SPEL ZATERDAGS 3ÜVOEGSEL nterMaashoek r» Schaken Dammen Bridge A I Sinterklaas in moeilijkheden Weleens ruzie Het meest met Erik Ruzie Een bloedlip Als ik kwaad ben Sinterklaas heeft een hulpje te kort Met de meisjes Sinterklaas en pepernotenmachine a> .a>’ a n 0- Sneeuw in november 7 N ]W4*o z N W-4* O z O o I H H RIKKIE Li Portisch Hübner (aan zet) ’t Spuigat Is een rubriek die wordt volgeschreven en -getekend door kinderen van ongeveer tien tot vijftien jaar. Iedere week worden Mn of twee onderwerpen behandeld, maar je kunt natuurlijk ook zómaar eens een verhaaltje, een gedicht of een tekening sturen, □enk er wel aan, dat tekeningen met zwarte Inkt of viltstift moeten Ik heb wel eens ruzie met de meisjes van school. Ik zal ze eens opnoemen: Leonie, Bianca, Natascha, Edith en Liselore. Dat zijn ze allemaal. O, ja, ik ben er nog één vergeten, dat is Sonja. Dat zijn er al heel wat he? Nou zo begon het: Ik schreeuwde in Bianca’s oren, maar dat was helemaal niet waar. je een grote zak kadootjes. Ik zeg tegen de pieten in Spanje dat ze nou al speelgoed moeten maken”. Sint en zijn pieten gingen naar een hotel toe om te overnachten. Toen Sint een kamer had, belde hij zijn pieten in Spanje op en vertelde het hele verhaal. De volgende morgen waren Pedro en Wim al weg om een uur of zes. Het duurde een hele tijd voordat ze terug waren, maar eindelijk.daar waren ze. De volgende avond deden ze de twee straten. Sint zei tegen zijn pieten: „Zo is het toch nog goed afgelopen”. GERI HOFSTEEN worden gemaakt, anders blijft er in de krent niets van over. Stuur je reectles naar 't Spuigat, Damiate Pers, Postbus 507,2003 PA Haarlem. alles was weer in orde. Ik had geen ruzie meer. ANGELIQUE van ZALEN Ik heb heel vaak ruzie met mijn broertjes. Erik is tien jaar en Arjan acht. Ik heb het meest ruzie met Erik. Met Arjan en op school heb ik bijna nooit ruzie. Met Erik heb ik meestal ruzie omdat hij dan keihard gaat drummen als ik bandjes aan het afdraaien ben. We vechten nooit (Tuurlijk niet, bijna iedere dag. maar ja). Ik maak het nooit goed, maar dan doet hij het. Ik praat dan gewoon niet tegen hem. Mijn vader en moeder hebben nooit ruzie, dus daar kan ik niets over vertellen. ANGELIQUE van TINTELEN Soms is er een jongen die wel eens wil vechten. En dan loopt hij tegen je aan. En dat neem je natuurlijk niet hè?Want als je naar huis wil dan wil je geen ruzie hè? Dan wil je rustig naar huis toe. DANNY KOELEMEIJER Ik lag heerlijk warm in mijn bed te slapen. Ik was nog zo erg moe en ik zat steeds te gapen. Mijn zus kwam rennend mijn kamer in en zat te fluiten. En riep met harde stem: „Astrid, kijk eens naar buiten”. Ik stapte uit mijn bed en keek uit het raam. Oh, hoera, ik zag alles buiten bedekt met sneeuw staan. ASTRID NIJMAN A B 9 V 86 cunnen zetten door 16-21! (zie diagram 2). Wit heeft nu niets aan de bijna doorbraak 33-29 12-18 31-27 21x32 29-24 19x30 39-33 30x39 43x34 28x30 37x10 omdat zwart dan na 9-14 en 8-13 uitstekend staat. Wat ech ter het belangrijkste is, is dat wit de zaak niet kan afbreken door 31-27 21x32 42-38? B 4 3 2 *9 54 B 9 2 H 94 met schijfwinst voor zwart) 4-10! (op 9-14 zou wit nog 38-32 kunnen spelen met na 27x38 43x23 22-27 31x22 17x30 35x24 14-19 42-38 19x30 29-23 18x29 33x35 20-24 alleen positienadeel voor wit door de „hangende schijf’ op 40) 18. 