Gilbert George suggestief in hun uitwerking van mentale stemming I The Nits missen node Opmerkelijke zekerheid echte intensiteit bij danskunstenaars Orchestral Manoeuvres krachtiger dan vroeger John Lennon gecremeerd POSTCODE fawm weldoen. Van Gogh-vrienden streven behoud werkplaats na fl i w SBB te .3 ^DONDERDAG DECEMBER 1980 17 O <1 David Woodberry, Sarah Vogeler Frank Conversano Knappe techniek bij Nederlands kwartet Minimaal instrumentgebruik opvallend bij Britse band 1 1 KUNST pttpost Als we nu allemaal altijd de postcode bij ons eigen adres schrijven, dan maken we het mensen die tèrugschrijven heel makkelijk! JW 3 JA GiïOfi/WGEA/ EINDHOVEN. Om in de stijl van Gilbert Geor ge te blijven, verzon onder getekende deze net niet vol ledige limerick. Het was een impressie na afloop van de opening van de tentoonstel ling van het duo uit Londen, in het stedelijk Van Abbe- museum in Eindhoven. Het gerucht ging dat de beide heren er ook zouden zijn en inderdaad, op hun gemak en gekleed in het vanouds be kende grauwe kostuum stonden zij daar te praten met deze en gene, die dat aardig vond of die, zoals ik, om een handtekening kwam vragen in de catalogus. Het Van Abbe-museum sluit dit jaar af met een uitgebreide kijk op hun fotografische werken uit de jaren 1971- 1980 Bovendien vergezetl een dik boekwerk de exposi tie waarin alle foto’s, van hun optredens, poses, noti ties, ontboezemingen, tek sten, tekeningen, schilde rijen en opnieuw panelen met foto’s opgenomen wer den, het is een heerlijk bla derboek geworden waarin tevens een stevige tekst: Gil bert George and Modem Life de kunstenaars be spreekt. O J Het leven zelf als kunstvorm JAM ZUMBRINK Volgens de voorzitster van de vergade- 3 Sarah Vogeler en David Woodberry in Fish (Foto R. Fischer). David Woodberry, Sarah Vogeler Frank Conversano, New York: Leverage JOOST NIEMÖLLER (ADVERTENTIE) (Van onze kunstredactie) HAARLEM. Nadat gisteren in New York de crematie van John Lennon heeft plaatsgehad, heeft zijn vrouw Yoko Ono in een open brief laten weten hoe zij haar vijfjarig zoontje Sean op de hoogte heeft gebracht van het gebeurde. Ono heeft de stille wake om haar man te gedenken bepaald op zondag om 14 uur (20 uur Nederlandse tijd) voor de duur van tien minuten. Inmiddels blijven geschokte fans overal ter wereld op hartstochtelij ke wijze reageren en werd zelfs een eerste geval van zelfmoord gemeld. Een zestien jarig meisje uit Florida sloeg na het ver- De onlangs verschenen tweede elpee, Organisation, getuigt van een verande ring. Er bleek een nogal nadrukkelijk aanwezige drummer toegevoegd (Mal colm Holmes) en door vaak zwaardere klankkleuren had het geheel een ietwat somberder „toon” gekregen. Tegelijker tijd had de band aan speelsheid, en daar door aan creatieve spanning nogal wat ingeboet. Londen. Later heette dit The Sin ging Sculpture” (1970-1973). Dat zoiets enerzijds wel een beetje jam mer is, blijkt uit het verlies van hun char mante karakter dat met name de num- The Nits speelde natuurlijk vrijwel hun hele nieuwe elpee, en daarnaast wat van Tent, de vorige plaat. De groep vond een geïnteresseerd, maar nergens warm ont haal. En dat was precies, zoals je tegeno ver een groep als The Nits eigenlijk zou moeten staan. De deelnemers van het atelier begrijpen niet dat er op de plaats van de werkplaats in het museum een informatieafdeling over Vincent van Gogh moet komen. Daarvoor, is elders in het museum onbe nutte ruimte genoeg, zo werd op de bijeen komst gesteld. Het is een voorbeeld wat met zeer vee) anderen aangevuld zou kunnen worden. zijn allemaal bij de directie in de prullen mand beland”, aldus mej. Boissevain. nemen van de moord op Lennon dinsdag morgen uit wanhoop de hand aan zich zelf. stral Manoeuvres gisteravond gaf in Para diso. Het is een volwassen rockband