niet.
Trek met potlood
een lijn van 1 naar 2.
Ja, Blub is een echte vis.
Nu zwemt hij
in het water.
Dan van 2 naar 3
en zo verder
tot Blub klaar is.
V B
V
Toen ik klein was, was ik met mijn
broer gaan spelen met de telefoon.
Toen waren mijn oma, opa, mam
ma en pappa er.
Het was leuk, maar ik was klein.
REGINA STREMMING.
Schwarzman-Jansen
1. 32-28 17-22, 2. 28x17 12x21, 3.37-32 7-12,
4. 41-37 11-17, 5. 33-28 6-11, 6. 39-33 19-23, 7.
28x19 14x23, 8. 44-39 10-14, 9. 34-30 1-6, 10.
50-44 13-19, 11. 33-28 20-24, 12. 30-25 21-26,
13. 40-34 17-22,14. 28x17 12x21,15. 47-41 8-
12, 16. 32-28 23x32, 17. 37x28 26x37, 18.
42x31 21-26, 19. 44-40 26x37, 20. 41x32. Zie
diagram 1.
in
Toen ik in Spanje was, ging ik met
een nichtje en twee jongens naar de
bowling.
Mijn vader kwam later ook naar de
bowling.
NATASJA VAN WA VEREN.
Er was eens een koning en een
koningin.
Ze hadden ook een dochtertje, dat
op een dag aan haar vader vroeg of
ze in de keuken mocht kijken.
Het mocht.
Meestal mocht het niet.
Haar vader zei dat ze naar de
keukenmeid moest luisteren.
Maar dat deed ze niet.
Toen vloog het kasteel in brand.
Haar vader was heel boos.
KARIN STEENBERGEN
Deze mooie tekening is van MARTE
OVERTOOM.
Ze is 4 jaar.
Op de tekening staat een kindje met een
ijsco.
21 37-32 te ruilen) 27-32, 33. 28-23 32x41, 34.
36x47. Misschien duurt het naar dam lo
pen (op veld 46) nu nog wat lang, of
misschien is de partijstand ondertussen al
zo goed dat hij rustig gewoon verder kan
spelen. 28. 39-34 18-22 (er dreigde 25-20 en
28-22 18x29, 34x5) 29. 37-31 26x37, 30. 32x41
3-8, 31. 48-42 8-12, 32. 41-37 12-18, 33. 42-38
16-21, 34. 37-31 21-26! Zwart moet wel de
controle over veld 26 behouden, omdat
veld 27 voorlopig taboe is in verband met
25-20, 38-32. 21-26 forceert ook direct de
winst! 35. 31-27 na 38-32 zou zwart door 18-
23 schijf 28 winnen. 22x31, 36. 36x27 18-22,
37. 26-31 38-32, 38. 31-36 32-27? verhaast
het einde 39. 19-23 18x20, 40. 15x24 30x19,
41. 14x21 met winst.
1
jn
86
B
H
„A. J. de Wit, Emmerlaan 18 in De
Zilk”.
„Nou u zal wel een beloning krijgen
van de mensen van wie het deurtje
is”.
„Nou dag en nog een prettige dag
vandaag”.
Er was eens een pop,
Die stond op zijn kop.
En stond op haar been,
En kreeg een peen.
Die had een been en kop,
Duvel nu maar op.
De pop liep weg,
Wat had de pop een pech.
Wat zielig voor de pop hoor.
Hij had honger en dorst.
Ze liep naar de zee,
En zat op de plee.
Toen ging ze dromen.
En ging met pret naar het grote bed.
Ze werd wakker.
Ze had het gedroomd.
Ze ging eten en drinken.
En ging toen naar de stad,
Daar zag ze een rat.
Toen ging ze naar huis,
Daar zag ze een muis,
ze ging naar haar tante Cee,
Die zat op de plee.
Ze kwam eraf.
Weg, nare rotkat.
Dag pop, dag peen en rat, dag muis
en dag tante Cee.
NATASJA WIJKER
Ik ben met tante Coba en mijn neef
Tonnie gaan schaatsen.
Ik heb ook wel eens met mijn oom
bier rondgebracht bij de strand
tenten.
Een overwinning volgens een klassiek
principe behaalde Jannes van der Wal
tegen de Italiaan Berté, die eerder Drost
en Clerc op remise hield. Vanuit diagram
2 speelde Berté 24-30 35x24, 19x30 28x19,
14x23? (13x24 was verplicht). Na 33-29!
stond hij echter plotseling verloren: er
dreigt 27-22, wat niet verhinderd kan wor
den met 11-17 vanwege 27-22 17x28, 29-24
30x19, 34-29 en 32x5.
Op het in de partij gespeelde 12-17 won
Jannes door 29-24 30x19, 34-29 23x34,
39x30 25x34, 27-21 16x27, 32x5.