24-19 (na 35-30 wint zwart door 10-14 38-32 27x38 43x23 22-28! beter dan 22-27 33x22 na 23x32 de Haarlemmer zet met 18-23 en schijfwinst 17x19 met de dreiging 18-23, 20x29, 25x45) 13x24, 19. 29-23 28x19, 20. 38-32 (of 33-28 met beide dam en schijfwinst zwart) 27x29, 21. 34x3 (of 34x5, 9-14 5x30 25x45) 10-14 met goede kansen zwart 16. 15x24, 17. 29x20 11-16, 18. 20-15 13-19, 19. 34-29 18-23, 20. 29x18 12x23, 21. 40-34 7-12, 22. 33-29 1-7, 23. 29x18 12x23, 24. 38-32 27x38, 25. 42x33 7-12, 26. 47-42. Dit is het belangrijke moment, waarop Clerc in de partij afhaakte met 17-21, 22x11, 23-29. In plaats hiervan had hij, zoals Ton Sjj- brands aangaf, heel goed zijn aanval door Toen had ik ruzie en toen liep ik weg en begon te huilen. Toen kwam de meester en hij troostte me en Sinterklaas zat nog op zijn grote boot. En zei tegen een piet: „Ga jij maar naar de pepernotenmachine.” Wat later kwam de piet terug en zei: „Sint de pepernotenmachine is kapot, wat nou?” „Wat, kapot, de pepernotenmachine en we zitten zonder pepernoten.” „Haal onmiddellijk de reparatie- pieten”. Maar die konden er niets aan doen. Ze keken in alle hoeken en gaten of daar nog wat pepernoten lagen van vorig jaar. Opeens keek er een piet in het stopkontakt en wat zag hij? De stekker zat er niet in. Geen wonder dat de machine niet werkte. Hij riep de andere pieten en zei: „De stekker zat er niet in, daarom deed de pepernotenmachine het niet”. Ze maakten een heleboel pepernoten. En toen ze de haven binnen waren gekomen, was er een groot feest. En sindsdien hadden ze nooit meer vergeten de stekker in het stopkontakt te doen. TAMARA RIJNBEEK Ik had ruzie met Assendelft en toen trok die stomme Mesier me aan me poten. En ik had hem een bloedlip geslagen. Toen waren we kwaad en toen we naar huis gingen, waren we al weer vrienden. H 10 *76 A H V 8 6 3 873 85 10 8 2 754 A V 6 5 2 B 10 8 5 974 h5t 27. Kdl-c2 Tb8-f8, 28. a2-a3 Lb4-a5, 29. Lb3-a2 Kg8-h8, 30 b2-b4 La5-b6, 31. Kc2- b2 Dh5-g6. Dekt c6; zwart kan nergens meer penetreren. 32. Tcl-c3 h7-h5. Deze vrijpion is zwarts laatste kans. 33. Tel-cl Dg6-g2, 34. Tc3xc6 Tf8xf2. Een laatste poging; na 35. Lf2: Df2: dreigt behalve Dd2:+ ook Ld4:+ en e3. 35. Tcl-c2 Tf2-e2. Borik Deze 3e partij, met Clerc aan de witte stukken, verliep als volgt: 1. 33-29 18-22, 2. 31-26 13-18, 3. 39-33 9-13, 4. 44-39 16-21, 5. 32-28 19-23, 6. 28x19 14x23, 7. 35-30 21-27, 8. 50-44 10-14, 9. 40-35 20-25, 10. 37-31 5-10, 11. 41-37 3-9, 12. 46-41 14-19, 13. 30-24 19x30, 14. 35x24 23-28! 15. 44-40 10-14, 16. 24-20 (zie diagram 1). Deze ruil naar de kant is noodzakelijk, omdat wit anders vastloopt: 16. 40-35? 14-20, 17. 