Centrums karikaturale
knap voortgezet
Dagboek van een gek
niet wezenlijk nieuw
Verstilde sfeer
ballet Van Schayk
in
Caballero Filter.
serie
Ritmesectie ijzersterk en uitdagend
Meesterlijk spel
bij homogeen trio
In Chiaro-scuro zuivere vormen dramatisch uitgewerkt
Bloembollen
nü planten
Vondelprijs voor
Van Wilderode
■■■mei
°/z
donderdag
Onderhoudend toneel met boeiend slot
19
19 8 0
OKTOBER
1 6
Frankl-Pauk-Kirshbaum
Types uit eerste deel Loopbaan en Liefde uitgebouwd
I
’t Is nu de tijd om
bloembollen in uw tuin
en balkonbak te planten.
U plant dan de zeker
heid van een voorjaar
vol kleur en fleur.
Doen.
.etnbi
IN
nn.
KUNST
AMSTERDAM. Elke keer
dat je Archie Shepp hoort en ziet
spelen doorbreekt hij het ver
wachtingspatroon dat hijzelf
door de jaren heen bij het publiek
heeft opgebouwd. Het is juist dat
i pikante vermogen om de omstan-
1 digheden en zijn gemoedsstem
ming van invloed te laten zijn op
het concertevenement dat Shepp
uittilt boven andere tenorgigan-
ten. Daarbij komt dat deze sleu
telfiguur in de geschiedenis van
de moderne jazz naarmate hij ou
der wordt aan status nog lijkt te
winnen.
Archie Shepp stelt zijn
publiek altijd op proef
ngen 4n
ALWIN BAR
JOHN OOMKES.
(ADVERTENTIE)
W
KO VAN LEEUWEN
(ADVERTENTIE)
l
JAN BAART
Smaak
voortwee
HAARLEM. In deel twee van de serie Loopbaan en Liefde, het lunchpauzeprogram-
ma van Centrum, stuit Hardien de Wit op het fenomeen homoseksualiteit. De serie
krijgt hiermee een maatschappelijke verdieping, die maakt dat deel twee nog beter is
dan deel 1.
Goed, Shepp dus, heeft zijn publiek en
toch weet hij dat telkens opnieuw andere
aspekten van zijn persoonlijkheid te laten
zien. De ene keer is hij opgefokt, dan
zindert hij van woede of is galanterie zijn
handelsmerk; in het BIMhuis bepaalt een
mengeling van rustige zelfverzekerdheid
en een vriendelijke mate van communica
tie met het publiek zijn handelingen. Al de
manier waarop hij opkomt is typisch
Shepp. Zijn beide saxen stemt hij bij de
piano en bij die noodzakelijkheid zwijgt
zijn gehoor alsof er iets heel belangrijks
plaatsgrijpt.
Belangrijk is dat het verhaal boeiend
genoeg is om de aandacht gevangen te
houden, Het eenvoudige kantoorklerkje
lijkt een nogal eenzaam mens, dat zijn
dagdromen ’s avonds langzamerhand in
waandenkbeelden ziet overgaan. Zijn lief
devol verlangen gaat uit naar de bekoor
lijke dochter van z’n chef en hij legt het
aan met haar hondje om wat meer over
Het mag dan ook niemand verwonderen
dat de. zalen ook ditmaal overvol bezet zijn
als hij door het land toert. In het BIMhuis
werd het verscheidene mensen te veel,
waaronder uw criticus. Een flauwgeval
len meisje moest zelfs haastig worden
afgevoerd.
Dat is ook zo. De manier waarop hij
gaat zitten, het kontakt voelt eh daarmee
aan de gang gaat verraadt Shepp’s grote
Archie Shepp komende weken nog in
Edam en Haarlem voor concerten verraadt
groot inlevingsvermogen.
(Foto Lex van Rossen)
Op het muzikale vlak heeft Van Schayk
zich laten inspireren door de componist
Carlo Gesualdo. Op canzon franzese, een
clavecimbelwerk, laat de choreografie de
introductie van het ensemble zien: zeven
dansers en zeven danseressen als twee in
lijnformatie harmonisch tegenover elkaar
bewegende groepen.