FRANK TEER
Honden is mijn hobby.
Ik vind honden lieve dieren.
We hebben zelf een hond en hij is
erg lief.
En hij is heel erg speels.
Als hij een kat ziet, is ze gelijk
vertrokken.
En we gaan vaak wandelen en Tas-
ja mag dan los.
ESTHER DE HEER.
Ik ben Nicole en in de grote
vakantie gaan we naar onze
camping.
Daar is het heel erg leuk.
Bij de kippenboer is een hele grote
schuur, daar zitten allemaal lieve’
Er was eens een paar, dat ging naar
het bos.
Maar wat vonden ze daar onder de
struiken?
Een deurtje.
Ze gingen er naar binnen.
Ze namen het deurtje mee naar een
muur en zetten het deurtje tegen de
muur.
Ze deden het open en ze konden zo
naar binnen lopen.
Ze zeiden tegen elkaar: „O, wat
mooi het is een toverdeur”.
Ze gingen met het toverdeurtje
naar huis en gingen lekker in bed.
En de volgende dag gingen ze naar
de politie met het deurtje.
De politie zei: „O, wat mooi, wat is
uw naam?”
Vorige week behandelden wij de oplos
singen van enkele tweezetten, op welke
ook de Delftse computer van prof. Lom-
baers en Jaap van den Herik zijn krachten
beproefde. Wij vermeldden daarbij Van
den Heriks voorstudie op zijn komend
proefschrift en legden u het volgende, aan
die studie ontleende, eindspel van A. Se-
lesniew, voor.
Naast Jannes van der Wal behaalde ook
Hans Jansen in het Westeuropese zone-
toernooi een uitstekend resultaat.
te drijven. 13ef4: 14. e5+ Kc5, 15.
Pa4t! Stukoffer no. 3. 15Kb5: 16.
De2t Ka4: Ka5 hield iets langer stand. 17.
Da4t Ka5, 18. b4t en zwart gaf het op,
daar hij geforceerd mat loopt.
Welke lezer speurt voor ons de grote
onbekende Ze-Dhe op, die te Lhassa dit
kunststukje zou hebben herhaald?
Van geheel andere aard is het 18-zettige
partijtje, waarmede de witspeler Mentges
in 1933 tegen Gitzen een schoonheidsprijs
won. Dr. E. G. Boeren uit Utrecht vond het
in het boek „Chess” van Irving Chemev
en Fred Reinfeld.
Blijkbaar was de jury er niet van op de
hoogte, dat het miniatuurtje zet voor zet
gelijk was aan de overwinning, welke de
grote Amerikaanse aanvalsspeler Mar
shal te Parijs boekte (in 1900) tegen Burn.
De auteurs behandelen deze tweeling na
een beschouwing over het aantal moge
lijkheden reeds na luttele zetten. Uitgaan
de van enkele hypothesen becijferen zij,
dat de eerste vier zetten al circa
318.979.584.000 mogelijkheden toelaten.
Iemand die één zet per minuut uitvoert,
zou er 600.000 jaren voor nodig hebben,
om ze aHe te spelen. Breidt men dit onder
zoek uit tot de eerste 10 zetten, dan komt
men tot een getal van 30 cijfers. Om die op
het bord te brengen zou de gehele wereld
bevolking 217.000.000.000 jaar daarmede
bezig dienen te zijn!
Niettemin willen wij best geloven dat de
gesignaleerde miniatuur-tweeling authen
tiek is. Want de eerste 9 zetten behoren tot
de geijkte theorie. De eerste kenmerkende
zet (10. h4!), afkomstig van Marshall, kan
Mentges van de grote meester hebben
afgekeken. De zwarte reactie daarop is
begrijpelijk, doch fout, waarna het witte
spel zich als vanzelf speelt, als volgt. 1. d2-
d4 d7-d5, 2. c2-c4 e7-e6, 3. Pbl-c3 Pg8-f6, 4.
Lcl-g5 Lf8-e7, 5. e2-e3 0-0, 6. Pbl-c3 b7-b6.
Om de volgende gevaren uit de weg te
gaan, last men hier gewoonlijk h6 in. 7.
Lfl-d3 Lc8-b7, 8. c4xd5 e6xd5, 9. Lg5xf6
Le7xf6, 10. h2-h4(!) Dreigt wendingen
met Lh7:t Pg5t Dh5 in de stelling te
brengen. Want als zwart het paard slaat,
komt de h-lijn beslissend open. 10g7-
g6? Een ernstige fout. Zwart had wit moe
ten laten komen, b.v. 10c5! 11. Lh7:t
Kh7: 12. pg5t Kh6! 13. Dd3 g6, 14. h5 Kg5:!