45-40 (na 38-32 27x38 43x23 volgt 22-27 31x22 17x30 35x24 18-23 29x18 20x38 42x33 12x23 Zwartje, de zwarte piet, stond op het dak te luisteren naar een liedje: Sinterklaas kapoentje, Gooi wat in mijn schoentje, Gooi wat in mijn laarsje, Dank u Sinterklaasje. „Dat kindje kan mooi zingen”, zei de Sint. „Vannacht doe ik wel iets in haar schoen”, zei piet. „Kijk uit piet, geen kunstjes op het dak doen”, zei Sint. Maar het was al te laat. Piet viel. „Weer een hulp te kort”, zei de Sint. Piet had een gebroken been. De Nederlandse Bridgebond, die dit jaar 50 jaar bestaat, heeft de viering van dit jubileum extra luister bijgezet via de organisatie van een „monster”-toernooi, dat op zondag 9 november in Den Haag werd gehouden. Aan dit toernooi, het grootste ooit in Nederland gespeeld, na men ruim 1000 paren deel, die zich via clubwedstrijden voor dit gebeuren had den geplaatst. Een dergelijke massale deelname is overigens geen record. In Frankrijk is ooit eens een toernooi gehou den met 1200 paren en voor wat Europa betreft spant Zweden de kroon, waar ja- ren geleden eens meer dan 1400 paren aan de tafels zaten. In Amerika tenslotte is Heel laat op de avond waren Sint en zijn pieten in Nederland aangekomen. Ze gingen meteen naar alle huizen toe om kadootjes door de schoorsteen te laten zakken. En net toen ze nog twee straten moesten doen, kwam er een heel harde wind. De zak met kadootjes werd uit piet zijn handen gerukt en de mijter van de Sint vloog met de zak de lucht in. Het leek net of de wind speelde met de zak en de mijter. Oei, oei, wat was de Sint bezorgd en zijn pieten trouwens ook. Wat moesten ze nu doen? Ze hadden immers geen kadootjes meer. Ze zouden weer helemaal naar Spanje moeten om kadootjes te halen. „Weet je wat?” zei de Sint tegen de pieten, „Pedro en Wim, jullie gaan morgenochtend vroeg met het vliegtuig naar Spanje en daar haal Hübner, die zich nog enkele zetten gele den in een troosteloze situatie had bevon den, doch zich staande wist te houden, staat nog steeds niet erg plezierig, gezien zijn verbrokkelde pionnenstructuur en het zwarte loperpaar. Maar Portisch weet geen raad meer met het bizarre stellings- probleem na 26. f5-f6! Om eventueel op f5 een onaangenaam schaak te geven. 26La8-d5. Beter Da2:, gevolgd door De6 met nog steeds voordeel voor zwart. 27. c3-c4! Ld5xc4, 28 Tgl-g4! Da4-ae 29. Tbl-b2 Lc4-e6, 30. Pd2-c4 Da3-h3. Meer weerstand bood 30Db2:t 31 Lg4:. Nu komt wit zowaar nog in het voordeel. 31. Pc4xe5+! d6xe5, 32. Tg4-d4t! De fraaie pointe; na ed4: 33. Dd4:+ wordt zwart op c7 matgezet. Vandaar 32. Le6-d5, 33. Td4xd5+ Kd7-e6, 34. Td5- c5 en wit, die het materiële evenwicht heeft hersteld, won dank zij de onveilige positie van de zwarte koning. Dat Hübner zich eerst recht uit hopeloze situaties weet te redden tegen iets minder sterke spelers, ligt voor de hand. Een illustratief voorbeeld was zijn partij in de eerste ronde van de Bundesliga (te verge lijken met onze hoofdklassecompetitie) aan bord 1 tussen SG Porz (Keulen) en SG Bochum. Bochums eerste-bordspeler Bo rik (rating 2390) kon de weelde niet dra gen, welke Robert (met wit) hem gunde door riskant en zwak openingsspel. Hoe onze held tenslotte van verloren stelling uit won illustreert de juistheid van het Duitse gezegde: „Der Meister kann alles spielen”. 1. e2-e4 e7-e5, 2. Pgl-f3 Pg8-f6, 3. Pf3xe5 d7-d6, 4. Pe5-f3 Pf6xe4, 5. d2-d4 Lf8-e7, 6. Lfl-d3 d6-d5, 7. 0-0 Pb8-c6, 8. Tfl-el Lc8- g4, 9. c2-c3 f7-f5, 10. Ddl-b3 Een dubieuze zet, reeds gespeeld in 1895 tus sen Lasker en Pillsbury. Het bezwaar is vooral dat wit een ernstige verzwakking op f3 aanvaardt. Veiliger 10. Pbd2. 