of nieuw materiaal weder opgemetseld. Hierdoor blijft van den oorspronkelijken gevel wel het uiterlijk maar niet het oorspronkelijke en het echte bewaard. Deze gevel echter werd geheel in balken ingepakt, los gemaakt van de zijmuren, het dak en de ankers, op de verschillende verdiepingen werden schroeftakels opgesteld, staaldraden om den gevel geslagen en aan de takels vastgemaakt. Nu werd door die staaldraden met de takels in te korten de gevel verdiepingsgewijze achterover getrokken, op de hoogte der vloeren ontston den dus scharnieren, welke eerst opengehakt, bij de be ëindiging der werkzaamheden dichtgemetseld dienden te worden. Tien dagen werden besteed aan de voor bereidende maatregelen en in vier uur tijds stond de gevel weer in den oorspronkelijken stand: 10 cM. uit het lood. Daarna werd de verbinding met de zijmuren en het dak tot stand gebracht en nieuwe ankers kwamen de oude vervangen. Zoo werd dus de oorópronkeLijke gevel een halsgevel met bijzondere verdeeling van het middenvak, welke men overigens in Haarlem en Amsterdam niet meer aantreft behouden en zal hij wederom tientallen jaren een sieraad in onze stad vormen. Een woord van htdde aan de heeren Kok en Nelissen is hier zeker op zijn plaats, terwijl ook den eigenaar onze dank toekomt voor de mede werking en de bereidwilligheid waarmede hij deze kunstbewerking liet geschieden. Gevels en schilderachtige plekjes, welke niet be houden konden worden, doordat de veranderde tijden nieuwe eischen stelden of de tand des tijds zich gelden liet, werden voor het afbreken begon gefotografeerd, welke opnamen aan de platenatlas van de vereeniging werden toegevoegd. "Wij noemen het perceel Schagchel- straat 26 en de huisjes aan de Peuzelaarsteeg bij de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1932 | | pagina 18