SPEL
ZAT ERDAGS 3i j VOEGSEL
s
Schaken
Bridge
Dammen
I
w
"'-■I
inÉSI
Maak een spel
34
Het weer
o
o
Hallo jongens en meisjes
Sentbakie
Gered
De krant
Het kamp
In de stad
Zwarte poes
De hond en de poes
Het stadje Hameien
lt
1
3 en
o
4
4»
4
1
Een hond hebben
r^i
N
w-f
z
N
w^-o
z 4-
STEFFIE COTÉ.
Haf
ARANKA VARGA
L
Zuid gever, niemand kwetsbaar. Zuid
Ivkov
Ribh
?s)
L
Er is van alles aan de hand,
en dat staat allemaal in de krant.
En het Haarlems Dagblad is zo fijn,
Want ’t Spuigat, da’s pas gein.
En een puzzel elke week, keer op
keer,
en puzzelen maar weer.
Daarom mijn complimenten voor
het blad,
En voor ’t Spuigat.
TINEKE VAN BOURGONJE
Hond: „Waf, waf, je hebt me
wakker gemiauwd”.
Poes: „Miauw, miauw, kan mij dat
nou schelen”.
Hond: „Had je wat?”
Poes: „Nee hoor, wat dan?”
Hond: „O, dan niet”.
Poes: „Nee, ik dacht datje me wou
pakken”.
De vakantie is voorbij en alle
scholen zijn weer begonnen.
Ik hoop dat jullie een fijne vakantie
hebben gehad.
Een nieuw schooljaar betekent
natuurlijk ook weer een nieuw
onderwerp voor ’t Spuigat
Veel kinderen zullen in de vakantie
vast wel eens aan school hebben
gedacht en vooral over hoe het
nieuwe jaar zal zijn.
't Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte inkt of vl'tstoft moeten
Hond: „Daar komt Minet".
Poes: „Ja en Jan ook”.
Hond: „Laat maar niet merken dat
je hier bent, want dan denken ze dat
ik jou achterna zat en dat ik alles
over hoop gooi”.
Poes: „Nou, ik ga wel hoor”.
Hond: „Daag”.
Poes: „Doegg”.
worden gemaakt, anders blijft er in
de krant niets van over. Stuur je
reacties naar 't Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507, 2003 PA
Haarlem.
we hoe Karpov minimale voordeeltjes (lo-
perpaar; actievere koning) uitbuit. Wel
licht had zijn tegenstander Ivkov dit bij de
beste verdediging kunnen voorkomen,
maar ja, dat geldt ook voor de beginstel-
ling!
Sterk, maar wel erg kwetsbaar, lijkt me
een goede karakterisering van het spel
Ik vind het leuk om op vrijdag naar
het kamp te gaan tot dinsdag.
Dan kom ik weer thuis.
Dan heb ik nog zes weken vrij,
maar dat vind ik wel leuk.
Want dan hoef je niet naar school.
SANDRA VAN EGMOND
In de 7e ronde tegen Barbara Graas
weer zoiets. Nadat Altsjoel toch wel het
beste van het spel had gehad, vervolgde ze
in de stand van diagram 1, na 18-22 van
Barbara, in tijdnood wat gehaast 33-29?
van Elena Altsjoel, de speelster waarvan
ik verwacht dat ze komende donderdag
(nu u dit leest al weer afgelopen donder
dag) als de nieuwe wereldkampioene da-
mesdammen zal worden gehuldigd. Nu ik
deze rubriek schrijf zijn er nog 4 ronden te
spelen en heeft ze de leiding met 13 uit 7,
voor Sochnenko met 12 uit 7, terwijl ze een
lichter programma voor de boeg heeft.
Petra Polman viel na een sterke start (10
uit 5 met overwinningen op o.a. Graas,
Nieuwenhuizen en Heitmeier) terug door
nederlagen tegen de zwakke Franchise
Bonnefoy en tegen 5-voudig ex-wereld-
kampioene Michailovskaja.
