Moriaan", een alleraardigste oude zaak, wel voorzien van fraai
koperwerk en Delftsche tabaks- en snuifpotten. Het Gemeente
huis komt nu in de volgorde van het programma, het
Gemeentehuis dat met zijn prachtigen laat-gothischen hoofd
gevel statig geheel vrij op de Markt troont, een monument,
dat gelijk het programma terecht vermeldde, zijn wedergade
in Nederland wellicht niet vindt. De fraaie gobelins in de
Raadzaal en de friezen boven de deuren uit marmer g-ehou-
wen, trokken aller aandacht, en in menig hoekje werden nog
bezienswaardigheden opgemerkt; vermelden wij slechts den
kapitalen eikenhouten bank. Langs de Waag, door den
Haarlemschen bouwmeester Pieter Post gebouwd (16081669),
eveneens een sieraad van de Markt, werd nu gewandeld;
reeds in 1697 werden daar reeds drie millioen vier honderd
zestig duizend negen honderd vier en zestig ponden kaas op
de schalen gelegd.
Intusschen was het tijd geworden tot rusten, eten en drinken
en in het koffiehuis „de Zalm" op de markt wachtte een
welvoorziene disch, die onder vroolijk gesprek ten einde liep.
Na het koffiemaal kwamen de belangrijkste zaken ter bezich
tiging aan de beurt, althans uit een oogpunt van kunst. Het
stedelijk Museum allereerst en tot slot de St. Jans- of Groote
Kerk. Het Museum herbergt een menigte zaken, die betrek
king hebben op Gouda's geschiedenis en een opsomming van
dat alles zou den catalogus voor den aanstaanden bezoeker
overbodig maken. Daarom zij slechts het Regentenstuk van
Bol en de miskelk met hostieschotel van verguld zilver door
Jacoba van Beieren aan de Voetboogschutters van St. Joris
geschonken, vermeld. De kostbare, verloren geachte kelk werd
in 1873 teruggevonden in een onaanzienlijke gildekist;
ook het eigenaardige schilderstuk, bekend als „de man
met de laarzen", was voor velen een kijkje waard. Intus
schen lest, best moesten „de glazen" nog bezichtigd worden