10 Dd8-d6! Pillsbury speelde hier 0-0; de tekstzet provoceert het vervolg. 11. Db3xb7(?) Ta8-b8, 12. Db7-a6 Hier staat de dame niet alleen buitenspel, maar ook gevaarlijk. Zie de variant bij de 15e zet. 12Lg4xf3, 13. g2xf3 Dd6-g6t 14. Kgl-fl 0-0! Zie nu 15. fe4: fe4: 16. Lc2 Tf2:t 17. Kf2: Tf8+ 18. Ke3 Dh6+ 19. Ke2 Pd4:t benevens 20Da6: en zwart wint. 15. Ld3-c2 Le7-h4. Nog sterker vermoedelijk 15Tb6 16Dh5 met geweldige zwarte aanval. 16. Tel-e2 Tf8-f6, 17. f3xe4 Nu waagt Hübner het er op, maar zijn stelling blijft kritiek. 17f5xe4, 18. Lcl-e3 Pc6xd4. Weer die wending. 19. Da6xf6 Een damoffer, dat de situatie verder vertroebelt. Echter kwam o.i. ook 19. Da7: in aanmerking, b.v. 19Pc6, 20. Dc7: Dg4 met nog steeds aanval voor het stuk. 19. Dg6xf6, 20. C3xd4 Df6-f3. Volgens de commentator van de Schach- Echo, die de partij bijwoonde, was hier 20. c5! de laatste winstkans voor zwart. Na 21. dc5: volgt krachtig d4 en op 21. Td2 is Tb2: sterk. Zie nu hoe Hübner zich redt door een koningswandeling naar de da- mevleugel. 21. Kfl-el Lh4-e7, 22. Pbl-d2 Le7-b4, 23 Kel-dl! Df3-hl+, 24. Te2-el Dhlxh2, 25. Lc2-b3! c7-c6, 26. Tal-cl Dh2- Ik heb wel eens ruzie. Meestal heb ik ruzie met een meisje uit mijn klas. Die ruzies duren meestal lang. Ik heb ook vaak ruzie met mijn zus over iets heel onbenulligs. Dat duurt nooit zo lang. Laatst had mijn vriendin ruzie met een paar meisjes. Ik stond er ook bij en toen dachten ze dat ik ook ruzie met hen had. Maar dat ging ook wel weer over. NICOLE TABAK omdat zwart dan naar dam combineert door 12-18 38x27 22x42 33x24 23-28! (niet 42-47 omdat wit dan een schijf wint) 48x37 28-33 39x28 17-21 26x17 4-10 15x13 8x48 36- 31 48-39 en zwart wint. Als wit behalve 31- 27 met 26-21 een tweede schijf offert, voordat hij met 42-38 achter schijf 32 loopt is de damcombinatie naar 48 uiteindelijk een afruil, omdat de dam op 31 afgevan gen wordt. Na 31-27 21x32, 26-21 17x26, 42- 38 neemt zwart echter een winnende dam combinatie naar 46 door 22-27 33x31, 14- 20! 15x13 9x18 37x19 26x46 en het is ook uit. De combinatie naar 48 in de variant 31-27, 42-38 lijkt erg veel op een combina tie die een week voordat deze partij werd gespeeld op de subtoptraining door Rob Clerc werd behandeld, naar aanleiding van een partij F. Teer-G. Beerepoot in het De herkamp om de Nederlandse titel 1980 tussen Clerc en Van der Wal is door 3 remises in 3-3 geëindigd. In de eerste 2 partijen werd beide keren door de witspe- ler (eerst Clerc, daarna Van der Wal) op de 51e zet de winst gemist. In de derde partij was het Clerc die zijn voordeel net niet in winst kon omzetten. Al in het vroege mid denspel had hij, dankzij een combinatieve finesse, zijn fraaie aanvalsstand kunnen handhaven, met prachtige perspectieven. Hij overzag deze finesse echter, waarna, na de in de partij gespeelde ruil, in de opbouwfase Jannes van der Wal weer langzaam slechter kwam te staan, zodat Clerc na de tijdcontrole een zeer gunstig eindspel inging. Deze keer bleek winst echter niet mogelijk, waardoor een nieu we driekamp (waarschijnlijk pas na het WK in Mali, dat over een paar weken al begint) noodzakelijk is geworden. Eindigt ook deze driekamp onbeslist, dan wordt doorgespeeld tot de eerste winstpartij, of totdat besloten wordt de Nederlandse titel maar te delen. Het laatste kritieke moment. Le3 staat aangevallen en heeft geen goed veld. Maar 36. Pd2xe4! Te2xc2+ Of 36De4: 37. Te2: Ld4:t 38. Ld4: en wit houdt genoeg over; of 36de4: 37. Tc8+ Kh7, 38. Lg8+ Kg6 (Kh8. 