Dat Elena Altsjoel kwetsbaar is, bleek al
in de eerste ronde toen ze haar partij
tegen Barras zo riskant opzette dat ze
praktisch verloren kwam te staan. De
Frantjaise liet haar kans voorbij gaan en
Alt^joel won nog ruimschoots.
genen die niet zo vertrouwd zijn met dit
soort „halfklassieke omsingelingsacties”
A942
AHB
A
AH852
VB
10984
B752
1073
Op een mooie zomerdag in het
stadje Hameien was er iets
vreselijks gebeurd.
En weetje wat er was gebeurd?
Nou dat zal ik je maar vertellen,
want je bent zeker wel
nieuwsgierig.
Het circus was in de brand
gevlogen.
En alle mensen van het stadje
Hameien gilden en de kinderen
huilden, omdat ze niet naar het
circus konden.
8763
652
HV1043
Een ander voorbeeld, met in de helden
rol Bob Slavenburg:
Het bijzondere van de gevolgde speel
wijze is, dat in slag 2 reeds Sch A werd
gespeeld. Er zaten goede tegenstanders
aan tafel, maar het was voor zuid moeilijk
te zien dat hij Sch H onder het aas moest
deponeren, hetgeen in een later stadium
van het spel wellicht wel duidelijk zou zijn
En alle brandweermannen
kwamen.
En er waren 6 gewonden en 2
doden.
En alle leeuwen en tijgers waren
dood, maar er was één leeuwtje dat
nog leefde.
En toen ze het kleine leeuwtje
zagen, waren ze heel blij.
Want ze dachten dat alle dieren
dood waren.
En een paar dagen later was er een
nieuw circus en daar was het nog
mooier dan in het andere circus.
DANIELLE GALMAN
B63
HB985
H76
A8
Ik heb een zwarte poes.
En als het nacht is dan zie je een
heel klein zwart wolletje.
Dat is een leuk gezicht joh.
En zij komt altijd bij mij zitten.
En dan gaat zij onder de dekens en
dan kriebelt ze me en dan moet ik
lachen.
A9874
AV62 V
A5
H9
Ik heb een sentbakie en een wolkie-
tolkie.
En daar kan je ook de bak mee
vangen, dat is leuk hoor.
Maar ik wil ook een mooblievoon,
dat is een ding waar de taxi en de
politie mee zendt.
Dat is niet voor hun lol, nee, dat is
voor nood.
Maar je moet met zenden wel
uitkijken voor de pijler hoor.
MARCEL-THEUNIS
Ik wil graag een hond hebben.
Maar ik mag het niet.
Ik vraag het heel vaak.
En ik huil erom.
Maar dan zegt mijn moeder: „We
praten er nog wel over”.
En dan ben ik weer blij.
GENO VAN BREEMEN
Ik ga wel eens met mijn moeder
naar de stad.
Dan krijg ik nieuwe kleren.
En gaan we wat eten en drinken.
We gaan daarna weer verder
„statten” en dat vindt mijn moeder
leuk en gezellig met z’n tweeën.
En als we thuis komen dan trek ik
mijn nieuwe kleren aan.
MARIETTE GEERTS
H
1
Sommigen zitten in een nieuwe klas
of hebben een nieuwe meester of
juf, anderen zitten zelfs op een
andere school.
Graag zou ik van jullie willen weten
of de eerste schoolweken zijn
verlopen zoals je gedacht had.
Is het meegevallen of juist
tegengevallen, is je nieuwe meester
of juf net zo aardig als de vorige of
misschien wel aardiger?
Heb je er nieuwe vakken bij
gekregen en hoe vind je dat?
Kortom een heleboel dus om over te
schrijven.
Ook verhaaltjes en tekeningen over
de vakantie zijn van harte welkom,
want misschien heb je wel iets heel
leuks, vreemds of spannends
meegemaak.
Ik kijk reikhalzend uit naar jullie
verhalen en tekeningen en hoop
maar dat er weer net zoveel
verhalen binnenkomen dit jaar als
vorig jaar.
Doe je best en veel succes.
