41
naar zijn welzijn, uiterst zelden een klacht over zijn
lippen komen. Het was typeerend voor hem, dat hij
anderen niet met de zorg over zijn gezondheidstoestand
wilde bezwaren.
Tot het laatst toe is hij rustig en sterk gebleven in
de kracht van zijn geestelijk leven. Toen hij op 6 Juli
1938 voorgoed de oogen sloot, betreurden zijn vrouw
en kinderen het verlies van een goed en tot het uiterste
toegewijd man en vader, zijn vrienden een hoogstaand
en trouw vriend, de zeer vele menschen, die van zijn
medische kennis en vaardigheid hadden geprofiteerd,
een warmvoelend en kundig dienaar van de wetenschap,
welker hooge beginselen hem in zijn jonge jaren onweer
staanbaar hadden gelokt en tot zijn uiterste krachten
in volle overgave aan zich hadden gebonden gehouden.
P. W. Peereboom.