En tenslotteHet gild in de 19de eeuw. In de
revolutiedagen werd niet vergaderd, zoo bleef Mr.
WiGBOLD VAN Sypesteyn, die voor het eerst den titel
voerde van Secretaris en Thesaurier van het gilde
van 1785—1807 in zijn functie. Onder koning Lodewijk
bracht in het jaar 1807 een korte opleving. In dat jaar
wordt de bovengenoemde functie overgenomen door
H. A. G. P. BARON VAN der Capellen. Slechts 10 leden
kwamen toen in het Rechthuis te O verveen bijeen
en een der oudsten Jhr. David Hoeufft, sinds 1785
lid, wordt tot deken gekozen en Mr. Jan Baron van
Styrum tot vinder benoemd. Alle pretenties voor
bedanken en overlijden worden vervallen verklaard.
Maar de Napoleontische zorgen en nazorgen doen
ook het Sint Jacobsgilde kwijnen, en toen men in
1821 weer voor het eerst bijeen kwam, bleek dat
Baron van der Capellen die in 1811 de stad had
verlaten, de kist onvindbaar had gemaakt, de notulen
melden: daar het niet gelukt is de origineele wetten
van het gilde onder de voorhanden papieren te vinden
werd aan den vinder van 1807, Mr. Jan van Styrum,
in 1821 tot deken verkozen en aan den vinder Jhr.
David Hoeufft als de eenige overgebleven leden van
het bestuur van 1807 opgedragen een nieuwe redactie
der wetten te maken die in 1822 algemeen worden
goedgekeurd. Daar men ook het saldo en verdere
gelden van den vorigen thesaurier niet had ontvangen
moesten zelfs administratiegelden worden opgenomen,
ofschoon in 1807 aan ontvangsten nog ƒ1460.ge
boekt stonden. De jonge secretaris Thesaurier van het
gilde Adolf van Wickevoort Crommelin sinds 1807
lid, die tot 1845 de belangen van het gild consciëntieus
zou behartigen, converteerde de effecten, die hem
waren overgedragen, krijgt dan een ontvangst van