ge worden. Niet alleen genoemde drummer speelde mee, maar ook een extra-synthesi- zerbespeler; Martin Cooper. Het was met name zanger/basgitarist Andy McCluskey die door krachtige zang en een zelfverze kerde performance de groep meer body meegaf dan hij vroeger bezat. Als eerste daad zal de nieuwe stichting morgen een zwijgende protestdemonstra tie ’s ochtends en ’s avonds voor het mu seum houden, bij de opening van de ten toonstelling Van Gogh en zijn tijdgenoten. Ook hun dagelijkse gedrag van kijken, wandelen langs de Thames-,' rusten, theedrinken, eten, slapen werd onderwerp van kunst. Hun inzet en doorzettingsvermogen was daarbij erg groot, dat moet ook wel als je het leven zelf als kunstvorm beschouwt. Expositie Gilbert George 1968 to 1980. Stedelijk Van Abbe Mu seum, Eindhoven. Tot 4 januari 1981. Daarna in Dusseldorf, Bern, Parijs en Londen. Catalogus 70. Neem nu zo’n nummer als Holiday on ice, van die laatste elpee. Het zit niet alleen ongehoord knap en afgewogen in elkaar, maar er blijkt ook een integer gebruik van een nieuw instrument als de synthesizer uit, terwijl drums op spannende wijze - zeer modem vervormd - ingevoegd wor den. Maar daartegenover staat dan weer een tekst die van afstandelijke lulligheid aan elkaar hangt; een anekdotische schets over flirt-achtige situaties tussen mannen en vrouwen tijdens skilessen in Zwitser land. Zoiets is verzonnen, niet beleefd en zeker niet doorleefd. Uit elke song van The Nits blijkt enerzijds een knappe instrumentbeheersing, een originele kijk op muziek en - live - een goede presentatie, maar van echte intensi teit is geen sprake. Om maar eens een vergelijking te trekken met een buiten landse groep: Devo maakt gebruik van dezelfde hoekige structurering van songs (waarbinnen veel interessante „gaatjes” kunnen vallen), maar daarbij wordt de uiterlik interessante vorm ook ingevuld door een inhoud die overeind blijft staan. mers van die eerste plaat in deze uitvoe ring krijgen. De milde humor van een vrijwel instrumentaal nummer als Dan cing bijvoorbeeld, krijgt nu bijna iets grimmigs. Anderzijds krijgt de groep door de nieuwe, bijna agressieve aanpak nu wel de ruggegraat, die aanvankelijk door soms wat al te grote vrijblijvendheid af wezig bleef. Waren de schilderijen en foto’s rond 1971 vaak nog opgewekt, fris, soms clownesk van vorm, zoals AMSTERDAM. Het laatste nummer wat The Nits gisteravond in Paradiso speelden was geen nummer van henzelf. Het was namelijk I saw her standing there, van... (goed geraden) de Beatles. Dat zoiets niet toevallig was, weet een ieder die gisteren het nieuws gevolgd heeft. Dat dit het enige nummer van de avond was, dat ook werkelijk vitaliteit uitstraalde, was eigenlijk een nogal pijnlijke gewaarwording. UTRECHT. Sarah Vogeler zit schrijlings op de schouder van David Woodberry wanneer ze langzaam binnenkomen voor Leverage. In deze choreografie demonstre ren ze met name gestileerde elementen uit de contactimprovisatie. Dat zal ook geen verwondering wekken. Samen met Steve Paxton is Woodberry afkomstig uit de originele groep die de contactimprovisatie ontwikkelde, de stijl waarbij het repete rende lichamelijke contact zowel leiddraad als inspiratiebron vormt voor een min of meer geïmproviseerde bewegingskunst. AMSTERDAM. Toen vorig jaar een niet al te hoge golf Engelse synthesizerbands door ons land spoelde, viel daarbij Orchestral Manoeuvres In The Dark door haar afwijkendheid op. De titelloze debuutelpee van dit duo karakteriseerde zich door een breekbaar, speels geluid, waarbij de sleutelthema’s varl de synthesizerbeweging (beklemmend nihilisme, doemdenkerij) afwezig waren. Niettegenstaande hun wat zwaarlijvige naam leverde Orchestral Manoeuvres lichtvoetige dansmuziek af, met af en toe ietwat melige grappigheidjes. Maar een land-gebonden