Gezonde
bej aardencommune
IVA VIJFTIG JAAR
EEN FABRIEK van FLINKE KERELS
w
II»* A
door Udo J. Buys
Wellevendheid
Zeldzame kant
Goden
Menu’s
door Henk Kuipers
Het Instituut voor de Autohandel in
Driebergen bestaat vijftig jaar. De
particuliere school werd precies een halve
eeuw geleden opgericht door Geerlig
Riemer, die daarmee resoluut overstapte
van het werken met edele viervoeters naar
de motorische paardekracht. Midden in de
crisisjaren, maar met een onverzettelijk
geloof in het nieuwe transportmiddel,
waarvan er op dat moment slechts 72.000
Meehelpen
op Neerlands weinige wegen rondreden.
„Er waren geen aanwijzingen hoe die groei
zou geschieden, maar je kon wel zien èn
horen dat iedereen de mond vol had over
tuf-tufs”, aldus de inmiddels 91-jarige
Riemer, die het reilen en zeilen van zijn
school nog steeds nauwgezet volgt, nog
steeds voor driekwart eigenaar is en door
de leerlingen nog steeds trouw directeur
wordt genoemd.
Autodidact
I Eén ding moet worden vooropgesteld: een begenadigd spreker hoeft iemand die met
I Geerlig Riemer aan tafel schuift allerminst te zijn. En al zou hij het zijn, dan nog is de kans
dat hij uitgebreid aan het woord komt, zeer gering, want de nu 91 -jarige Riemer beschikt
zelf nog steeds over een importante dosis van het heilige vuur, waarmee grote debaters
zichzelf onsterfelijk maken.
Wellicht ligt ook daarin het succes besloten van zijn eenmans-onderneming van vijftig jaar
geleden: het oprichten van het Instituut voor de Autohandel. De particuliere school die in
de volksmond al snel het predikaat van „het instituut voor domme rijke jongetjes”
meekreeg. Een reservaat voor gesjeesde H'BS’ers waarvan de vaders vonden dat ze toch
in ieder geval een vak moesten leren. Riemer kent het predikaat, grinnikt erom en zegt
monter: „Ik heb godezijdank wel eens rijke jongetjes gehad en er zaten ook wel eens
dommen tussen, maar we nemen alles, Ik heb nou ook een jongen wiens moeder vroeger
dienstmaagd was aan de overkant.”
De bewoners van het bejaarden
tehuis Christiansfelde in het
Noordduitse plaatsje Bad Segeberg
vervelen zich niet. Ze praten niet
over ziek zijn en doodgaan, maar
over de vrijdagse dansavond, het
barbecuefeest en vooral over hun
drukke werkzaamheden: het ver
zorgen van hun varkens, stieren en
kippen, het onderhoud van hun
moestuin, het oogsten van aardap
pels, groente en fruit. Om zes uur ’s
morgens al schalt het lied van de
arbeid over de tuinen van Christi
ansfelde, soms overstemd door het
geknor van de varkens en het ge
snater van de eenden.
„De mensen hier worden een stuk
ouder dan in gewone bejaardente
huizen”, zegt Uwe Menke, de trotse
burgemeester van Bad Segeberg,
„hun levensavond is een heel stuk
plezieriger en het is nog veel goed
koper ook.”
De boys
van Geerlig
Riemer
trek
stitie.
/raagt
fotograaf zijn lens op hem richt.
s
1
t
t
instiU»! TO9f 4® kt
Jrhbwj»»
Geerlig Riemer gaat ook op zijn 91-ste
nog niet voor een gesloten hefboom uit de
weg
nt
hele
ren
rt
aar
de
rrgen
daar
punt
Veertig mensen wonen er in deze bijzon
dere bejaardencommune in Sleeswijk-
Holstein. Lang niet iedereen is uit de
streek afkomstig. Er is zelfs een bewo
ner bij uit het Roergebied, die per se in
De leerlingen komen allang niet alleen
meer uit Nederland. „We hebben er een
heleboel uit België, maar ook uit Zuid-
Afrika. Suriname, de Nederlandse
Antillen en twee of drie uit het vroegere
Nederlands Indië”, zegt hij, terwijl hij ons
als een kievit door de praktijklokalen leidt
waar tientallen motors van allerlei kaliber
staan opgesteld. Op een van fikse omvang
legt hij bijna liefkozend zijn hand en zegt:
„Dan voelen ze zich net góden, als ze zo'n
grote motor de baas zijn.”