15. f4+ (of 15. e4 Ld4:!) Kh6 en zwart staat
beter, daar de witte aanval stagneert. Na
de tekstzet loopt het gesmeerd. 11. h4-h5
Tf8-e8, 12. h5xg6 h7xg6, 13. Ddl-c2 Lf6-g7,
14. Ld3xg6! f7xg6, 15. Dc2xg6 Pb8-d7, 16.
Pf3-g5 Dreigt DfZ mat. 16Dd8-
f6. Op deze verdediging had zwart ge
bouwd. Ziet u nu he& geforceerde mat in
twee? 17. Thl-h8+! Kg8xh8, 18. Dg6-h7
mat!
De volgende overwinning op de Israë
liër Schwarzman is typerend voor Hans
z’n stijl: een schijnbaar rustige opening en
dan plotseling toch erg goed staan.
Hoewel er op het eerste gezicht weinig
aan de hand lijkt is de zwarte stand plotse
ling weer kansrijk geworden om een half-
klassieke omsingeling te gaan inzetten
(d.w.z. de stand niet gesloten klassiek ma
ken door 18-23, maar nadat de velden 33
en 17 bezet zijn 18-22 spelen met omsinge
ling van het witte centrum en aanval tegen
de witte linkervleugel). 20. 16-21! om
te verhinderen dat wit door 32-27, 38-32,
43-38 alsnog een schijf extra naar de lange
vleugel krijgt; nu heeft hij alleen nog de
schijven 48, 46 en 36 die eventueel naar het
belangrijke veld 27 kunnen worden gedi
rigeerd. 21. 39-33 11-17, 22. 46-41 6-11, 23.
41-37 11-16 de opstelling 16, 21, 17 zien
we vaak in een half klassieke positie 24.
34-30 5-10, 25. 43-39 21-27, 26. 32x21 17x26,
27. 38-32 12-17. Waarom Hans hier 14-20
achterwege laat is me niet helemaal dui
delijk: 14-20, 28. 25x5 2-8, 29. 5x23 18x27,
30. 30x19 12-17! dreigt 17-22, 27-31, 8-13,
terwijl na 28-23 17-21 en 27-31 wint: daar
om moet 31. 19-14 9x20, 32. 48-43 (om na 17-
Ook elders zijn de tips weer in het
nieuws gekomen. Jean Besse, één der eer
ste prijswinnaars, publiceerde destijds
zijn tips onder het motto: „Wees zuinig op
uw troeven; door niet over te troeven
maakt u later wellicht een slag extra”. Op
dit thema heeft Besse thans een aanvul
ling gepubliceerd.
95
862
B 9 8 6
4 H 9 4
Er was eens een clown, die heette
Bassie.
Bassie was een erg grappige clown.
Maar wat was zo erg?
Bassie is altijd zo erg zenuwachtig.
Hij krijgt altijd pijn in zijn buik.
Er waren twee borden geplaatst en
daar stond op:
Dinsdag 18 februari om 18.00 tot
20.00 het circus Joepie.
Nu was het drie dagen van te voren
en weet je wat er is gebeurd?
Bassie is ziek geworden.
Hij heeft koorts en buikpijn.
Maar weet je wat het ergste is?
Bassie moet optreden en dat kan hij
niet en dat is heel erg.
Het is 1 dag van te voren en de
koorts is iets lager.
En toen opeens kwam Grijsbaard
op een idee.
Hij had nog wat oud poepelkruid en
dat kon je beter maken.
En Bassie nam het in en hij was
gelijk weer beter.
En toen kon hij toch nog optreden.
TRUDY BOTERBLOEM
-
4 7 6
ander beeld ontstaan. Een moeilijk toren
eindspel is getransformeerd in een ele
mentair lopereindspel. Wit wint nu ge
makkelijk. 4Kb8, 5. Lb7 Kc7, 6. Ka7:
enz.”. Tot zover onze Delftse promo
vendus.
Behalve de pluriformiteit van de ken
merken speelt natuurlijk ook de praktisch
oneindige hoeveelheid mogelijkheden een
grote rol bij deze gehele materie. Daarom
lijkt dit ons dan ook het juiste moment,
terug te komen op de onlangs door ons
gestelde vraag: Wie kan ons op het spoor
brengen van twee precies gelijke par
tijen?
Op deze vraag kregen wij twee alleraar
digste reacties.
De eerste was van Hans van Straten uit
Utrecht. Hij vond in het leerboek „Begin
selen van het schaakspel” van dr. A. van
der Linde een partijtje, in 1846 gespeeld
door de muziekdirecteur Muller tegen
„den baron” in de schaakclub te Rollen-
dorf. En laat nu precies dezelfde partij
staan in Kurt Richters boeken „Hohe
Schule der Schachtaktik” (1952) en „666
Kurzpartien” 1966, maar dan geciteerd als
een treffen te Lhassa 1938 tussen Ze-Dhe
en Hicks! „Maar als u het mij vraagt”,
aldus de inzender, „is er gezwendeld bij de
burgerlijke stand”.