Het daarop volgende madrigaal lo pur
AMSTERDAM. Bij het Nationale Ballet is woensdagavond een nieuw ballet in
première gegaan, een fraai en doordacht werk gemaakt door Toer van Schayk. Hij
koos hiervoor als titel Chiaro-scuro, de Italiaanse term voor het contrastrijke licht
donker effect uit de schilderkunst, dat we in ons normale spraakgebruik kennen onder
de Franse naam clair-obscür.
Natuurlijk is er daarna ook het echte
spel, het serieuze vak. Ditmaal komt Ar
chie langzaam bouwend op gang. Hij
zoekt, rijgt akkoorden en triolen aaneen,
kleurt bij met half- en boventonen, onder
zoekt, het instrument, bijna dwingend, de
grenzen van thematische elasticiteit op en
bouwt dan naar een climax toe. Vanuit de
sfeer van vriendelijkheid groeit dan toch
zo’n ogenschijnlijk vrije manier van bla
zen, waarbij associatief geïmproviseerd
wordt, uit tot een spannend concert, waar
in opnieuw de bop en ballad niet gemeden
wordt.
inlevingsvermogen. Hij legt zijn rietin-
strumenten terzijde en legt heel spiele-
risch een kitscherig stukje pianosenti-
ment neer dat op een hartelijk applaus
onthaald wordt.
Voorstelling: Dagboek van een gek, gespeeld door Henk van Ulsen. Auteur
Nicolai Gogol (1809-1852). Beweging Leon Koning. Toneelbeeld Coen van Lith.
Kostuum Henny Scholten. Première Nieuwe de la Martheater, Amsterdam, 14
oktober 1980.
Gesualdo is ook de inspiratiebron ge
weest voor Jan van Vlijmen bij diens
compositie Omaggio a Gesualdo per violi-
no e sei gruppi strumentali, waarop het
laatste deel van de choreografie gezet is.
Dit deel heet, „het dispuut”, naar een in de
tijd van Gesualdo mogelijkerwijs gehou
den twistgesprek over de verhouding
man-vrou\v en de liefde. Twee grote pas
de deux trekken hier de meeste aandacht.
Eén in wat hoekige stijl, door Maria Aradi
en Luc Amyot in technische superioriteit
verdedigd, en een meer lyrisch gericht
duet, door Monique Sand en Bruno Barat
in volle overgave uitgevoerd.
De 62-jarige Van Wilderode kreeg deze
prijs voor zijn vertaling van Vergilius. Hij
heeft in het Nederlandse taalgebied de
eerste volledige vertaling van de verza
melde werken van deze Romeinse dichter
gepubliceerd.
Aan de prijs van de zogenaamde Ham-
burgse F.V.S.-stichting is een bedrag van
20.000 mark (ruim 20.000 gulden) verbon
den. De prijs die genoemd is naar de
Nederlandse dichter Joost van den Von
del (1587-1679), wordt op 14 november
uitgereikt.
Tot slot volgde nog als toegift het Scher
zo uit het tweede Trio van Mendelssohn,
zeer fraai, hoewel mijns inziens iets te
snel, gespeeld.
het lot van deze componist om in het arti
stiek fnuikende communistische klimaat
te moeten leven, zonder de muzikale vrij
heid, die wij hier in het decadente impe
rialistische Westen gewend zijn. Tot de
geniaalste momenten van dit aan de nazi-
terreur referende werk behoort het derde
deel, een treurzang, die door de strijkers
aangrijpend gespeeld werd, samen met de
stokkende akkoorden van de piano, door
Peter Frankl bijzonder knap gerealiseerd.
Voorstelling: Column, tweede deel
van het lunchpauzeprogramma Loop
baan en Liefde. Tekst en regie: Peter
Romer en Ton Vorstenbosch. Groep:
Centrum. Dekor:. Benno de Vries. Met
Ellis van den Brink, Egbert van Pari
don, Henk Rigters, Jules Hamel, Mar
jan Berk, Ingeborg Elzevier. Première
15 oktober 1980 in De Toneelschuur te
Haarlem. Daar nog te zien op 22 okto
ber. Op 17, 23, 24 oktober in Centrum
Bellevue, Amsterdam. Aanvang 12.30
uur, duur ca. 40 minuten.
