80
volmaakt gezond en vol goeden moed den 19en aan boord
gingen met een brief van den trouwen Potgieter voor
Anna's verjaardag. „Amsterdam, 15 Mei '68. Lieve Vrien
den! Mag ik met onze hartelijke gelukwenschen op het
feest van Mevrouw beginnen? Vóór drie jaren vierden
wij zamen dien dag in het a mezzo giorno verlichte kamertje
van Mr. Donay. Heugt het U nog, beste vriend! hoe
ge weinige avonden te voren op het station te Milaan zoo
hartelijk wenschtet vrouw en kind'' een beter klimaat
te kunnen bezorgen dan het onze? Dat verlangen zal op
Junij zeker worden vervuld; moge het ook met de overige
verwachtingen het geval zijn. Ik weet geen betere bede
voor dezen dag Zie op de Middellandsche zee regts
en links naar Afrika en Europa uit en vooral klaag niet
te zeer in de woestijn. De kinderen Israëls trotseerden
de hitte wel veertig jaren. Vele groeten van Sophie".
(D. I, 224/8). Den 21en Juni kwamen zij in Batavia
aan, waar Huet den len Juli als redacteur van de Java-
Bode begon. In den eersten brief 10 Juli '68 (H.S.) uit
„eigen huis op Kramat" geeft Anna aan „liefste Sophie"
uitvoerig verslag (4 velletjes) van de reis; vertelt van
haar bezoek aan de nieuwe albasten moskee te Cairo;
hoe ze in alleraangenaamst gezelschap aan de Hollandschc
tafel Gi s jaardag vierden met broodpudding en cham
pagne; wat zij, de eenige van het drietal, voor misère
had van zeeziekte tusschen Aden en Singapore; welk
een vorstelijk Engelsch hötel ze op Ceylon treffen; hoe
schitterend het afscheidsdiner was, dat vóór Singapore
den laatsten dag op de Fransche boot „ter onzer eere werd
gegeven en wel een bruiloftsmaaltijd geleek" en dat ze
wel 14 dagen noodig had gehad, om van zee-ziek-zijn en
vermoeienis geheel op haar verhaal te komen. Met de
volgende mail gaat weer een brief van 4 velletjes (H.S.),
„die U waarschijnlijk op dubbele port te staan zal komen,
t geen ik me niet erg aantrek, wetende, dat ge gaarne
eens omstandig van ons hooren zult. Ik voel me frisch
en gezond en vol goeden moed. Huet geniet met volle teugen
van zijne vrijheid in eigen huis. Tweemaal 's weeks slechts
gaat hij naar stad, van 's morgens 9 tot 's middags 3. Dat
is een gansch ander leven voor hem evenals voor ons.
Huet laat den heer Potgieter hartelijk danken voor de