afkomst verloochent zich nooit. Het is hier niet de ruimte om enigszins gedegen uit te leggen wat er nu allemaal goed en fout is aan het fenomeen Nederlandse bands. Maar één karaktertrek is er grofweg wel te schet sen: Men is hier heel goed op de hoogte van wat er aan ontwikkelngen binnen het popgebeuren gaande is, maar weet daar maar zeer weinig eigens tegenover te stel len. The Nits vormen wat dat betreft een schoolvoorbeeld. Laten we voorop stellen: The Nits is zeker geen slechte band. Zeker na hun laatste elpee New Flat (waarvan deze Pa- radiso-avond de presentatie vormde) is het zelfs een van onze meest interessante bands. De rug (van Woodberry) krijgt in Leve rage (Tilwerktuig) een belangrijke rol toe bedeeld. Als draagvlak voor danseres Vo geler in tal van staande, zittende en liggen de houdingen. Als contactvlak door rug gelings tegen elkaar te leunen, door er speels overheen te rollen of alleen maar door aanraken. Sarah Vogeler manifes teert zich buiten het dansgebied al tien jaar als dichtster en heeft zojuist ook haar debuut als actrice gemaakt. In haar solo Dutch Truths, een première op het dans- festival, combineert ze beide activiteiten met haar dansrol bij het uitbeelden van de thema’s waarheid en leugen. De verschij ningsvorm van Woodberry en Vogeler in hun werkstukken treft door een opmerke lijke zekerheid, wat bij veel Amerikaanse kunstenaars opvalt. Frank Conversano is daar evenzeer een opmerkelijk voorbeeld van. Vele minuten lang bespeelt hij het publiek met een suggestieve nep-striptea- se. Onder zijn eerste overall blijkt nog een tweede exemplaar te zitten. Veel opmer kelijker valt echter het tweede deel van zjjn solo uit. Verbaast Frank Conversano al door zijn opkomst (hij is waarschijnlijk de zwaarst gebouwde danser ter wereld), (Van onze kunstredactie) AMSTERDAM Met het doel de werk plaats in het Van Gogh-museutn te be houden is gisteravond tijdens een verga dering in Amsterdam de Stichting Vrien den Werkplaats Van Gogh opgericht. Zij wil voorkomen dat het atelier uit het museum verdwijnt, omdat dan de relatie met de kunstenaar Van Gogh wordt ver broken. De hoofddirectie van dit mu seum is van plan dit atelier volgend jaar op te heffen. Volgens de directie voldoet dit atelier niet meer aan het door het museum te voeren beleid. Het Engelse blad Daily Mail bracht gis teren een schokkende foto op de voorpagi na. De krant had de hand weten te leggen op een opname waaruit bleek dat Lennon zes uur voor de aanslag zijn handtekening voor zijn latere moordenaar zette. De man die Lennon heeft neergeschoten, Mark („Falling” en „Slippery glasses”). Soms nam de groepering van zwart-wit foto’s de meest vreemde vormen aan, maar het gevoel voor symmetrie heeft hen nooit echt ver laten bij latere composities. Zo maakte ik in Dusseldorf in 1974 kennis met een groep van zeven werkstukken op het thema Human bondage of menselijke slavernij. Ze hebben alle de structuur van een hakenkruis en waren duidelijk spe ciaal voor de West-Duitse culturele situatie uitgedacht (in galerie K. Fischer). Het werk Dark Shadow, nr. 4 in de verzameling van museum Boy mans geeft ook een beeld van „gloomy”, duistere situaties in zwart-wit, evenals de groep van zes werken die Art Project in Am sterdam toonde in november, 1977. Graffïtti-titels als „cunt”, commu nism, queer, pick, piss, bollocks zijn veelzeggend, het duo schijnt de Londense ellende op het lijf ge schreven omdat ze er middenin wo nen. Ze voelen zich deel van dit soort anonieme leven, het is onmo gelijk eraan te ontsnappen. Met de groep werken Cherry blossom, 1974 en Bloody Life uit 1975 deed dan ook de kleur rood zijn intrede in de panelen, maar steeds behoudt de rangschikking zijn regelmatige structuur en dat is tot op heden zo gebleven. Het gebruik van al dat rood over het zwart-wit van de foto mag dan wat overdadig overko- Concert: The Nits. Bezetting: Michiel Peters; zang, gitaar. Alex Roelofs; bas gitaar, toetsinstrumenten, zang. Henk Hofstede; zang, toetsinstrumenten. Rolf Kloet; drums, zang. Paradiso, Am sterdam. 