u
i
Schaken
Dammen
Bridge
s
ra
SPEL
■ZATERDAGS BiJVOEGSEL
I
f
■M
w
SI
l
4
sa
7
k*
■■wl
De Kerstboom
7&4-o
z
Een brief
erk
/Wi
Ruzie
Altijd de schuld
De baard
Geen kadootjes
Het enge dier
■H
isi
Toch nog een paar Sinterklaasverhalen
Nooit meer op
het dak
26
o.
I
G
Éi
1.
h*
•o*
N
w-h o
z
N
w-4-* o
z
Sinterklaas en de
gezonken stoomboot
O
W
<sLj»L
■ü^^i
■B
Hl
I^^M
F^MM
I I
-
O
SACHA v.d. MEIJ
LAURA MARCUS
zijn
RENE HUYSMANS
Robbie
en
10
8 4
Bouwmeester
10
7
FRANK TEER
s.//.
't Spuigat is een rubriek die
wordt volgeschreven en -getekend
door kinderen van ongeveer tien
tot vijftien Jaar. Iedere week worden
één of twee onderwerpen
behandeld, maar je kunt natuurlijk
ook zómaar eens een verhaaltje,
een gedicht of een tekening sturen.
Denk er wel aan, dat tekeningen
met zwarte inkt of viltstift moeten
Ik hoop dat de kinde
ren wiens verhaal niet
is geplaatst niet erg te-
worden gemaakt, anders blijft er in
de krant niets van over. Stuur je
reacties naar 't Spuigat, Damiate
Pers, Postbus 507, 2003 PA
Haarlem.
Met 31Lf6: had zwart zich nog net
staande kunnen houden. Zie 32. Tfl Db2:
Dit is een jongen die veel knokt.
Hij lokt het zelf uit omdat hij zo
sterk is.
De vorige week zagen we eeh spel waar
in een expert een eenvoudige winstkans
over het hoofd zag. Deze keer laten we de
lezer een spel zien waarin de expert de
winnende speelwijze onmiddellijk zag in
een situatie waarin menig minder ervaren
kracht in de fout zou zijn gegaan:
West gever, allen kwetsbaar. Nadat west
had geopend met een zwakke twee in
harten, bereikten N-Z 5 Ru, te spelen door
zuid. West startte met Ha H, die hij mocht
houden, gevolgd door Ha V. Zuid nam en
stond nu voor een vervelende keus. Hij
zou kunnen proberen een harten te troe
ven met het aas (het was uiteraard duide
lijk dat oost geen harten meer had), maar
dat zou een verliesslag in troef kunnen
opleveren bij een eventueel 3-1 zitsel; sa
men met de verliesslag in klaveren goed
voor één down.
0 6 5 3
H 9 4
H B 3
*H VB
Zuid vond zonder lang nadenken de
goede oplossing. Hij speelde harten
speelde van tafel KI 5 bij! Hij troefde de
10 5
V B
H 4 2
10
V 2
5 4 3
8 5 4
6
nheden
gega-
interne
Vandaag wil ik eindigen met nog een
voorbeeld van het fenomenale combina-
tieve talent van de Malinees. In het derde
diagram sloeg hij als volgt toe (wie het
slachtoffer was weet ik niet meer): 16-21
27x16, 19-24 28x19 (30x19 23x14 en 25-30,
20x49 wint gemakkelijk), 6-11!16x9,
3x23 30x28, 8-12 34x23, 25-30 35x24, 20x49
met winnend eindspel.
A
0 A
A
A
Lieve Sinterklaas.
Ik heb u in Vogelenzang gezien op
uw witte paard en een boel pieten
dat ik zag!
We vonden hét zo langzaam, maar
ik zag u op het paard.
Ik heb in mijn schoen een Sinter
klaas gehad.
Ik vind het toch zonde om hem
open te maken.
En ik had hem opengemaakt en
opgegeten.
En een puzzel gehad en borduur
werk en een Charlie Chaplin.
INGRID BAKKER
33. Lf7:t!? KI7: 34. Dh7t Kf8, 35. Dh8+ Kf7
en als wit zich inlaat op 36. Da8: zal hij na
De2! 37. Db7:+ Kg6 remise door eeuwig
schaak niet kunnen vermijden, b.v. 38.