MARIJKE
Barbara zag het echter ook niet, en speel
de het afgrijselijke 35-40 29x27, 40x29
en stond na 27-22 17x28, 32x3 3 stukken
achter. In plaats van 35-40 had zwart na
33-29 echter een vrijwel winnende voort
zetting gehad in 22-28, 29x18 28-33!, 39x28
9-14, 20x9 4x33 dreigt 33-39, terwijl op 49-
44 33-38 volgt. Daarom had Altsjoel in de
diagramstand moeten vervolgen met 20-
14! 9x20, 33-29 waarna zwart het net aan
gelijk houdt door 20-24 29x27, 19-23 49-44,
24-29 34-30 enz.
Haar partij tegen Michailovskaja wist
Altsjoel vanuit diagram 2 op fraaie wijze
te winnen: 33.31-26! Het sterk lijkende 34-
29 23x34 34.39x30 (er dreigt nu zowel 30-25
als 27-21, 33-28) faalt net aan op 8-13! 35.30-
25? 16-21 36.25x23 21x32 37.38x27 18x47!
38.27x9 24-30!! 39.35x24 47x3. 33 22x31
34.36x27 20-25 35.34-30 25x34 36.39x30 2-7
37.45-40 15-20 38.40-34 20-25 weer zien we
hier (evenals in de vorige rubriek) de
opstelling 30,34,35 bij wit als basis voor de
over enkele zetten te starten omsinge-
lingsactie van het zwarte centrum met 33-
29! 39.38-32 6-11 40.43-38 11-17 41.33-29
24x33 42.38x29 17-21 43.26x17 12x21 44.29-
24! 8-13 45.42-38 7-12 46.38-33 12-17 47.33-28
Karpov (aan zet)
Wit heeft zwart volledig in de klem,
maar hoe komt hij verder? Karpovs oplos
sing lijkt kinderlijk eenvoudig, maar al
leen een speler van wereldklasse komt op
’t idee. 20. Tb5-b4! Deze toren kan nu
op ieder gewenst moment naar a4. 20
Lg7-e5 21. Tb4-a4 b6-b5 Slaan op b2 kost
na 22. Lb6: en Ta7: of La7: weer een pion.
22. Ta4-a2 Tb8-b7 23. b2-b3 Le5-b8 Het
enige om pionverlies op a7 te voorkomen,
maar thans zijn alle zwarte stukken voor
goed gebonden. 24. Le3-c5 Kf8-e8 Weer
rijst de vraag wat wit met zijn weelde
moet doen er weer vindt Karpov het logi
sche antwoord: öp met zijn pionnenmeer
derheid! 25. d3-d4 Ke8-d7. 26. e2-e4 e7-e6
27. b3-b4 Kd7-c8 28. d4-d5 e6xd5 29. e4xd5
Tb7-d7 30. d5-d6 Td7-d8 31. Kgl-g2 Kc8-d7
Nu zwart geheel gekerkerd is, volgt de
beslissende switch naar de open e-lijn. 32.
Ta2-e2 Tegen Te7t is geen kruid meer
gewassen. Zo volgt op 32Te8 33. Te8:
Ke8: 34. Ta2->e2—>e7, terwijl zwart nooit op
d6 mag slaan wegens de penning Td2. Na
32Kd7-c8 33. Te2-e7 Td8-d7 34. Ta6-
a2 a7-a5 35. Ta2-c2 gaf Ribli ’t op.
Geen offers, geen diepe combinaties,
maar voor de fijnproever een wonder van
simpele logica!
Niet altijd leidt die simpele logica met
haast wiskundige zekerheid tot winst, zo
als in bovenstaande partij. De schaak-
strijd is tenslotte in de eerste plaats een
praktische aangelegenheid met als doel:
een winstpunt.
In het volgende eindspelfragment zien
binnen vrij korte tijd heeft wit de zwarte 7 2 1
stelling volledig opgerold, vooral voor die- opende 2 KI (grote forcing) - noord 2 Ru
Een beetje toegepaste psychologie bij
het spelen leidt dikwijls tot onverwacht
succes, omdat verdedigen daartegen nu
eenmaal moeilijk is. Zo boekte de zuid in
onderstaand spel, dat voorkwam tijdens
een gewone clubavond, een succesje dat
op geen enkele andere manier te realise
ren zou zijn geweest.
