HAARLEMMERAMBACHT De geschiedenis van de dtad Haarlem heeft al vroeg haar inwoners geboeid. Reeds uit de vijftiende eeuw zijn stadskronieken en -beschrijvingen in rijm en onrijm overgeleverd en in de laatste jaren is de stroom der deels critische, deels verhalende geschriften over dit onderwerp uitgevloeid tot een breede bedding. Al die schrijvers wijden veel aandacht aan het ontstaan der stad. Bijna allen echter beschouwen Haarlem ook vóór het stad-worden alleen of in hoofd zaak als stad-in-wording, als marktplaats, centrum van Kennemerland, plaats van 's Graven hof en zoo meer. Zelden ziet men uitgesproken, dat Haarlem, vóór het tot stad werd verheven, een dorp was/ nog minder is de aandacht erop gevestigd, dat dit dorp het middelpunt was van een zeer groote gemeente, begrensd door het IJ en de Kennemerbeek, de zee en de Liede een gemeente, die door de staatsrechte lijke afzondering van haar bebouwde kom als <itad en de daarop gevolgde uitgifte van het territoir in een groot aantal heerlijkheden uiteen is gevallen. 't Is de ironie der historie, dat de jongste Haarlem- sche geschiedenis, gevormd na het opheffen der staats rechtelijke onderscheiding van dorp en stad, vol is van het streven, om de daad van de dertiende eeuw weer ongedaan te makenom te hereenigen, wat toen gesplitst is. De laatste, groote grenswijziging der gemeenten was een stap in die richting. Om weer

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1932 | | pagina 62