Tgl Df3t enz. Na de tekstzet triomfeert de
witte aanval. 32. De4-f5! Db3-e3. Dekt g5;
onvoldoende was ook 32Dd5:t 33.
Lf3 De6. 34. Dg5:+ Kf8, 35. Dg7t Ke8, 36.
Dg8t Kd7, 37. Lg4! 33. Tbl-fl Ta5-c5, 34.
Lh5xf7t! Kg8-£8 of Kf7: 35. De6t enz. 35.
Df5-g6 en zwart gaf het op.
E. SPANJAARD
hij na deze zet door een verrassende slag-
wending direct zou hebben verloren: na
21-27 volgt namelijk 17. 29-23!! 18x47, 18.
45-40 22x33, 19. 31x22 17x28, 20. 48-42
47x38, 21. 43x5 en zwart kan opgeven.
Ook Wiersma liet zich in deze match
combinatief niet onbetuigd. In de stand
van het tweede diagram kwam hij op
dam, nadat N’Diaye rneende met 27-22 een
onschuldige ruil te plegen. Er volgde ech
ter een fraaie afwikkeling door: 18x27, 26.
32x21 11-16, 27. 37-32 16x27, 28. 32x21 17-
22, 29. 21-16 22-28, 30. 33x22 15-20, 31. 24x4
2-7, 32. 4x18 12x45 en na een zet of 20 gaf
wit het op.
Beste Marijke, bij ons op school is nog al eens ruzie.
Wij moeten ze dan meestal uit elkaar halen.
We ïnoeten dat van de juf.
Want ik zit in de zesde klas van de Valkenburgschool.
Ik heb ook weleens ruzie met mijn broertje.
Want dan zit hij een beetje te schoppen en te treiteren.
En als ik hem dan een schop heb gegeven dan begint hij te janken.
Ep dan krijg ik de schuld.
Ik heb-vaak ruzie met mijn zusje.
Want dan zit ik aan mijn huiswerk en
dan moet mijn zusje mij weer pesten.
Maar soms zit ik haar ook te pesten.
Maar zij doet het het meest.
Elke dag krijg ik een klap voor mijn
kop en dan doe ik het terug, maar ik
krijg de schuld.
De oudste krijgt altijd de schuld.
ASTRID
0 H
H
5
B
0 6
H 9
geen
0 geen
0 9
V B
geen
0 geen
0 V
V geen
10 9
0 geen
V
L
Sosonko (aan zet)
cliënt
m dar
Sinterklaas was op weg naar Ne
derland.
Opeens kwam de hoofdpiet eraan
en zei: „Sinterklaas, de boot is lek”.
Sinterklaas riep: „Alle hens aan
dek”.
Alle zwarte pieten sprongen in
een reddingsboot en gingen het wa
ter op.
Zo kwam Sinterklaas in een sloep
aan land.
Het probleem van vorige week. Zuid
speelt 6 Ha, waartegen west start met KI
H. Zuid neemt, troeft een klaveren, speelt
harten naar de 10 en troeft nog een klave
ren. Na een ruiten voor de vrouw wordt
ook de laatste klaveren getroefd, gevolgd
door Ru A en een ingetroefde ruiten. Nu
volgen twee ronden schoppen waarna
oost aan slag wordt gebracht in deze situ
atie'
En bij de zwarte piet
ging het zwart eraf.
De Sint ging achter
zijn baard aan.
En de pieten gingen
vlug naar de boot om
nieuwe smink erop te
doen.
En toen het ’s avonds
0 geen
M A 4 3
0HV98762
0 A 9 2
0 A V B 8
V 9 2
B 10 4
0 V 10 7 3
0 9 8 7
V B 7 6 5 3 2
76
0 2
0 9 7 6 4 3 2
5
A3
0 H 6 5
0 V B
8
10 9
0 10 9
7^-
van de 21 te spelen partijen nog slechts 6 schijf 21 om 21-27 te spelen, tot hij zag dat
achter de rug, maar heeft Gantwarg al een
niet te versmaden voorsprong van 4 pun
ten op zijn concurrent Wiersma veroverd.