Slavenburg als west speelde 6 Ha, waar
tegen noord uitkwam met KI 2. Slaven
burg nam KI A in de hand en speelde
onmiddellijk een kleine schoppen naar
het aas! Tweemaal troef werd gevolgd
door Ru AH, een ingetroefde ruiten en KI
H. Hierna ging hij van slag met een kleine
schoppen en zuid mocht vervolgens de
twaalfde slag thuis bezorgen, omdat hij in
de dubbele renonce moest spelen.
(afwijzend, 0-5 pt.); zuid 2 SA, waarna 3
SA werd bereikt. Zuids 2 SA-bod toont 23/
24 pt. en een SA-verdeling. Dat laatste was
niet helemaal het geval maar een beter
bod was niet voorhanden. West startte
met KI V, noord de 3, oost de 4 en zuid de
5. Zuid redeneerde dat nemen en
klaveren terugspelen weliswaar vier sla
gen in die kleur zou opleveren, maar de
kans dat de tegenpartij dan ruiten zou
aanvallen was natuurlijk levensgroot aan
wezig. Hij hoopte dat west geen argwaan
zou hebben en gewoon klaveren zou door
spelen. West die KI 2 miste, zag in KI 4 het
begin van een aansignaal en speelde in
derdaad klaveren door en zijn gezicht was
een studie waard toen oost niet bekende.
4 H5
V 73
B932
VB 1063
Mijn naam is Michael, ik ben 11 jaar
en zit in de zesde klas.
Ik heb een erg spannend verhaal
bedacht en dat ga je nu lezen:
Ik, jongen van 35, genaamd
Nicolaas was op vakantie in
Oostenrijk.
En mijn bedoeling was om de nog
nooit beklommen bergen te
beklimmen, dat was ook de hoogste
berg van die streek.
Het was zondagochtend en ik was
op weg naar de berg.
Ik dacht: „Als ik de top ooit haal,
noem ik de berg „Nicole”.
Een beetje mijn eigen naam. maar
dat was de bedoeling ook.
Intussen was ik aangekomen bij de
berg en ik klom, klom tot.
Het was alweer 18.00 uur en de
avond kwam en ik bleef door
klimmen.
Opeens viel ik zo’n 50 meter naar
beneden.
Ik was zwaar gewond en kon me
niet bewegen.
19.00: nog steeds niks gebeurd, oh,
wat leed ik toen een pijn.
20.00: niks.
20.30: nog steeds niks.
20.45: helikopter ziet me liggen en
daalt naar beneden, nam me mee en
ik viel in slaap.
Toen ik wakker was, zat ik in een
ziekenhuis.
Een jaar later: ik was genezen en
dacht: „Nooit meer bergklimmen”.
En ik ging terug naar mijn eigen
Hollandse Kikkerlandje.
MICHAEL ABELS
H105
V V73
986
4. VB96
16b7-b6 17. Ddl-al! Da2xal Mis
schien had zwart hier toch 17De6
moeten proberen met als een mogelijk
vervolg 18. Da6 Tfc8 19. Tal Dreigt al
20. Tb6:! ab6: 21. Da8: Ta8: 22. Ta8: t Lf8
23. Lh6 en wint. Maakt zwart daarom met
19h5 een vluchtveld dan versterkt
wit zijn druk met 20. Db7 Tcb8 21. Df3 en
tegenstaan op b6 is geen parade meer.
Telkens weer is de grote lijn dat een van
de zwarte pionnen op de damevleugel
valt, waarna Karpovs techniek voor de
rest zorgt. 18. Tflxal Tf8-b8 Erg passief,
maar een tegenactie levert zwart niets op,
b.v. 18Tfc8 19. Ta6 Tc2 20. Kfl Tb2:
21. Tb2: Lb2: 22. Lb6: Ta7: en weer
resteert een eindspel met een gezonde
witte pluspion. 19. Tal-a6 Kg8-f8
V102
104 V
VI084
H752 4.
door 33-29 enz., zeer leerzaam. 47 .21-26 -Heb jij geen klaveren mee?”, vroeg hij
48. 34-29 (op 37-31 wordt zwart nog lastig tenslotte verbaasd. Zuid ondertussen nam
door 16-21 en 18-22) 23x34 49. 30x39 19x30 °P tafel, speelde schoppen en maakte 9
50. 35x24 16-21 51. 27x16 18-22 52. 39-33 26- slagen.
