ring Maatschappij „Haarlem", waar men den ont
vanger van Lennep zeer waardeerde.
Jammer was bij dat alles, dat zijn gezondheids
toestand allengs slechter werd. Men kon het hem aan
zien, dat het hem hinderde niet meer mee te kunnen,
zooals hij zelf wilde. Eindelijk nam hij de beslissing,
welke hem ongeloofelijk zwaar moet zijn gevallen.
Op 28 Februari 1921 nam hij ontslag, verliet den
arbeid, die in zijn leven zoo'n groote plaats had inge
nomen, verliet ook Haarlem, om in rustiger omgeving
te pogen zijn geschokte gezondheid tot herstel te
brengen. Twaalf jaren heeft hij nog gewoond in Velp
bij Arnhem, maar zijn hart bleef hangen aan Haarlem
en aan zijn oude vrienden, en wanneer hij nu en dan
nog eens kwam opduiken, ging het van mond tot mond
„van Lennep is weer hier" en men verheugde zich
in het wederzien van een man, dien men bijzonder
had leeren waardeeren, door zijn jovialen en hartelijken
omgang met iedereen.
Toen hij op 10 April 1933 voorgoed de oogen
sloot, zeide men nog eens: een goed en prettig mensch
is met hem heengegaan.
De nagedachtenis aan dezen voortreffelijken man
zal in sympathieke herinnering bij zeer velen, vooral
in Haarlem, bewaard blijven.
Heerkens Thijssen.