23
aan eene voor allen vriendschappelijke gezindheid.
Bij alle partijen stond hij even hoog aangeschreven,
omdat niemand twijfelde aan de zuiverheid van zijne
bedoelingen, iedereen wist, dat hij zóózeer oprecht
was als de duiven, dat hij aan de voorzichtigheid van
de slangen geen behoefte had.
Zijn zilveren jubileum als Burgemeester heeft hij
niet gevierd. Immers enkele maanden voordat daarvoor
het tijdstip was aangebroken, werd hij door de Provin
ciale Staten in het College van Gedeputeerden benoemd,
en hij heeft gemeend die functie te moeten aanvaarden
en het burgemeestersambt neer te leggen, dat hij met
zooveel liefde en ijver had vervuld.
Twaalf jaar, van 1916 tot 1928, heeft hij van het
Dagelijksch Bestuur der provincie deel uitgemaakt.
Alle onderwerpen hadden zijne belangstelling en in
het College werden zijne adviezen op den hoogsten
prijs geschat, ingegeven als zij waren door een scherp
verstand, gedegen kennis en warme belangstelling in
het wel en wee van het gewest.
Met aandacht luisterden de Staten steeds naar
hun Gedeputeerde en veelal had hij, reeds bij het
begin van zijn betoog, het pleit gewonnen, omdat hij
alle scherpte vermeed, een kwinkslag te pas wist te
plaatsen, voor wat hij te zeggen had beschikte over een
sierlijke woordenkeus en een geestig vernuft.
Als ik aan deze kwaliteiten denk, mag ik de dichter
lijke gaven van van Lennep niet onvermeld laten. Die
behooren trouwens tot de traditiën van zijn geslacht.
Jaren achtereen was hij Secretaris van de Vereeniging
van Burgemeesters en Secretarissen in Noordholland,
en het was geen zeldzaamheid, als de vergadering zich
kon vergasten aan op rijm gestelde Notulen, die niettemin
een getrouwe weergave van het verhandelde waren.