a
Ff
Galuppi
Offenbach
en
bij Opera Stichting
Boeiende ontrafeling
Dexys Midnight Runners
van politieschandaal
intens woedende soul
p
IA
Onder moeilijke omstandigheden valt te genieten van veel moois
Cineast Milestone
in VS overleden
originele
amerikaanse
aandelen
BWÏC
Paviljoen REX,
Bloemendaal a/zee
presenteert groot festijn
■4
1980
7
ZATERDAG 27 SEPTEMBER
Korte opera’s verdienstelijk uitgevoerd
Lenige regie van Frans Strijards
Spanningsvol optreden Engelse formatie
Duisternis
Banaal
KUNST
Effectenbeurs Amsterdam
l ■u
door Hans Warren
i
k
DISCOTHEEK BARBARELLA
Heeft u de folder
’’originele amerikaanse aandelen”
nog niet ontvangen? Verzendt dan
een briefkaart zonder postzegel aan
Vereniging voor de Effectenhandel
Antwoordnummer 24
1000 RA Amsterdam
en schrijf links naam, adres en ’folder1
BRUSSEL De naam Bruegel
is een enorme trekpleister, en te
recht: Pieter Bruegel de Oude
(1525-1569) behoort met Van Eyck
en Rubens tot de grootste en boei
endste schilders die de Zuidelijke
Nederlanden hebben voortge-
bracht. Twee maanden lang, tot
en met 17 november a.s. wordt in
Brussel de tentoonstelling gehou
den. „Bruegel, een dynastie van
schilders”. Overal op onze stati
ons ziet men er aanplakbiljetten
voor, er zijn folders met ronken
de en zelfs ietwat misleidende
tekst, kortom: er worden zoveel
verwachtingen gewekt, dat het
eerste wat ik naar aanleiding van
deze manifestatie wil doen is: u
waarschuwen. Wanneer u naar
Brussel gaat in de hoop een flink
aantal goede Bruegels te zien on
der optimale condities, dan komt
u bedrogen uit. Laat ik het daar
om maar zo somber mogelijk
schilderen.
vanaf 15 september
verhandelbaar
op Beursplein 5.
fel
f
I ADVERTENTIE)
in deprimerend duister
Bruegel
1
De bouw van de toren van Babel portret van Pieter Bruegel de Oude
I'.
n
ALWIN BAR
1
(ADVERTENTIE)
ALMA POST
i
i
s
1
s
t
l
l
l
U betreedt met het Paleis voor Schone
Kunsten, een deprimerend en rommelig
tentoonstellingsgebouw, moet dan maar
liefst 150 francs entree betalen (f 10,50), en
als u een catalogus begeert (en die is
vrijwel onmisbaar wegens de summiere
of ontbrekende gegevens bij de werken)
kost die 500 frs (f 35) en niet 400 zoals in de
folders staat. Die catalogus biedt een ware
schat aan informatie, is rijk geïllustreerd
met reprodukties van zeer matige kwali
teit en onhandig groot, u torst nu voor een
paar uur een boekwerk van bijna ander
halve kilogram mee.
mensen op dat toneel nu in godsnaam mee
bezig zijn. (Opvallend is het dan dat die
zelfde mengeling van bewondering en ver
wondering de Engelse Rockpers ken
merkte, die door de Dexys in zijn geheel
tot afkeurenswaardig werd gekenmerkt).
De in Odessa geboren cineast emigreer
de in 1913 naar de VS. waar hij in 1925 zijn
debuut als regisseur maakte en in 1927 de
Academy Award kreeg voor Two Arabian
Knights. In 1930 kreeg hij een Oscar voor
All Quiet on the Western Front, die hem
beroemdheid verschafte.
Tot de 40 films die hij maakte behoor
den Of Mice and Men en Mutiny on The
Bounty.
LOS ANGELES (AFP). Lewis Miles
tone, Amerikaans filmregisseur van Rus
sische afkomst, die in 1927 en 1930 een
Oscar verwierf, is donderdag op 84-jarige
leeftijd in een ziekenhuis in Los Angeles
overleden.
zondag 28 sept. a.s.
