SPEL
ZATERDAGS 3ÜVOEGSEL
nterMaashoek
r»
Schaken
Dammen
Bridge
A
I
Sinterklaas in moeilijkheden
Weleens ruzie
Het meest met Erik
Ruzie
Een bloedlip
Als ik kwaad ben
Sinterklaas heeft
een hulpje te kort
Met de
meisjes
Sinterklaas en
pepernotenmachine
a>
.a>’
a
n
0-
Sneeuw in november
7
N
]W4*o
z
N
W-4* O
z
O
o
I H
H
RIKKIE
Li
Portisch
Hübner (aan zet)
’t Spuigat Is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien jaar. Iedere week worden
Mn of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen,
□enk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte Inkt of viltstift moeten
Ik heb wel eens ruzie
met de meisjes van
school.
Ik zal ze eens
opnoemen: Leonie,
Bianca, Natascha,
Edith en Liselore.
Dat zijn ze allemaal.
O, ja, ik ben er nog één
vergeten, dat is Sonja.
Dat zijn er al heel wat
he?
Nou zo begon het: Ik
schreeuwde in
Bianca’s oren, maar
dat was helemaal niet
waar.
je een grote zak kadootjes. Ik zeg
tegen de pieten in Spanje dat ze nou
al speelgoed moeten maken”.
Sint en zijn pieten gingen naar een
hotel toe om te overnachten.
Toen Sint een kamer had, belde hij
zijn pieten in Spanje op en vertelde
het hele verhaal.
De volgende morgen waren Pedro
en Wim al weg om een uur of zes.
Het duurde een hele tijd voordat ze
terug waren, maar
eindelijk.daar waren ze.
De volgende avond deden ze de
twee straten.
Sint zei tegen zijn pieten: „Zo is het
toch nog goed afgelopen”.
GERI HOFSTEEN
worden gemaakt, anders blijft er in
de krent niets van over. Stuur je
reectles naar 't Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507,2003 PA
Haarlem.
alles was weer in orde.
Ik had geen ruzie meer.
ANGELIQUE van
ZALEN
Ik heb heel vaak ruzie met mijn
broertjes.
Erik is tien jaar en Arjan acht.
Ik heb het meest ruzie met Erik.
Met Arjan en op school heb ik bijna
nooit ruzie.
Met Erik heb ik meestal ruzie
omdat hij dan keihard gaat
drummen als ik bandjes aan het
afdraaien ben.
We vechten nooit (Tuurlijk niet,
bijna iedere dag. maar ja).
Ik maak het nooit goed, maar dan
doet hij het.
Ik praat dan gewoon niet tegen
hem.
Mijn vader en moeder hebben nooit
ruzie, dus daar kan ik niets over
vertellen.
ANGELIQUE van TINTELEN
Soms is er een jongen die wel eens
wil vechten.
En dan loopt hij tegen je aan.
En dat neem je natuurlijk niet
hè?Want als je naar huis wil dan wil
je geen ruzie hè?
Dan wil je rustig naar huis toe.
DANNY KOELEMEIJER
Ik lag heerlijk warm in mijn bed te
slapen.
Ik was nog zo erg moe en ik zat
steeds te gapen.
Mijn zus kwam rennend mijn
kamer in en zat te fluiten.
En riep met harde stem: „Astrid,
kijk eens naar buiten”.
Ik stapte uit mijn bed en keek uit
het raam.
Oh, hoera, ik zag alles buiten
bedekt met sneeuw staan.
ASTRID NIJMAN
A B 9
V 86
cunnen zetten door 16-21! (zie diagram 2).
Wit heeft nu niets aan de bijna doorbraak
33-29 12-18 31-27 21x32 29-24 19x30 39-33
30x39 43x34 28x30 37x10 omdat zwart dan
na 9-14 en 8-13 uitstekend staat. Wat ech
ter het belangrijkste is, is dat wit de zaak
niet kan afbreken door 31-27 21x32 42-38?
