12
draaien en allen, die oog voor het landelijk schoone hebben, zich
zullen kunnen blijven verlustigen in dit echt-hollandsch beeld.
Bij hooge uitzondering stelde Haerlem zijne vertrekken open
voor een tentoonstelling, die met onze Vereeniging al bitter weinig
had uit te staan: de portretten door den Oostenrijkschen kunstenaar
Pirsch geschilderd, of het moest al zijn, dat enkele portretten
bekende personen uit de omstreken van Haarlem voorstelden.
Toch gaf de tentoonstelling veel vertier, zij trok bezoek in
de Hoofdwacht, en onze Vereeniging deed daardoor nog eens
van zich spreken.
Ons lid de heer Jacobson gaf ons een ander middel, waardoor
wij van ons konden doen spreken. Door den Heer Winter liet hij
een mooie steenteekening maken, waarvan een groot getal afdrukken
aan het bestuur werd geschonken, om een exemplaar daarvan aan
een elk uit te reiken, die een nieuw lid zou aanwerven. Een aardige
gedachte van den schenker, om op deze wijze onze ledenlijst te ver-
grooten. Er zijn er heel wat verzonden, maar toch hebben wij nog
afdrukken, die gaarne voor dit sympathieke doel worden afgestaan.
In ons bestuur werden de opengevallen plaatsen ingenomen
door de Heeren A. H. Broos en Mr. W. J. C. C. Pijnacker Hordijk,
van wie de laatste, toen hij in Haarlem woonde, lang lid van het
bestuur was.
Na lange aarzeling verliet ons ook Mr. P. G. van Tienhoven,
die gedurende vele jaren lid van ons bestuur was. Nu hij echter
sedert geruimen tijd niet meer in onze Gemeente woont, meende
hij zijn plaats aan een Haarlemmer te moeten afstaan. Wanneer
gesproken wordt over het behoud van stedelijk of landelijk schoon,
denkt iedere Nederlander terstond aan den Heer van Tienhoven
en wij verheugen ons daarom, dat hij lid van Haerlem is gebleven,
omdat wij zeker te eeniger tijd wel weer eens zijn advies of hulp
zullen noodig hebben, waarop wij nooit te vergeefs een beroep
deden.
Heel wat plannen, die met groote kosten gepaard gaan en waar-