i v.m. de laatste dag van het seizoen,
m.m.v
Nu is zo’n werkje van Galuppi wel bijna
niet meer geloofwaardig te maken en het
is moeilijk uit te maken of het ietwat stijve
acteren van de zangers en de stereotiepe
regie binnen dit kader wel veel anders had
kunnen zijn. Alle tot op het bot versleten
ingrediënten zijn er aanwezig: de typische
bas-buffo rol van de oude heer, die verkik
kerd is op een jong meisje, de diverse
jonge paren, de vermommingen, het ka-
merkatje dat de juiste listen weet te ver
zinnen om alles goed af te laten lopen,
waarna de oude heer alleen overblijft. De
uitvoering was zeker heel verdienstelijk,
op het wel erg recht-toe-recht-aan spelen
de begeleidende „strijkje” na, dat niet al
te veel neiging tot accuratesse en zuiver
heid vertoonde. Voor de zangers was dit
„poppentheater” met al zijn statische
aria’s (vaak unisono met het orkest lo
pend) niet al te dankbaar maar met name
Leena Kiilunen wist er nog een menselijk
tintje aan te geven, waarbij haar fraaie
stem trouwens duidelijk opviel.
Iets gemakkelijker hadden de vocalis
ten het in Offenbachs Bagatelle in
AMSTERDAM. Voor het verdienste
lijk initiatief van de Nederlandse Ope
rastichting om aankomende zangers to
neelervaring op te laten doen in kleine
zaalprodukties en kleine rollen waren de
gisteren vertoonde operaatjes van Ga
luppi en Offenbach in zekere zin ideaal
materiaal. Zangtechnisch niet te moei
lijk en qua compositie en opzet erg sche
matisch. Veel echte karaktertekening zit
er niet in, zodat ook de uitbeelding daar
van niet veel moeilijkheden hoeft op te
leveren.
i
i
1
r,
I.
X.
I.
n
e
e
n
e
n
ir
e
)-
il
e
>t
e
i-
i.
y
g
it
n
n
n
g
i-
vanaf 15.00 uur
3
5
e
!t
■r
n
k
1-
5
1-
ir
tv
0
1-'
0
0
fl
op Vensterbank, Springen en Vierhoog
zijn niet van de lucht. De commissaris die
bij de „val” van Pinelli aanwezig is ge
weest noemt hij commissaris Venster
bank. Vol zoetsappigheid helpt hij als
rechter de politiemensen met het zoeken
naar een alibi voor hun misdaad („Welke
variant van het verhaal krijgen we nu? ”7.
Twee elkaar misschien tegengestelde
uitingen zijn dan ook tekenend voor
zijn optreden: een aan het ondragelijke
grenzende intensiteit (er kan geen lachje
af, haast continu zijn de vuisten gebald)
en een af en toe lachwekkende pathos.
Zeg maar: de pathos van de woede. Dat
eerste vond duidelijk ook zijn muzikale
vorm: Dexys Midnight Runners (want de
hele groep heeft dezelfde instelling als
haar voorman, zo lijkt het) is zonder meer
de meest geladen live-act van dit moment.
De politie verzon een verhaal over een
shock-toestand waarin Pinelli uit zich zplf
uit het raam was gesprongen, en dat feit
gebruikte de Italiaanse maker van poli
tiek toneel Dario Fo voor zijn stuk De
plotselinge dood van de anarchist, dat hij
al in 1970 speelde met zijn groep Comune.
Hijzelf vervulde bij die gelegenheid de
hoofdrol, die van een Gek.
Fo noemt zijn stuk een leerstuk, en
daarmee bedoelt hij dat het de gegevens
rond een bepaalde zaak zodanig voor het
publiek ontrafelt, dat ze er wijzer van
worden. Om dit gemakkelijker te maken
verzon hij een Gek die aan een verkleed-
en nabootsmanie lijdt. Op het bewuste
politiebureau speelt hij voor commissaris,
rechter en rechercheur, wat de meest ont
hullende reacties van de politiemensen
oproept. Fo schreef de Gek als een Nar
renfiguur, vergelijkbaar met Harlekijn in
de Commedia dell’Arte. Hij is spits en
cynisch, pakt de aanwezige commissaris
sen op hun eigen woorden. Toespelingen
Dan gaat u de duisternis in, want de
tekeningen en schilderijen van Bruegel
zijn zo kostbaar en kwetsbaar geworden
dat ze het daglicht niet meer kunnen ver
dragen, en het kunstlicht nauwelijks. En
omdat het vandalisme overal heeft toege
slagen, is letterlijk ieder stuk goed achter
dik glas weggeborgen of in een soort vitri
nes opgesteld. Direct contact met een
werk is volkomen onmogelijk. Spiegelen
de ruiten alom, en wie, zoals ik, twee of
meer brillen nodig heeft verkeert af en toe
in de absolute onmogelijkheid om een
bepaald werk te zien omdat het óf te ver
weg, óf te dicht bij is opgesteld. Aangezien
blijkbaar veel mensen met dat probleem
sukkelen, was de eerste dag het glas al
goeddeels ondoorzichtig geworden door
dat talloze voorhoofden, neuzen en vin
gers er tegenaan gestoten waren, en nie
mand kwam die vetvlekken wegvegen.
