hebben wij dit authentieke geschenk aanvaard, want
de tijd zal niet ver meer zijn dat deze „potsierlijke"
gevelreclame met de schilderachtige uithangborden
van weleer uitsluitend nog in musea zal te bezichti
gen zijn.
Overdrukken van tijdschriftartikelen werden ons
aangeboden en tevens verzocht het Utrechtsch Genoot
schap ons enkele uitgavenaan ruil viel niet te
denken omdat de verzameling geschriften van dit
Genootschap zeer uitgebreid is en bijna zonder uit
zondering verhandelingen bevat die met onze Ge
meente weinig of niets uitstaande hebben. Intüsschen
hebben wij deze eerwaardige instelling onze uitgaven
aangeboden en haar verzocht ons die geschriften te
willen afstaan welke naar het oordeel van den secre
taris voor ons archief van belang zijn.
Gelukkig ontvingen wij ook nog enkele foto's voor
onze verzameling „Verdwijnend Haarlem" en ten
slotte van den Heer Cramer een ouden kogel, die
in de Jansstraat werd opgegraven en aan het Frans
Halsmuseum werd gegeven. En nu toch van onze
uitgaven gesproken wordt, kunnen wij niet beter de
aandacht daar nog eens op vestigen, dan door de
geheele lijst daarvan achter dit Jaarverslag af te
drukken. Behalve de Haarlemsche Hofjes zijn van
alle boekjes nog vele exemplaren verkrijgbaar tegen
voor den tegenwoordigen tijd zeer lagen prijs.
Bij de opening van het zomerseizoen besloot het
IO