B 4 3 2
*9 54
B 9 2
H 94
met schijfwinst voor zwart) 4-10! (op 9-14
zou wit nog 38-32 kunnen spelen met na
27x38 43x23 22-27 31x22 17x30 35x24 14-19
42-38 19x30 29-23 18x29 33x35 20-24 alleen
positienadeel voor wit door de „hangende
schijf’ op 40) 18. 24-19 (na 35-30 wint zwart
door 10-14 38-32 27x38 43x23 22-28!
beter dan 22-27 33x22 na 23x32 de
Haarlemmer zet met 18-23 en schijfwinst
17x19 met de dreiging 18-23, 20x29,
25x45) 13x24, 19. 29-23 28x19, 20. 38-32 (of
33-28 met beide dam en schijfwinst zwart)
27x29, 21. 34x3 (of 34x5, 9-14 5x30 25x45)
10-14 met goede kansen zwart
16. 15x24, 17. 29x20 11-16, 18. 20-15
13-19, 19. 34-29 18-23, 20. 29x18 12x23, 21.
40-34 7-12, 22. 33-29 1-7, 23. 29x18 12x23, 24.
38-32 27x38, 25. 42x33 7-12, 26. 47-42. Dit is
het belangrijke moment, waarop Clerc in
de partij afhaakte met 17-21, 22x11, 23-29.
In plaats hiervan had hij, zoals Ton Sjj-
brands aangaf, heel goed zijn aanval door
Toen had ik ruzie en
toen liep ik weg en
begon te huilen.
Toen kwam de meester
en hij troostte me en
Sinterklaas zat nog op zijn grote
boot.
En zei tegen een piet: „Ga jij maar
naar de pepernotenmachine.”
Wat later kwam de piet terug en zei:
„Sint de pepernotenmachine is
kapot, wat nou?”
„Wat, kapot, de pepernotenmachine
en we zitten zonder pepernoten.”
„Haal onmiddellijk de reparatie-
pieten”.
Maar die konden er niets aan doen.
Ze keken in alle hoeken en gaten of
daar nog wat pepernoten lagen van
vorig jaar.
Opeens keek er een piet in het
stopkontakt en wat zag hij?
De stekker zat er niet in.
Geen wonder dat de machine niet
werkte.
Hij riep de andere pieten en zei:
„De stekker zat er niet in, daarom
deed de pepernotenmachine het
niet”.
Ze maakten een heleboel
pepernoten.
En toen ze de haven binnen waren
gekomen, was er een groot feest.
En sindsdien hadden ze nooit meer
vergeten de stekker in het
stopkontakt te doen.
TAMARA RIJNBEEK
Ik had ruzie met Assendelft en toen
trok die stomme Mesier me aan me
poten.
En ik had hem een bloedlip
geslagen.
Toen waren we kwaad en toen we
naar huis gingen, waren we al weer
vrienden.
H 10
*76
A H V 8 6 3
873
85
10 8 2
754
A V 6 5 2
B 10 8 5
974
h5t 27. Kdl-c2 Tb8-f8, 28. a2-a3 Lb4-a5, 29.
Lb3-a2 Kg8-h8, 30 b2-b4 La5-b6, 31. Kc2-
b2 Dh5-g6. Dekt c6; zwart kan nergens
meer penetreren. 32. Tcl-c3 h7-h5. Deze
vrijpion is zwarts laatste kans. 33. Tel-cl
Dg6-g2, 34. Tc3xc6 Tf8xf2. Een laatste
poging; na 35. Lf2: Df2: dreigt behalve
Dd2:+ ook Ld4:+ en e3. 35. Tcl-c2 Tf2-e2.
Borik
Deze 3e partij, met Clerc aan de witte
stukken, verliep als volgt:
1. 33-29 18-22, 2. 31-26 13-18, 3. 39-33 9-13,
4. 44-39 16-21, 5. 32-28 19-23, 6. 28x19 14x23,
7. 35-30 21-27, 8. 50-44 10-14, 9. 40-35 20-25,
10. 37-31 5-10, 11. 41-37 3-9, 12. 46-41 14-19,
13. 30-24 19x30, 14. 35x24 23-28! 15. 44-40
10-14, 16. 24-20 (zie diagram 1). Deze ruil
naar de kant is noodzakelijk, omdat wit
anders vastloopt: 16. 40-35? 14-20, 17. 45-40
(na 38-32 27x38 43x23 volgt 22-27 31x22
17x30 35x24 18-23 29x18 20x38 42x33 12x23
Zwartje, de zwarte piet, stond op
het dak te luisteren naar een liedje:
Sinterklaas kapoentje, Gooi wat in
mijn schoentje, Gooi wat in mijn
laarsje, Dank u Sinterklaasje.
„Dat kindje kan mooi zingen”, zei
de Sint.