De Malinees N’Diaye doet het (in eigen
land) verrassend goed, en heeft bijvoor
beeld in de eerste speelweek al drie tegen
standers verslagen, die voor Wiersma te
grote obstakels bleken te zijn (Bastiaan-
net, Verpoest en de Braziliaan Marcos).
De zwakke prestaties van Wiersma in
deze eerste week voorspellen weinig
goeds, maar hij heeft wel meer veel goed
gemaakt na een slechte toernooistart en is
als een van de weinigen in staat om van
een aantal collega-grootmeesters te win
nen (in het toernooi om de wereldtitel in
1976 in Amsterdam, bijvoorbeeld, ver
sloeg Wiersma al zijn naaste concurren
ten, te weten Koeperman, Clerc, Gant-
L 'SöfeG - - i
Al is Sinterklaas al
weer naar Spanje ver
trokken, deze week
toch nog een paar ver
halen in 't Spuigat.
leurgesteld zijn, maar
ik zou zeggen stuur
binnenkort nog eens
een verhaal in over een
ander onderwerp, wat
dan vast wel een
plaatsje krijgt.
MARIJKE
warg en Sjtsjogoljev). Toch hoop ik eigen
lijk dat Gantwarg dit keer de titel weer
verovert, al was het alleen maar omdat
ons dan volgend jaar een prachtige match
Gantwarg-Wiersma wacht.
Toch was Wiersma in zijn voorberei-
dingsmatch op dit WK, tegen N’Diaye zeer
succesvol: na 7 partijen was de stand liefst
12-2 in het voordeel van Wiersma, tegen
een, dat moet wel gezegd worden, het
risico niet schuwende tegenstander; de
achtste partij zou Wiersma ook gaan win
nen, maar toen hij zijn vlag liet vallen
bleek dat hij geen 50 maar 49 zetten had
gedaan. In de tiende partij tenslotte be
haalde de Malinees een verdiende
overwinning door in tijdnood middels een
verrassende combinatie toe te slaan. Deze
combinatie ziet u zich voltrekken vanuit
het eerste diagram. Beide spelers hebben
voor de overgebleven (15) zetten in deze
moeilijke stand minder dan één minuut en
N’Diaye sloeg na 3-9 27-22 18x27 31x22 toe
met: 21-27 32x12 23x43 39x48 en nu verras
send 4-10!15x13 19x30.
Een ander voorbeeld van het combina-
tietalent van de Malinese meester zagen
*ve in de 7e partij van deze match. Na de
zettenreeks 1. 32-28 17-22, 2. 28x17 11x22, 3.
37-32 12-17, 4. 34-29 6-11, 5. 40-34 19-23, 6.
41-37 14-19, 7. 46-41 10-14, 8. 32-28 23x32, 9.
37x28 5-10, 10. 38-32 19-23, 11. 28x19 14x23,
12. 42-37 13-19, 13. 32-28 23x32, 14. 37x28
16-21, 15. 41-37 7-12 speelde N’Diaye de
positioneel minder sterke zet 47-42. Lange
tijd dacht Wiersma over het antwoord na
en zat regelmatig met zijn hand boven
tal een nationale finale hebben met
slechts 12 spelers. Nu ik dit schrijf zijn er
En wel omdat er zo
veel fantastische ver-
3^40%
Het wereldkampioenschap dammen in
Mali is nu u dit leest al weer ongeveer
halverwege en het is te verwachten dat de
strijd om de hoogste plaatsen een uitput
tingsslag zal worden tussen de dammer^
uit Nederland en de Sovjet-Unie en de
Malinees N’Diaye. Een dergelijk monster-
toernooi met liefst 21 partijen zal voor de
Nederlanders misschien grotere proble
men geven dan voor de Russen, omdat die
in de strijd om het nationale kampioen
schap meestal met 18 spelers of zoiets
spelen, terwijl we hier in Nederland mees-
Sinterklaas is weer in ons land.
Zaterdag 22 november kwam Sin
terklaas bij ons aan.
Een heleboel kleine kinderen had
den ’s avonds al hun schoen gezet.
Mijn nichtje had ook haar schoen
gezet en die kreeg er een muis in,
een chocolade hoor!