MÜNSTER (DPA/ANP). De Joost
van den Vondel-prijs, die verleend wordt
voor bijzondere culturele prestaties bin
nen het Nederlands-Nederduitse taalge
bied, is voor dit jaar toegekend aan de
Vlaamse priester, filoloog en dichter An
ton van Wilderode, pseudoniem van Cy-
riel Paul Coupé die leraar is aan het
kleinseminarie in Sint-Niklaas.
lukkig wordt het bewegen nooit domine
rend.
Zo is deze derde Gek als toneelbelevenis
zeker de moeite waard voor wie de eerste
twee versies niet heeft gezien. En wie Het
Dagboek van een Gek wel eerder zag, kan
er vanuit gaan ook nu een uitstekende
voorstelling te zien, zonder meer.
Afgezien van de mislukte ceiloilageolet-
ten in het begin (maar die zijn dar. ook wel
beestachtig moeilijk, en dan ook zo open
geschreven), werd ook het tweede Sjosta-
kowitsj-trio weer meesterlijk gespeeld.
Zoals gewoonlijk bij Sjostakowitsj is ook
dit stuk weer een mengsel van genialiteit
en banale plekken. Het was nu eenmaal
Toch heeft de nieuwe voorstelling me
een beetje teleurgesteld, ook al heb ik Van
Ulsens afgewongen toneelspelen met ple
zierige aandacht zitten volgen. Neen, het
gaat meer om de manier waarop De Gek
nu weer gespeeld wordt. Het ambtenaar
tje dat we nu zien verschilt in wezen niet
veel van de twee vorige voorstellingen, ligt
daar wat karakterisering betreft zo’n bee
tje tussenin. Iets wezenlijk nieuws is er in
deze derde versie van Het Dagboek van
een Gek dus niet bereikt.
Zelden ook hoort men een musiceren
waar alles zo wordt uitgespeeld. Mis
schien dat het Andante ietwat langzaam
was (de componist schrijft er Con Moto
bij), maar het spel was hier dermate su
bliem (de laatste variatie was onvergete-
het voorwerp van zijn liefde te weten te
komen. Dat hij dan nog niet helemaal van
realisteitszin beroofd is, laat hij weten
wanneer hij ons meedeelt hoe hij van het
dier te weten kwam op welk een laatdun
kende manier de meesteres over hem
spreekt.
Gogol beschrijft het proces van het af
glijden naar totale krankzinnigheid knap
en geloofwaardig en het spel van Henk
van Ulsen draagt er zowaar toch toe bij
dat je de beelden die de gek oproept
steeds helderder voor je gaat zien. Vooral
z’n aankomst en verblijf in de psychiatri
sche inrichting leveren prachtige momen
ten op. De gek waant zich dan köning van
Spanje, hoewel het toch door z’n kop
maalt dat er iets niet in orde is. Een
toneelvondst is dan dat het plastiek dat in
deze voorstelling lang niet altijd met zin
gebruikt wordt, als het ware verglijdt van
koningstroon naar kinderstoel. Het vormt
De grotere rollen hebben in de serie
duidelijk het voordeel dat je ze sneller
leert kennen, want deze opzet moet het
hebben van vaste gebaren en uitspraken,
die je gaat herkennen, ongeveer zoals dat
bij strips het geval is. Hardien is nu een
oude bekende, Axel (Jules Hamel) wordt
dat nu ook, hij ontwikkelt zich tot een
geniale hypochonder. Henk Rigters had al
een aardige vorm voor de tv-programma-
leider Wiebe, bestaande uit iets te extreme
woordkeus („Hardien, je bent de crème de
la crème”). Marjan Berk gaf een prima
AMSTERDAM. Het is nooit eenvou
dig voor drie gerenommeerde solisten om
samen een werkelijk homogeen pianotrio
te vormen. Ieder heeft zijn eigen vertrek
punt, gevormd door langdurige podium-
ervaring. Het trio Frankl-Pauk-Kirsh-
baum echter heeft aan deze opgave ruim
schoots voldaan. Als Trio hebben zij
trouwens ook al een tamelijk lange loop
baan achter de rug, daar zij al in 1972
hun eerste concert samen gaven. Sinds
dien behoren zij tot de meest gevraagde
ensembles. Daar komt dan nog bij, dat zij
alle drie magnifieke musici zijn, zodat er
dan wel weinig te wensen overblijft.