„Vannacht doe ik wel iets in haar
schoen”, zei piet.
„Kijk uit piet, geen kunstjes op het
dak doen”, zei Sint.
Maar het was al te laat.
Piet viel.
„Weer een hulp te kort”, zei de Sint.
Piet had een gebroken been.
De Nederlandse Bridgebond, die dit
jaar 50 jaar bestaat, heeft de viering van
dit jubileum extra luister bijgezet via de
organisatie van een „monster”-toernooi,
dat op zondag 9 november in Den Haag
werd gehouden. Aan dit toernooi, het
grootste ooit in Nederland gespeeld, na
men ruim 1000 paren deel, die zich via
clubwedstrijden voor dit gebeuren had
den geplaatst. Een dergelijke massale
deelname is overigens geen record. In
Frankrijk is ooit eens een toernooi gehou
den met 1200 paren en voor wat Europa
betreft spant Zweden de kroon, waar ja-
ren geleden eens meer dan 1400 paren aan
de tafels zaten. In Amerika tenslotte is
Heel laat op de avond waren Sint en
zijn pieten in Nederland
aangekomen.
Ze gingen meteen naar alle huizen
toe om kadootjes door de
schoorsteen te laten zakken.
En net toen ze nog twee straten
moesten doen, kwam er een heel
harde wind.
De zak met kadootjes werd uit piet
zijn handen gerukt en de mijter van
de Sint vloog met de zak de lucht in.
Het leek net of de wind speelde met
de zak en de mijter.
Oei, oei, wat was de Sint bezorgd en
zijn pieten trouwens ook.
Wat moesten ze nu doen?
Ze hadden immers geen kadootjes
meer.
Ze zouden weer helemaal naar
Spanje moeten om kadootjes te
halen.
„Weet je wat?” zei de Sint tegen de
pieten, „Pedro en Wim, jullie gaan
morgenochtend vroeg met het
vliegtuig naar Spanje en daar haal
Hübner, die zich nog enkele zetten gele
den in een troosteloze situatie had bevon
den, doch zich staande wist te houden,
staat nog steeds niet erg plezierig, gezien
zijn verbrokkelde pionnenstructuur en
het zwarte loperpaar. Maar Portisch weet
geen raad meer met het bizarre stellings-
probleem na 26. f5-f6! Om eventueel
op f5 een onaangenaam schaak te geven.
26La8-d5. Beter Da2:, gevolgd door
De6 met nog steeds voordeel voor zwart.
27. c3-c4! Ld5xc4, 28 Tgl-g4! Da4-ae 29.
Tbl-b2 Lc4-e6, 30. Pd2-c4 Da3-h3. Meer
weerstand bood 30Db2:t 31
Lg4:. Nu komt wit zowaar nog in het
voordeel. 31. Pc4xe5+! d6xe5, 32. Tg4-d4t!
De fraaie pointe; na ed4: 33. Dd4:+
wordt zwart op c7 matgezet. Vandaar 32.
Le6-d5, 33. Td4xd5+ Kd7-e6, 34. Td5-
c5 en wit, die het materiële evenwicht
heeft hersteld, won dank zij de onveilige
positie van de zwarte koning.
Dat Hübner zich eerst recht uit hopeloze
situaties weet te redden tegen iets minder
sterke spelers, ligt voor de hand. Een
illustratief voorbeeld was zijn partij in de
eerste ronde van de Bundesliga (te verge
lijken met onze hoofdklassecompetitie)
aan bord 1 tussen SG Porz (Keulen) en SG
Bochum. Bochums eerste-bordspeler Bo
rik (rating 2390) kon de weelde niet dra
gen, welke Robert (met wit) hem gunde
door riskant en zwak openingsspel. Hoe
onze held tenslotte van verloren stelling
uit won illustreert de juistheid van het
Duitse gezegde: „Der Meister kann alles
spielen”.
1. e2-e4 e7-e5, 2. Pgl-f3 Pg8-f6, 3. Pf3xe5
d7-d6, 4. Pe5-f3 Pf6xe4, 5. d2-d4 Lf8-e7, 6.