Mijn broer en ik hebben onze
schoen nog niet gezet, maar dat
doen we ook niet, want daar zijn we
veel te groot voor.
Op school kwam Sinterklaas niet,
want zijn paard was ziek.
En daarom is hij in Spanje ge
bleven.
Hij bleef ook in Spanje omdat hij
helemaal geen geld had om kado-
tjes te kopen.
En zijn schip was kapot.
Daarom konden wij op school
geen Sinterklaasfeest vieren.
Wij kregen dus geen kadootjes op
school.
Wij deden wel aan surprises.
KARIN DOL
Oost moet ruiten spelen, door zuid hoog
getroefd, en west zit gevangen in de „dui-
velscoup”. Zijn ogenschijnlijk vaste
troefslag verdwijnt als sneeuw voor de
zon en zuid maakt zijn contract.
T. SCHIPPERHEYN
Wat is de ideale schaakpartij?
Het antwoord op deze vraag is honderd
voudig; zoveel hoofden, zoveel zinnen.
Een kleine bloemlezing:
een maximum aan offers, zegt Jafï
Schaakmodaal, maar ook de 4x modalen
zijn er vaak niet afkerig van;
een zo foutloos mogelijk verloop, aldus
de puriteinen;
een evenwicht op hoog niveau, ook al is
remise het einde, vinden de filosofen;
strategische logica van begin tot einde,
menen de wetenschappelijken;
verrassende ressources uit verloren
stellingen, grijnzen de sluwen;
een wisselende open strijd, oordelen de
ludieken, en vult u zelf maar aan.
Tot de „wetenschappelijken” in ons
land behoort Hans Bouwmeester; met
voor niets was hij jarenlang bondscoach,
bezit hij de beste openingskartotheek van
ons land, werd en wordt hij regelmatig
geraadpleegd door topspelers en schreef
hij het boek „Schaken als vak”.
Lang niet iedereen neemt hem deze visie
in dank af. „Hij is een schoolmeester, geen
schaker”, zeggen de criticasters, die overi
gens wel van hem plegen te verliezen.
„Zijn wiskundige benadering werkt de
primerend”, vinden anderen. „Wanneer
een partij slecht is opgezet of een ope-
ningsfout vertoont, is zijn belangstelling
al verdwenen/ hoe briljant het gevecht
daarna ook wordt. En als een afgebroken
partij objectief ongunstig staat voor A, is
hij niet de juiste man om A met vertroebe
lende analyses nog hoop te geven”.
Wat men van deze kritiek ook denken
moge, Bouwmeester is in jeder geval con
sequent. Voor de competitiewedstrijd
Bussum-CVLUtrecht kreeg hij groot
meester Sosonko te bestrijden. Eigenlijk
schaamde hij er zich voor dat hij won,
terwijl hij met nadeel uit de opening
kwam en dus in zijn filosofie „vanzelf’
had behoren te verhezen. Met veel excuses
liet hij ons zien, waar Genna het beter had
kunnen doen en het kwam er op neer, dat
hij het kostbare winstpunt maar onver
diend vond.
Vooral de ludieken zullen het hier niet
mee eens zijn.
Laten we vandaag eens trachten lering
te trekken uit het verloop. Bouwmeesters
tekortkomingen in de opening, vervolgens
„blijven staan met de rug tegen de muur”,
de psychologische factor van de sterker
spelende grootmeester, die bovendien met
zwart voordeel verkreeg en dan het plot
selinge keerpunt: de switch naar een
strijd met ongelijke lopers, ideale voe
dingsbodem voor een aanval ongeacht de
materiaalverhouding en het einde met een
overwinning voor de underdog, omdat de
andere niet tijdig het remiseanker wilde
uitgooien.
Wit: Hans Bouwmeester. Zwart: Genna
Sosonko.
1. Pgl f3 c7-c5, 2. g2-g3 Pb8-c6, 3. Lfl-g2
S?-g6, 4 d2-d4 c5xd4, 5. Pf3xd4 Lf8-g7. Zet
u nu eens even in gedachten pion d7 op d5.
U hebt dan met verwisselde kleuren een
In de dierentuin is een nieuw dier
aangekomen.
Het komt helemaal uit Rome.
