- 56 - De Scbouwbroekerpolder ligt ook na 1927 grootendeels op Heemsteedsch gebied, is nu afgenomen van 131 hectares tot 103, en dreigt ook steeds meer door bebouwing zijn karakter te verliezen. Ook deze is benoemd in een straat, tusschen Spaarnzichtlaan en Oosterlaan. De Vereenigde Groote en Kleine Poldera zijn nu eens een voorbeeld, dat polders niet altijd op zichzelf blijven staan; merkwaardig is het diepe peil van 1.45 M., nu reeds L.65, evenals bij den Vijfhuizerpolder er naast. Wie van prachtige ver gezichten houdt, verzuime niet van de Zomervaart in zuidelijke richting langs den Zomerweg naar Vijf huizen te fietsen, hij is dan in het echte Hollandsche polderland, evenals in Poetpolder en Romolenpolder. De laatste is ook benoemd in een straat van Zomervaart naar Lange Heerensingel loopend. Die Zomervaart herinnert aan een Zomerkade die laag was, alleen voldoende om hoog water in den zomer te keeren. De Zuiderpolder, afgescheiden 1631 van de Veer- polder door het graven van de trekvaart, in 1884 nog 159 hectares, beslaat nu maar 113de naar hem genoemde straat, wat verkort als Zuidpolderólraat, is bij de Amsterdamsche Poort te vinden; de molen, Zeldenpas genaamd, is in electnsch gemaaltje ver anderd. De V eerpolder, genoemd naar het Penningsveer, heette vroeger Groene Molenpolder; het polderland schap was blijkbaar kleurig met Romolens en Groene Molens. Wie eens een aardig tochtje over het Noorder Spaarne wil maken, ga bij den voormaligen Kikkert met de pont overhij belandt dan in de Keer- polderótraat, naast de fabriek van Droste. Aan de overzijde van het Vuilrak, dat zijn naam helaas eer aandoet, vinden we tusschen Spaarne en Mooie Nel den IK aarder polder, o. a. te voet of per fiets

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1934 | | pagina 80