Tot een jaar of vijftien geleden werd een
deel van die laatste lokalen nog
ingenomen door het Nationaal
Automuseum. Rond de jaren vijftig had
hij het idee een dergelijk museum in het
IVA te beginnen voorzichtig gelanceerd in
de leraarsvergadering. „Ik hoorde ze
denken, nou begint-ie oud te worden, nou
moeten we oppassen.” Maar het museum
kwam er. Riemer nam een aantal oude
automobielen over van de ANWB, die met
een soortgelijk plan rondliep. Op het
hoogtepunt waren er ’n kleine veertig
Helmut Krambeer (58 jaar) is van huis
uit boer en heeft nooit een studie bejaar-
De wervingsacties van het IVA lieten ook
vroeger niets aan duidelijkheid te wensen
over
Pas nadat de laatste auto in de richting
Voorschoten was verdwenen, wierp
Riemer zich verwoed op zijn allergrootste
hobby: het verzamelen van menu’s. Hij
heeft er 21.000 en krijgt er nog dagelijks
toegezonden. Zijn alleroudste dateert uit
het eerste jaar van de school. Toen was hij
met de leerlingen op schoolreis in
Amsterdam en nam ze mee naar het café
Americain voor een maal. „Vier man, die
alle vier biefstuk bestelden. Nee. heb ik
gezegd, boertjes van buten, hier is de
kaart, zoek maar wat anders uit. Drie van
wagens tentoongesteld en een vracht aan
affiches en autoplaten. Het laatste jaar
voordat hij het museum doorverkocht aan
de Toyota-importeur in Voorschoten, die
het voortzette trok het 100.000
bezoekers. Als Riemer zich in die periode
ergens aan ergerde, was het aan de
handtastelijkheid van de mensen.
„Iedereen zat overal met z’n vingers aan,
vreselijk. Op ’n goeie dag was er een
ordinaire man met een klein jongetje, dat
werkelijk nergens afbleef. Zat overal met
die fikken aan, het is alsof dat de grootste
waarnemingsorganen zijn, in plaats van
de ogen. Ik maakte er een opmerking
over, draait die vader zich naar me toe en
brult: als er iets gezegd moet worden doe
ik dat wel. Ik hoorde anders niks, heb ik
toen alleen maar geantwoord."
denzorg gevolgd. Een kleine twintig jaar
geleden, nadat hij met zijn vrouw Gerda
uit de oostzone was gevlucht, kon hij
beheerder van Christiansfelde worden.
Omdat het bloed kruipt waar het niet
gaan kan ging Krambeer een paar var
kens mesten en de tuin wat beter benut
ten en al gauw vroegen de bewoners
de vier hebben dat ook gedaan.” Wie nu de
school bezoekt ziet honderden menu’s in
lijsten aan de muur. Een vorm van
beeldend onderwijs. „Ik verwacht niet dat
ze het uit hun hoofd leren, maar als ze er
voorbijkomen heb je toch kans dat ze
even kijken, dat hoort ook bij de
opvoeding, ik heb niks aan iemand die als-
ie op een menukaart canapé aux
champignons leest, denkt dat er dan
paddestoelen op de divan liggen.”
Om de omgangsvormen van zijn
leerlingen heeft hij zich altijd evenzeer
bekommerd. Op de zwemavond nam hij
ze ook mee naar een zaak met een strijkje,
om de drempelvrees te overwinnen. „Dat
opvoeden is zo belangrijk, daar doen we
veel aan. Taalgebruik, kleding, manieren
tellen heel zwaar. Ze komen doorgaans
ook goed terecht, door mekaar uitstekend.