Het was een monster, heel erg
groot en zijn kleur was rood.
Hij had geen haren, schubben of
veren, wij was dus bloot.
Het was een heel eng beest.
Waar iedereen voor vreest.
Met grote enge tanden.
Op zijn rug scherpe randen.
En grote gemene klauwen.
Die hij in en uit kon vouwen.
En ogen met een zeer scherpe
blik.
Uit zijn bek kwam een vlam, je
vloog er zo mee in de fik.
O ja, de staart is zo ruw.
Hij geeft je daarmee zo een duw.
Ja, ja en als hij niest.
Dat is heel erg triest.
Hij snottert aldoor weer.
Er is meteen een draaknies meer.
Niemand vond hem aardig, zelfs
geen kind.
En ieder kind is toch met een dier
bevrind.
Maar op een zonnige dag.
Kwam iemand met een stralende
lach.
Naar de enge draak toegelopen.
Die is toen bij de draak gekropen.
Het kind zei: „Ik heb een plan,
Daar weet niemand van”.
Met dat plan ben je met iedereen
bevrind.
Ieder groot mens en ieder kind.
Het kind riep: „Mensen kom hier.
En kijk naar dit prachtig enge
dier”.
De mensen vonden het dier erg
leuk.
Ze trokken zich niets aan van de
«reuk.
Het beest was heel erg blij.
Om naar hem te kijken, stonden
ze in een rij.
Het beest was niet meer treurig.
En werd heel erg keurig.
Hij speelde zelfs fluit.
Eh blies met een hoge toon het
gedicht uit.
De dieren in het bos
zijn op het groene mos
gekomen bij een boom.
Die boom dat is een droom!
Met lichtjes en een piek.
Dat staat de boom heel sjiek.
Ze vieren zo het feest
dat elk jaar is geweest.
En als de kaarsjes branden,
klappen ze in hun handen.
Daar, om die mooie boom
als in een fijne droom
zingt Nellie het konijn.
En allemaal het refrein:
O, denneboom,
o, denneboom,
wat zijn je lichtjes
wonderschoon!
Ze drinken chocola
en eten borstplaat na.
Het wordt een fijne nacht.
De Maan schijnt vol en zacht.
En als de morgen daagt,
’t klinkt wel wat afgezaagd
gaan ze pas naar hun bed.
Uit is dan daar de pret.
En op het groene mos,
midden in het bos,
staat daar een mooie boom.
Die boom, dat is een droom!
groep
/erk.
I
1^40^1
was gingen ze op' de
daken lopen.
Toen gleed de Sint
uit en de pieten hadden
hem nog maar net vast.
Daarna bleef hij met
zijn baard aan een an
tenne hangen.
Daarna was er niets
meer gebeurd.
GEUNIE
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim
stand, welke bekend is uit de (néo-)Grün-
feld-verdediging, in welke zwart zijn (op
d5) aangevallen paard heel goed naar b6
kan terugtrekken, om eventueel via c4
weer geactiveerd te worden. 6. Pd4-b3
Te laat onderkent wit dat er een wezenlijk
verschil is; zwart gaat geen d5, doch d6
spelen, waarna het paard op b3 niet zo
gunstig staat. Beter daarom 6. Pe6:. 6
Pg8-f6, 7. Pbl-c3 Ook minder.goed;
beter 7. c4 met meer tegenwicht in het
centrum dan na de tekstzet. Overigens
speelde wit deze ook in een tumultueuze
partij Kortsnoi-Wade Havanna 1963, in
welke de grote Victor volstrekt verloren
kwam te staan en in zo grote tijdnood
verkeerde, dat „hem de tijd ontbrak om
op te geven”, waarna Wade struikelde en
zelfs nog verloor. 70-0, 8. 0-0 d7-d6, 9.
e2-e4 En zo kwam er geheel tegen
Bouwmeesters bedoeling een variant van
de Siciliaanse draak op het bord, van
welke Sosonko een groot specialist is.
Bovendien is de constellatie niet ideaal
voor wit, omdat hij in die variant Pd4 naar
e2 moet spelen om afruil te voorkomen.