De opstelling is tamelijk belabberd.
Vrijwel al die ruiten spiegelen, heel wat
werken hangen scheef, er is geen enkele
ventilatie in de benauwde zalen, en voor al
die honderden ronddrentelende en af en
toe moede mensen ~zijn er welgeteld zes
fauteuils, zodat ze nog al eens amechtig
neerploffen op de stoelen van de bewa
kers of op de trappen.
Dit over de wijze van presenteren. En
nu het gebodene: zegge en schrijve een
zaal met werk van Bruegel de Oude, met
welgeteld zes schilderijen: „De Val van
Ikarus” (altijd en veel beter te zien in het
Museum voor Schone Kunsten” in Brus-
Dat neemt niet weg dat De plotselinge
dood oök zonder dat een enig stuk is,
waarvan de algemene strekking dubbel
en dwars overkomt. Herman Naber speelt
de Gek fenomenaal, vooral in de vermom
ming van Rechter, een schriele, slimme
figuur, is hij helemaal af. De hele voorstel
ling is trouwens goed van beweging,
Frans Strijards voerde een lenige regie,
waardoor het politiekorps niet alleen in
toon maar ook in motoriek een ietsje
poppenkastachtig wordt. Jan Jaap Jan
sen speelt een blufferige hoofdcommissa
ris, Bob van Tol een geniepige commissa
ris, en Titus Muizelaar heeft boeiend stil
spel als een wat dommige wachtagent. Het
decor is een politievertrek in een mooi
oud-Italiaans huis.
De rest van de tentoonstelling, en dat
zijn dan de nrs. 79-283, toont werken van
Pieter Brueghel de Jonge, Jan I en Jan II,
Ambrosius en Abraham Brueghel, de aan
getrouwde David Teniers II en een klein
zoon, Jan van Kessel. Uiteraard bevinden
zich daaronder enkele voortreffelijke
werken, maar het overgrote deel is herha
ling en doorsnee, of zelfs uitgesproken
banaal
We raken dan wel ver verwijderd van de
genialiteit van de oude Bruegel, zoals die
op déze tentoonstelling bijvoorbeeld uit
kenbaar is. En daarmee sta je dan ook
midden in het probleem Bruegel: wat is
origineel, wat is een eigenhandige kopie,
wat een oude kopie door een zoon of
begaafde tijdgenoot, wat een navolging?
Zoek het maar uit. De deskundigen strij
den er al tientallen jaren over.
Is deze „Val van Ikarus” werkelijk hele
maal eigenhandig? „Het sterfbed van Ma
ria”? Zou Bruegel, die getuige de reeks
tekeningen die hier te zien zijn, een geni
aal tekenaar was, zó klungelig een boer en
een ploegend paard getekend hebben, als
hij bijvoorbeeld boeren tekende als op
„De Zomer?” (nr. 38)?
Maar goed, we zijn bezig met onze kriti
sche rondgang, en laten dergelijke neteli
ge vraagstukken graag aan anderen over.
We zijn nog steeds in zaal 1, waar dus
onder moeilijke omstandigheden te genie
ten valt van heel veel moois: de zes schil
derijen en een dertigtal tekeningen. Daar
mee is de koek dan wel niet op, maar
hebben we het, wat de grote Pieter Brue
gel de Oude betreft, toch gehad. De nrs.
39-78 betreffen prenten (gravures) naar
Bruegel de Oude, door onder anderen
Cock, Van der Heyden en Galle, 71 is een
originele ets (De konijnejacht).
Er werd veel gedanst in het uitverkoch
te Paradiso, al had dat meer van de grim
migheid van de ontruiming van een
kraakpand dan van een gezellig avondje
uit. Een hitnummer als Geno (opgedragen
aan Geno Washington, volgens Kevin
Rowland na James Brown de grootste
soulzanger ter wereld) kwam er met veel
meer agressie uit dan op de plaat. En
hetzelfde gold voor het hoog gezongen
Thankfully Not Living in Yorkshire en de
instrumental The Teams That Meet in
Caffs. Een groep met zo’n intensieve im
pact wordt óf een wereldact, óf is in korte
tijd ontploft. We zullen zien.
JOOST NIEMÖLLER
Concert: Dexys Midnight Runners.