31 53. 41-37! 31x42 54. 33-29 22x33 55. 29x47
en wit had 2 belangrijke punten aan haar
totaal toegevoegd.
Voor de zomerprijsvraag ontving ik nog
goede oplossingen van de eerste 4 opga
ven van Jolanda Harmeyer (10 jaar), René
Tesselaar (12 jaar) en Cees Harmeyer,
allen lid van de jeugddamclub van Damia
te in Haarlem. Als aanmoediging ontvan
gen ze alle drie een damboekje.
FRANK TEER
T**'
Ik ga een verhaal schrijven over het
weer.
Ergens hoog in de wolken, daar
wonen de wolkenmannetjes.
Ze zwoegen de hele dag aan grote
machines.
Die mensen maken sneeuw en
hagel.
Natuurlijk ook regen en
regenbogen.
En ze laten ook de wolken
wegtrekken bij slecht weer.
Op een dag toen het heel slecht
weer was in Nederland, vonden de
wolkenmannetje het welletjes.
Ze lieten de wolken wegtrekken.
Toen was het één dag droog.
De volgende dag kwamen de
wolken weer.
De wind blies ze in grote vlagen
naar elkaar toe.
Nou ging het natuurlijk weer
regenen.
De wolkenmannetjes hadden er
zoveel werk aan gehad, dat ze er
toen niks aan deden.
Zo komt het dat het maar één dag
mooi weer is geweest in de zomer
van Nederland.
Karpov is een waardig wereldkam
pioen. Hij trekt zich met het bezit van zijn
titel niet terug in een ivoren toren, doch
speelt bij vrijwel iedere passende gelegen
heid. Organisatoren hebben nimmer enig
probleem met hem; hij stelt zijn steeds
aanvaardbare condities en wijkt daar
dan niet van af. Zijn optreden in de speel
zaal is bescheiden en correct; zijn gedrag
daarbuiten altijd dat van de perfecte gent
leman.
Waar schuilt het geheim van zijn im
mense kracht in? Ons antwoord luidt: zijn
eenvoud.
De sprekendste illustratie van deze stel
ling is misschien wel zijn overwinning op
Ribli in de tweede tumus van het jongste
IBM-toernooi. In de eerste tumus verloor
hij toen met zwart van Ribli (zie onze
rubriek van 19 juli). Het is duidelijk dat hij
in de tweede tumus fel op revanche belust
was.
Wat zouden mindere góden in zo een
situatie doen? Stellig een hyperscherpe
conceptie zoeken en op buigen of barsten
spelen. Maar niet aldus Karpov. Doodrus
tig ruilde hij wat lichte stukken en zelfs de
dames en wat er toen resteerde, leek
overzichtelijk en rijp voor een spoedige
puntendeling.
Het komt ons voor dat Karpov zich bij
een dergelijke aanpak door o.a. de volgen
de overwegingen liet leiden:
a. ook het (schijnbaar) eenvoudige is op
het schaakbord gewoonlijk nog onvoor
stelbaar moeilijk;
b. als ik, Karpov, mijn tegenstander
permanent onder druk houd, verzwakt
zijn weerstand op den duur;
c. mijn techniek is, juist in „eenvoudige”
stellingen, beter dan die van alle anderen.
Laten we deze overwegingen eerst toet
sen aan voormelde partij welke bij opper
vlakkig naspelen „saai” lijkt, doch in
werkelijkheid een meesterwerk van de
hoogste orde is.
Wit: Karpov. Zwart: Ribli.
1. c2-c4 c7-c5 2. Pgl-f3 Pg8-f6 3. Pbl-c3
Pb8-c6 4. g2-g3 d7-d5 5. c4xd5 Pf6xd5 6.
