48
drager, als voorzitter van de plaatselijke afdeeling
van dien bond, heeft een langjarige en vriendschappelijke
samenwerking en gezamenlijk overleg bestaan. Tot aan
het einde: Loosjes stierf op den Zaterdagavond, Sorg-
drager op den Zondagmiddag, slechts weinige uren
later. Hunne voorouders Adriaan Loosjes en Cornelis
Gysberts Zorgdraager, die in 1703 samen een reis
naar Groenland volbrachten, hebben moeilijk kunnen
vermoeden, dat hunne nazaten, twee eeuwen later,
samen op hetzelfde kompas zouden koersen in Haar
lem's politieke stroomingen.
Toen Loosjes, bij zijn huwelijk, zich in 1893 voor
goed in Haarlem vestigde, sprak het voor dezen goed-
Haarlemmer van zelf, dat hij lid werd van de aloude
rhetorijkkamer, bekend onder de zinspreuk ,,Trou moet
blijcken Welnu, hij deed zijn trouw blijken in een
bijna veertigjarig lidmaatschap. In 1902 werd hij als
fiscaal (penningmeester) opgenomen onder de hoofden
dezer Sociëteit en in 1920 werd hem, als Keizer, de
handhaving der oude tradities van Trou opgedragen.
Een taak, waarvan hij zich, met zijn representatieve
persoonlijkheid, steeds met gratie heeft gekweten en
die hem bij uitstek lief was geworden.
Een groot stuk van zijn genegenheid ging ook uit
naar onze Vereeniging Haerlem. Zoo hij al niet haar
geestelijke vader is geweest, zeker heeft hij toch als
een der peters het kindeke mede ten doop geheven
(voor welke doopsgezinde zonde „kinderdoop" hem
bij deze ten volle vergiffenis worde geschonken).
Op de oprichtingsvergadering van 2 Nov. 1901, waar
de Vereeniging haar naam kreeg, behoorde Vincent
Loosjes tot de aanwezigen en in het eerste bestuur
vond hij zijn plaats als penningmeester.
Ononderbroken heeft hij zijn plaats in het bestuur