Omstreden kunstcollectie
Van Tilburg weinig waard
Veelbelovend Europees debuut Amerikaanse sopraan Sheri Greenawald
Hitlers bouwmeester
Mozarts Figaro imponerend uitgevoerd
1
Shoes for Industry clownesk
i
Bands tonen opbloei
muziekleven Bristol
Bernlefs vergeefse
speurtocht naar
D
4
Rond de kerst
werkt de Post
’n beetje anders
Neem dit overzichtje even over in uw eigen
agenda. Da’s makkelijk als u deze week iets
op het postkantoor moet afhandelen, iets wilt
versturen of post verwacht
12öu
i ?^dec
Dp’
M7
27*c
L—
|2Saec
Politie beëindigt
Lennon-herdenking
Toneelschrijver Mare
Connelly overleden
I
Agenda ptv post
r
ptt post
MAANDAG 22 DECEMBER 1980
9
KUNST
X,
2e kerstdag
3
I
--
teur zouden noemen. Zowel zijn
beide bundels Mémoires als zijn
bijspelen waarin de corruptie
van het Ancien Régime aan de
kaak wordt gesteld hebben het
smeulende vuur dat tenslotte
leidde tot de explosie van de
Franse Revolutie mede aange-
wakkerd. „La folie journée” werd
cynisch genoeg zelfs aan het
hof van Lodewijk XVI gespeeld
(in het Petit Trianon) met Marie-
Antoinette in de rol van de
gravin.
SCHEVENINGEN. Pierre
Augustin Caron de Beaumar
chais, de schrijver van de come-
die „la folie journée” waaraan de
librettist Lorenzo da Ponte het
libretto ontleende voor „lé nozze
di Figaro”, was wat wij in onze
tijd een maatschappijkritisch au-
V kerstdag
bibliotheek
(Van onze kunstredactie)
J. BERNLEF
(ADVERTENTIE)
maandag
>dec
JOOST NIEMÖLLER
Scène uit Le nozze di Figaro van Wolfgang Amadeus Mozart. V.l.n.r. Evelyn Brunner, Sheri
Greenawald, Samuel Ramey en John Bröcheler.
r
De overrompelende gaafheid van Mo
zarts muziek, waarbij de ene grandioze
aria de andere opvolgt en het woord „vol
maaktheid” je als luisteraar door het
hoofd blijft klinken, werd vrijdagavond in
de produktie van de Nederlandse Opera
Stichting op werkelijk imponerende wijze
verdedigd. Zowel de sterke rolbezetting
als de instrumentale prestaties van het
Nederlands Kamerorkest droegen dit ho
ge niveau gedurende alle vier aktes over
het voetlicht. Regisseur Götz Friedrich
(met ingang van het volgende seizoen be
noemd tot intendant van de Deutsche
Oper Berlin) bleef overal in harmonie met
dit libretto vol ingewikkelde situaties en
intriges zodat de soms adembenemende
derlandse publikaties bedragen tussen
de 24 en 30 miljoen werden genoemd.
Vakmensen van Sotheby’s hebben de
verzameling herhaaldelijk kunnen be
zichtigen en komen tot de conclusie dat
de verzameling Van Tilburg bestaat uit
Voorstelling: Le nozze di Figaro van Mozart in een produktie van de Nederland
se Opera Stichting. Dirigent: Dennis Russell Davies. Regie: Götz Friedrich. Dekors
en kostuums: Gunilla Palmstiema-Weiss. Solisten: John Bröcneler, Evelyn Brun
ner, Sneri Greenawald, Samuel Ramey, Fait Esnam, Cora Canne Meijer, Simon
van der Geest, André Spijker, Pieter van den Berg, Tom Haenen, Saskia Gerritsen,
Carol Barlow Davies, Jeannette Roggeveen. Met medewerking van het Nederlands
Operakoor en het Nederlands Kamerorkest. Circustheater Scheveningen, 19 de
cember 1980. In de Amsterdamse Stadsschouwburg is Le Nozze di Figaro te zien op
23, 28 en 30 december 1980 en op 5, 7, 11, 13, 15 januari 1981.
Hij staat gewoon in de telefoongids. Al
bert Speer, arch. Je kunt hem zo opbel
len”, merkte een vriend snedig op en
reikte mij alvast de hoorn aan. (B.).
Juist door het relaas van Bernlefs in
feite mislukte missies is De Ruïnebou
wer een moedig boek geworden. Een
boek waarin de onmacht ten aanzien
van bedenkelijke gladde alen radeloos
rondwaart.