Lfl-d3 d6-d5, 7. 0-0 Pb8-c6, 8. Tfl-el Lc8-
g4, 9. c2-c3 f7-f5, 10. Ddl-b3 Een
dubieuze zet, reeds gespeeld in 1895 tus
sen Lasker en Pillsbury. Het bezwaar is
vooral dat wit een ernstige verzwakking
op f3 aanvaardt. Veiliger 10. Pbd2. 10
Dd8-d6! Pillsbury speelde hier 0-0; de
tekstzet provoceert het vervolg. 11.
Db3xb7(?) Ta8-b8, 12. Db7-a6 Hier
staat de dame niet alleen buitenspel, maar
ook gevaarlijk. Zie de variant bij de 15e
zet. 12Lg4xf3, 13. g2xf3 Dd6-g6t 14.
Kgl-fl 0-0! Zie nu 15. fe4: fe4: 16. Lc2 Tf2:t
17. Kf2: Tf8+ 18. Ke3 Dh6+ 19. Ke2 Pd4:t
benevens 20Da6: en zwart wint. 15.
Ld3-c2 Le7-h4. Nog sterker vermoedelijk
15Tb6 16Dh5 met geweldige
zwarte aanval. 16. Tel-e2 Tf8-f6, 17. f3xe4
Nu waagt Hübner het er op, maar zijn
stelling blijft kritiek. 17f5xe4, 18.
Lcl-e3 Pc6xd4. Weer die wending. 19.
Da6xf6 Een damoffer, dat de situatie
verder vertroebelt. Echter kwam o.i. ook
19. Da7: in aanmerking, b.v. 19Pc6,
20. Dc7: Dg4 met nog steeds aanval voor
het stuk. 19. Dg6xf6, 20. C3xd4 Df6-f3.
Volgens de commentator van de Schach-
Echo, die de partij bijwoonde, was hier 20.
c5! de laatste winstkans voor zwart.
Na 21. dc5: volgt krachtig d4 en op 21. Td2
is Tb2: sterk. Zie nu hoe Hübner zich redt
door een koningswandeling naar de da-
mevleugel. 21. Kfl-el Lh4-e7, 22. Pbl-d2
Le7-b4, 23 Kel-dl! Df3-hl+, 24. Te2-el
Dhlxh2, 25. Lc2-b3! c7-c6, 26. Tal-cl Dh2-
Ik heb wel eens ruzie.
Meestal heb ik ruzie met een meisje
uit mijn klas.
Die ruzies duren meestal lang.
Ik heb ook vaak ruzie met mijn zus
over iets heel onbenulligs.
Dat duurt nooit zo lang.
Laatst had mijn vriendin ruzie met
een paar meisjes.
Ik stond er ook bij en toen dachten
ze dat ik ook ruzie met hen had.
Maar dat ging ook wel weer over.
NICOLE TABAK
omdat zwart dan naar dam combineert
door 12-18 38x27 22x42 33x24 23-28! (niet
42-47 omdat wit dan een schijf wint) 48x37
28-33 39x28 17-21 26x17 4-10 15x13 8x48 36-
31 48-39 en zwart wint. Als wit behalve 31-
27 met 26-21 een tweede schijf offert,
voordat hij met 42-38 achter schijf 32 loopt
is de damcombinatie naar 48 uiteindelijk
een afruil, omdat de dam op 31 afgevan
gen wordt. Na 31-27 21x32, 26-21 17x26, 42-
38 neemt zwart echter een winnende dam
combinatie naar 46 door 22-27 33x31, 14-
20! 15x13 9x18 37x19 26x46 en het is ook
uit. De combinatie naar 48 in de variant
31-27, 42-38 lijkt erg veel op een combina
tie die een week voordat deze partij werd
gespeeld op de subtoptraining door Rob
Clerc werd behandeld, naar aanleiding
van een partij F. Teer-G. Beerepoot in het
De herkamp om de Nederlandse titel
1980 tussen Clerc en Van der Wal is door 3
remises in 3-3 geëindigd. In de eerste 2
partijen werd beide keren door de witspe-
ler (eerst Clerc, daarna Van der Wal) op de
51e zet de winst gemist. In de derde partij
was het Clerc die zijn voordeel net niet in
winst kon omzetten. Al in het vroege mid
denspel had hij, dankzij een combinatieve
finesse, zijn fraaie aanvalsstand kunnen
handhaven, met prachtige perspectieven.