9 december 1980. ring, Saskia Boissevain, is het waar dat de verhouding werkplaats-museum niet meer goed functioneert. Maar de fout ligt bij het museum, aldus mej. Boissevain. Zo heeft volgens haar de staf van het atelier het laatste jaar ontzettend veel initiatie ven genomen om tot een goede relatie met het museum te komen. „Die initiatieven (David Woodberry/Laurie Spiegel, 1978), I don’t know (Frank Conversano, 1974), Dutch Truths (Sarah Vogeler/M. Hanish, première), Nijinsky Suicide Health Club (David Woodberry/Larry Lewis, 1978). De Blauwe Zaal, Stadsschouwburg Utrecht, 9 december 1980. men, het mist zijn melodramatisch effect niet, evenmin het geel- en het groenfïlter wat bij menig nieuwe groepering toegepast zóu wórden, het roept een mentale stemming op. Het werk is niet zozeer vertellend, eerder suggestief in zijn uitwer king. Vanaf 1977 worden de details op de „photo-pieces” zoals ze nu heten, groter. Het vroegere, wat verbrok kelde beeld verdwijnt meer en meer, met uitzondering van de kleurige postcardsculptures, waar van zij ook talloze exemplaren ge maakt hebben en die de enige kleu renfotografie in de expositie zijn. Nieuwe thema’s, die aanvankelijk verstopt zaten in de teksten van hun prachtige boekje Dark Scha- dow van 1974, doen nog nadrukke lijker hun intrede: dood, oorlog, dwaas, schaamte, zelfs een geab straheerd portret (nou ja „portret”) van een perzische mullah. Een open slot is het werk „waiting” waarop zij zelf in gespreide beenstand en met de armen over elkaar breed het beeld in kijken. Ook dat mag erger nis opwekken dat zij zichzelf tien tallen malen in beeld en in scène hebben gezet. Dan moet u beden ken dat hun leven en werken een eenheid is geworden, zoals het deze ongetwijfeld romantische traditio nalisten past. Vanaf 1968 zagen zij met vasthoudendheid zich als le vende sculpturen. Daarbij is het medium fotografie in hun handen een machine geworden, die daar keer op keer, vooral in dit jaar, bewijs van levert, hoewel in een „bevroren” pose. Wie zijn dan wel Gilbert Geor ge? In het Nederlandse kunstwe- reldje raakten zij bekend door de introductie van Ger van Elk en Jan Dibbets die net als zij in 1968 werk ten in de Saint Martin’s School of Art in Londen. Vervolgens kregen zij, met schoorvoetende tolerantie van de directie, kans om op de hoofdtrap van het Stedelijk mu seum, Amsterdam, een vjjf(!) uur durende pose uit te voeren: a living sculpture. Dat was in november 1969 en dat was toen nog heel erg gek voor meningeen, men vreesde in het museum het ongewone, om dat het in die onrustige jaren schijnbaar allemaal voortkwam uit de gekke grillen van vrijgevochten kunstenaars. Maar dat was niet zo in het geval van Gilbert George. Natuurlijkerwijs waren zij bezig, in de vorm van levende sculpturen en anderszins, hun gevoelens kenbaar te maken en dit over te dragen, op hun overtuigende, persoonlijke ma nier, aan ieder die er kennis van wilde nemen. En omdat bleek, wat zij zelf ook wel beseffen, dat ze tamelijk slechte tekenaars en schil ders zijn, hebben zij hun realiteit op een andere manier naar hun hand gezet. Doorleefde momenten uit hun dagelijkse realiteit werden door hen als fotografische kunst gepresenteerd. Wat Gilbert en George in feite uitvoeren tijdens de opname van' de foto, is meestal geheel en al onbe- In het slotwerk Nijinsky Suicide Health Club vinden we veel kwaliteiten terug die al in de eerder getoonde onderdelen zijn opgevallen. Bovendien laat Woodberry een heel mooie demonstratie van bijna vliegen zien door met hoge sprongen