Dat komt doordat ze in de branche weten
dat ze keurige jongens krijgen. En een van
de leuke dingen is dat we erg goed met
elkaar omgaan.”
Ook uit Riemers veertien geboden blijkt
dat hij voorkomen en presentatie wel zo
belangrijk vindt. Artikel 7: „Wie je bent is
belangrijker, dan watje weet! Daarom
tact, karakter, doorzettingsvermogen,
prestatie en uiterlijk bevorderen.”
Als we na de rondleiding door de school
terugkeren in zijn riante woning heeft de
zorgzame huishoudster inmiddels de tafel
voor hun lunch gedekt. „Ze is erg
zorgzaam. Ik geloof dat ze me een beetje
beschouwt als een zeldzame plant, die ze
goed verzorgt zodat-ie nog een tijdje
meegaat”, grinnikt hij hoffelijk. Hij
weduwnaar bedenkt haar ook op zijn
manier, neemt haar jaarlijks een weekje
of drie op vakantie mee naar Cannes en
laatst nog op een door hem geleid
schoolreisje van de leraren ook weer
voor het merendeel oud-leerlingen en
hun vrouwen naar Engeland. De 91-jarige
Riemer organiseerde de reis, leidde hem
en schreef er ook zelf een verslag van in
IVA-claxon. Daarin duidt hij de kapitein
van de verbinding Hoek van Holland-
Harwich aan als een vlotte zeerob en
vertelt in een van de laatste alinea’s dat hij
ook zelf na afloop niet vergeten werd.
„Beuk bracht onze ploeg veilig naar
Driebergen, waar het enthousiasme zich
uitte in hartelijke kussen voor G R.”
Zoals al opgemerkt, de Claxon wordt
voornamelijk doorG.R. zelf
volgeschreven. Het is een familiaar
bulletin, waardoor de leerlingen en oud-
leerlingen op de hoogte worden gehouden
tjes gedaan en is er eindelijk gelegen
heid om wat te knutselen of te hand
werken.”
De directeur in een praktijklokaal ..Ze
voelen zich net Goden als ze zo n grote motor
de baas zijn
van eikaars wel en wee. Verlovings-.
huwelijks- en ooievaarsnieuws komt er in
voor en een vriendenregister, waarin
ander reilen en zeilen wordt gemeld. Een
bericht dat me trof was dat van een oud-
leerling die had besloten van Monte Carlo
naar de VS te verhuizen, waar zijn twee
kinderen studeren. Commentaar van
Riemer: „Merkwaardig, wanneer je als
God in Frankrijk woont in dat prachtige,
vrijwel belastingloze staatje. Wat waren
hier de beweegredenen? De beide
kinderen studeren in de USA en willen er
blijven. Toch voelde ik een tweede reden:
je zit er wat verder van Moskou af.” Uit de
Claxon klinkt een huiselijk IVA-jargon. In
het augustusnummer meldt een oud-
leerling zich voor een nieuwe job in de
advertentie als „zeer bruikbare kerel”.
risten
len op
sche
re
ding
rt
cier
eette
slf
ijd.
Tot zijn vijfenzeventigste gaf hij zelf
actief les, nu ontmoet hij de leerlingen nog
op officiële bijeenkomsten en roept ze bij
zich wanneer hij dat nodig vindt. In dat
soort gevallen is zo’n leerling meestentijds
in botsing gekomen met het begrip
gemanierdheid. Want als Riemer ergens
een hekel aan heeft is het wel aan
onwellevendheid. Een leerling die op
straat spuwt is hem een doorn in het oog.
„Op straat klodders spuwen”, zegt hij met
nadrukkelijke afschuw in de stem.
