bijwonen der begrafenissen; die van 1857 die nog aan
elk nieuw lid worden uitgereikt, verschillen alleen van
die van 1821 in de volgende punten: Het aantal
vinders wordt van het aloude getal vier op twee
gebracht. Het entree van .18.plus ƒ3.aan
den knecht, wordt op ƒ15.teruggebracht en de
ƒ15.bij uittreden of sterven werden geheel ge
schrapt, ook verviel het artikel waarbij het contri-
bueeren in het maal op ƒ7.stond. Voorts werden
de bijeenkomsten van St. Jacobsdag verplaatst naar
den eersten Woensdag in Juni. De nog gehandhaafde
coöptatie van deken en vinders, die oudtijds op den
tweeden maaltijd geschiedde, wordt in de notulen van
1727 als volgt beschreven: „terwijl de broederschap
„nog aan tafelen sat zijn Hoofden in een apart vertrek
„gegaen en hebben aldaer verkoren de volgende heren
„tot deken, twee gecontinueerde vinders, en twee
„geëligeerde vinders."
In 1734 wordt het ceremonieel nog uitvoeriger
beschreven: „toen het Desert op tafel was gegaan
hebben boven op de Capiteyns Camer (men vergaderde
in dat jaar op de Nieuwe Doelen) de Heren Hoofden
de verkiezingen gedaan, geassisteert met hunnen secre
taris en de drie oudste Broederen". Die uitslag der
verkiezingen werd „door den knegt van het Gildt
aan de Heren Broeders gecommuniceert, En sijn de
Heren met een Bocaaltie gefeliciteert".
In 1767 staat erbij „hebben de Heeren Broederen
„onder het veranderen van de Regeeringe op het
„goed succes gedronken het deksel en de voet van de
„hensbeker na gewoonte."
In 1807 wordt dit gebruik het laatst vermeld.
Sinds 1719 staat een secretaris, sinds 1785 een secre
taris-thesaurier geboekt.