worden, door prachtig weder worden begunstigd, immers
„Haerlem" heeft nog geen wandeling hetzij binnen of buiten
de gemeente gedaan of wij werden gewaar, dat onze Ver-
eeniging onder gunstige auspiciën geboren werd.
Tegen 10 uur in Gouda aangekomen, werd het gezel
schap door eenige bestuursleden der Vereeniging „Gouda
Vooruit" ontvangen en de ommegang aangevangen met het
Oude Vrouwenhuis of St. Elisabeth's gasthuis. Een gasthuis
in den zin, dien wij daar thans aan hechten, is het zeker
niet, maar toch zijn er een 25 oude dames gastvrij gehuis
vest. Evenals het Oudemannenhuis, werd ook dit gebouw
slechts van buiten bezichtigd. Het eerste werd in 1734 geheel
in den ouden staat hersteld en in den gevel van het Oude
mannenhuis trok de gevelsteen boven het schilderachtige
poortje de aandacht. Langs mooie grachtjes met intieme
kijkjes en vuile achtergeveltjes van heerlijk verweerden steen
aan troebel water waaraan Breitner zich te goed zou doen,
wordt het weeshuis bereikt, dat reeds in 1391 bestond. De
regentenkamer met het kapitale regentenstuk werd bezichtigd
en ook in de mangelkamer werden voor den liefhebber van.
oudheden vele zaken gevonden.
Door de Spieringstraat nu naar Gouda's oude bedrijf, de
Pijpenmakerij der firma P. van der Want en Zoon in de
Kuiperstraat. Eerst nog een mooi gezicht van de Visch-
markt op den toren en toen werden wij door de firmanten
ontvangen, die ons een kijkje gunden in dit aardige bedrijf.
De lange en de korte, de stompkoppen, de zwarte en de
gele zij alle werden voor onze oogen gemaakt, gesorteerd of
verpakt. En toen een der firmanten mededeelde, dat er
1200 soorten werden vervaardigd, kon men zich nauwelijks
voorstellen, waar al die pijpen wel bleven, immers „je ziet
haast nooit meer een steenen pijp rooken". In 1630 werd
de fabriek gesticht en zij geeft den indruk of er nog steeds