39. Lc4? slaan op e2). 39. Tc6+ Kf5, 40. Le6t 41. Lh3+ met damewinst. 37. Tc6xc2 Dg2-g4. En niet De4: 38. Tc8+ Kh7, 39. Lbl enz. 38. La2xd5 Eindelijk zijn alle stukken van wit geactiveerd en staat hij gewonnen. 38. h5-h4, 39. Tc2- f2 h4-h3, 40. Tf2-f8+ Kh8-h7, 41. Ld5-g8+ Kh7-g6, 42. Lg8-f7+ en 1-0, want 42. Kh7, 43. Pg5+ 44. Th8 mat of 42Kf5. 43. Lh5t met damewinst. Een spectaculaire koffiehuispartij. Maar zulke fratsen zal Robert zich tegen de grote Victor toch niet kunnen veroor- Joven! E. SPANJAARD Als ik op de speelplaats ben, speel ik altijd papegaaitje met Ingrid. Ingrid en Eveline en Hélène en ik. En dan pakt Eveline ons. En als wij dan lekker rennen dan komen Paulo, Michiel en soms Jeroen en Esther. Dan gaan ze altijd pesten. Dan pesten wij niet terug (soms wel), maar gaan we het zeggen. MANON de WAARD iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim ste eindspelcompositie in een praktische partij, welke de eerste 100 jaar niet verge ten zal worden. Spectaculair was ook de volgende fase uit het negende treffen. alles nog weer groter; in Chicago vorig jaar traden bijna 10.000 paren aan en dat was zo ongeveer een stadion vol. Hoe dan ook, 1000 paren betekende een met bridgers afgeladen Congresgebouw en wie de enthousiaste reacties van de deelnemers hoorde, realiseerde zich weer eens hoe populair bridge in Nederland toch eigenlijk wel is. De enige kritiek betrof die vervelende „computerspellen”, maar dat was bepaald niet terecht, want het aantal bizarre verdelingen was zeker niet abnormaal groot. En degeen die kri tiek had op het volgende spel zou beter de hand diep in eigen boezem hebben kun nen steken. H 8 6 5 2 A 4 V 2 H V 5 3 West gever, niemand kwetsbaar. Aan één der tafels opende noord 1 Ru, zuid 1 Sch; noord 3 Sch en zuid kort maar krach tig 6 Sch. West startte met harten voor noords heer, gevolgd door een kleine troef via de heer voor het aas. Harten terug was voor het aas en zuid volgde nu de goede, maar verliezende, speelwijze van een klei ne schoppen naar de vrouw. „Tegen mij werd die 6 Sch gemaakt”, merkte genoem de meneer west wat zuur op. „Ik had de pech dat zuid tegen mij op Sch B sneed" „Toch volgende keer uw kaarten maar een beetje beter voor u houden”, was vervolgens het advies, maar daar bleek de schoen niet te wringen. Meneer west bleek te hebben gedoubleerd en dat is natuur lijk om moeilijkheden vragen. Wie het onderste uit de kan T. SCHIPPERHEYN V 10 4 3 H A H 9 7 6 3 A 2 7 B 10 9 7 5 3 2 4 B 10 6 A V 9 7 6 A H V B 3 10 B 10 Zuid opende 1 SA, omdat hij 17 punten had, maar aan de belangrijkste eis van een SA-opening, een regelmatige verde ling, werd uiteraard niet voldaan. De straf volgde op de zonde. Noord verhoogde, overigens ook niet terecht, tot 3 SA en west had er vanzelfsprekend weinig moei-, te mee om zes ruitenslagen op tafel te leggen. Een beter biedverloop is: 1 Ha-1 SA; 2 Sch (reverse)-3 KI; 3 Sch (toont tenminste 5 kaart schoppen en harten)-4 Ha. Ook met de west van het volgende spel hoefde men eigenlijk geen medelijden te hebben. Noordhollands kampioenschap 1978. Daarin zou vanuit de stand van het 3e diagram, als zwart 13-19 had gespeeld, de volgende combinatie kunnen volgen: 37- 32 28x37, 41x21 16x27, 33-28? 