Met deze conclusie zijn wij het geheel
eens. In geen van onze bronnen vonden
wij een wedstrijd te Lhassa (waar ligt dat
oord?) en de (Duitse) naam van de witspe
ler lijkt een verbastering van de afkorting
C.D. We laten nu daar, dat de manier van
spelen typisch 19e-eeuws is, toen men van
openingen en strategie nog niet veel wist.
Niettemin is het verloop een aardig kijk
spel.
1. Pc3 e5, 2. Pf3 d6, 3. d4 Pc6, 4. d5 Pce7,
5. e4 f5, 6. Lg5 h6, 7. Lh4 g5? 8. Pe5:!
’t Begin van een offerreeks, gebaseerd op
de kwetsbare positie van de zwarte ko
ning. 8de5: 9. Dh5+ Kd7, 10. Lg5: Lg7.
Beter a6. 11. Lb5+ Kd6. Na 11c6 komt
de d-lijn open. 12. Le3 f4.
Wit begint en wint. Een ervaren schaker
J zal de oplossing zonder behulp van een
j bord steUig snel vinden, omdat het ver-
I loop, hoewel verrassend, vrijwel gefor-
ceerd is.
Van den Herik beschrijft in zijn „slot-
conclusie”, hoe moeilijk de opgave voor
I de computer (nog) is. Wij citeren verkort:
„Wat is er dan mis met het trachten opstel-
I len van regels die geldig zijn bij de aanblik
f van een bepaalde positie? Het antwoord
daarop is m.i. gelegen in de pluriformiteit
I van het spel. Zelfs als aHe kenmerken
k opgeslagen zouden kunnen worden, dan
I zijn die vaak zó complex dat de verwer-
J king van het aantal transformatieformu-
I les in een orde van grootte komt te liggen
die ook als de huidige computers lOOOx
zo snel zouden zijn al niet meer af-
checkbaar is in jaren.
Om u een idee te geven van mogelijke
j afwisseling of liever opeenstapeling van
I kenmerken in een gering aantal zetten,
besluit ik met het oplossingsverloop van
bovenstaand eindspel. 1. Tc6-c8t!
(een weglokkingsoffer). 1Kb8xc8, 2.
b6-b7+ (een vork), 2Kc8-b8 (E.S.:
v. d. H. vermeldt hier niet dat wit na 2
Kc7, 3. ba8D „gewoon” wint) 3. d4-d5
(brengt zwart in Zugzwang). 3Kb8-
c7, 4. b7xa8 loper (E.S.: Want na 4.
ba8: D. of T. zou zwart pat staan). Een
minorpromotie. In 4 zetten is een totaal
Noord gever, allen kwetsbaar.
Het spel werd gespeeld in de wedstrijd
tussen Noorwegen en Italië tijdens de EK.
Garozzo als zuid speelde 6 Ha, waartegen
west startte met Sch 9. Zuid nam op tafel,
incasseerde Ru A en vervolgde met Ru 4.
Oost besloot niet te troeven, bang als hij
was in de lucht te troeven. Garozzo won en
speelde ruiten na, getroefd met de boer en
door oost overgetroefd met de vrouw. Dat
was het eind van de verdediging. Garozzo
gooide op Sch H een klaveren weg, troef
de een klaveren in de hand en een ruiten
met de heer op tafel. Van tafel werd
daarna de laatste troef gespeeld en zuid's
hand was hoog.
Besse betoogt nu dat oost niet moet
overtroeven. Wat gebeurt er dan? Naar
alle waarschijnlijkheid gooit zuid een kla
veren af op Sch H, troeft een klaveren in
de hand en een ruiten met de heer op tafel,
waarna hij troef naar het aas
geen leidt tot:
De leider speelt Ha 10 die oost, zeer tot
zuid’s verrassing, wint met de vrouw. Oost
speelt schoppen na en zuid kan niet voor
komen dat west nog Sch 8 maakt.
T. SCHIPPERHEYN
A H 7 2
H B 3
A 4
A 7 6 5
V B 8 6 4 3
V 4
5
4 V 10 8 2
10
A 10 9 7 5
H V 10 7 3
B 3
RONALD VOSSEN.
We gingen met ons hele gezin
barbecuen op de camping.
We dronken er champagne bij en
het vlees was heel erg lekker.
Daarna gingen we een heel eind
door het bos.
JOLANDA VAN DER MEER
4
4 -
10 9 7
V
4 -
16
17
10
18
6*
3o
28
29
2€
iTjt -