Siet Zuyderland voorzag Bernlefs re
laas van tekeningen. Decorontwerpen
voor een toneelstuk, waarbij hij zich liet
inspireren door de nazi-bouwwerken.
Zoals bijvoorbeeld de op het Romeinse
Colosseum gelijkende Congreshal in
Neurenberg, die door Ludwig en Franz
Ruff werd gebouwd. Met werktekenin
gen voorzien van aanwijzingen tot in
details, die evenals zovele bouwtekenin
gen een kunstzinnige indruk geven.
KO VAN LEEUWEN
een reeks van vervalsingen, kopieën en
tweedehands stukken van vrij onbeken
de Nederlandse schilders. Ook de „on
schatbaar” genoemde collectie Ming-va-
zen is niet meer dan een serie vervalsin
gen uit de 19e en 20e eeuw.
J. Bernlef: De Ruïnebouwer. Uitgeverij Que-
rido, Amsterdam. Pjijs 3-.
M*
vaart van het hele gebeuren behouden
bleef.
stierfa-Weiss leken vooral het elemant van
de geboorte van een nieuwe tijd naar
voren te willen brengen: alleen het slaap
vertrek van gravin Rosina zag er uit zoals
je dat verwacht in een 18e-eeuws Spaans
slot. Maar juist in dat vertrek speelt zich
dan ook de scène af met de meest ingebak
ken dubbele moraal: die van de met wa-
-"■J
dinsdag
^_^^dec
vrijdag
donderdag
woensdag 1
Rond de verzameling is een internatio
nale controverse ontstaan, nadat Van
Tilburg de kunstwerken, die aan Neder
landse joden zouden hebben toebe
hoord, in 1977 aan de universiteit had
overgemaakt. De kunst zou Van Tilburg,
die in de Tweede Wereldoorlog met de
Duitsers zou hebben gecollaboreerd, op
onjuiste wijze hebben verworven. Het
verschil over de ware herkomst van de
verzameling is nog niet opgelost. De
Zuidafrikaanse universiteit heeft on
langs een nieuw onderzoek ingesteld.
pens te keer gaande graaf Almaviva. Een
heer die zelf het ene avontuur na het
andere beleeft maar in staat is tot moord
en doodslag als hij in de kast een minnaar
van zijn vrouw denkt te kunnen ont
dekken.
In de laatste akte bewogen de spelers
zich onder een aantal gifgroene repen stof
die met de beste wil van de wereld niet te
associëren waren met een park bij een
18e-eeuws kasteel. De kostuums waren
gelukkig heel wat waarheidsgetrouwer
uitgevallen, zij het dat zowel graaf Alma
viva als de komische muziekleraar Don
Basilio (natuurgetrouw op de planken ge
zet door Simon van der Geest) er in erg
schreeuwende kleuren bij liep. De rollen
van Figaro en zijn aanstaande bruid, het
kamermeisje Susanna, werden grandioos
neergezet door twee jonge Amerikaanse
solisten, de bariton Samuel Ramey en de
sopraan Sheri Greenawald. Voor laatstge
noemde betekende dit overigens haar eer
ste optreden in Europa, een debuut dat in
alle opzichten zeer veelbelovend kan wor
den genoemd. John Bröcheler zette de
pompeuze graaf Almaviva voortreffelijk
op de planken, gravin Rosina werd door
de Zwitserse sopraan Evelyn Brunner
over het algemeen (vooral in de aria „Do
ve sono i bei momenti”) uitstekend ver
tolkt. Sterk waren ook de door de Ameri
kaanse mezzosopraan Faith Esham gege
ven uitbeelding van de doelloos verliefde
page Cherubino en de door Cora Canne
Meijer gespeelde rol van de huishoudster
Marcellina. Ook de bijrollen van de arts
Don Bartolo (Pieter van den Berg), rechts
geleerde Don Curzio (André Spijker),
tuinman Antonio (Tom Haenen) en diens
dochter Barbarina (Saskia Gerritsen)
kwamen goed uit de verf. De Amerikaan
Dennis Russel Davies, opgeleid aan de
Juilliard School te New York en thans
Generalmusikdirektor bij de opera te
Stuttgart leidde het geheel met vaste hand
en met veel gevoel voor de grote schoon
heid van de partituur.
GEMMA COEBERGH.
JOHANNESBURG. De omstreden
kunstverzameling die de vroegere
Dordtse wethouder Van Tilburg aan de
Universiteit van Pretoria heeft nagela
ten, is door een expert van het Londense
veilinghuis Sotheby’s vernietigend be
oordeeld. Volgens hem is „de berg ver
valsingen, kopieerwerken en inferieure
stukken” hoogstens 1 miljoen 140 dui
zend gulden waard, waar eerder in Ne-
Uit het boek dat Bemlef schreef
spreekt vooral teleurstelling en leegte.