Opvoedkundig heeft hij zo zijn
stokpaardjes. Ook in het huisorgaan. In
een speciaal artikel ter gelegenheid van
het vijftigjarig bestaan herinnert hij daar
nog eens aan en zegt in artikel 13 van wat
je Riemers veertien geboden zou kunnen
noemen, waarmee hij met het IVA van
start ging: „Wij willen graag helpen
opvoeden, met jongelui praten, maar het
is hier geen opvoedingsgesticht, waar wij
in twee jaar na aftrek van de vakanties
18 maanden goed moeten maken wat
ouders in 18 jaar bedierven. Zo hebben
IVA-boys in de branche door elkaar de
reputatie van fatsoenlijke kerels,
behoorlijke staatsburgers. Straffen is een
heel enkele keer nodig, maar uitermate
zelden. Het gaat er om dat iemand zijn
fout leert inzien en niet herhaalt.”
Wie wel in herhaling valt maakt op het
Geerlig Riemer wordt de komende weken
een groot aantal keren in het zonnetje
gezet op evenveel reünies die ter
gelegenheid van het vijftigjarig bestaan
worden gehouden. Hij is er zeer blij mee:
„Ik ben ’n autodidact. Ik heb het helemaal
zelf moeten leren”, zegt de man die tussen
de paarden van de Arnhemse
equipageverhuur van zijn vader
opgroeide en op z’n achttiende directeur
was van een soortgelijke onderneming in
het Haagse. Dat is drieënzeventig jaar
geleden, een mensenleeftijd. „Ik ben op
mijn manier nog erg druk. Ik schrijf het
blad en overtuig de nieuwe jongens dat ze
lid moeten worden van de
leerlingenvereniging. En de financiën
natuurlijk. Ook de contacten met de oud-
leerlingen, ik heb er nog altijd
bemoeienissen mee. Omdat veel van de
leraren oud-leerlingen zijn wordt wel eens
gezegd: dat is allemaal inteelt, maar dan
antwoord ik: ik huur niet alleen mensen,
maar ook ’n goed mens die ik van haver
tot gort ken. Ze kennen ook het klappen
van de zweep: de ouders zijn de
opdrachtgevers en ik moet ’n man
afleveren wiens arbeid verkoopbaar is”.
Ook het komende schooljaar kunnen de
boys Geerlig Riemer weer voor het raam
van zijn villa „De Put” op het
schoolterrein verwachten, bezig met zijn
troetelkind, het instituut. „Daar ga ik ook
na het jubileum mee door. Hoe lang weet
je niet. Je bent ’n man van alledag op zo’n
leeftijd, maar ik heb geen enkele
fundamentele kwaal”, zegt hij terwijl hij
lenig overeen gesloten hefboom wipt.
r
1
n
t
k
it
Is
e
it
n
t.
age
„Op
neer
In West-Duitsland bedraagt in bejaar
dentehuizen de pensionprijs zo’n vijftig
tot zestig Mark per persoon per dag. Zeg
maar 1500 tot 2000 Mark per maand. In
Christiansfelde ligt de gemiddelde pen
sionprijs op 29 Mark per dag, nog geen
900 Mark per maand dus. Daar komt nog
bij, dat dat „Altersheim” geen pfennig
subsidie krijgt van de stad Bad Sege-
berg. Ter vergelijking: in Nederlandse
bejaardentehuizen bedraagt de pension
prijs (heel globaal) 1650 tot zelfs 2800
gulden (in Rotterdam) per persoon per
maand.
Christiansfelde zijn laatste jaren wil
doorbrengen. „Alles gebeurt op vrijwilli
ge basis”, zegt burgemeester Menke.
„Niemand hoeft mee te werken, maar
iedereen wil het. Ze zijn de hele dag
bezig, hebben een gezonde eetlust en
vallen ’s avonds moe maar tevreden in
slaap. Pilletjes of poedertjes hebben ze
niet nodig.”
Een bejaardentehuis waarvan de bewo
ners jong blijven en een pensionprijs die
gemiddeld de helft lager is dan van de
gewone bejaardencentra omdat Christi
ansfelde in zijn eigen voedselbehoefte
voorziet en nauwelijks personeel heeft.
Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn.
De 84-jarige August Bruhn, die druk aan
het zagen is, zegt monter: „Ik zit nu drie
jaar hier. Ik ben erg gelukkig, want ik
verveel me nooit. Je hebt zoveel te doen,
dat je geen tijd hebt om te piekeren. Ik
zou nooit meer ergens anders willen
wonen.”