Lfl-g2 g?-g6 7. 0-0 Lf8-g7 8. Pc3xd5
Dd8xd5 9. d2-d3 0-0. Het eerste interessan
te ogenblik. De stelling is bekend met
verwisselde kleuren. Karpov laat zien dat
het vis-è-vis van Lg2 met Dd5 wit kansen
op initiatief geeft. 10. Lcl-e3. Dreigt Pd4
en inslaan op c6. Zie b.v. 10Lb2: 11.
Tbl Lg7 12. Pd4 benevens slaan op c6 en
de zwarte pionnen op de damevleugel
worden verbrokkeld. 10Lc8-d7 11.
Pf3-d4 Dd5-d6 12. Pd4xc6 Ld7xc6 13.
Lg2xc6 Dd6xc6. U ziet dat wit rustig af
ruilt, maar niettemin voldoende druk be
houdt 14. Tal-cl Pion c5 is thans
onhoudbaar, want op b6 volgt 15. b4.
Slaan op b2 is onvoldoende; b.v. 14
Lb2: 15. Tc5: Dd7 16. Dc2 Lf6 17. Tc7 en
wit oefent een krachtige druk uit. 14
Dc6-e6 15. Tclxc5 De6xa2 16. Tc5-b5!
Nu faalt Lb2:? natuurlijk op 17. Dc2 enz.
Karpov (aan zet)
Er volgde 42. Lc5-d6 Pd7-
b6 43. Kh2-g3 Lc4-d5 44. Kg3-f4 Pb6-c4
Zwart heeft de e-lljn nu voor de witte
koning afgegrendeld. Hoe komt wit ooit
verder? 45. Ld6-c5 Ld5-g2 46. Lc2-d3 f7-f6
Niet 46Lh3:? 47. Kg3. 47. h3-h4 Lg2-
c6 48. h4-h5!? Een zeer opmerkelijke
zet. Men zou zeggen dat wit, om winstkan
sen te behouden, de doorbraak g4-g5 in
petto moet houden. Maar Karpov heeft
veel dieper gezien; hij legt de zwakte g7
vast en bindt daar mee zwarts koning aan
de dekking van f8. 48Kg8-f7 49. Ld3-
e4 Lc6-d7 Na loperruil zou de witte koning
binnendringen. 50. Lc5-d4 Tegen Pe5
gericht. Kf7-e7 51. Le4-a8! Maakt
plaats voor de koning. 51Ld7-e8 52.
Kf4-e4 Le8-f7 Weer is wits koning afgesne
den, maar Karpov creëert een nieuwe
toegangspoort via d4 en c5. 53. Ld4-a7
Ke7-d7 Volgens ons het kritieke mo
ment; na 53Pe5 dreigt zwart zich
schadeloos te stellen op g4 en h5, waarna
de uitslag o.i. nog dubieus blijft. De tekst
zet geeft wit gelegenheid af te wikkelen
naar een eindspel met ongelijke lopers,
dat meestal wel, maar hier nu juist niet
remise is. 54. Ke4-d4 Pc4-e5 55. La8-d5!
Pe5-c6t Hier had Ivkov blijkbaar op ge
bouwd, maar ten onrechte. Meer weer- -
stand bood o.i. 55Le8. 56. Ld5xc6t
Kd7xc6 57. La7-c5 Nu komt de zwarte
koning te laat om g7 te dekken, terwijl wit
g4 tijdig kan beschermen. Na 57 Lf7-
c4 58. Kd4-e4 gaf zwart ’t op.
De winnaar van de tweekampen zal ’t
straks zwaar krijgen tegen deze prakti
sche kampioen van de eenvoud!
E. SPANJAARD
Maak zelf een spel.
Kleur de plaatjes
en plak ze op dun karton.
Knip ze uit.
Je hebt dan een spel gemaakt.
Hoe speel je het?
Zo:
Leg alle kaartjes op z’n kop.
Dan pak je om de beurt een
kaartje.
Als je die hebt,
probeer je in de volgende beurt
een kaartje om te keren,
die bij het eerste kaartje hoort.
Bijvoorbeeld: een vogel en een
kooi.
Wie de meeste paren gevonden
heeft, wint.
O
geweest.
T. SCHIPPERHEYN