30
in den kring der Haarlemsche Friezen werd in 1936,
dit gouden dichterfeest herdacht en zij, aan wie die
eersteling was gewijd, zat als zijn trouwe en gelukkige
echtgenoote dien avond naast hem. In Tilburg kwam
het eerste deel tot stand van zijn meest bekend en
hoogst aangeslagen werk: het dichterlijk epos ,,Bragi".
Met deel twee en drie werd het te Haarlem voltooid.
Reeds vroeger begon hij ook in 't Friesch te dichten
en verschenen van zijn hand verzen in het door Pieter
Jelles (Troelstra), zijn tijdgenoot aan de Groninger
academie, opgericht tijdschrift „For hüs en hiem".
In den loop der jaren vond men in de kolommen van
vrij wel eiken Frieschen periodiek en in dag- en week
bladen dichterlijke uitingen van Schepers. Toen hij
ambteloos was geworden vond hij ook den tijd zijn
Bragi in het Friesch over te brengen, of, misschien
juister, te herscheppen. Met zijn overige geschriften
ligt deze arbeid in de Provinciale Friesche Bibliotheek
te Leeuwarden in manuscript.
Het geslacht Schepers was van oorsprong Geldersch.
De overgrootvader van Dr. J. B. Schepers was
door het onderwijs, dat hij later met het ontvanger
schap verwisselde, naar de Friesche grietenij Het
Bildt gekomen. Maar reeds diens zoon, Schepers'
grootvader, was als dokter te Woudsend volkomen
friesch geworden, maakte er verzen en schetsen in
't Friesch. De kruising met het Geldersche bloed heeft
mogelijk voorkomen, dat Dr. Schepers tot provincia
lisme verviel, hoe goed Fries hij ook was. Hij was
allereerst Groot-Nederlander. Met Dr. Garrer, den
vorigen rector gymnasii, stichtte hij een Flaarlemsche
afdeeling van het Algemeen Nederlandsch Verbond.
Hij was medeoprichter van de Haarlemsche afdeeling
der Zuid-Afrikaansche Vereeniging. Reeds in zijn