22x42, 31x24 23-28!, 48x37 28-33, 39x28 17-22, 28x17 12x21, 26x17 4-10, 15x13 8x50 (met na 17-12 en 43-39 betere stand voor zwart). Nu 16-21 goed kan, komt zwart altijd tot de zet 21-27, waarna het wit nog zeer moeilijk zal worden de krachtige zwarte aanval te weerstaan. In de partij speelde Rob helaas 2617-21, 27. 26x17 22x11, 28. 33x22 23-29, 29. 34x23 19x17, waarna hij door een betere opbouwfase wel goede kansen kreeg, maar toch niet meer tot winst kwam. FRANK TEER Op zaterdag 20 december zal te Merano in Italiaans Tirol de finaletweekamp Hüb- ner-Kortsnoi beginnen om de uitdager van wereldkampioen Karpov aan te wijzen. Of dat doorgaat is momenteel nog niet zeker, want Hübner heeft bezwaar ge maakt tegen de begindatum pal voor de feestdagen en 2 januari 1981 als startpunt voorgesteld. Maar Olafsson, de IJslandse president van de FIDE, heeft deze sugges tie afgewezen. „Er is een bepaald tijdsche ma voor de kandidatenwedstrijden en de heren zijn al zö laat, dat een verder uitstel in strijd zou komen met de regelementen”, zei hij ons. Wie het zal winnen, is een vraag, van veel belang voor de naaste toekomst van ons schaakwereldje. „Hübner”, wedt Lex Jongsma, maar hij is graag tegen de draad om de mensen uit hun tent te lok ken. „Kortsnoi”, zeggen de meeste insi ders, „omdat hij absoluut wil winnen en dat geeft de doorslag”. „Een open strijd”, oordeelt Jan Timman, die het beter kan weten dan wie ook in ons land. Wat is eigenlijk de kracht van Robert Hübner, tot voor kort een amateur met een zwaar wetenschappelijk vak en een reeks andere hobby’s dan schaken? Ons antwoord: o.m. een haast mysterieus ver mogen om in slechte stellingen een con frontatie uit te stellen en dan zo lang te wroeten, totdat zijn tegenstander de draad kwijt raakt. Jan Timman nam in het jongste Schaak-Bulletin een aantal fragmenten onder de loep van Roberts match tegen Portisch. Niet minder dan driemaal kwam de tovenaar uit Keulen met wit zo goed als verloren uit de opening. Het frappantste staaltje was wel het slot van de elfde partij, dat wij reeds bespra ken in onze rubriek van 20 september. De partij werd afgebroken na de 42e zet van zwart. Portisch vertelde achteraf te Til burg dat hij voor de hervatting zijn secon danten met klem had gevraagd: „Moet ik hier mijn beste pion weggeven?” Het ant woord luidde: „Ja, want het wint”. Maar Hübner had ontdekt dat hij door een wonderlijke constellatie met een toren minder remise kon afdwingen. Je rein- n Sinterklaas-kleuterhoek Wat heeft Sinterklaas het druk. Zwarte Piet helpt hem goed. Ze komen ook bij jou! Hij brengt je vast iets moois. Als je je schoen zet, geef je de Sint een mooie plaat. Dat vindt de Sim erg hef. Doe deze plaat maar in je schoei!. Kleur hem wel eerst mooi. Dan vindt de Sint het nog fijnerJ Wie weet, wat je dan krijgt! I- t iaf i SANDRA ROOS

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 29