gemeenlandshuis te Leiden heeft berust, geen opschrift;
de vragen omtrent haar herkomst en dateering zijn
niet dan uit indirecte gegevens te beantwoorden. Door
den heer Baart de la Faille daartoe bij herhaling
aangespoord, moge ik een poging tot beantwoording
ondernemen.
De catalogus der tentoonstelling van 1923 brengt de
kaart, onder voorbehoud, tot 1544, in verband met de
meting van dat jaar. Deze gissing scheen wel aan
nemelijk, totdat bij nader onderzoek bleek, dat het op
de kaart met groen afgezette territoir van het ambacht
niet volkomen met het in de meting van 1544 vast
gelegde territoir overeenstemt. Het voornaamste ver
schil betreft het op 't Spaarne loozende deel der ge
meente Velsen ten zuiden van Santpoort; de landmeters
van 1544 sluiten dit uit, doch de kaart kleurt het als
deel van Haarlemmerambacht. Deze voorstelling wordt
bevestigd door een vonnis van 20 Mei 1541, waaruit
blijkt, dat de bedoelde landen toen inderdaad in de
lasten van Rijnland onder Haarlemmerambacht waren
aangeslagen.
We moeten voor de dateering onzer kaart dus vóór
1544 zoeken. Een terminus post quem is gauw ge
vonden: ouder dan 1520 kan de kaart nooit zijn,
want de in dat jaar voltooide toren der Groote Kerk
staat er in volle glorie op evenzeer als de toen gelegde
dam aan het Penningsveer en de krachtens overeen
komst van 1519 gelegde Kleine sluis aan het westeinde
van Spaarndam.
Het onderzoek naar de aanleiding, die onze kaart
tusschen 1520 en 1544 in het archief van Rijnland
kan hebben gebracht, leidde me tot een in 1521 gevelde
beslissing omtrent den aanslag van Haarlemmeram
bacht in de lasten van Rijnland.