2
is een verzameling van diapositieven aan te leggen.
Veel daarvan hebben de leden op winteravonden
gezien. Met Professor VAN Walsem waren wij echter
van oordeel, dat het nuttig zou zijn dit waardevolle
bezit, waarvan door vereenigingen en hoofden van
scholen nog al eens gebruik werd gemaakt, vooral
dienstbaar te doen zijn aan het onderwijs.
Wat toch is het geval? Wij hebben het als onze
taak beschouwd, dat juist bij het jongere geslacht en
wel bij de schoolbevolking de belangstelling en liefde
moesten worden opgewekt voor de geschiedenis van
de stad harer inwoning. Immers die jeugd is het,
welke later onze plaatsen zal moeten innemen.
Hoe zou haar zin voor het historisch-gewordene,
voor al datgene wat in onze stad nog aan fraais
van weleer overgebleven is, beter en vooral aangenamer
kunnen worden aangekweekt, dan door het bezichtigen
van onze glasplaatjes met daarbij passende uitlegging,
op de Hoofdwacht zelf
Het stemt ons tot vreugde en dank, dat de stads
overheid zoowel als de inspecteur van het lager
onderwijs, de Heer Weustink dit voornemen bijzonder
welgezind waren en dat ook de hoofden der onder
scheidene inrichtingen van onderwijs ons plan toe
juichten. Van het Gemeentebestuur, en in het bijzonder
van den Wethouder van Onderwijs hebben wij de
grootste medewerking ontvangen door brieven, die
namens den laatste aan alle hoofden der 41 open
bare lagere scholen werden gezonden, waardoor een
vlotte regeling werd verkregen. Opdat alles goed zou
loopen en naar behooren in elkaar zou kunnen worden
gezet, moest er eerst heel wat besproken en georgani
seerd worden. De Heer C. B. M. Segaar, ambtenaar
aan de afdeeling Onderwijs heeft ons daarbij zijn
