52
ƒ12.in 1766 wordt ook dit ƒ25.Maar reeds
in 1785 wordt besloten alle boeten voor absentie af
te schaffen. Eerst in 1872 wordt „wegens slechte
opkomst" weer een boete van ƒ5.- voor absentie
ingevoerd, die nog steeds gehandhaafd wordt.
Ordonnantiën.
Reeds bij de inventaris van 1610/11 wordt ge
schreven: „Inden voorgenomde Kiste ruste meede
„eenen schoonen wel gescreven Caerte off ordonnatije,
„by den gemeene gildebroeders gemaeckt, om goede
„pollayen (keuren) ende ordonnantije vreedelijck te
„onderhouden, vercierd met houten rollekens ende
„zyde franje."
In 1778 worden dan de ordonnantiën door P. Heynis,
blijkbaar een Haarlemsche schoonschrijver uit dien
tijd, op nieuw perkament geschreven en het geheel
weer met franje in de Haarlemsche kleuren versierd.
Het geheel voor 4.10. Het is deze Caerte, die nog
altijd bij het gildemaal aan den wand wordt opgehangen,
en door het jaar in de gildekist wordt bewaard.
Zij vertegenwoordigt echter reeds lang niet meer de
wetten van het gilde, waarvan de oudst bewaarde
van 1626 zijn, want toen het gild na den Napoleon
tische jaren in 1821 weer voor het eerst bijeen
kwam en het nieuwe bestuur dezen eenen keer door
de presente leden werd benoemd, werden ook
nieuwe wetten gemaakt. In 1856 werd er echter
door de leden een verzoek om herziening gedaan;
de Secretaris Jhr. H. H. Röell bracht ze op de bijeen
komst van 1857 ter tafel en zag ze goedgekeurd.
Verschilden de wetten van 1778 van de oudere door
verhooging van boeten, van entree en uittreegelden en
verviel de clausule omtrent de verplichting van het