Dat gaat hier natuurlijk niet meer. 9
a7-a5, 10. a2-a4 Lc8-g4, 11. f2-I3 Dd8-b6+
12. Kgl-hl Lg4-e6. Zwart heeft reeds een
aangenaam initiatief. 13. Pc3-d5 Le6xd5,
14. e4xd5 Pc6-b4, 15. f3-f4 Db6-a6! Een
echte grootmeesterzet; zwart dreigt al op
d5 te nemen, omdat Tfl hangt. Vervolgt
wit nu met 15. Tel of Le3, dan is Dc4! zeer
sterk.
Van hier af echter gaat wit terugvech
ten. 16. Lcl-d2! Na slaan op d5 stelt
wit zich schadeloos op a5. 16Tf8-c8,
17. Ld2xb4 a5xb4, 18. Tfl-f2 Dekt c2
en’Mreigt Del met aanval op b4 en e7. 18.
Da6-b6, 19. Tf2-d2 h7-h5! Zwarts plan
is Pd7 en Lg7 attaqueert onaangenaam
pion b2. Dekt wit die pion met Tbl, dan
valt a4, en na Ta2 staat de toren geheel
buiten spel. Doch direct 19Pd7 wordt
doorkruist met 20 Lh3. Na de tekstzet
dreigt sterk Pg4. 20. a4-a5 Hier staat
de pion tenminste voorlopig gedekt, zodat;
Tbl mogelijk is. 20Db6-a7, 21. Lg2-f3
Pf6-d7, 22. Tal-bl Pd7-c5, 23. Td2-e2
Dreigt weer Del. 23Pc5xb3, 24.
c2xb3 Da7xa5. Anders speelt wit Tal en
„staat” hij nog. 25. Te2xe7 Handhaaft
weliswaar het materiële overwicht, maar
de situatie blijft gunstig voor zwart omdat
Lg7 veel actiever is dan Lf3. 25Tc8-
e8! 26. Ddl-e2 En niet 26' Tb7: Te3
met flink initiatief. Te8xe7, 27. De2xe7
Da7-a2! Zwarts voordeel is evident; hij
gaat materiaal winnen. 28. De7-e4
Beter dan 28. Le4 f5, 29. Ld3 Db3: of 29.
Lc2 Tc8.
teruggespeelde schoppen, speelde één
ronde troef en troefde vervolgens de der
de klaveren met Ru 3. Zuid had een ris
kante aftroefslag in harten geruild voor
een veel veiliger aftroever in klaveren.
halen zijn ingestuurd
en het jammer is om er
niet nog een paar te
plaatsen.
N 0 4 2
A
geen
0 geen
Sinterklaas was op het dak met
zwarte piet.
En toenBoem.
Hij viel van het dak af en moest
met de ziekenauto opgehaald
worden.
Ondertussen was hij in het zie
kenhuis aangekomen en iedereen in
het ziekenhuis kreeg een kado van
de Sint.
En toen besloot hij nooit meer,
nooit meer op het dak te gaan.
En zwarte piet klom toen alleen
op het dak.
RICHARD HEITINCK
Het is 5 december.
Dus de Sint is jarig.
De Sint gaat door het
land.
Hij is met de stoom
boot in Veere.
En hij gaat de stad in.
Toen wilde hij voor
lezen.
Toen waaide
baard weg.
Het psychologische hoogtepunt. Zwart
wil oogsten, maar onderschat de komende
tegenaanval. 28Da2xb3? Beter 28.
f5 b.v. 29. Dc2 Te8 (dreigt Te3), 30.
Tdl! Db2: 31. Db2: Lb2: 32. Td3 Telt 33.
Kg2 Tbl, 34. Ldl! en zwarts voordeel is
bescheiden. 29. f4-(5! Ineens krijgt wit
het initiatief. 29. g6-g5. Beter het
definitieve 29TfB b.v. 30. Ldl+Lc2
met onduidelijk spel. Doch zwart onder
kent te laat dat de kansen zijn gekeerd. 30.
LI3xh5 Lg7-e5? Noodzakelijk was Lf6 om
de f-pion te blokkeren. 31. f5-f6! Lij
nen zijn hier bblangrijker dan een pionne-
tje. 31. Ta8-a5? De beslissende fout.
I
9
H.