De 87-jarige Rudolf Hanusch, die aard
appelen aan het rooien is, denkt er net zo
over. En neem nou de 71-jarige Minna
Niebock, een van de vrouwen die de
varkens, de stieren, de kippen en de
eenden verzorgen. Als zij ’s morgens om
half zes de mest aan het kruien is en
hem: „Kunnen we niet meehelpen?"
Van het een kwam het ander en al
weer sinds jaar en dag bewerken de
bejaarde bewoners van het „Alters
heim” van Bad Segeberg drie hectare
land. Ze verzorgen negen varkens, vier
stieren, veertig eenden en 165 legkippen,
jonge hennen en mësthaantjes. De oogst
bestond vorig jaar uit 3000 kilo beste
aardappelen, 250 kilo appels, 250 kilo
peren, 200 kilo aardbeien, 100 kilo ker
sen en zelfs 50 kilo asperges. Om van de
boontjes, de doperwten, de prei, de uien,
de bietjes, de sla, de pruimen en de
frambozen nog maar te zwijgen.
In het plaatselijke abattoir laten ze elk
jaar een paar varkens en stieren slach
ten. maar het uitbenen van het vlees, het
maken van allerlei soorten worst en het
roken van puike hammen doen ze ook
weer zelf. Groente en fruit die niet direct
worden gebruikt, worden geweckt of
gaan de diepvries in. De bewoners van
Christiansfelde maken op ouderwetse
wijze jam en vruchtensap waaraan ze
ook ’s winters nog plezier beleven.
„In de zomer komen de mensen ge
woon tijd te kort”, zegt Helmut Kram-
béter. „Alleen ’s winters gunnen ze zich
wat ontspanning. Dan worden er spelle-
IVA trouwens geen schijn van kans. Dan
treedt onmiddellijk artikel 10 in werking:
„Houdt het schoolmilieu gezond: al vijftig
jaren geldt een wederzijdse proeftijd van
drie maanden. Dat houdt ons gezelschap
op een behoorlijk peil: als particuliere
school kun je de verkeerde elementen
zonder rompslomp verwijderen.” Punt
uit. Wie z’n twee jaar Driebergen wil vol
maken behoort zich vanaf de eerste dag
behoorlijk te gedragen.
tot
>opt
a jaar
eau
>f
hen
ale
Een groot verschil met Bad Segeberg
is, dat Nederlandse bejaarden hulpbe
hoevend moeten zijn om voor een plaats
je in een bejaardencentrum in aanmer
king te kunnen komen. En bovendien
beschikken de meeste Nederlandse te
huizen niet over stukken grond. Maar
zou er van dat saaie gazon niet een
gezellige moestuin gemaakt kunnen
worden? Zouden er naast kanaries en
parkieten geen kippen gehouden kun
nen worden? De bewoners van de vroe
gere rusthuizen in Nederland zorgden
toch ook voor een groot deel voor hun
eigen voedselvoorraad?
Dat is feiteüik het Institunt
>oor den \utohandel te Drieber
gen. ..Aan de vruchten kent men
den boom” geldt ook hier: Dit jaar
werden o.a. leerlingen geplaatst bij de
Automobiles Citroen, Amsterdam; Krom-
Motorenfabriek. Amsterdam; Assurantie
Maatschappij ..De Auto-Onderlinge”, Groningen:
Asa. Mij. „Zurich”, Den Haag; Fokker’s Vliegtuigen-
fabriek, Amsterdam: Nederlandsche Tramweg Maatschap
pij. Heerenveen; „Koninklijke Shell”, Den Haag; N.V. Linde-
teves-Stokvis, N.O.I.; Fuchs en Rens, N.O.I.; Ford Motor Com
pany, L.S.A., enz. enz. Het Instituut voor den Autohandel te Drie
bergen bereikt dit resultaat met zéér uiteenloopende jongelui door
van ieder individueel te maken wat er van te maken valt. Vraagt de gratis brochure B.