De speurende schrijver krijgt maar geen
vat op de Speer die hij zoekt. Zijn ver
scheidene bezoeken aaf Duutsland, op
speurtocht naar feiten, leveren geen ope-
ningen op. En Speer zelf dan? De nog
levende Speer? Bernlefs tantaluskwel-
ling wordt verwoord door een vriend,
die hem in 1978 vraagt: Waarom ga je
alweer naar Duitsland. De schrijver ant
woordt dan: „Ik ben op zoek naar Albert
Speer”. „Maar die woont in Heidelberg.
Van de schrijver J. Bernlef is een boek
verschenen over de nazi-architect Al
bert Speer. Dat wil zeggen een bundel
met pogingen de werkelijke identiteit te
doorgronden van de man die Hitlers
bouwmeester was en later ook na de
dood van Todt minister van oorlogs-
produktie. Speer werd in 1946 bij de
Neurenbergse processen tot twintig
jaar gevangenisstraf veroordeeld. Hij
was toen 41 jaar. Inmiddels is Speer al
lang weer vrij man en slijt hij de rest
van zijn leven in Heidelberg. Óver zijn
verblijf in de gevangenis van Spandau
schreef hij de in 1975 verschenen Span-
dauer Tagebücher.
merkelijke nazi’s. Zijn politieke ideeën
zijn onbekend. Hij zou zich bij iedere
politieke partij die hem een baan en een
carrière verschafte hebben kunnen aan
sluiten. Hij is op en top de succesvolle
middenklasse figuur, goed gekleed, be
leefd, niet corrupt, burgerlijk in zijn
manier van leven. Minder dan de ande
re nazi-leiders staat hij voor iets dat
typisch Duits of typisch nazi is. Eerder
symboliseert hij een soort man die in
alle oorlogvoerende landen naar voren
treedt: de technicus, de klasseloze
knappe kop, die geen ander doel kent
dan met behulp van zijn technische en
organisatorische kwaliteiten carrière
te maken. Gebrek aan psychologische
en geestelijke ballast en het gemak
waarmee hij de angstaanjagende tech
nische en organisatorische machinerie
van onze eeuw bedient, maakt dat dit
weinig tot de verbeelding sprekende
mensentype tegenwoordig steeds meer
op de voorgrond treedt.
Fried Egg tournee ’80. Met: The Un
touchables, Various Artists, Shoes for
Industrie.
Bezetting The Untouchables: Jerry
Tremaine; zang, mondharp, Mark Cle
ments; gitaar, Will Hitchings; basgi
taar, Phil Price, drums. Bezetting Va
rious Artists. Jonjo Key; zang, gitaar.
Robin Key; zang, gitaar, Christian
Clarke; basgitaar, John Langley,
drums. Bezetting Shoes For Industrie;
Paul Davis, zang, saxofoon. John
Schofiel; drums, Andy Leighton; gi
taar, Huw Gower; gitaar, Steve Lon-
nen; basgitaar.
De Melkweg, Amsterdam, 19 decem
ber 1980.
s
NEW YORK (UPI). De Amerikaanse
journalist en toneelschrijver Marc Con
nelly, die voor zijn toneelstuk Green Pas
tures (örazige Weiden) de Pulitzerprijs
kreeg, is zondag op 90-jarige leeftijd in
New York overleden. De filmversie van
Grazige Weiden - het bijbelverhaal gezien
en gespeeld door de negerbevolking uit de
zuidelijke Amerikaanse staten - is wereld
beroemd geworden.
Connelly (pseudoniem van Marcus
Cook) schreef samen met George Kauf-
maf een jeeks vaf Brbadway-successen,
zoals Beggar on Horseback en Merton of
the Movies. Hij werkte voorts als journa
list en toneelcriticus, en schreef humoris
tische schetsen en verhalen.
Dit is hun eeuw; van de Hitlers en
Himmlers kunnen wij ons wellicht be
vrijden, maar de Speers, wat er ook met
deze man zelf mag gebeuren, zullen nog
lang onder ons zijn”.
Shoes For Industry was de afsluitende
hoofdact. Het is niet eenvoudig om de
kenmerkende lijnen van deze freakerige
Engelsen te omsclyijven: Zappa-achtige
collage-elementen en een gevoel voor hu
mor dat refereert aan de vroegere Bonzo
Dog Band zijn zeker aanwezig. Maar de
muziek op hun debuutelpee Talk Like A
Whelk laat je weer een hele andere kant
op associëren; eerder in de richting van de
wat serieuzer bedoelde new wave (Comsat
Angels bijvoorbeeld).