Bezetting: Kevin Rowland: gitaar,
zang. Al Archer: gitaar, zang. Mick
Talbot: toetsinstrumenten, zang. An
dy Growcott: drums. JB tenoorsax.
Pete Williams: basgitaar. Steve „Ba
byface" Spooner: Altsax. Big Jimmy
Paterson: trombone. Amsterdam, Pa
radiso, 26 september 1980.
sel, hier is het een spiegel geworden met
jezelf op de voorgrond en de lichte en
treehal rondom je heen op de achter
grond), de „Toren van Babel” (altijd en
veel beter te zien in Boymans), twee
hoofdwerken, zonder twijfel. Dan zijn
vroegste schilderij, „Landschap met de
verschijning van Christus aan de Aposte
len”, uit 1553, de „Aapjes” uit Berlijn, het
mooie grisailleschilderij „Het sterfbed
van Maria”, en „De Goede Herder”. Als
zevende schilderij is er dan in de volgende
zaal nog te zien „De overval” uit Stock
holm, een werk dat tot voor kort aan
Brueghel de Jonge (behalve bij de Oude
wordt de naam met een h geschreven)
werd toegeschreven als zijnde een kopie
naar een werk van zijn vader.
Voor zover men als gewone bezoeker op
deze tentoonstelling „uit de verte” iets kan
zien (en ik had het geluk dat dit werk juist
gefotografeerd werd, zodat het een poosje
uitermate fel belicht werd) valt er alles
voor te zeggen om dit werk inderdaad aan
Bruegel de Oude toe te schrijven: het is
een magistraal, aangrijpend paneel; de
genadeloze ruwheid van het tafereel op de
voorgrond wordt geaccentueerd door de
troosteloze verlatenheid van het land
schap. Dit werk doet bijvoorbeeld heel
wat authentieker aan dan „De goede her
der” (nr.6) waarin een andere hand onmis-
de „Toren van Babel” of uit „De Overval”
nog zo duidelijk spreekt, om terecht te
komen in de wat knullige sfeer van drin
kende, hossende en kotsende boeren, na-
schilderingen van naschilderingen die
weinig meer te maken hebben met de
bewogenheid van een werkelijk groot
mens als Pieter Bruegel de Oude was. Het
is onbegrijpelijk dat schilders als de Flu
welen Brueghel en Teniers de stamvader
van de dynastie ooit in de schaduw heb
ben kunnen stellen.
Niettemin zijn er juwelen van schilder
kunst, als bijvoorbeeld de vier tondi „De
Waterlopen” (105). Zeer mooi geschilderd
is ook de kopie naar „De triomf van de
dood” (119), maar gezien de groep rechts
onder moet dit schilderij 17e eeuws zijn.
Voorts zijn er enkele schitterende bloem-
stillevens van Jan de Oude (van wie ook
een prachtige tekening, 157, de „Door
tocht door de Rode Zee”, en 160, een
Havengezicht). Heel mooi is ook het don
kere paneel met negen tulpen in een meta
len siervaas, van Abraham Brueghel (188).
Een ruime keus uit het werk van Te
niers II en Van Kessel besluit het geheel.
Naarmate de schilderijen minder kost
baar worden, neemt het licht in de zalen
toe, zodat de beschouwer wat beter van de
kleurenpracht kan genieten. Hoogst
merkwaardig is, van Van Kessel, de verza
meling van 40 schilderijtjes op koper in
één lijst, uit 1660, „De vier werelddelen”,
een ware dierentuin in landschapjes.
Maar nogmaals: hoeveel moois er in
zekere zin na de eerste zaal nog te genie
ten is: het valt vrijwel in het niet bij wat
Bruegel de Oude, het grote genie van deze
„dynastie” had te bieden. En van hem is er
absoluut te weinig om deze Europalia-
tentoonstelling, die ter gelegenheid van de
viering van 150 jaar België wordt gehou
den, tot een werkelijk grote gebeurtenis te
maken.
De drie blazers, twee gitaristen, de orga
nist, de drummer en vooral de bassist
zetten samen een gedisciplineerd en gron
derig soulgeluid neer wat de maag deed
samentrekken. Maar de pathetische „soul-
visie”, de eis tot respect telkens weer
tussen de nummers door ten opzichte van
het publiek gesteld dat alles doet je
tegelijk verbijsterd afvragen waar die
„Bruegel, een dynastie van schil
ders" is te zien in het Paleis voor
Schone Kunsten, Ravenstein 23, Brus
sel (5 minuten lopen van het Centraal
Station). Tot en met 17 november 1980,
dinsdag tot en met zondag van 11-18
uur en op woensdag van 11-22 uur.