even aan. Wat 1’ aan Driebergen hebt, vertellen U ook onze ..Contactavonden”! een cau«
serie door den directeur vooraf, een levendige film „Een toekomst met toekomst” daamk
Amsterdam: 1 September 8.15 American Hotel. Leidscheplein. Hilversum: 2 September 8.15:
Grand Hotel Gooiland. Haarlem: 3 September 8.15: Brinkmann, Gr. Markt. Den Haag:
I September 3 uur en 8.15: Dierentuin (Tuin zaal). ('t recht: 6 September 8.15: Tivoli.
Nijmegen: 7 September 8.15: De Vereeniging. Arnhem: 8 Sept. 8.15: Restaurant Royal”.
INSTITUUT VOOR DEN AUTOHANDEL, DRIEBERGEN
I Toch wil het toeval dat de allereerste
I leerling in 1930 wel zo’n gesjeesde HBS’er
I was. Tot volle tevredenheid overigens van
I de oprichter-directeur, die juist die
I Groninger jongen altijd als een
I aanbeveling voor zijn instituut heeft
I geëtaleerd, „Hij had eigenlijk tandarts
I willen worden, struikelde tweemaal in het
I derde jaar van de HBS, dus moest wat
I anders zoeken. Via een advertentie
I waarin een opleiding voor de autobranche
I werd gevraagd, nam ik met hem contact
I op. Jan Zeven heette hij, het was mijn
I eerste leerling. Maar na de cursus kon hij
I toch niet tot een keuze komen; ik heb hem
I toen bij me genomen en heb hem gezegd:
I zou je nog altijd tandarts willen worden?
Dan kun je het precies in het aantal jaren
halen dat er voor staat, want we leren je
hoe te studeren. En je leerde al boren”,
I doet hij zijn verhaal. „Hij werd ook
zonder haperen een vakbekwaam
tandarts en rust reeds op zijn lauweren",
voegt hij er vergenoegd aan toe.
Jan Zeven was de eerste leerling, had dus
eigenlijk Jan de Eerste moeten heten,
vindt Riemer achteraf, en volgde met drie
medeleerlingen het eerste jaar van de
autoschool. Het tweede jaar waren er elf,
toen achttien en het daaropvolgend jaar
weer dertig meer. Vandaag de dag staan
er 620 leerlingen in Driebergen
ingeschreven, die in ruil voor de kennis
die ze op het instituut vergaren stuk voor
stuk 6200 per jaar neertellen. Voor de 72
leerlingen die intern verblijven komt daar
nog eens hetzelfde bedrag bij. „Die 620 is
de absolute top, daar ga ik niet over, dan
kan je het niet meer overzien. We maken
er veel werk van onze boys individueel te
bekijken”, aldus Geerlig Riemer. „Boys”
is een standaarduitdrukking wanneer hij
het over zijn leerlingen heeft, de IVA-
boys, een term waar ook de IVA-claxon,
het huisorgaan mee doorspekt is.
Uit dat orgaan blijkt ook ondubbelzinnig
wie de baas is op het Instituut voor de
Autohandel: Riemer zelf. Ook al heeft zijn
I schoonzoon, Jaap Voogd, een oud-
leerling, nu de titel directeur en zijn
kleinzoon, Peter Voogd, eveneens een
oud-leerling, de titel directeur-onderwijs.
„Ze noemen me ook nog wel directeur,
maar in wezen ben ik meer gedelegeerd
commissaris, ik doe financiën en zo. Het is
voor driekwart mijn spul, de rest is van de
Voogd-familie”, zegt hij met een knik en
schikt en passant zijn pochet wanneer de
4 Thuis in „De Put": „De opvoeding is be
langrijk. Taalgebruik, kleding, manieren, dat
telt heel zwaar'
Helmut Krambeer. de beheerder van
Christiansfelde, komt binnen, zegt ze
doodleuk: „Zo, ook al wakker?”
In znniit k Vc f!'ttechn
hout