Hoe het ook zij, op het toneel is Shoes
For Industry een unieke gebeurtenis van
de eerste orde. Paul Davis zingt niet alleen
nogal absurdistische teksten, speelt niet
alleen een aanvaardbaar partijtje sax,
maar haalt ook goocheltrucs uit, opereert
de eerste vijf minuten met blinddoek om,
zet een pruik op die opengeklapt kan
worden om de „blote hersenen” te laten
zien, spreekt af en toe zeer snel Frans en
heeft een paar duizend grappen in zijn
hoofd klaarliggen voor gebruik.
Drummer John Schofield ziet er welis
waar uit als Hardrock-fanaat, maar het
mengsel van reggae-echo en disco-bliep-
jes wat hjj uit zijn drumstel brouwt heeft
daar weinig mee te maken. En gitarist
Andy Lighten draagt onder andere een
ziekenfondsbrilletje. Deze drie mafkezen
(ook opererend als het Crystal Palace
Theatre) vormen de clownesque kern van
de groep.
De nummers handelen over een Franse
invasie (Invasion Of The French Boys),
merkwaardige angsten (Fear of Wages),
aardappeloorlog (The War Of The Pota
toes) en wel zeer vergaande llefdesonder-
werping (Slave Of Love). Shoes For In
dustry lijkt kortom een van de meest
sqingende manieren om de chaos te on
dergaan.
„Speer is op dit moment in wezen
belangrijker voor Duitsland dan Hitler,
Himmler, Goering, Goebbels of de gene
raals. Zij zijn verworden tot niet meer
dan de uitvoerende organen van de man
die de reusachtige machtsmachinerie
bedient. Speer behoort niet tot de op-
De drie bands hebben weinig meer met
elkaar gemeen dan een sympatiek aan
doend enthousiasme; van enige muzikale
overeenkomst valt weinig te merken. In
tegenstelling tot heel wat andere Engelse
lilliputlabels (Factory bijvoorbeeld) lijkt
Fried Egg records dan ook geen gezichts
bepalende cultuurpolitiek naar buiten toe
te voeren. „Gewoon bands uit Bristol”
dus. Maar wel van opvallend niveau.
De avond werd geopend met The Un
touchables. Dat de eerste single van dit
piepjonge kwartetgemiddelde leeftijd
17 jaargeproduceerd werd door Wilko
Johnson (aanvankelijk gitarist bij Dr.
Feelgood, momenteel in Dury’s Blockhe
ads) is een aardige indicatie voor hun
muziekopvatting: eenvoudige, dansbare R
B.
Het programma bevat merendeels co-
vermateriaal: Messing With The Kids,
Walking The Dog, I Am A Man, Route 66,
enz. enz. De uitvoering is van een hoekige
scherpte die zonder meer boeiender en
overtuigender is dan die van heel wat
bekendere bands. Met name gitarist Mark
Clements valt op door chimpansee-mi-
miek, losgeslagen slaggitaarwerk en een
bewegeljkheid waar Iggy Pop jaloers op
mag zijn.
Door de overdonderende live-show van
de eersten viel de tweede band wat bleek
jes uit. Various Artists lijkt overigens een
behoorlijk competente band in het Joe
Jackson-genre. Maar nummers als Time
Of My Life en Hard Luck kwamen nogal
zouteloos over. Dat zal ook wel komen
omdat je de nummers nog niet kent; het
gevoelsmatig meegroeien met een song
ontstaat pas na het meerdere malen draai
en van plaatwerk. En dat is er nog niet.
Keizer Joseph II van Oostenrijk scheen
evenmin te vallen over de kritiek op de
bestaande orde, die trouwens in het libret-
to van Da Ponte wel van de scherpe kant
el jes was ontdaan. Uit drie in het jaar 1786
gereed gekomen opera’s (van Salieri, Rig-
hini en Mozart) koos de keizer „Le Nozze
di Figaro” die op 1 mei in première ging
en nog negen succesvolle uitvoeringen
mocht meemaken. Daarna werd het werk
echter afgevoerd ten gunste van opera’s
van het tweede garnituur. Pas in Praag
kreeg „Le Nozze di Figaro” het werkelijke
welverdiende succes.
(Van onze kunstredactie)
MOSKOU. De politie van Moskou
heeft zondag een. einde gemaakt aan
een openbare herdenking van John
Lennon, die eerder deze maand in New
York werd vermoord. Enkele honder
den jonge Russen kwamen in de omge
ving van de universiteit bijeen om de
musicus te gedenlen. Enkele tientallen
agenten dreven de menigte uiteen.