Hij overzag deze finesse echter, waarna,
na de in de partij gespeelde ruil, in de
opbouwfase Jannes van der Wal weer
langzaam slechter kwam te staan, zodat
Clerc na de tijdcontrole een zeer gunstig
eindspel inging. Deze keer bleek winst
echter niet mogelijk, waardoor een nieu
we driekamp (waarschijnlijk pas na het
WK in Mali, dat over een paar weken al
begint) noodzakelijk is geworden. Eindigt
ook deze driekamp onbeslist, dan wordt
doorgespeeld tot de eerste winstpartij, of
totdat besloten wordt de Nederlandse titel
maar te delen.
Het laatste kritieke moment. Le3 staat
aangevallen en heeft geen goed veld. Maar
36. Pd2xe4! Te2xc2+ Of 36De4: 37.
Te2: Ld4:t 38. Ld4: en wit houdt genoeg
over; of 36de4: 37. Tc8+ Kh7, 38. Lg8+
Kg6 (Kh8. 39. Lc4? slaan op e2). 39. Tc6+
Kf5, 40. Le6t 41. Lh3+ met damewinst.
37. Tc6xc2 Dg2-g4. En niet De4: 38. Tc8+
Kh7, 39. Lbl enz. 38. La2xd5 Eindelijk
zijn alle stukken van wit geactiveerd en
staat hij gewonnen. 38. h5-h4, 39. Tc2-
f2 h4-h3, 40. Tf2-f8+ Kh8-h7, 41. Ld5-g8+
Kh7-g6, 42. Lg8-f7+ en 1-0, want 42.
Kh7, 43. Pg5+ 44. Th8 mat of 42Kf5.
43. Lh5t met damewinst.
Een spectaculaire koffiehuispartij.
Maar zulke fratsen zal Robert zich tegen
de grote Victor toch niet kunnen veroor-
Joven! E. SPANJAARD
Als ik op de speelplaats ben, speel
ik altijd papegaaitje met Ingrid.
Ingrid en Eveline en Hélène en ik.
En dan pakt Eveline ons.
En als wij dan lekker rennen dan
komen Paulo, Michiel en soms
Jeroen en Esther.
Dan gaan ze altijd pesten.
Dan pesten wij niet terug (soms
wel), maar gaan we het zeggen.
MANON de WAARD
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim
ste eindspelcompositie in een praktische
partij, welke de eerste 100 jaar niet verge
ten zal worden.
Spectaculair was ook de volgende fase
uit het negende treffen.
alles nog weer groter; in Chicago vorig
jaar traden bijna 10.000 paren aan en dat
was zo ongeveer een stadion vol.
Hoe dan ook, 1000 paren betekende een
met bridgers afgeladen Congresgebouw
en wie de enthousiaste reacties van de
deelnemers hoorde, realiseerde zich weer
eens hoe populair bridge in Nederland
toch eigenlijk wel is. De enige kritiek
betrof die vervelende „computerspellen”,
maar dat was bepaald niet terecht, want
het aantal bizarre verdelingen was zeker
niet abnormaal groot. En degeen die kri
tiek had op het volgende spel zou beter de
hand diep in eigen boezem hebben kun
nen steken.
H 8 6 5 2
A 4
V 2
H V 5 3
West gever, niemand kwetsbaar. Aan
één der tafels opende noord 1 Ru, zuid 1
Sch; noord 3 Sch en zuid kort maar krach
tig 6 Sch. West startte met harten voor
noords heer, gevolgd door een kleine troef
via de heer voor het aas. Harten terug was
voor het aas en zuid volgde nu de goede,
maar verliezende, speelwijze van een klei
ne schoppen naar de vrouw. „Tegen mij
werd die 6 Sch gemaakt”, merkte genoem
de meneer west wat zuur op. „Ik had de
pech dat zuid tegen mij op Sch B sneed"
„Toch volgende keer uw kaarten maar
een beetje beter voor u houden”, was
vervolgens het advies, maar daar bleek de
schoen niet te wringen. Meneer west bleek
te hebben gedoubleerd en dat is natuur
lijk om moeilijkheden vragen. Wie het
onderste uit de kan
T. SCHIPPERHEYN
V 10 4 3
H
A H 9 7 6 3
A 2
7
B 10 9 7 5
3 2
4
B 10 6
A V 9 7 6
A H V B 3
10
B 10
Zuid opende 1 SA, omdat hij 17 punten
had, maar aan de belangrijkste eis van
een SA-opening, een regelmatige verde
ling, werd uiteraard niet voldaan. De straf
volgde op de zonde. Noord verhoogde,
overigens ook niet terecht, tot 3 SA en
west had er vanzelfsprekend weinig moei-,
te mee om zes ruitenslagen op tafel te
leggen. Een beter biedverloop is: 1 Ha-1
SA; 2 Sch (reverse)-3 KI; 3 Sch (toont
tenminste 5 kaart schoppen en harten)-4
Ha.
Ook met de west van het volgende spel
hoefde men eigenlijk geen medelijden te
hebben.
Noordhollands kampioenschap 1978.
Daarin zou vanuit de stand van het 3e
diagram, als zwart 13-19 had gespeeld, de
volgende combinatie kunnen volgen: 37-
32 28x37, 41x21 16x27, 33-28? 22x42, 31x24
23-28!, 48x37 28-33, 39x28 17-22, 28x17
12x21, 26x17 4-10, 15x13 8x50 (met na 17-12
en 43-39 betere stand voor zwart).
Nu 16-21 goed kan, komt zwart altijd tot
de zet 21-27, waarna het wit nog zeer
moeilijk zal worden de krachtige zwarte
aanval te weerstaan. In de partij speelde
Rob helaas 2617-21, 27. 26x17 22x11,
28. 33x22 23-29, 29. 34x23 19x17, waarna
hij door een betere opbouwfase wel goede
kansen kreeg, maar toch niet meer tot
winst kwam. FRANK TEER
Op zaterdag 20 december zal te Merano
in Italiaans Tirol de finaletweekamp Hüb-
ner-Kortsnoi beginnen om de uitdager
van wereldkampioen Karpov aan te
wijzen.
Of dat doorgaat is momenteel nog niet
zeker, want Hübner heeft bezwaar ge
maakt tegen de begindatum pal voor de
feestdagen en 2 januari 1981 als startpunt
voorgesteld. Maar Olafsson, de IJslandse
president van de FIDE, heeft deze sugges
tie afgewezen. „Er is een bepaald tijdsche
ma voor de kandidatenwedstrijden en de
heren zijn al zö laat, dat een verder uitstel
in strijd zou komen met de regelementen”,
zei hij ons.
Wie het zal winnen, is een vraag, van
veel belang voor de naaste toekomst van
ons schaakwereldje. „Hübner”, wedt Lex
Jongsma, maar hij is graag tegen de
draad om de mensen uit hun tent te lok
ken. „Kortsnoi”, zeggen de meeste insi
ders, „omdat hij absoluut wil winnen en
dat geeft de doorslag”. „Een open strijd”,
oordeelt Jan Timman, die het beter kan
weten dan wie ook in ons land.
Wat is eigenlijk de kracht van Robert
Hübner, tot voor kort een amateur met
een zwaar wetenschappelijk vak en een
reeks andere hobby’s dan schaken? Ons
antwoord: o.m. een haast mysterieus ver
mogen om in slechte stellingen een con
frontatie uit te stellen en dan zo lang te
wroeten, totdat zijn tegenstander de
draad kwijt raakt.
Jan Timman nam in het jongste
Schaak-Bulletin een aantal fragmenten
onder de loep van Roberts match tegen
Portisch. Niet minder dan driemaal kwam
de tovenaar uit Keulen met wit zo goed als
verloren uit de opening.
Het frappantste staaltje was wel het slot
van de elfde partij, dat wij reeds bespra
ken in onze rubriek van 20 september. De
partij werd afgebroken na de 42e zet van
zwart. Portisch vertelde achteraf te Til
burg dat hij voor de hervatting zijn secon
danten met klem had gevraagd: „Moet ik
hier mijn beste pion weggeven?” Het ant
woord luidde: „Ja, want het wint”. Maar
Hübner had ontdekt dat hij door een
wonderlijke constellatie met een toren
minder remise kon afdwingen. Je rein-
n
Sinterklaas-kleuterhoek
Wat heeft Sinterklaas het druk.
Zwarte Piet helpt hem goed.
Ze komen ook bij jou!
Hij brengt je vast iets moois.
Als je je schoen zet,
geef je de Sint
een mooie plaat.
Dat vindt de Sim erg hef.
Doe deze plaat maar in je schoei!.
Kleur hem wel eerst mooi.
Dan vindt de Sint het nog fijnerJ
Wie weet,
wat je dan krijgt!
I-
t
iaf
i
SANDRA ROOS