even stil te blijven hangen. Vogeler daagt de mannen uit door te roepen „Vang me” en dan van een ballustrade te springen. Ze wórdt opgevangen. Conversano en Wood- berry vormen een schitterend koppel schijnvechters. Evenals in Conversano’s I don’t know draagt ook bij dit gestileerde vechtballet de belichting bij aan een bij zonder esthetische werking. JAN BAART. de souplesse die hij weet op te brengen en de schitterende kadans die hij weet te bewerkstelligen door uitsluitend met een touwknoopwerk rond te tollen is verbluf- fend. Steeds nieuwe variaties in de stand van de zes touwfragmenten roepen een fascinerend werking op binnen de maar rondtollende combinatie, waarbij Conver sano noch „dronken” noch moe lijkt te worden. Het is de meest fraaie solo, dit I don’t know, van het programma. Van dat speelse was helemaal weinig meer over tijdens het concert wat Orche- Juist de songs van Organisation kregen live een overtuigender versie mee. Dat bleek al meteen bij Stanlow, het openings nummer, dat door omsluitende heigelui- den en uitgekiende belichting een strakge trokken draagkracht bezat. Ook Motion and Heart en - het wel wat erg gemakke lijk in het gehoor liggende - The more I see you (van Chris Andrews) wonnen opmer kelijk aan power en zeggingskracht. Wat tenslotte bij Orchestral Manoeu vres als een constante blijft opvallen is het minimale instrumentsgebruik. Ondanks de veelal nu grotere klankvolheid, blijven basgitarist, drummer en synthesizerbe- spelers zich beperken tot een aangepaste herhaling van kleine toonreeksen. Het is dit minimal music-effect dat Orchestral Manoeuvres ontegenzeggelijk een eigen geluid blijft meegeven. JOOST NIEMÖLLER goed in de expositie te zien is, vanaf 1973 ontstonden er fotogroepen, af geleid van beelden uit Londen, die de miserabele kanten van het leven uitbeelden of die het thema drank en dronkenschap herhaaldelijk be speelden. Er ontstond een stort vloed van eerst losjes gerangschik te of clusters fotopanelen, later van min of meer symmetrisch streng geordende structuren van foto’s. Het thema drank of borrelen aan een bar werd rond 1972 bij voor keur uitgebeeld in tuimelende, scheve of onscherpe opnamen Fotowerken van Gilbert George in het Van Abbe Museum in Eindhoven duidend, maar wel belangrijk als houding, als uitdrukking van een bepaald karakter: zij hangen re laxed over een hek ergens in een weiland, ze zitten kalm in de venste ropening een sigaret te roken, ze staan op de stoep van hun huis met een tekenrol onder de arm op het punt naar een expositie te vertrek ken, ze kijken peinzend in de verte over de Thames enzovoort. Maar de meeste aandacht trokken dus hun „sculptures life”, zoals het optreden „Underneath the Arches” onder an dere in een schamele uithoek van David Chapman, wordt op last van de Amerikaanse justitie psychiatrisch onder zocht. Het Amerikaanse blad Playboy brengt vandaag vervroegd het januarinummer in de winkels omdat daar een zeventien pagi na’s tellend interview met John Lennon en Yoko Ono in staat afgedrukt, dat enke le weken geleden in New York werd afge- nomen. EMI, de platenmaatschappij die verreweg het meeste repertoire van Len non heeft uitgebracht, heeft inmiddels la ten weten geen speciale herdenkingsal- bums uit te brengen uit gevoelens van medeleven met de nabestaanden. In the Herberg’s room and at the bar you heard French, Italian, Ger man, Dutch from so far a pleasant chat, a nice talk... and off we walked into the cold back to Harlem just so old. Concert; Orchestral Manoeuvres in the Dark. Bezetting: Paul Hum phreys; synthesizers, zang. Andy McCluskey; basgitaar, zang. Martin Cooper; synthesizers, basgitaar, saxo foon. Malcolm Holmes; drums. Paradiso, Amsterdam, 10 december 1980. j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1980 | | pagina 17