Toen een zestal personen weigerde ge
hoor te geven aan het bevel zich te
verspreiden, werd tot arrestatie
overgegaan.
zaterdag
AMSTERDAM. Aan de grote autoweg van Londen naar Zuid-Wales ligt Bristol.
Op het eerste gezicht een ietwat saaie, uit zijn krachten gegroeide industriestad waar
weinig valt te beleven. Maar sinds enkele jaren is er sprake van een opvallende
opbloei van het muziekgebeuren.
Fried Egg records, een nu alweer twee
jaar bestaand .platenlabeltje plukt daar
momenteel de vruchten van. Op dit onaf
hankelijke label verschenen tot nu toe
twaalf singles en een elpee. De drie meest
spraakmakende groepen van het maat
schappijtje maken momenteel een kleine
Europese tournee en deden daarbij
vrijdagavond de Amsterdamse Melkweg
aan.
Bemlef, geobsedeerd door Speer,
moet deze publikatie en ook Speers Er-
innerungen met gretigheid hebben ont
leed. „Met een mengsel van stijgende
verbazing en afschuw werkte ik mij
door het bronnenmateriaal heen”,
schrijft Bemlef, wanneer hij het waar
om van zijn boek over Speer tracht te
verklaren. En een alinea eerder merkt
hij op: „Vanaf het begin vertrouwde ik
de Erinnerungen en de Spandauer Tage
bücher niet. Misschien wel omdat ze zo
goed geschreven waren. Het door alles
heen sijpelende, beschaafd geform lieer
de „mea culpa” maakte me achterdoch
tig. Ik zocht naar een poging in het zo
zorgvuldig door Speer dichtgemetselde
verleden”.
Albert Speer was de man die de groot
heidswaan van Hitler in steen gestalte
moest geven. Bouwwerken als reusach
tige monumenten, eerder belachelijk
dan morbide. De Führer koos Speer als
degene die de hoofdstad voor zijn dui
zendjarig rijk, Germania, moest
bouwen.
In twee delen, waarvan het eerste ook
weer segmenten kent, heeft Bemlef zijn
boek dat hij De Ruïnebouwer noemde,
opgezet. In het eerste deel verschillende
benaderingeri van het speurprobleem in
de vorm van verhalen en een verslag van
bezoeken van de auteur aan de plaatsen
die in Duitsland ook nu nog stille getui
gen zijn. Dachau, Neurenberg,
München.
Ook bezocht Bemlef een zekere Alfred
Plancken, een man die moest leven met
het lot Hitlers dubbelganger te zijn. Die
zo’n snorretje droeg, omdat zijn vader
dat ook al had en die een op Hitler
gelijkende haarlok droeg om een litte
ken van een granaatscherf te camoufle
ren. Die poging, waarvan Bemlef in 1974
een verhaalversie publiceerde in het lite
raire tijdschrift De Gids, hielp de schrij
ver geen stap verder. Ook niet het ver
haal over de ontmoeting van een waar
nemer met een acteur, ex-concentratie-
kampgevangene, in Boedapest.
In het grote tweede deel van De Ruïne
bouwer tracht Bemlef Speer te achter
halen langs theatrale weg en dat resul
teert danook in een toneelstuk. Een
Schouwspel noemt Bemlef zijn nogal
pathetisch gestelde niet-historische re
constructie. Ook met deze kunstvorm als
koevoet moet Bemlef tot de slotsom
komen dat Speer de muren rond zichzelf
en zijn bedenkelijke verleden onwrik
baar heeft opgetrokken. Toch blijkt het
toneel wel een kunstvorm waarin be
paalde meningen en overtuigingen van
weleer vanuit een hedendaagse filosofie
gestalte kunnen krijgen. Speers karak
ter, zoals Bemlef (en hij is niet de enige)
dat vermoedt, wordt er ondubbelzinnig
in schablonen in weergegeven. Wanneer
een vroegere medestudent van Speer, nu
zakenman, hem in het toneelstuk verwij
ten maakt, verweert de architect zich
met een: „Ik begrijp je niet. Ik houd van
mijn werk”. Speer, de man die opportu
nistisch de omstandigheden té baat
neemt om zich te kunnen ontplooien in
zijn werk: bouwen, bouwt aan zijn toe
komst.
De karakteristiek van Speer krijgt
eerst goed vorm in de zevende scène van
het derde bedrijf, als het theatrale por
tret van Hitlers bouwmeester omlijnd
wordt door een citaat uit een artikel uit
de Observer: