smartelijke schoonheid der duisternissen en de laaiende
pracht van het licht opnam door het schouwen van
zijn altijd ontvankelijk oog, zoo was het leven van
Jacobus van Looy, den kunstenaar die stil en door
weinigen opgemerkt in onze stad arbeidde. Wie zijn
werk kennen en verstaan, weten dat er in hun nabijheid
een groot en zeldzaam mensch leefde en werkte, op
wien het Nederlandsche volk trotsch zal zijn zoolang
het nog zijn eigen taal leest en spreekt.
P. H. VAN MOERKERKEN.