TRIOMF EN NEDERLAAG VAN DE PATRIOTTEN TE HAARLEM IN 1786—88 Omstreeks het jaar 1786 verkeerde een deel der Vereenigde Provinciën in een staat van latenten burgeroorlog. In vele steden hoonden en plaagden elkander weder zijds Patriotten en Prinsgezinden en de gematigde tusschenpartijen waren dikwijls niet bij machte uit spattingen te voorkomen. De Staten van Holland, die Patriotsgezind waren, verontrustten zich zeer over het feit, dat de Stad houder, in zijne kwaliteit van Kapitein-Generaal van de Unie, op aanschrijven van de Staten van Gelder land de oproerige stadjes Hattem en Elburg door Generaliteitstroepen had doen bezetten. De Staten van de provincie Utrecht, die zich door de Patriotsche bewoners der stad Utrecht bedreigd achtten, verlegden hun zetel naar het meer Oostwaarts gelegen Amersfoort, terwijl een troepenmacht van ongeveer 4000 man bij Zeist werd gekampeerd, om de Staten te beschermen. De bevolking van Utrecht vond in de verhuizing der Staten naar Amersfoort aanleiding om hun gezag niet verder te erkennen en bracht van hare zijde een aanzienlijke krijgsmacht van burgers bijeen. De Staten Veel van de in dit opstel vermelde bijzonderheden zijn ontleend aan Cornelis de Koning, Tafereel der Stad Haarlem. Haarlem PA. Loosjes Pz. 1809.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1939 | | pagina 101