Toegangsprijs Bfr. 150. Op de NS-sta-
tions zijn gecombineerde toegangsbil-
jetten verkrijgbaar, waarbij ook een
consumptie is inbegrepen.
Commissaris Vensterbank heette in hei
echt Calabresi. Fo gebruikte die naam ïh'
zijn stuk, het Projekttheater liet hem weg,
waarschijnlijk in de mening dat wij deze
verwijzing naar de actualiteit toch niet;
zouden oppakken. Het vervelende is ech
ter dat er nog vele andere verwijzingen in
het stuk zitten, zodat het zonder uitleg
moeilijk te volgen is, een inleiding op de
zaak-Pinelli in het programmaboekje was
dan ook nuttig geweest.
wezen een even statisch (en relatief wat te
lang) werk, maar in ieder geval wel geestig
ger en met (uiteraard) pittiger melodie
tjes. Dit was duidelijk te merken aan
Maarten Flipse en Ferdinando Musumeci,
die zich nu bepaald minder gekunsteld
over het toneel bewogen met name
Musumeci, die nu erg komisch uit de hoek
kwam. Geen oerstijve jonge liefhebber
ditmaal (zouden gelieven in de 18e eeuw
zó verstrakt naast elkaar gezeten heb
ben?), maar een echt lollig personage.
Jammer dat Héléne Versloot als Finette
zo weinig te doen had, want haar stem
(met haar mooie en gemakkelijke hoogte)
trof mij bijzonder. Het begeleidende en
semble (o.l.v. Han Wilmink) was welis
waar af en toe te luid maar klonk ditmaal
aanmerkelijk beter. Ook de regie was nu
iets fantasierijker. - -
Over enthousiasme van het publiek
hadden de uitvoerenden niet te klagen, ex)
terecht werden zij goed in de bloemetjes
gezet.
Voorstelling: De plotselinge dood
van de anarchist. Auteur: Dario Fo.
Vertaling: Sylvia Boeke c.s. Groep:
Projekttheater. Regie: Frans Strij
ards. Toneelbeeld: Stans Lutz. Mu
ziek: Jan Jaap Jansen. Spelers: Her
man Naber, Jan Jaap Jansen, Bob van
Tol, Wouter ten Pas, Hertje Peek, Ti
tus Muizelaar. Première 26 september
1980 Theater De Balie, Amsterdam.
AMSTERDAM. Sommige mensen zit
ten onophoudelijk zo tot aan hun strot
vol met woede, dat hun leven een voor
zichtig balanceren daarmee wordt.
Steeds is „de druk" bijna weer te groot.
Steeds moet er tegen die om ontlading
vragende energie gevochten worden. Zo’n
mens (en zo’n groot kunstenaar tegelijk)
is nu Kevin Rowland; zanger, gitarist en
inspirator van de Dexys Midnight
Runners.
Nederlandse Operastichting: Bal-
dassare Galuppi: Il Filosofo di Cam
pagna en Offenbach: Bagatelle. Muzi
kale leiding Peter Poliakine en Han
Wilmink; regie Jan Bouws; decor Nico
Out/Barbara Skrzypczak; kostuums
Bert Nuhaan/Ans de Jonge/Herman
van Elteren. Vocalisten: Sjef van
Wersch, Leena Kiilunen, Saskia Ger
ritsen, Ferdinando Musumesci, Maar
ten Flipse, Djoke Winkler Prins, Hélé
ne Versloot. Première Kleine Kome
die, 26 sept. 1980
Herman Naber. Jan Jaap Jansen en Bob van Tol (v l.n.r.) in De plotselinge dood van een
anarchist.
AMSTERDAM. In 1969 hadden in
Milaan bomaanslagen op openbare ge
bouwen plaats; de eerste in een reeks die
tot nu toe voortduurt. Ze bleken het werk
te zijn van Neo-fascisten, die op die ma
nier probeerden links verdacht te maken.
Direkt na de aanslag moeten er door de
rechtse gelederen vlugschriften over de
stad verspreid zijn, die suggereerden dat
de dader onder anarchistische groeperin
gen gezocht moest worden. De politie
ging helemaal mee, en arresteerde met
gulle hand linkse verdachten. Eén van
hen, Giuseppe Pinelli, viel drie dagen na
zijn arrestatie op verdachte wijze dood
uit een raam op de vierde verdieping van
het politiebureau.