80 A a
Het karikaturale karakter van Loop
baan en Liefde zorgt ervoor dat het onder
werp vrolijk benaderd wordt. Een voor
beeld: Hardien, grande dame van de Ne
derlandse televisie geworden, past een
nieuwe creatie van de lesbische modeont
werpster Adrienne Malawi. Ze noemt
Adrienne „een mopperpot”, schrikt dan,
en zegt „sorry dat ik pot zei”. Misschien
ziet het er op papier niet zo grappig uit,
maar gebracht met de brutale onschuld
van Hardien is het dat wel. Van een Mary
Hartman, imitatie ontwikkelt Hardien (El
lis van den Brink) zich in dit tweede deel
tot iets heel eigens, een burgertrut, maar
goudeerlijk en met het hart op de tong. Ik
vermoed dat velen van ons, hoe progres
sief we ons ook voelen, denken wat Har
dien zegt, en dat maakt haar optreden des
te leuker.
een ontroerend slot van een voorstelling
die in z’n totaliteit nog moet groeien.
Henk van Ulsen heeft de regiesteun
ditmaal ingeruild voor meer accent op het
bewegen. Choreograaf Leon Koning
stond hem daarbij terzijde. In een sculp-
tuur-achtig bouwsel, waarachter vertikale
jalouzieën, laat Van Ulsen tekst en bewe
ging steun bij elkaar vinden. Soms lukt
dat perfect, vaak ook nog niet, maar ge-
Première: Chiaro-scuro bij Het Nationaal Ballet. Choreografie: Toer van
Schayk. Muziek: Carlo Gesualdo en Jan van Vlijmen. Reprises: The Four
Temperaments (George BalanchinePaul Hindemith) en Antwoord Gevend
(Rudi van Dantzig/Anton Webern).
Stadsschouwburg Amsterdam, 15 oktober 1980.
Naast de sterke lichtwisselingen en de
klassiek ogende aankleding, wat ook al
voorkomt in Van Schayks cyclus Pyrrhi-
sche dansen, valt vooral de verstilde sfeer
op. Daardoor veroorzaakt niet alleen het
lichtcontrast, maar ook het opvallend ge
bruik van rust op het toneel een dramati
sche uitwerking van een heel zuivere
vorm.
Meteen al in Brahms’ tweede Trio bleek
dat de balans tussen de instrumenten niet
de gebruikelijke schoonheidsfouten ver
toonde: een te sterke piano en een te
zachte cello. De cello was weldadig duide
lijk hoorbaar en de piano was aanvanke
lijk (later niet meer) zelfs wat aan de
zachte kant. Bij het unisonobegin van
viool en cello klonk dadelijk al die bloei
ende strijkerstoon die de hr avond zou
blijven opvallen;
uitbouw aan Misia, voormalig schaat-
strainster, nu journaliste bij Nieuws-Nu,
en door haar liefde voor Hardien aan de
pillen en de psychiater. Ingeborg Elzevier
maakte een schitterend modieus type van
de ontwerpster Adriënne Malawi.
ALMA POST
Peter Frankl, piano; Gyorgy Pauk,
viool; Ralph Kirshbaum, cello. Wer
ken van Brahms, Sjostakowitsj enD-
vorak. Amsterdam, Concertgebouw,
kleine zaal. 15 oktober 1980.
Concert: Archie Shepp Quartet. Be
zetting: Archie Shepp (sopraan- en
tenorsaxofoon), Michel Herr (piano),
Santy - Debriano (bas). John Betsch
(drums).
Tournee door Nederland met nog
concerten in Edam en HJC, Haarlem
(25/10) in kader Oktober Jazzmaand.
BIMhuis Amsterdam, 15 oktober
1980.
reisburo's
enmagot*
Het verhaal bevat nog steeds de worste
lingen van Hardien om de ideeën van haar
geniale verloofde, de mediafilosoof Axel,
aan de man te brengen. Tot haar ergernis
wordt ze er alleen zelf beroemder van, en
er komt nog een complicatie bij doordat
haar ex-trainster Misia ook al lesbisch
blijkt, en verliefd op Hardien. Aan het
eind treffen we Axel en Hardien aan in
Japan, bij een mediacongres, waar Axel
zal spreken, maar waar Hardien ongetwij
feld weer het middelpunt zal zijn. Zo’n
plotselinge overgang naar Japan is teke
nend voor de manier van schrijven in deze
serie: flitsende overgangen van de ene
plaats naar de andere, van hoogtepunt
naar hoogtepunt. De gebruikte taal is
voornamelijk die van het cliché, waarmee
ik niets afbrekends bedoel, want de schrij
vers passen die clichés bewonderens-
waardig knap toe.
