Het eerste bezoek gold de Nieuwe Kerk, waar het gezel
schap onder de plechtige toonen van „Er weidet Seine
Herde" binnentrad, voorwaar een vriendelijke attentie van
onzen mentor en een goed begin van den gedenkwaardigen
dag. De zeer fraaie graftomben van Prins Willem den Zwij
ger door Hendrik de Keijzer vervaardigd en van Hollandsch
grooten rechtsgeleerde Hugo de Groot werden in het bij
zonder bewonderd. Welk een heerlijke stad, voor al wie
oog heeft voor Hollandsch stedeschoonstille grachtjes en
typische geveltjes in overvloed. Dat eigenaardige kijkje
op weg naar de „Porceleijne Fles" op de Langendijksche
brug, waar niet minder dan dertien bruggetjes te zien waren
(wij hebben ze niet geteld). De „Porceleyne Fles", wie denkt
bij Delft na Willem den Zwijger niet in de eerste plaats aan
het aardewerk, waardoor de stad zoo beroemd is geworden
en waarvoor ten huidigen dage door de liefhebbers zulke
fabelachtige prijzen worden betaald
De Heer A. Labouchère, een der Directeuren, ontving het
gezelschap in de oude monsterkamer, waar in de oude
glazenkast de belangwekkende collectie prijkt, door Koning
Willem III ten geschenke gegeven. De Directeur deelde
mede, hoe het geheim der fabricatie van het aardewerk, nim
mer op schrift gesteld, indertijd bij monde van een ouden
knecht bewaard bleef.
Te veel in aantal om de fabriek tegelijk te zien, werd bij
gedeelten onder leiding een rondgang gemaakt, waarbij men
gelegenheid had het geheele procédé nauwkeurig te kunnen
gadeslaan, de draaibank, zoo goed als het gieten en bakken,
het fijne schilderen op de ruwe pate in zwarte kleur, die na
het bakken blauw te voorschijn komt, de indompeling in het
glazuurbad, de teeken- en ontwerp-ateliers, alles even interes
sant als de groote, veelkleurige tegelstukken voor gevels en
intérieurs bestemd, ter verzending gereed. Het is bekend,