48
Zoo geeft Vosmerus in zijn titel industria
G-Thybaut repertis ac sinceré vna cum reliquorum
principum figurisreeds aan, dat de afbeel
dingen in zijn werk, waarvan H. Goltzius graveur
was, een soort compositum vormen van wat Thibaut
gezien had en van wat bewaard was.
In 1584 geeft Ph. Galle, van de bekende Antwerp-
sche graveursfamilie, weer andere afbeeldingen voor
het Leven der Graven, beschreven door den Leidschen
geleerde Barlandus, afbeeldingen die in 1588 te
Antwerpen zijn herdrukt.
Van Someren geeft in zijn Catalogus van Ned.
Portretten nog een uitgave aan van P. van der Heere
te Amsterdam (zonder jaartal vermelding) met prenten
van Goltzius.
De historicus P. Scriverius deed „met ongemeene
kosten en onnavolgelijke kunst" zooals van Alkemade
schrijft, borstbeelden naar de gravenportretten in koper
snijden, en in 1650, met een beschrijving, als een
prachtwerk uitgeven bij den Haarlemschen drukker
Soutman, een werk, dat hij opdraagt aan de Staten
van Holland.
De gemeentearchivaris Mej. Dr. G. Kurtz, die
geen gelegenheid verzuimt ons aan te toonen hoeveel
waardevolle gegevens op elk gebied in ons archief
te vinden zijn, zond ter tentoonstelling eenige posten
in betreffende deze portretten. Zoo vond zij, dat
in 1697 Jacob Beverwijk van de Haarlemsche regeering
verlof krijgt om de schilderingen te doen copieeren.
Zeer waarschijnlijk waren deze copieën bestemd voor
de reeds genoemde folio uitgave van Melis Stoke
van 1699.
Dezelfde platen zijn gebruikt voor F. Halma's
„Tooneel der Vereenighde Nederlanden" (Leeuwarden