60 Van de komst van dit college verwachtte men dus een opbloei der stad en het is niet te verwonderen, dat, toen het Uitvoerend Bewind vroeg om een opgave en beschrijving der gebouwen, die als gerechtshof zouden kunnen dienen, teekeningen werden verzonden van het beste, dat Haarlem had aan te bieden, het Stadhuis of Huis der Gemeente, als men toen zeide, en het Prinsenhof. Hieruit werd het eerstgenoemde als het meest geschikt verkoren. Wel is waar deed nu de Municipaliteit, „bevindende de zwaarigheden, „aan welke de afstand van het Stadhuis onderhevig „was" nog herhaalde pogingen, om de keuze op het Prinsenhof te laten vallen, maar zij was toch zeer toegeeflijk, zoowel wat betreft het lokaal als ook de koopsom, ter wille van de voordeelen, verbonden aan de plaatsing van het Hof alhier. Aldus verkocht Haarlem zijn mooi, oud Raadhuis voor ƒ25.000. aan den staat en moest nu zelf naar een zetel voor het stadsbestuur omzien. Het Prinsenhof1) immers was als raadhuis ongeschikt en verbouwing zou te kostbaar worden. De stad kocht daarom in 1799 een groot heerenhuis in de Jansstraat aan, met eenige perceelen daarachter in de Morinnesteeg. Daarheen werd toen, vrij overhaast, de geheele administratie, het gemeentelijk archief, enz. overgebracht. De noodige veranderingen werden aan het gebouw aangebracht, als het plaatsen van een uurwerk met bengel op den toren, terwijl aan de achterzijde een mooie, ruime tuin werd gescha pen. Ook aan het Huis der Gemeente werden de noodige vertimmeringen gedaan: park en gestoeltens Het Prinsenhof deed in 1799 nog een tijd lang dienst als vergaderplaats van het Departementaal bestuur van Texel, dat, door den inval der Russen en Engelschen in Noord-Holland, uit Alkmaar moest vluchten en op 29 Aug. 's avonds in Haarlem aankwam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1936 | | pagina 84