3-
AMSTERDAM. Voor de derde maal heeft Henk van Ulsen Het dagboek van een
gek, een novelle van Nicolai Gogol ter hand genomen. Opnieuw heeft hij het
kantoorambtenaartje tot leven gebracht, dat wil zeggen laten zien hoe iemand
langzaam krankzinnig kan worden, wanneer hij klem raakt tussen de knelpunten van
zijn bestaan. Van Ulsen is nogal bezeten van Gogols schepping en dat is niet
verwonderlijk, want wat vooral opvalt bij zo’n nieuwe ontmoeting met De gek is het
virtuoze van de gebruikte taal. Van Ulsen heeft geput uit verscheidene vertalingen. Of
hij daaruit inderdaad het beste gekozen heeft, wil ik aannemen; de tekst klinkt
perfect.
lijk) dat dit bezwaar gauw vergeten was.
Een erg prettige bijkomstigheid was bo
vendien dat het Scherzo nu eens niet afge
jakkerd werd.
Een origineel programmapunt was ook
het daarna gespeelde vijfde Trio van Dvo
rak (het derde van de vier die bewaard
gebleven zijn) een werk, waarin de
componist zeer goed naar Brahms geluis
terd heeft. Maar dan zonder de gediscipli
neerde verwerking van de gegevens, die
deze altijd biedt. Want als echt Slavische
componist schuwt Dvorak niet een zekere
mate van wijdlopigheid, en eigenlijk te
recht daar deze zo helemaal in het beeld
past. Wat de uitvoering betreft, werd de
indruk, die de musici voor de pauze had
den gewekt, niet gewijzigd. Alle drie de
instrumenten klonken weer rijk en
bloeiend.
Als perfectionist en groot stimulator
van dat effect kan beschouwd worden de
Italiaanse schilder Michelangelo Cara
vaggio (niet te verwarren met de wereld
beroemde Michelangelo Buonarroti van
de Sixtijnse kapel). Enkele kanten van
Caravaggio’s vormgeving, waaronder met
name het licht-donker effect, hebben het
ballet Chiaro-scuro beïnvloed.
respiro m cosi gran aoiore (ternauwer
nood leef ick in soo diepe smarte) geeft
zeer kenmerkende bewegingen voor Van
Schayk. In langzaam, bijna vertraagd
tempo zien we vier danseressen en twee
dansers in een soort dramatische uit
eenzetting, met gestileerde gebaren waar
uit „schrik” en „verbazing” opgemaakt
kan worden. Vooral de geaccentueerde
handgebaren ten opzichte van ogen en
mond vallen daarbij op.
Henk van Ulsen in de nieuwe voorstelling van Dagboek van een gek
(Foto Carel van Hees)
Verstilde sfeer en dramatische werking In het slotbeeld van Toer van Schayks nieuwe ballet
Chiaro-scuro.
Shepp wordt ditmaal gesteund door een
ritmesectie waarmee hij vaker tot grote
hoogte is gegroeid. Ook nu dagen Debria
no met krachtig gepunt spel en een mooie
toonvorming en de sterk met intercepties
en roffelende figuren drummende Betsch
Shepp uit tot grote onderzoekingen. Pia
nist Herr laat het wat dat betreft afweten.
Behalve in Confirmation en een blues-
klassieker komt hij niet verder dan noten
maken. Shepp zelf ondergaat elke eis tot
een hogere mate van inzet als vanzelfspre
kend en houdt zich daar dan ook aan.
Ditmaal vond ik een enkele bijdrage op
sopraansax wederom gelijkmatiger van
uitdrukking dan zijn tenorwerk, hoewel
Shepp ook op sopraan irritant zijn pu
bliek op de proef kan stellen. Maar dat
wist u al.
3